i n
1EHK te lellen.
E. Alter
racht 269'
AG,
EWAAR-
m
eskleeding.
f gedeelten
No. 11704.
Donderdag 2 November 1911.
50e Jaargang.
behalve Zon
en
Sïxxxxexxlaxxd..
Buitenlandsch Nieuws.
FEl ILLETO\.
D.A..
Bjjna Bezweken.
?isiaw
erk
eevoeders.
en. ^.d.-rrextea^.tieTol&.d. voox GroixcLa. ezx OxxxstreUsezi»
Verschij nt dagelij ks
LYZONEN
wing!
kkivw|gevi^g.
Telefoon Interc, 82.
E. ALTER
dit 269‘,
AG.
Feestdagen.
Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON. Telefoon Interc. 82.
SüLiten laxxdL.
o stad aan huis
(Naar het Duitsch.)
(Wordt vervolgd.)
Zn., Gouda.
Kanarie»
I, on 7i Ktor
ndermeel
voederkosten
40 en 5 kilo
BIJL,
lAART Lz.
GÜII1SIHE COURANT
IN VAN
E3f.
EEËN worden
in verzegelde
i vyf, twee en
i een Ned. ons
ling van Nom-
3, voorzien van
d Merk, vol-
t gedeponeerd,
de uitvoering
le orders aan-
j er nu van
ik inderdaad zou
»eda "*1
^druppels
a f 0,75.
geregeld tijdig
ontvangen van
i, vermakelqk-
dan in on*e
rmethode.
ïderfacriek
■HA.
Enkhuizen.
ir bij HH.:
Vjjdstraat.
Veerstal. M
&IXA9RUP-
Idig wordt na
ton van andore
i to brengen,
rootle doozen,
Vanning, doch
woord Kina-
ze fabriek af-
Jkmchtingkn WELKE GEVAAR, SCHADE of
HINDER KUNNEN VBROORZAKttN.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van GOUDA.
Gezien art. 8 der HINDERWET;
Doen te weten
Dat zij vergunning hebben verleend
H. P. Licpelt en zijne rechtverkrijgende!
lot het oprichten van
iierceel aan r - -
bekend Se.ctie l> No. 1998.
louw- en Wo-
Spieringstraat
Vergadering
tn Armenzorg.
8 uur Propa-
Jhr E. von
weerbaarheid”
rerseelvoer)
3 en 7a kilo
PRIJS VAN HET ABONNEMENT:
Per kwartaal If 1.25
Idem franco per post ,1.50
Met Geïllustreerd Zondagsblad1.50
Idem franco per post1.90
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauLange
Tiëndeweg 64, bij onze Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren
;oed.
’mADHES;
PRIJS DER ADVÏÏRTENTIËN:
Van 1—5 gewone regels met bewijsnummer f 0.55
Elke regel meer0.10
Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend.
Dienstaanbiedingen per plaatsing van 1—5 regels f0 35 bij vooruit
betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames f 0.25 per regel.
Groote letters en randen naar plaatsruimte.
Genoegen”, 8
itsvoorstelling
Kiesrechtdebat en Militiewet.
Men seint uit Den Haag aan Het
Volk:
Naar wij vernemen is de voorzitter
der Tweede Kamer voornemens hot
Kiesrechtdebat aan de orde te stellen
tegen 7 November. Mocht de Militio-
wet daij. nog niet zijn afgehandeld,
dan wil hij de Kamer daarvoor bij- x
eenroepen in het begin van Januarf.
door mij nietO. dat ik hem zoo ver
schrikkelijk kon miskennen I Doch,
waarom heeft hij me destijds niet ge
schreven Dan zou alles anders ge
worden zijn
„Misschien behoorde dat óók tot
Luitgart’s voorwaardon, antwoordde
Felix, die aan niets anders dacht, dan
aan de beloofde hulp. „Dus, ’t blijft
afgesproken, Lonaik kom overmor
gen.” Zij knikte toestemmend, daar
op zeide zei
„Laat mij thans alleen, Felix ik
moet nadenken.”
Lang drukte hij de hem toegestoken
hand aan zijne lippen.
„Gij geeft mij ’t leven wederI”
Toen hij het huis verlaten had, pérste
zij hare handen tegen de borgt, on
bleef zóó geruimen tijd onbewegelijk
staan.
„Om uwentwil, mijn eenig geliefde,”
fluisterde zij ten laatste, „’t Zwaarste
zal je bespaard blijven, door mij
HOOFDSTUK XIX.
Italië—Turkije.
Berlijn, 1 November. Ujt Kónstan-
tinopel wordt aan de National Zeitung
geseindNadat de Turken de Italianen
uit de forten Said, Mesri en Henni
hadden verdreven, zijn zij in de binnen
stad van Tripoli gedrongen. Er had
een buitengewoon bloedig straatge
vecht plaats, waarbij aan beide vele
dooden en gewonden vielen. De Tur-
borg het gelaat in de handen. „Wat
heb ik gedaan I”
„Gij zijt er schuldig aan,” vervolgde
hij, dat hem ook nog het laatste moet
treffen. Al mocht gij het ook nóg zoo
sterk bestrijden, het feit is niet te
loochenen Uw hoongelach hoeft mij
jn ’t verderf gestort 1”
Zij liet de handen langzaam van voor
haar gelaat glijden, en keök hem strak
in ’t gelaat.
„Elke misdaad moet geboet worden,
en ik weiger geenszins, mijn deel
daarvan te aanvaarden Werner mag
nooit vernemen, wat er is voorgeval
len, Felixhoort ge, nooit I Er
moet raad geschaft worden,, en
ik zal raad schaffen wees gerust.
Tot hoe lang hebben wij tijd? Tot
overmorgen Welnu kom overmorgen
bij mijl
nO, Lona!” riep hij, zijn hoop voe
lende herleven. „Gij wilt helpen pus
was mijne ingeving om tot U te snel
len, een gelukkige!”
„Misschien! zeker om Werner’s
wilI” zeide zij, en keek hem met een
vreemdsoortigen blik aan. „Later
kunt ge hem eens zeggen, dat ik het
deel der schuld, hetwelk ik onbewust
meegedragen heb, zoo goed geboet
heb, Als in mijn vermogen Door mij
zal hij niet ellendig wordenNeen,
harte bij elkaêr bofiooren, dat gij niets
met elkander gemeen hfcbt, geen pols
slag, gepn gedachte,.geen gevoel In
jou leeft het bloed onzer voorouders
gij kunt het oiet veriooqJieiMui, zelfs;
zoo je dat zoudt willen, on dat drijft
ie uit deze enge, klein-burgerlijke ver
houdingen, naar een menschwaaijflig
bestaan. Jij bent aristocrate van top
tot teen, en juist dAt is ’t, wat ik in je
bemin. Hij je man, wat is hij Zijne
geleerdheid wil ik hem itnmérs niet
ontnemen, maar dat is weinig genoeg
voor eene vrouw. Biedt hij je buiten
dkt nog iets, dat ja zou kunnen boeien?
Ik zie er niets van Aan mijne zijde,
Luitgart, zou je tot het Hof beh .oren
in onzen kring zou je eerst ondervin
den, wat het leven is. Je tegenwoor
dig bestaan doet mo denken aan een
keukenmeid, die in burgerlijke huizon
voor het fornuis staat, en eiken dag
opnieuw niets doet, dan koken on
braden. Maar dat is niets voor jou ge
voel je dat zelf niet beter? Jaagt je
dat idéé niet uitje tegenwoordige om
geving? Spreek dan toch Luitgart!”
„En als het zoo ware, wat helpt het,
er over te sproken, en - wat gaat het
jou aan?” vroeg ze, terwfil zo zenuw
achtig op hare lippen beet.
Engeland.
Een matroos, opgenomen in de ma-
rinebarak te Shotley in Suffolk, blijkt
aan longpest te lijden. Er is nog geen
ander geval voorgekomen Alle voor
zorgen zijn genomen om verspreiding
te voorkomen.
China.
De opstand.
Peking, l November. Bij keizerlijk
besluit is aan alle ministors op hun
verzoek ontshg verleend.
ken maakten een groote hoeveelheid
voorraad en munitie buit en maakten
talrijke gevangenen.
De Turken, onder overste Nesjad
bei, zijn in het bezit van de belang
rijkste punten van de stad. In de
straten wordt nog voortdurend ge
vochten. Vele Italiaansche soldaten,
die afgesneden waren van hun troepen
afdealingen hebben zich in de huizen
gebarricadeerd, waaruit de Turken hen
trachtten te verdrijven. De Italiaan
sche oorlogsschepen nemen met htm
kanonnen aan den strijd deel, maar
brengen den Turken slechts weinig
schade toe, omdat de hooge zee het
mikken bemoeilijkt. Nesjad bei hoeft
een nota gezonden aan den comman
dant van de Italiaansche vloot, om to
zeggen, dat hij niet kan instaan voor
de duizenden gevangen Italiaansche
soldaten, ingeval de Italiaansche vloot
de stad zou bombardeeren.
i Tripoli, 1 November. Een officier-
vlieger is erin geslaagd, om met goed
gevolg vier bommen, die met een
verbinding van picrine-zuur gevuld
WRTen, in het vijandolijko kamp te
Werpen.
Berlijn, 1 November. De Lokal-An-
zeiger bevat weer dagboekbladen van
den correspondent van de National
Zeitung te Tripoli, die van de $<?rate
dagen van het bombardement-indertijd
zoo’n boeiende schildering gaf. De
aanteekeningen zijn slechts van 23
en 24 October. Hij heeft niet veel
eerbied voor de krijgsmansdeugden der
lalianen en heel bitter veroordeelt hij
de talrijke terechtstellingen.
Steun voor de slachtoffer?,
De koning van Italië heeft Giolitti
100,000 lire doen toekomen voor de
gezinnen van de in den oorlog gewon
den en gevallenen en een zelfde som
aan het Roode Kruis gezonden. Ban
ken, spaarbanken en andere inrichtin
gen evenals particuliere personen
hebben' Aanzienlijke sommen gegeven
tot steun van de gezinnen van gevallen
en gewonden soldaten.
Frankrijk.
Het Buskruit-schandaal.
Reeds is gemeld, dat de enquête
omtrent het B-kruit in verband met
de ramp der Liberté zoowel voor
Maissin al» voor den door hem be
schuldigden Louppe, zeer örigunstige
resultaten heeft opgeleverd.
Volgens de Actipn nu, zou gecon
stateerd zijn, dat zekere grondstoffen,
voor de vervaardiging van het B-
kruit benoodigd, hrelemaal niet meer
in Frankrijk worden gefabriceerd, doch
uit Engeland en vooral uit Duitsch-
land moeten worden betrokken.
In geval van oorlog zou Frankrijk
gevaar loopen, om uit gebrek aan
grondstoffen de vervaardiging van
het B-kruit 4e moeten staken Dit
geval had zich i*eeds eenmaal tijdens
den JapanschRussischen oorlog voor
gedaan.
De monsterrol van de „Liberté”.
De gendarmerie-offioiaj’, die belast
is geweest met de identificatie van de
lijken der slachtoffers van de „Liberté”,
heeft aan den maritiemen prefect van
Toulon een ernstige klacht ingediend
over de wijze waarop door de haven
autoriteiten te Brest do rol van de
equipage over de „Liberté” is bijge
houden.
Het onderzoek, door den officier
ingesteld, moet uitgewezen hebben,
dat vier officieren en drie-en-dertig
manschappen te Brost op de mon
sterrol zijn geplaatst, die reeds lang
weder uit de sterkte zijn afgevoerd.
Aan den anderen kant stonden de
namen van 35 manschappen, die tot
de equipage behoorden, niet ,op de
lijst. Gedurende twee jaar heeft een
naam op, de rol gestaan van iemand,
die nimmer deel heeft uitgemaakt van
de equipage.
Uit het rapport volgt, dat bij de
ramp slachtoffers zijn gevallen, wier
namen men nooit zal te weten komen.
Het ongeluk te Nogent.
Aangaande het ernstig ongeluk het
welk te Nogent-sur-Seine heeft plaats
gehad, wordt nog het volgende nader
gemeld. De mouterij in aanbouw, was
een gebouw hetwelk reeds 48 meter
lang en 28 meter hoog was. Door een
nog niet geheel opgehelderde oorzaak
stortte het gebouw in, en werden 70
werklieden onder het puin bedolven.
De in allerijl uit Troyes ontboden sol
daten begonnen aanstonds met het
reddingwprk en konden na een arbeid
van eenige uren er in slagen 5 dooden
en 20 gewonden te voorschijn te bren
gen. Een drietal geneesheeren ver
leende de eerste hulp. Daar het red
dingswerk uiterst moeilijk bleek en
zeer langzaam vorderde, werden hon
derd artilleristen, alsmede een deta
chement genietroepen met materiaal
uit Versailles ontboden.
32)
Felix antwoordde niet, hij kreqnde
slechts.
„Maar dat is vreeselijk ontzet
tend riep zij, en sloeg de hapden
ineen, „dat mag niet gebeuren In der
eeuwigheid niet
„Hij heeft zooveel voor mij gedaan,
en hoe heb ik het hem vergolden,”
jammerde Felix. „Ook u heeft hij zich
ontzegd, Lona, terwille van mijne
ellendige lichtzinnigheid niet om
dat hij slecht en gewetenloos was, Gij
hebt hem verongelijkt, toen ge dat van
hem dacht.”
„Wat zegt gij daar vroeg zij, hem
verschrikt de hand op den schorder
leggend. „Be zon hem verongelijkt
hebben
„Ja I Ik had schulden gemaiakt,
Luitgart betaalde ze voor mij iten
koste zijner vrijheid, tegen zijn
wil.”
„O god, o god,” kreunde zij, en yer-
Een gouden feest in de dagbladpers.
De heer Benjamin Blok is vijftig
jaren in het vak vijf-en-veertig jaren
neeft hij gearbeid op de perstribunes
van ons parlement. Thans bewerkt hij
Kamerverslagen zonder zelf de zittin
gen meer geregeld bij te wonen. Nog
altyd is hij werkzaam, en met lust
en ijver. Een. grijsaard wol, een geest
die nauwelijks veroudert, doch die vol
ingenomenheid vertellen kan van don
ouden tijd. Want de oudsten nu, be
neden, heeft hij, daarboven op de
tribune der Kamer, zien komen. Van
Thorbecke, van den ouden Heemskerk
kan hij spreken als de man die •alles
heeft meegemaakt. Hoe vele „kabinet
ten” heeft hij aanschouwd, hoevele
ministers zien vallen
Van het oude Dagblad is hij tot den
einde een der krachten geweest. Sedert
1888 is hij verbonden aan hot Oor*
respondentie-Bureau.
„Rolf, Rolf, ik bid je, laat mijn arm
loö I” zei Luitgart half lachend, half
toornig, terwijl zij moeite deed, om
haar pols uit den greep des jonkers
te bevrijden. „Wat voor ipanieren zijn
dat, om mij op deze wijze tot een ant-
Te Utrecht is opgericht de vereeni-
ging „Museum voor ouders en opvoe
ders.” Doeldo voorlichting en samen
werking van ouders en opvoeders, de
voorbereidende opleiding van aan
taande ouders en opvoeders.
Voorzitter is Dr. J. H. Gunning te
Amsterdam, Secretaresse Mevr. Gand-
berg-Geisweit v. d. Velden.
woord te dwingen
„Zeg mij slechts, of ’t je niet be
rouwt, het oude kasteel te Dorneck,
voor deze akelige gehuurde kazerne te
hebben opgegeven. Wat ben je hier?
Een uit de duizenden de vrouw van
een geleerd man, die ’t nauweijks noo-
dig acht, zich om je bestaan te be
kommeren, en dék" waart ge mees
teres, de éénige waarop aller oogen
gericht waren.”
„Wolk plezier kun jij
hebben, neef, zoo ik :r..
bekennen, dat ik reeds lang heb inge
zien, dat ik een domme streek be
gaan heb Wordt het daar beter
door
„Dan zou ik eerlijker tot je kunnen
spreken, Luitgart.”
„Geneer je niet,” zqide zij, hem
nieuwsgierig aanziende: „Wat heb je
mij te zoggen, Rolf?”
„Dat ik je liefheb, Luitgartdat ik
Dorneck, met al wat erbij behoort, aan
je voeten zou willen leggen, indien je
vrij waart."
Hij had hare tengere leest omvat, en
wilde, haar aan zyn borst drukken.-1-
Snel ontglipte zij hem.
„Ik ben echter niet vrij, Rolf.”
„Wat belet je dan, om het te wor
den Houdt je mij voor blind, dat ik
niet zie, hoe weinig jij en je man van I
aan
r- Jn
eenc shgerii in het
iierceci aan ‘!e Kaam No, 198 kiulaatraal
bekend Se.ctie l> No. 1998.
Gou la, den 2n November 1911J
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
R. L. MARTENS. 1
De Secretaris,
BROUWER.
De internationale positie van
Duitschland.
De Duitsche regeering heeft in de
Kölnisohe Zeitung eenige dagjon ge
leden een stak gepubliceerd, al thans
laten publiceoren, waarin het einde
van de Fransch-Duitsche onderhande-
lingen over de Marokkaansche kwestie
wordt aangekondigd en tevens een
overzicht wordt gegeven van wat er
in de laatste zes jaar over Mdrokko
in de Duitsche politieke wereld is te
doen geweest.
Eén ding treft in deze beschouwin
gen en dat is het absolute stilzwijgen
dat de Duitsche regeering bewaart
over de internationale verhoudingen
in die jaren. De positie, die Duitsch
land de laatste zes jaar in Europa
inneemt, is niet verbeterd. N^ het
Fransche optreden in Marrolcko is
Duitschland in 1905 plotseling ook
opgetreden. Dit verontrustte Frankrijk
zoozeer, dat de bekendemi nister uif die
dagen, Rouvier, geneigd was Duitsch
land vrij aanzienlijke materiee^e en
positieve voordeelen te verleenen.
Prins von Bülow meende ëchter
beter te kunnen doen en liet hpt op
de conferentie van Algeciras aan
komen. Het resultaat ervan waa bijna
niets, althans veel minder daln de
voordeelen, die minister Rouvier had
gewaarborgd. In een ander opzicht
was de conferentie voor Dujtgch-
land een nog veel grooter échec.
Eén van de hoofdmotieven die Prins
Bülow er toe hadden geleid, om het
op de conferentie te laten aankomen,
ie“, 8 u. Ver-
iraadu. Open-
H. Schutjes.
jiefdajligheids-
ren door het
insemble.
Genoegen” 8
island, Cyrano
was, dat hij hoopte op oen verzwakking
van het Fransch-Engelsche verbond.
Het tegendeel is gebleken. De en
tente is hechter geworden dan ooit,
en Frankrijk heeft zich gehaast op
militair gebied de gelijke, zoo mogelijk
de meerdere te worden van Duitsch
land. Dezelfde minister Delcassé, die
in 1905 het gevaarlijke Marokko-inci-
dent had uitgelokt, werkt thans met
alle kracht aan de Verbetering van de
Fransche vloot en bij het tweede Ma
rokko conflict is de Duitsche regeering
al niet veel beter gevaren. Toen de
tocht naar Fez was begonnen, heeft
Duitschland de Fransche regeering
doen weten, dat het zich tegen dien
tocht niet zou verzetten, doch dat het
zich dan ook niet langer gebonden
achtte aan de acte van Algeciras. De
Fransche regeering heeft toen beslo
ten aan Duitschland voorstellen te
doen tot schadevergoeding, en de
onderhandelingen daarover schijnen op
dit oogenblik zoover gevorderd, dat
een afwikkeling binnen enkele weken
misschien enkele dagen, is te wachten.
Het Duitsche volk heeft echter van
den afloop geon al te groote verwach
tingen. Het is bekend genoeg, dat het
de regeering verdenkt, niet krachtig
genoeg voor de Duitsche belangen te
zijn opgetreden. Heeft de Duitsche
regeering een mogelijk verzet nog ge
vreesd
Het schijnt wel zoo, althans het
heeft in zijn officieuse mededeeling
een slag om den arm gehouden en
zegt zoo te midden van het stuk dezen
bijzonderen zin „We zullen trouwens
laten zien, of de schadeloosstelling, die
ons gegeven is, voldoende is.”
Bij oen al te heftige critiek heeft
dus de regeering een slag om den
arm gehouden om op een’zeker mo
ment altoos de schadeloosstelling on
voldoende te noemen.