Alter
acht 26»‘
<G,
BWAAK-
n
skleeding.
'gedeelten
ij
V4
No. H627.
Vrijdag 4 Augustus 1911.
50e Jaargang.
Loting voor de Militie.
I
ZBixlteri ls,rx<a..
miLLEi OA
De Granzendokter.
D-A-
isia w
evoeders.
Stok.
tr. 222,
OSTADE.
E. ALTER
lit 269»,
LG.
XTievfws- ezi ertexi.txe“blstd. voor G-oxxc3.su eaa. Oaacxstr elcezx.
Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen.
Telefoon Interc. 82.
A U’S
1
STE.
IM1EM.
LANDWEER.
Nationale Militie.
Keuring van Lotelingen.
Telefoon Interc. 82. Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON.
fj
f 1.25
1.60
n
FE
s stad aan huis
(Wordt vervolgd.)
Zn., Gouda
)D.
idermeel
oederkosten
O en 5 kilo
WIJN.
WIJN.
DE
irk
0-85
1.20
1.20
G,
neth. spreken
aschikbaar om
>n. Nadere in-
md adres.
1 VAM
Gt BIJ
LA.
louw- enWo-
■Jpieringstraat
vergadering
n Armenzorg.
Boelekade,
oor Algemeen
de 8. D. A.P.
geregeld tijdig
mtvangen van
vermakelgk-
dan in onze
kanarie»
i en */t fiter
2.-
esorleerd)
5-
methode,
derfanriek
IA.
Enkhuizen.
r bij HH.
ijdstraat.
Veerstal.
ƒ0.65
n
n
BEWIJZEN VAN ONTSLAG.
De BURGEMEESTER van Gouda
brengt, in verband met het bepaalde
bij 77 der Landweerinstructie I,
ter kennis van de Verlofgangers der
Landweer die behooren tot de lichting
der Landweer van 1904 en op 31 Juli
il. recht, hebben verkregen om uit den
Landweerdienst te worden ontslagen,
dat voor hen de Bewijzen van Ont
slag uit den dienst bij de Landweer
ter Gemeente-Secretarie zijn ontvan
gen, waar zij tot 1 September a.s.
door belanghebbenden kunnen worden
afgehaald, van des voormiddags 9 tot
des namiddags 4 uur.
Gouda, 4 Augustus 1911.
De Burgemeester voornoemd,
H. J. NEDERHORST, L°. B
>ed.
en ADRES:
(lOUISdlE COURANT.
PRIJS DER ADVERTENTIÊN:
Van 1—5 gewone regels met bewijsnummer f 0.55
Elke regel meer0.10
Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend.
Dienstaanbiedingen per plaatsing van 15 regels f0.35 bij vooruit
betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames f 0.25 per regel.
Groote letters en randen naar plaatsruimte.
erseelvoer)
i en ’/2 kilo
De Albaneesche opstand.
Oorspronkelijk waren we een paar
dagen geleden van plan nog eens over
Het was de teedere, goedige glimlach
van iemand, die zelf hetzelfde onder
vonden had.
„Is dat wel wezenlijk waar vroeg
zij.”
„Met welk recht twijfel je daaraan
vroeg hij beleedigd terug.
„Omdat, omdat” begon zij, waar
na zij plotseling zweeg. In haar bin
nenste werd een hevige strijd gevoerd
haar papa had het toch zoo streng
verboden over Edith’s rijkdom te
spreken en als zij het nu toch deed,
handelde zij niet alleen in strijd met
het vaderlijk gebod, maar ook tot haar
eigen schade, want als Gustaaf wer
kelijk een weinig belang in Edith
stelde, moest de rijke erfgename nog
begeerenswaardiger voor hem zijn.
De mannen zijn tegenwoordig zoo er
barmelijk, dat wist Marie van Trien
en deze had het persoonlijk onder
vonden. De echte maagdelijke fierheid
ging echter met de overwinning strij
ken als Gustaaf op geld lette, dan
kón hij wel heengaan, dan zou zij
niets aan hem verliezen. En indien
haar vader haar ernstig berispen zou,
wat was haar daaraan gelegen De
berisping zou haar niet zoo veel leed
berokkenen als de teleurstelling, die
.zij in haar jongb liefde ondergaan
had.
DE MINK,
Telefoon 274.
tegen bewijs van ontvang worden
ingeleverd bij den Burgemeester. Ge
durende vijf dagen, te rekenen van
den dag waarop de uitspraak ter kennis
van belanghebbenden is gebracht, kan
daarvan bij de Kóningin in beroep
worden gekomen door belanghebbende
lotelingen, of door hun vader, moeder,
voogd of curator. Het daartoe strek
kend verzoekschrift kan op on gezegeld
papier worden gesteld. Het moet
rechtstreeks aan Hare Majesteit worden
verzonden en behoeft niet gefrankeerd
te zijn.
Vrijstelling van den dienst.
De loteling die vermeent recht te
hebben op vrijstelling van den dienst,
geeft de redenen van vrijstelling op
bij de loting, na het trekken van zijn
nommer. Is de loteling niet in persoon
bij de loting tegenwoordig of is hij,
hoewel tegenwoordig, buiten staat
die opgave zelf te doen, dan kan het
opgeven der redenen van vrijstelling
ook geschieden door zijn vader, moeder
voogd of curator,
Onverminderd de opgave bij de loting
gedaan, moet de vrijstelling in elk ge
val nog worden gevraagd bij de mili
tieraad, zulks op het tijdstip, nader bij
openbare kennisgeving bekend te
maken.
Voorts wordt ter kennis gebracht:
1°. dat eigen militaire dienst en
volgorde°der Alphabetische Naamlijst broederdienst alleen dan als reden van
-xvrijstelling in aanmerking komen, zoo
deze bestond op den lBton Augustus
«van het jaar, waarin de loteling, voor
wien de vrijstelling wordt gevraagd,
het 18de levensjaar volbracht
2°. dat tot het bekomen van vrij
stelling wegens eigen militaire dienst
moet worden overgelegd hetzij een
paspoort of ander bewijs van ontsiag,
hetzij een uittreksel uit het stamboek
of een bewijs van werkelijken dienst
3°. dat tot het erlangen van vrij
stelling op grond van broederdienst
.ten aanzien van eiken dienenden of
gediend hebbenden broeder moet wor
den oyergelegd een bewijs als onder
2°. bedoeld, alsmede een door den
Burgemeester af te geven getuig
schrift, waaruit blijkt het getal zonen
tot het gezin behoorende
4°. dat een getuigschrift als onder
3°. bedoeld, ook moet worden over
gelegd, indien vrijstelling wordt ge-
wenscht wegens vermoedelijk aanwij
zing tot den dienst van een of meer
in hetzelfde jaar geboren broeders
5°. dat het getuigschrift hiervoren
onder 3°. en 4°. bedoeld of vanwege
de lotelingen aan den Burgemeester
kan worden aangevraagd op Maandag,
den 4n September 1911, des voormid
dags 10 tot des namiddags 1 uur ter
Gemeente-Secretarie (benedenlokali-
teit, afdeeling militie)
6°. dat de hiervoren genoemde be
wijsstukken, noodig voor het erlangen
van vrijstelling wegens eigen militaire
dienst of wegens dienst van een broeder
of van broeders ten minste veertien
dagen vóór de opening der zitting van
den Militieraad, alzoo vóór den 26“
September 1911, moeten worden inge-
levörd bij den Burgemeester, althans
voor zoover bedoelde stukken op dat
tijdstip niet reeds tor Gemeonto-Secre-
tarie berusten.
Waar in het bovenstaande sprake
is van vader, moeder of voogd, heeft
zulks betrekking op minderjarigen en
strekt de uitdrukking „vader” vetor
het geval dat de vader de ouder
lijke macht uitoefentde uitdrukking
„moeder” voor het geval dat de moeder
de ouderlijke macht uitoefent, en de
uitdrukking „voogd” voor het geval
de minderjarige onder voogdij staat.
De uitdrukking „curator” geldt den
meerderjarige, die onder curateelé
staat.
Belanghebbenden worden er nog
uitdrukkelijk op gewezen, dat nalatig
heid in het doen opmaken en in het
tij,dig inleveren van de -vereischte be-
wijstukken ten gevolge zal hebben,
dat de lotelingen tot den dienst zul-
In worden aangewezen.
Gedaan voor de eerste maal te
Gouda, den 4? Augustus 1911.
Burgemeester en Wethouders voor
noemd.
H. J. NEDERHORST, L°. B.
De Secretaris,
BROUWER.
bovenstaand onderwerp te schrijven.
De geest, die echter uit dat buiten
land zou hebben gesproken, zou heel
anders zijn geweest dan dit thans het
geval zal zijn. Voor een paar dagen
leek het op den Balkan te zullen ko
men tot een uitelaanden brand. De
stemming onder de mogendheden daar
was zoo oorlogszuchtig dat de inter
nationale pers het oog angstig geves
tigd hield naar den zuid-oostelijkon
donker bewolkten horizon. En de
maatregelen die Turkije en Montenegro
namen, wezen duidelijk’op een voor
bereiding tot den strijd, want al hoeft
Montenegro op zich zelf niets met
den Albaneeschen opstand uitstaande,
zeker is het, dat de Malissoren, de
opgestane stam, op alle mogelijke wij
zen hulp kreeg van uit Montenegro.
Plotseling echter zijn de berichten
van geheel anderen aard. Bleek uit
een mtervieuw van koning Nikita,
door een man van de Noue Freie
Presse vergissen wij ons ten minste
niet ook al niet veel hoop op een
minnelijke schikking, thans zijn de
berichten juist thans is er een keer
ten goede gekomen in de Albaneesche
kwestie. Volgens de berichten van
eergisteren was er overeenstemming
verkregen tusschen de Malissoren en
de Porte. Slechts op óen punt de -.
opstandelingen schijnen dit niet te
begrijpen was men nog niet tot
een vergelijk gekomen. Gisteren ech
ter schijnt de Turksche gezant te
Cettinje, d© onderhandelaar, de voor
waarden zoodanig te hebben kunnen
uitleggen, dat men het gehpel eens is
kunnen worden. Het geheele verhaal
klinkt haast te mooi om waar te zijn.
Intusschen, het is een ambtelijk be
richt en voorloopig dienen we er dus
geloof aan te hechten. De punten
waarover nu overeenstemming is ver
kregen, zijn ongeveer de volgende
De voornaamste kwestie was of het
den opstandelingen zou worden toe
gestaan wapenen te dragen. Deze
eisoh der Malissoren is van het begin
af door de Porte afgewezen. Het
modus vivendi dat thans is aangeno
men, geeft beide partijen haar zin.
Het blijft verboden wapens te dragen,
behalve en daar zit juist de kneep
behalve voor allen die de wapenen
voor hun beroep noodig hebben. Daar
nu de meeste Malissoren herders en
veehoeders zijn en dus hun wapens
voor hun beroep noodig hebben, zoo
zullen de meesten van hen de wapens
blyven dragen. Een andere eisch was
hunne hulp aan te bieden, ten einde
hunne ongeschiktverklaring voor den
militiedienst te verkrijgen
Waarschuwt delotelingen
dezer Gemeente voor bovenbedoelde
praktijken en vestigt tevens hunne
aandacht op artikel 206 van het Wet
boek van Strafrecht onder meer in
houdende
Met «gevangenisstraf van ten hoQgsle
twee jaren wordt gestraft
1°. hij die zich opzettelijk voor den
dienst bij de militie ongeschikt maakt
of laat maken
2°. hij die een ander op diens ver
zoek opzettelijk voor dien dienst on
geschikt maakt.
Indien in het laatste geval het feit
den dood ten gevolge heeft, wordt
gevangenisstraf van ten hoogste zes
jaren opgelegd.
Tevens wordt onder de aandacht
gebracht, dat de bemoeiing van be
doelde personen in geen enkel opzicht
tot afkeuring van den betrokkene kan
leiden, terwijl de raadpleging dier
personen den loteling slechts finan
cieel nadeel kan berokkenen.
GOUDA, den 4“ Augustus 1911.
De Burgemeester voornoemd,
H. J. NEDERHORST, L°. B.
De BURGEMEESTER der Ge
meente GOUDA,
Gevolg gevende aan een namens
den Minister van Binnenlandsche Za
ken tot hem gericht verzoek;
Brengt ter kennis van belangheb
benden, dat er blijkens bij voornoem
den Minister ingekomen ambtsberichten
nog steeds personen zijn, die er hunne
praktijk van maken om aan lotelingen,
tegen betaling van eene som gelds,
33)
„Precies,” viel hij haar in de rede,
„Gustaaf heb ja ook altijd gezegd in
plaats van Gust of Gustje.”
„Maar jij, jij hebt je toch allbeji
maar om Ditha bekommerd en in het
geheel niet om mijalle aardigheden
heb je haar alleen verteld en bij het
wandelen heb je haar een arm gege-
ven en hebt haar parasol gedragen
en dan moet ik tegen jou nog lief
zijn en je appelen geven en Gastje
zeggen, als je me toch niet lijden mag
en zij geraakte buiten adem, zoo
haastig en bijna snikkend had zij dat
alles gezegd.
Verrukt keek Gustaaf haar aan
zij was zoo lief in haar opgewonden
heid met haar roode wangen en haar
vochtig stralende oogenhet liefst
zou hij haar naar zich toe hebben ge
trokken en haar recht hartelijk heb
ben gekust, maar hij moest op zijn
voordeel bedacht zijnen het was
voor hem bepaald voordeeliger, den
gekrenkte te spelen en zich te laten
verzoenen dan omgekeerd het meisje
BURGEMEESTERS eA WETHOU
DERS van GOUDA, maken bekend,
dat de loting voor de /lichting van
1912 voor deze Gemeente zal plaats
hebben in het R. O. Millitair Tehuis,
Westhaven No. 34, op 'Dinsdag den
22sten Augustus 1911, des voormid
dags ten 10 ure voor de ingeschrevenen
naar alphabetische volgorde der letters
waarmede hunne geslachtsnamen be
ginnen, te weten A, B, O, D, E
en F, ten 11 ure, als voren, met de
letters G, H, I, J en K, des namiddags
ten 1 ure, als voren, met de letters
L, M, N, O, P, Q, R en S, en ten
2 ure, als voren met de letters T, U,
V, W, X, IJ en Z.
Aan de loting nemen deel de in
geschrevenen voor die lichting, wier
inschrijving plaats had vóór den Isten
Juli j.l. met inbegrip van hen, wier
inschrijving voor die lichting na even-
vermelden datum krachtens art. 24
der Militiewet 1901 mocht zijn be
volen. Bedoelde ingeschrevenen wor
den mitsdien uitgenoodigd om op het
hierboven vermelde uur ter aange
geven plaatse aanwezig te zijn.
Bepaling betrekkelijk de loting.
De ingeschrevenen worden in de
afgeroepen ten einde zelf een nommer
te trekken. Voor den ingeschrevene
die niet is opgekomen of, hoezeer
opgekomen, buiten staat of onwillig
is zelf een nommer te trekken, kan
dit geschieden door zijn vader, moeder,
voogd of curator. Is ook deze niet
opgekomen, dan geschiedt het trekken
door den Burgemeester of het Lid
van den Gemeenteraad, bij de loting
tegenwoordig; het lotingsbiljet wordt
alsdan bewaard ter Gemeente-Secre
tarie, waar de loteling het binnen drie
maanden na de trekking kan afhalen
of doen afhalen.
Voor hen, die op den dag der loting
blijken te zijn overleden, wordt niet
geloot.
Door belanghebbende lotelingen of
door hun vader, moeder, voogd of
curator kunnen tegen de wijze waarop
de loting is geschied, bezwaren worden
ingebracht bij Gedeputeerde Staten.
Het bezwaarschrift kan op ongezegeld
papier worden gesteld, doch moet, na
behoorlijk te zijn onderteekend, binnen
vijf dagen, te rekenen van den dag
waarop de loting heeft plaats gehad,
te verzoenen.
„Nu ja, zooals ik zeivolgens den
uiterlijken schijn beoordeeld,” zeide
hij gelaten zuchtend. „Je gelooft dus,
dat ik Ditha liever heb dan jou
„Ja zeker,” antwoordde zij bijna
onhoorbaar, door zijn toon op een
dwaalspöób gebracht.
„De wereld houdt er van het schit
terende zwart te maken en het ver
hevene in het stof neer te trekken”
tteclameerde hij op de manier van tante
Amalia. ..„Weet je, waarom ik mij een
boetje meer met Ditha beziggehouden
heb?”
„Welnu?” vroeg zij in gespannen
verwachting.
jjOmdat je broeder Waldemar een
weinig- prikkeling wilde; hij is niet
stoutmoedig genoeg in den strijd om
de hand;, daarom wilde ik hem ijver
zuchtig [maken en daardoor dwingen,”
loog hij onvervaard, want hij wilde
het kinderlijke gevoel van het meisje
niet krenken door haar te bekennen,
dat het hem er eigenlijk om te doen
was oom Kienhout te ergeren. Marie
keek höm ongeloovig aan.
Marie omhelsde hem eensklaps.
„Naar den dood,” fluisterde zij. Zij be
merkte het niet, dat tante glimlachte,
maar zélfs ah zij het gezien had, zou
de glimlach haar niet hebben gekrenkt.
PRIJS VAN HET ABONNEMENT:
Per kwartaal
Idem franco per post„1.50
Met Geïllustreerd Zondagsblad 1.50
Idem franco per post1 90
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauLange
Tiendeweg 64, bij onze Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren
„Welnu, omdat vroeg Gustaaf
ongeduldig, daar zij zoo langen tijd
zweeg. Zy wierp het hoofd fier in
den nek.
„Omdat Edith rijk is en rijke meisjes
maakt men niet uit aardigheid het
hof en men helpt ook een ander niet
haar gunst te winnen die houdt men
wel voor zich zelven.”
Nu schitterde eensklaps in Gustaafs
oogen vlammende verontwaardiging;:
hij maakte een heftige beweging, dat
de half geplukte eend op don grond
viel en balde zonder het te weten de
vuisten.’
Tot nu was het gesprek met Marie
voor hem een aangenaam, bekoorlijk
spelletje geweesthij kende don toe
stand van het hart zijner nicht nauw
keurig, deels door eigen aanschouwing,
deels uit het gesprek, dat hij dien
zelfden morgen met zijn moeder ge
voerd had Haar tranen en zuchten
en haar verlangen naar den dood
hadden hem zeer veel leed berokkend
en slechts met de grootste zelfbe-
heersching was hij er in geslaagd, de
anderen tijdens de wandeling te ver
gezellen met welke vreugde was hij
teruggesneld, nadat hij zich van het
gezelschap met een uitvlucht had los
gemaakt en toen hij het meisje in
het oog had gekregen, welke zaligheid
had zich toen van zijn ziel meester
gemaakt en hoe gaarne zou hij op haar
toegesneld zijn en haar met haar
eendenkorf omhelsd en haar toege
roepen hebben„Liefste, wees do
mijne voor altijd. Plotseling was het
hem evenwel bekoorlijken voorge-
■komen, haar langzaam, zeer langzaam
vo>r te bereiden op het groote geluk,
dat hij haar wilde schenken. En nu
was op eens iets leelijks voor den dig
gekomen, dat hij in deze reine, jonge
ziel nooit gezocht had de verdenking
van berekening zijnerzijds.
„Dat heb je dus van mij geloofd?”
zeide hij,terwijl hij diep ademde
zijn blik vloog over haar heen, waarna
hij het gelaat afwendde.
Marie had hem vol spanning aan
gekeken eerst was zij er trotsch op
geweest, dat zij die woorden gespro-
had vervolgens verbluft, dat zij hem
niet berouwvol aan haar voeten had
zien vallen en ten laatste, toen zijn
blik half treurig, half toornig op haar
gerust had, was zij er van overtuigd,
dat zij hem zonder eenigen "rond ver
dacht had, en maakte zij in haar eigen
oog zulk een erbarmelijk figuur, dat
zij zich het liefst in de aarde zou
hebben verborgen.