BHT Zaterdag 5 Augustus 1011. 60e Jaargang. 1 behalve Zon en Svixteza laixd. ARBEIDSDUUR. FEUILLETON De Ganzsndokter. ?isia erk ee voeders. i Stok. str. 222, wing KINADRIJP- ildig wordt mi lten van andere a te brengen, roode doozen, Nanning, doch woord Kina- ize fabriek af- No. 11038. ezx ■^d.-^ertezxtïe'blsLcL voor G-ou.d_eu ezx Verschijnt dagelijks Telefoon Interc. 82( Feestdagen. Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON. Telefoon Interc. 82. )D lere (Wordt vervolgd). n Zn., Gouda Kanaries 1, en Vi liter r huis doen k verlichten. AG, meth. spreken beschikbaar om ven. Nadere in- taand adres. iteeds “WO adruppels a f 0,75. SLAVERNIJ 'ordt te niet ght bet huis •Is, muren, >r en door Is Sunlight 'oordeellgste mdermeel voederkosten 40 en 5 kilo irmethode. ed er fabriek SIA. Enkhuizen. ar bij HH.: Wgdstraat Voetstal. Nauwelijks heeft de Tweede Kamer de herziening der Arbeidswet achter den rug (de Senaat moet het ont werp nog bekrachtigen), of de soci alistische fractie zet de Kamer een nieuw wetsvoorstel voor tot „be- >hUgeen vfc den vojjhtel- Ons Genoegen, -voorstelling. Ons Genoegen, v. h. Speciali- Villiam Koster. borgtent Boele- ;en van „Stoel urendag. Ook het Christelijk-Natio- naal Vakverbond in Nederland vroeg in een adres aan de Tweede Kamer om een wettelijken 10-urendag. Men zal dus goed doen, ook van zoogenaamd Christelijke zijde, om dit wetsvoorstel niet zoo ,,en baga telle” te behandelen. Dit moge voor sommige „Christelijke” politici de beste weg schijnen om er zich van af te maken, maar zulk een struisvogelachtige houding kon de heeren later wel eens opbreken I Wij zeggen natuurlijk niet, dat dit wetsontwerp, zooals het daar ligt, in het Staatsblad kan worden gebracht. Het is best mogelijk, zelfs waarschijnlijk, dat de voorstellers hier en daar, door te veel op de belangen der arbeiders te letten, te ver zijn gegaan, waardoor nadeel zou ontstaan ook voor de ar- b e i d e r s, die immers het grootste belang er bij hebben, dat het der industrie good gaat en niet t e moeilijk wordt gemaakt. Er zal dus wel hier en daar wat afgaan, indien de zaak punt voor punt van alle zijden bekeken wordt. Maar dit alles neemt niet weg, dat men, ontwerp en toelichting doorbladerend, versterkt wordt in zijn overtuiging, dat inperking van al te langen ar beidsduur met alle droevige gevolgen daarvan, ten zeerste gewenscht is, niet alleen voor de arbeiders-zelven, maar ook in het belang van een rustige ontwikkeling van ons be drijfsleven, kortom van een socialen vrede. Zich hooghartig van alleszins bil lijke grieven van honderdduizenden landgenooten niets aan te trekken of dé zaak van de Vaan te schuiven om een of andere nevenbedoeling, is zeker niet de weg om deze be langen te dienen. Men kan er slechts een opschuiving mee bevorderen naar de uiterste partij ter linkerzijde, die zulk een houding natuurlijk ten eigen bate uitbuit. Dat men dit inzie voor het te laat is! rerseelvoer) 3 en >/a kilo het eerste gezicht aanlokkelijk, maar innerlijk niet gezond, hetgeen dan ook minder noodzakelijk geacht kan worden, aangezien de knol slechts voor een kortstondig schouwspel be hoeft dienst te doen om daarna op geborgen te worden in den regee- ringsstal, het archief der onnut be drukte stukken. De grief is dan en terecht dat de Regeering de kiezers tracht te misleiden, doordat zij maar al te goed weet, dat er van al dat moois niets komen kan, dat het slechts dient ter verblinding der goedgeloovigen. Als paradepaar den van de slechtste soort waren wel te beschouwen de sociale ont werpen van dr. Kuyper, die absoluut niet meer in behandeling konden komen en zoodanig in elkaar zaten, dat zij, tezamen vereenigd in de be kende „dikke boeken van Nederbragt” na het aftreden van den parade- held, door niemand meer zijn au sérieux genomen de opvolgers van Kuyper, Veegens en Talma gingen opnieuw aan ’t werk, negeerden vrijwel Kuyper’s werk. En het blijft dan ook de eer van het Kabinet de Meester, dat dit zeer tijdig met zijn groote ontwerpen kwam, die de Kamer dus op haar gemak had kunnen behandelen, indien zij het Kabinet niet onverwachts op een ondergeschikt punt had laten vallen. Maar dit tusschen twee haakjes. Een paradepaard, een „gebaar”, mag men o. i. het voorstelScha per c.s. niet noemen. Het is den voorstellers met dit ontwerp ernst en lag het aan hen, de Kamer zou het zeker ten spoedigste nemen en aannemen Maar de voorstellers hebben dit natuurlijk niet in hun machtzij vormep slechts een kleine minder heid en de meerderheid, die ’t w e 1 in de hand heeft om eens ernst te maken met de quaestie van den ar beidsduur zal er natuurlijk alles op zetten, om den heer Talma ter wille te zijn en men weet, dat dezp van een 10-urendag al heel weinig hebben moet. De clericale meerderheid nu neemt op dit gebied al een heel zonderling standpunt in, dat mep bij de beoordeeling, van deze zaak niet .uit het oog mag verliezen. Herinneren wij even, dat de Tweede Kamer den 11 den Maart 1909 met 53 tegen 25 (dus met een behoorlijke meerderheid) een motie aannam, voorgesteld door den Roomsch -Katholieken heer A a 1 b e r s e, waarin dndCSmer uitsprak dat wenschélijk'ls (behou dens dringend noodzakelijke uitzon deringen en overgangsbepalingen) de wettelijke beperkmg van den ar beidsduur voor de volwassen arbei ders en wel tot tien uren per etmaal. En verworpen wrd een motie van de heeren de Visser en de Savornin Lohman, welke de strek king had, de Kamer de wenschelijk- heid te doen uitsproken van een in te stellen o n d e r z aek, alvorens over het beginsel van den 10-uren dag te beslissen. Voll omen terecht trokken de heeren Scht >er c.s. hieruit in hun Memorie va. Toelichting, (pag. 4, 2) ermHfflde,' dat de Kamer hierdoor duidelijk te kennen gaf, dat zij den tijd, om den 10- urendag als regel in te voeren, gekomen achtte en dat zij geen af zonderlijk onderzoek meer noodig oordeelde. Overijld was de toenmalige be slissing waarlijk niet; van 511 Maart debatteerde de Kamer over de quaestie met het hierboven aan gestipte resultaat. Van een socialis tisch drijven is hier dus geen sprake, een motie uit den katholieken hoek was het, die ten slotte met zulk een groote meerderheid werd aangenomen en daarna heeft de be weging voor den 10-urendag aller- mist stilgezetenin dit verband mag wel herinnerd aan de groote be- tooging (op 25 September 1910 te te ’s-Gravenhage) van de federatie der vijf Roomsch-Katholieke Volks bonden en werkliedenorganisaties in ons land ten gunste van dien 10- Bouw- enWo- Spieringstraat ur vergadering ran Armenzorg, in Boelekade, voor Algemeen deS. D. A. P. j geregeld tijdig ontvangen van m, vermakelijk- i dan in onze De oogen van het meisje schitter den, toen zij aan al deze heerlijke oogenblikken dachtzij sprong met zooveel kracht op, dat de veeren uit de jnand rondom haar in de hoogte stoven en vatte Gustaafs han den, „Ja, Gustje,” riep zij uit, „zoo lief als toen en nog duizend, duizend maal liever heb ik je!” Toen trok hij haar aan zijn borst en kuste haar, kuste haar als een dolleman en danste met haar in vollen overmoed in het rondbij deze be weging gooiden zij de mand met veeren om en het was een warboel in de schuur, waardoor men nauwe lijks kon zien. En juist op dit ©ogen blik kwam mama Kienhout, om naar haar eenden te kijken. „Zoo zoo, wat is dat hier? Wat gebeurt hier dan toch?” vroeg zij verbaasd, zonder in het eerste oogenblik iets te kunnen onderschei den. De jongelieden stoven ieder een kant heen. „Ach, mama ach, mama,” sta melde Mimi verlegen. „Ben jij daar, Gustaaf vroeg me vrouw Kienhout, die nu eerst haar neef in het oog kreeg, „ik dacht, dat je met de anderen aan ’t wandelen waart „Ik was het ook, tante,” antwoordde GOIDSIH E (WANT. PRIJS VAN HET~ABONNEMENT: Per kwartaalf 1.25 Idem franco per post,1.50 Met Geïllustreerd Zondagsblad,1.50 Idem franco per post1 90 Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauLange Tiendeweg 64, bij otuc Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren [ör- Sen >or- de Kamer in te -dienen (het is dd. 28 Juli ingezonden). Het ontwerp bevat een 50-tal artikelen, die onderver deeld zijn in verschillende paragra fen inleidende bepalingen (definities van arbeid, fabrieken, werkplaatsen, arbeiders enz)van den kinderar- beid^. ïan den arbeid van vrouw#» en jeugdige personen van de ar beid#* en rusttijden (het voornaamste van de wet)van de arbeidskaarten en lijsten en het register van de aansprakelijkheid; van het toezicht; strafbepalingen en slot- en over- gansbepalingen. Het ontwerp gaat verder vergezeld van een uitvoerige Memorie van Toelichting (32 pagi na’s druks, waarvan de helft min of meer algemeene beschouwingen). Wij aarzelen niet, dit ontwerp van wet hoogst belangrijk te noemen. Zeker, het 'is uiterst gemakkelijk, om van dit voorstel te getuigen, zooals reeds een katholiek blad schamper deed, dat het een „mooi gebaar” is, nieuwe uitdrukking voor een „paradepaard”, maar het wil ons toeschijnen, dat men er daar mee niet af is. Een paradepaard kan men noemen een beest, op ’t laatste oogenblik van een regeerperiode opgetuigd, op schenning van den arbeid”, hoofdzakelijk is een regeling arbeidsduur. Eigenlijk is het een a Schaper, mede onderteekend (in al- phabetische volgorde) door de and S. D. A. P.-sche afgevaardigd! Het is geen kleinigheid, ditje stel en het pteit zeker voo» ijver en onvermoeidheid der stellers om in het hartje vak zomervacantie dit ontwerp bij en dan zou het toch zoo’n groot wonder niet zijn, als ook jij. Wij hebben het zooveel mogelijk geheim gehouden, maar jij bent zoo scherp zinnig’ en en ach, Gustaaf, laat mij niet zoo smoeken, kijk mij toch eens aan Hij wendde zich tot haar en streek zacht met de hand over heur blond hoofdje. „Kijk ereis, Mimi,” zei hij op zachten toon, „dat zou je ons beiden hebben kunnen besparen je bent nog zoo jong; je moet de wereld nog met heel andere oogen aanzien. Luister eens, ik ben ouder dan jij en heb reeds eenJjeetje in de wereld rondgekeken, maar ik heb er in de verste verte niet aan kunnen denken, dat jij mijn beetje hofmakerij bij Ditha aan zulke leelijke motieven zou toeschrijven.” Zij hief haar met tranen overstroomd gelaat tot hem op. „Dat,’heb ik ook niet, Gustaaf eigenlijk is mij dat la ter in de gedachte gekomenoorspron kelijk was ik slechts heel gewoon ja- loersch en heb alleen maar gemeend, dat je op Ditha verliefd waart geraakt, omdat zij in den laatsen tijd zoozeer in haar voordeel veranderd is. Het leelijke heb ik mij daarna eerst zelf wijs gemaakt; en datgene wat ik je gezegd heb, heb ik ook alleen maar 34) „Gustaaf!” riep zij smeekend uit, „zoo heb ik het volstrekt niet ge meend, bepaald nietik heb niets slechts van je gedacht; velen doen het zoo, ik weet het van Trien. „Maar ik niet,” zei hij somber zon der haar aan te zien. „Neen, jij niet,” riep zijnu weet ik het en ik zou het ook niet geloofd hebben, als niet alles in ons huis zij hield opde opgewondenheid snoerde haar de keel toe. „Ach. Gus taaf, zie mij toch eventjes aan!” I smeekte zij. Hij schudde het hoofd en I toen knielde zij naast hem neer zon der er op te letten, dat zij in de niand met veeren knielde. „Gustaaf!” smeékte zij snikkend. I „ik wil immers niet, dat je mij meer Hefhebt, maar verachten mag je mij toch ook nietIk kan er niets tegen doen; de lucht bij ons is vergiftigd, sinds tante Amalia met haar millioen aanwezig is wij zijn er allen ziek van, b’ mijn goede papa en de eerlijke Wal- demar, ja, ik geloof zelfs ook Frits Marokko. Van den stand der onderhandelin- gen is nog niet het minste bekend. De regeeringen willen blijkbaar zon der eenigen invloed van buitenaf hun weg gaan. Zelfs diplomaten die zeer goed met von Kiderlen Wachter en Cambon bevriend zijn, weten omtrent de onderhandelingen niets. Vooral de Fransche bladen zijn over die stil zwijgendheid niets tevreden. Niette genstaande de volkomen geslotenheid van de onderhandelende partijen we ten echter enkele bladen toch vrij precies de eischen van Duitschland aan te geven. Iedereen begrijpt echter dat aan der ge lijke berichten niet de minste waarde is te hechten. Vele Fransche bladen hadden hoop op een tusschenkomst van den Keizer, maar het was nogal begrijpelijk, dat van een tusschenkomst geen sprake kon zijn. Uit alles is echter wel op te maken, dat het met de onderhan delingen niet bar vlot. Niet onwaar schijnlijk zou het zijn, wanneer het ten slotte uitliep op een nieuwe con ferentie. Vooral Frankrijk is dit idee zeer gehegen. Het hoopt, dat de be sprekingen op die conferentie meer inttjn voordeel zullen uitvallen, dan waar thans kans op is. Volgens ^e laatste berichten moeten zelfs vrijwel op het doode punt zijn gekomem Daarmee zouden we in een nieuwen crisis gekomen zijn. Zoo zou dan bewaarheid worden wat een Duitsch blad onlangs na de redevoering van Asquith schreef. Het zeide heel ko miek: „De eerste crisis is voorbij! Leve de volgende.” Als een bewijs dat het met de on derhandelingen slecht gaat, wordt door sommige Duitscho bladen meegedeeld, dat de Rijkskanselier, die voor eenigen tyd naar Bad-Gastem zou gaan, zijn daar voor hem gehuurde woning heeft afgezegd, omdat hij voorloopig ónmo gelijk kon komen. Het Berl. Tage- blatt zegt echter, dat dit bewijs niet juist is, evenals de Weser Zeitung. Die beweert weer, dat de onderhan delingen, die eerst op het doode punt waren gekomen, thans weer zijn ge vorderd^ doordat men ze op een an deren grondslag voert. Er zou nu zelfs zooveel voortgang in gekomen, dat het einde der onderhandelingen nabij schijnt. Dat zou dan de reden zijn, waarom Gustaaf, die intusschen zijn verwar ring was meester geworden, „maar tijdens de wandeling viel hot mij in, dat ik nog een noodzakelijken brief had të schrijven en toen ben ik terug gekeerd.” „Ha zoo, je hebt dus met zooveel haast geschreven, dat de veeren in het rond vliegen?” Gustaaf lachtte. „Neen dat niet zooveel haast heeft de brief nu weer nietik heb met Mimi maar eventjes een dansje geprobeerd.” „Zoo, zoo nu daarvoor zal je maag moeten boeten, morgen, terwijl wij de eenden eten, zal jij danS9n dan spelen wij bij en wesp zei tante. O, doe dat niet asjeblieft, ik heb ijverig meegeplukt”, verdedigde Gus taaf zich. „Zeg ereis, pluk oen andoren keer liever niet mee,” hernam zij lachend; je medewerking is ©enigszins tijdroo- vend.” „U heeft mij diep gekrenkt, tante, ik zal heengaan en u mijn begonnen werk overlaten, zonder op het mede- werkersschap aanspraak te maken.” Hij ging heen en tante pakte de op den grond liggende eend op. gezegd om je te laten zien, dat je ongelijk hadt met mij voor een dom gansje aan te zien.” Met je wereldwijsheid heb je willen pronken? O, jou dom gansje!” riep hij uit. Zij keek hem zoo verheugd aan, alsof hij haar de grootste vleierij had gezegd. „Schenk je me vergiffenis vroeg zij bedeesd. „0, hoe goed ben je tochAls je eens wist, hoezeer het mij berouwt, dat ik ook maar een minuut slecht over je gedacht heb ach het berouwl mij zoo zeer „Beloof je mij, nooit weer zoo af schuwelijk over mij te denken „Nooit, nooit weer,” beloofde zij. „Ik heb er immers zelf zoo dooi» ge leden ach, lieve hemel, hoeveel nach ten heb ik om jouwentwille met huilen doorgebracht Nu stegen ook hem de tranen in de oogen en het kostte hem groote moeite den ernstigen, onderzoekenden toon te blijven aanslaan, waarmede hij voortging: „En zal je mij ook weer liefhebben, zoo schoon en heilig en vertrouw vol a’s eenigen tijd geleden in hét bosch toen Fnts met zijn bijen kwam en evenals op den appelboom, toen wij den orakelappel uit elkander gebeten hebben en evenals op de trap, toen ik een kustje van je stal PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 gewone regels met bewijsnummer f 0.55 Elke regel meer«0.10 Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend. Dienstaanbiedingen per plaatsing van 15 regels f0.35 bij vooruit betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames f 0.25 per regel. Groote letters en randen naar plaatsruimte.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1911 | | pagina 1