nmg. :p-A I I UIS maagd inning. QHT tbussen, les, enz. te geven tijd door I; i H| Maandag 6 November 1911. 50e Jaargang. No. MW7. Paradijs Verschijnt dagelijks f ZEixxtexi land. FEUILLETON. Bijna Bezweken. nagazijn, O - ülOlIll Telefoon Interc. 82. ISri.e’vx-TTrs- ezx «^.cL’vextexx'tï.e'blsucL voor Q-ou-cLa. ezx Oxaa-stxeniEearu t>eh.alve Zon- en Feestdagen. Uitgevers A, BRINKMAN EN ZOON.Telefoon Interc. 82. I I ^OaaRt en strijèt. Li' (Naar het Duitsch.) 34) 1’ (Wordt vervolgd.) illandia, 8 uur, srl. Vereen, tot Dranken afd. van prip enz. iet Bureau van li in de helft 9 voor de helft aan groene B. ct> dat Uw Uw handen sn Uw leven I verheid van haar alleen oor het <an kostbaar fijne kant. Bij de algemeene beschouwingen over de Gemeentebegrooting 1912 is door ’t a.r. lid van den raad, den heer Kolijn oa. gezegd „dat de R.-K medeburgers door hun zielenaantal een zedelijk recht hebben op meer dan één enkelen vertegenwoordiger in dezen Raad. „Waar de gemeentelijke fiscus over hunne draagkracht beschikt, is het niet recht, minst genomen zeer onbillijk een belangrijk deel der burgerij onmondig te verklaren en feitelijk is de toestand niet anders te constateerenhet ware verblijdend te noemen als eerlang hierin verandering zou komen. „Men kan mij toevoegen dat dan ook anderen aanspraak kunnen doen gelden, dit wordt door mij dan ook allerminst ontkend, zelfs aanvaard, zijnde het logisch ge volg van mijn standpunt aangaande de evenredige vertegenwoordiging. De tijd zal ook leeren dat deze toestand met het beheer van Gouda niet te bestendigen is. „Thans rest mij persoonlijk niets anders dan een protest tegen de samenstelling van dezen Raad.” PrachtigAls voorstander van evenredige vertegenwoordiging pro testeert dit geachte raadslid tegen de samenstelling van den Raad, zooals dif thans is. Blijkbaar is hetgeen door den heer Kolijn in den raad irf het midden is gebracht door geen der leden au sérieux genomen, daar niemand zich bij het gesprokene aansloot of wel het heeft bestreden. Over deze quaestie is i n den Raad ook niet te debatteeren. Nu echter het gesprokene is ge publiceerd, is het wel gewenscht een andere meening tegenover dat „pro test” te doen hooren. )ns Genoegen u, jart- en Kaart- De Chineesche opstand. De Chineesche opstand heeft voor de regeering een zeer ernstig verloop. Een groot gedeelte van China is in opstand en dreigt de dynastie te zul len verdrijven. Maar nog erger is, dat een groot deel der troepen de zijde van de opstandelingen hebben geko zen, ja zelfs de Nationale Vergadering is op de hand (der oproerlingen. De toestand is zoo ernstig, dat zelfs de regeering blijkbaar geen uitweg meer ziet. Zij heeft de door haar gehate IJo.ean-Sji-Kai teruggeroepen, nadat zij hem drie jaar heeft verbannen. Hij was in de oogen van het toen- maligen bestuur een te gevaarlijk man. Voorstander van hervormingen op so ciaal gebied stond hij de regeering in PRIJS VAN HET ABONNEMENT: Per kwartaal f 1.25 Idem franco per post1 >50 Met Geïllustreerd Zondagsblad .1.50 Idem franco per post 1.90 Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons BureauLange Tiendeweg 64, bij onze Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren GOUDSCHE (IIHU\T. PRIJS DER ADVERTËNTIÊN: Van 1—5 gewone regels met bewijsnummer f 0.55 Elke regel m§er0.10 Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend. Dienstaanbiedingen per plaatsing van 15 regels f0 35 bij vooruit betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames f 0.25 per regel. ,Groote letters en randen haar plaatsruimte. ns Genoegen”, t- en Operette- in van Laar. otterd. dijk, 2 u. )Iympia—RVC, oegenu, 8l/2 uur Ijart-Club „Ter f geregeld tijdig bntvangeh van »n, Vermakeltjk- danin ortëfe nie“, 8 u. Ver- ;eraad“. Open- H. Schutjes. 8 uur, Openb. bh.-vereeniging. Liefdadigheids- >ven door het Ensemble. s Genoegen” 8 testend, Cyrano onbekend, het is door hem althans wel eens uitgesproken dat de leden van den raad zijn de vertegenwoor digers der geheele burgerij, niet van bepaalde groepen daarvankrachtens ^un eed moeten door hen de alge meene belangen worden behartigd. Wat is dan de oorzaak dat in Gouda’s raad slechts één zetel door een R.-K. wordt bezel? Wij willen .thans niet aanhalen de jongste verkiezing waarbij het tweede R.-K. raadslid het veld heeft, moeten ruimen voor den candidaat der anti revolutionairen. Wij noemen deze verkiezing alleen, ten bewijze, dat tusschen woorden en daden inzake evenredige vertegenwoordiging nog al verschil bestaat. De oorzaak van dien enkelen zetel heeft een diepen grond. Vooral aan R.-K. zijde doet meft het vaak voorkomen dat er door de niet-Roomschen een haat wordt gekoesterd tegen al wat Roomsch is, dat er bestaat een anti-papistisch ageeren. Herhaaldelijk hebbeft wij het tegen deel daarvan bewe§j$. Er bestaat bij de vrijzinnigen geen antipapisme tegen de R.-K. kerk als zoodanig. Elk kerkgenootschap heeft rec^t van bestaan en elk vrijzinnige eischt vrij heid van geweten voor ieder, ook Roomsch-Katholieken. Het is door de R.-K. ook erkend dat het rechtvaardigheidsbeginsel van het liberalisme ook hen ten goede voor is gekomen. Maar de R.-K. Kerk, niet tevre den met haar terrein, waar zij vol komen vrijheid geniet evenals elk ander kerkgenootschap, heeft zich gedrongen op het gebied van dén staat en de maatschappij, waar zij haar macht wil doen gelden. En teneinde meerderen invloed te krijgen heeft de R.-K. staatspartij zich gecoaliseerd met groepen, die krachtens hun be ginsel lijnrecht tegenover haar moes ten staan, doch die in het partijver band meeloopen op hope van winst. In de allereerste plaats dan willen wij 'er op wijzen dat het standpunt van evenredige .vertegenwoordiging niet specifiek antirevolutionair is. Voorstanders daarvan bevinden zich zoowel bij <je rechter- als bij de' linkerpartijen. .Vergissen wij ons niet dan is het nog maar kort geleden dat in de naburige gemeente Ouderkerk a/d Llssel bij de verkiezing van drie leden voor den gemeenteraad, noodig geworden ter uitbreiding van het aantal raadsleden door verroeerde- ting van bevolking, dat de anti revolutionaire meerderheid zich be ijverd heeft om nog meerdere zetels door antirevolutionairen te. doen be zetten. Staat deze verkiezing in het teeken van evenredige vertegen woordiging Merkwaardig is ook het feit dat in de Provinciale Staten voor het district Gouda zes rechtsche leden zitting hebben. Wanneer nu in 1913 door aftreding van 3 leden een nieuwe verkiezing moet plaats Jiebben, dan zal de consequentie van den heer Kolijn moeten meebrengen dat deze zal moeten protesteeren tegen een nieuwe afvaardiging dier leden voor dit district. De vrijzinni gen moeten alzoo steun ontvangen om die zetels door afgevaardigden der linkerzijde te doen bezetten. Of is de heer Kolijn van meening dat voor het district Gouda in het Staten- College geeh man van links krachtens evenredige vertegenwoordiging be hoort Wij zullen zien wat 1913 brengen zal in het Staten-bestuur Er is door den heer Kolijn ge wezen op het zedelijk recht der R.-K. medeburgers op meer dan één vertegenwoordiger in den Raad. Daarmede is dus gezegd dat de andere raadsleden vertegenwoordi gers zijn van andere groepen der burgerij dan van de Roomsch-Katho lieken. Het is den heer Kolijn toch niet De deur werd geopend eu Lftmm- chen trad binnen. „Dag heer Professor, dag Felix,” riep hij, en keek met verbazing naar den rommel, die over den vloer ver spreid lag. „Wat voer je uit?” „Hij is van plan, op reis gaan,” ant woordde Werner, zijn broeder een wenk gevend. „Hij denkt, dat het in ’t vrije, arbeidzame Amerika ook hèm zal gelukken, de oude sleur vaarwel te zeggen, en een degelijker mensch te worden. De lucht hier deugt niet meer voor hem.” „Is dat waar?” vroeg Lamrachen verbluft, zijn hoed ia de hand rond draaiend. „Ga je weg „Ja! Morgen ga ik naar Hamburg, en daar aan boord.” „Wanneer denk je terug te komen „Zoo mogelijk over een jaar. Maar eerst zal mijn naam over de Oceaan tot hier klinken, en niet onbekend, doch met roem beladen, wil ik naar naar ’t vaderland terugkeereu. Tot nu toe gevoelde ik de kracht daartoe wel in mij, maar de ware ernstige wil onbrak nog, en die is thans ontwaakt „Mensch, jij wilt werkelijk en waar achtig heengaan riep Liimmchen getroffen, en legde zijn beide handen op de schouders van .den vriend ter wijl hij hem lang in de ooflfen keek. „Over wie heb je ’t, lieve vroeg de Professor nieuwsgierig. „Over wie anders, dan Luitgart Helmbrecht Hare oogen gloeiden in haar hoofd, hare wangen waren vuur rood, en ze wipte als ’n eekhoorntje heen en weer, ’t Geheele huis was m rep en roer. Mijnheer de Professor was echter nergens te zien, en zijn kamer was als uitgestorven.” „Ik gun ’t hem van harte,” zei Kurzmichel nijdig. „Hij heeft me nog pas door zijn brochure mijn geheele dissertatie bedorven, en toch had ik gelyk. Wanneer ’tgeld zijner vrouw hem niet meer tot piëdestal dient, zal hij ook wel niet meer zoo tot in de wolken verheven worden, waarop hij zich altijd zooveel liet voorstaan.” ^„Luitgart waa blijkbaar niet erg met mijn visite in haar schik, maar eer had een romynsch gladiator het strijdperk verlaten, dan dat ik niet op haar ver* den weg. Een regeering als de Mant- sjoes in China hebben gevestigd kan geen hervorming willen. Wel scheen de laatste jaren Prins Tsjoen de vader van den tegenwqordigen vijf-jarigen keizer iets voor hervormingen te voe len, maar dat was slechts iets en dan nog alleen noodgedwongen. Hij voelde het incorrecte van de Mantsjoeregee- ring. Hij wist de uitzuigingen van het volk door de ambtenaren, (maar hij miste den moedj met dit stelsel open lijk te breken en een IJoean-Sji-Kai was hem te revolutionair en nog meer te machtig. Diens aanhang vooral in Noord-China nam^lmet den dag toe. En thans is de Chineesche regeering genoodzaakt diezelfde IJoean-Sji-Kai terug terug te roepen en hem bij voorbaat al te benoemen tot elke be trekking, die hij maar hebben wil. zelfs al wilde hij een geheele nieuwe scheppen.J’rEersl heeft hij naar Chi- neesch gebruik geweigerd, maar thans is hij besloten zijn diensten het rijk aan te bieden. Het moet een vleiende gedachten voor dezen „schuldig-ge- noomde” zyn, thans te weten, dat het lot der Mantsjoe-dynastie in zijn han den ligt. Waren de omstandigheden minder ernstig geweest, waarschijnlijk zou hij nog wel gewacht hebben, een benoeming te aanvaarden, maarlJoean- Sji-Kai begreep, dat de zaken ditmaal anders stonden. Hij wist zeer goed aan welke intriges hij in Poking was bloot gesteld, die zouden in elke omstan digheid hem ongunstig hebben kun nen worden, n.l. dan wanneer do kei zerlijke familie zich had laten bepraten )m den almachtige weer te verwijde ren en dat juist durft zij dezen koor niet. Zonder hem is er voor haar geen uitweg meer. Toch heeft hij gemeend, voor mo gelijke valstrikken zich te moeten be hoeden. Allereerst hebben de vrienden van IJoean-Sii-Kai in de Nationale Vergadering den minister van Spoor wegen ten val gebracht. Zij eischten zijn direct aftreden en binnen eeib dag was hij van zyn ambt ontheven. Dat zijn leven is gespaard gebleven, heeft hö slechts te dankeq, aan dc tuBschenkomst van de Europeesche gezanten. Verder heeft IJooan-Sji- Kai het minister-presidenschap aan zich getrokken, daarmee prins Sjing verdringend. En ten slotte fieeft hij zich een persoonlijke lyfwacht bezorgd van 12000 man. Thans zal hij onderhandelen met den reeds uitgeroepen president van de Daarop greep hij den Professor bij den arm, voerde hem naar een afgelegen hoek der kamer, en fluisterde: „Hij vertrekt dus, heer profesaojr. Wat dunkt u ervan, als iemand met hem mééging, die ’t van ganseber harte goed met hem meent, die, om zoo to zeggen, zyn geweten is. U weet, Felix is een weinig nalatig. Wanneer hij echter uit deze omgeving zal zijn, dan kan er nog eens iets goeds van hem komen, vooral wanneer hij een onver moeibare vermaner bij zich heeft, on als welnu ja, heer Professor als ik die vermaner zou zijn.” „Hoe U zoudt om zijnentwille meë naar de Nieuwe wereld gaan, mijn heer Fischer?” vroeg Werner verbaasd, „alles willen opgoven, wat gij u hier vqrworven hebt? Dat kunt u geen ernst zijn.” „Zeker, zeker, heer Professor. U weet, dat ik schapen schilder, en scha pen zijn er overaldat is een motief, dat in de heele wereld geldig is. Of ik echter Duitscho of Amerikaansche schapen schilder, blijft, denk ik. het zelfde, en sedert mijn oude vrouw in ’t Schwarzwald er niet rqeer is,” „kftn ik gaan waar ik wil. Dus Professor trek gewacht had. Leonhard kreeg een erg koel kusje op ’t voorhoofd ’t arme kind zag er angstig en schuch ter uitdaarna kwam de onafscheide lijke jonker óók in reiscostuum en ge leidde zijn nichtje de trappen af. „Hij wil mij naar ’t staton brengen,” zei ze tot mij, en zeurde nog iets van een plotseling ziek geworden tante. Na tuurlijk geloofde ik haar geen woord, en ’t is een feit, dat ze alleen wegreden, zonder dat de Professor naar huis kwam, en je moogt zeggen wat je wilt, ze komt niet terug, en er is zeker een schandaal voorgevallen.” „Ik zeg niets anders, dan dat aan dat trotsene volk recht geschiedtze hebben in den laatsen tijd bijna niet met ons opgehouden.” „Nuzij had den vlasharigen hof jonker, die eiken dag andere hand schoenen droeg, en de Professor waar schijnlijk die blondine. Je weet immers, hoe dat gaat. De kruik gaat overal zoolang te water tot ze breekt, en je kunt me g’loven Kurzmicheldaar is ze gebroken.” Deze keer had Mevrouw Eufeumia goed gezien. Luitgart was er voor goed van door. En terwijl zij hare echtelijke woning ontvluchtte, zat Werner met zijn broeder in het atelier, en was hem bij ’t inpakken be hulpzaam. „De Ariadne blijft jouw eigendom,” zei Felix, keerde de tegen den muur staande schilderij om, en liet het volle licht erop vallen. „Als ik teruggekeerd ben, en je ge lukkig aan hare zijde vind, dan zal ik myn schuld als ten volle geboet be schouwen.” Een zalige lach gleed over Werner’s gelaattoen keek hij den jongere ern stig in de oogen, en zeide „Maar jij?” „Ik heb haar hartstochtelijk bemind, met al het vuur van myn kunstenaars hart. Maar, na deze ontzettende laat- sten tyd, is dat gebluscht en vergeten. Een troostend gevoel van vreugde, be zielt me, als ik mij u, die elkander zoo waardig zijt, vereenigd voorstel. Zeg aan Lonar dat ik thans slechts het kalm gevoel eens broeders voor haar koester, en dat zij me eens als liefde volle zuster zal begroeten. Waarlijk, Werner, ik ben niet zoo karakterloos, als je na de laatst opgedane ervaring zoudt mogen denken de oude, eeuwig onwankelbare liefde is weêr in mij ontwaakt, en deze keer zal ik haar behouden, en harer waardig blijven. Weet je, hoe mijn oude geliefde heet De Kunst, de Muze En trouw aan htór, is van nu af aan mijn leus.” Tegen dat streven naar macht, tegen de heerschappij van de R.-K. Staatsmacht gaat het verzet van ieder die vrijzinnig denkt. Waar ook in deze gemeente de coalitie werkt tot het verkrijgen van gemeenschappelijke macht allereerst, daar wordt der vrijzinnigen strijd om de zetels in den gemeenteraad niet gevoerd om macht, maar daar gaat de strijd om paal, en perk te stellen aan het opdringend clerica- lisme, dat tot doel heeft overal de alleenheerschappij in handen te krijgen. Thans bestaat in den gemeente raad daarvoor nog geer, gevaar. Maar daarom is het te meer ge boden het gevaar te voorkomen en pal te staan voor datgene wat het vrijzinnig .beginsel eischt. Op grond daarvan zal van vrij zinnige zijde geen steun kunnen worden verleend voor meerdere R.-K. raadsleden, daar deze, hoe achtenswaardige personen vaak ook, toch een deel vormen van de R.-K. partij, van de coalitie, waartegen de vrijzinnige den strijd Voert. Het protest vau den heer Kolijn weerklinke den vrijzinnigen in de ooren als een „waakt en strijdt!” Bouw- en Wo- Spieriligstraat ir Vergadering ran Armenzorg. Réunie”, 2-^b azaar van de idelt”. 8 uur Propa- Jhr E. von i weerbaarheid”

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1911 | | pagina 1