GLAZEN,
I
'risïa w
No. 11788.
behalve Zon-
Verschijnt dagelijks
en
Tweede Blad.
KENNISGEVING.
JAXSKEBk
I
Zaterdag 10 Februari 1912..
DDE.
Janskerk, der
■keningen enz.
ABETH,
veevoeders.
KHAMM,
Telefoon Interc. 82.
50e Jaargang.
£Tiexx"ws- ezx ^-cL^rextexxtie'bls-d- voor Gro-kxd.se exx Oxxxs'trsZbcexx.
Feestdagen.
Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON. Telefoon Interc. 82.
8TATEN-GENERAAL.
ons Parlement.
Een week
debat zullen
Het kind
Jriükman Zn.
f
r beroemde
erkgdazen
Sunie”, 8 uur,
rawenkiesrecht.
e Salomons.
j geregeld tijdig
ontvangen van
en, vermakelijk-
i dan in onze
Kanaries
13, en */i liter
PRIJS VAN HET ABONNEMENT:
Per kwartaal
Idem franco per post
Die menschen kregen nul op
--l lu j_
tweede aanvrage zelfs Jjoelemaal
antwoord. En toen kwam
kbord”, 8 uur,
ersvereeniging,
dhr. J. Fryda.
moegen“, open-
A. P. Spreker
s
RICHT DER
noegenu, open-
P. Spreker de
>r.
8 uur. Feest-
;ezelschap „Ju-
merk
'e van Beeldende
tder, Architect en
van Bouwkunde
t.
'JENT.
itgevers, Gouda
lermethode.
oeder fabriek
I8IA.
Kokhuizen.
aar bij HH.:
Wijdstraat.
D, Veerstal. J|
f 1.25
150
Met Geïllustreerd Zondagsblad „1-50
Idem franco per post1 90
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Lange
Tiendeweg 64, bij onze Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren
De BURGEMEESTER van GOUDA
brengt bij deze ter kennis van de belang
hebbenden, dat door den Heer Directeur
der Directe Belastingen enz. te Utrecht op
den 8sten Februari 191» executoir is ver
klaard
Het Kohiêr no. 11 der Pemneele Be
lasting, dienst 1911.
Dat voormeld Kohier ter invordering
is gesteld in handen van den Heer Ontvai.-,
ger, dat ieder, die daarop voorkomt, ver
plicht is zijnen aanslag op den bij de Wet
bepaalden voet te voldoen on dat heden in
gaat de termijn van zes weken binnen welke
de reclames behooren te worden ingediend.
Gouda, 10 Februari igiz.
De Burgemeester voornoem 1,
R. L. MARTENS.
GOUDSCHE COIIRANTT
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 gewone regels met bewijsnummer f 0.55
Elke regel meer0.10
Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend.
Dienstaanbiedingen per plaatsing van 1—5 regels f0.35 bij vooruit
betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames I 0 25 per regel.
Groote letters en randen naar plaatsruimte.
Het schijnt bij de Grond wetsher
ziening op een schoolstrijd aan te
gaan. Prof. Woltj’er, de hoogleeraar
aan de zich „vrij” noemende univor-
siteit, heeft het sein gegeven en mi
nister Heemskerk nam ’t geheel over.
Het liberalisme had op schoolgebied
gefaald, decreteerde de heer Woltjer.
De libera’en hadden de vrijheid ver
zaakt. Het liberalisme had in breede
kringen nooit wortel geschoten (juist
•zooals het clericalism©, professor 1), de
ware en onpartijdige vrijheid was nog
altijd do hoeksteen der rechtsche po
litiek. En rechts mocht niet rusten
voor het bereikt was, het ideaal van
dr. Kuyper, de regelde bijzondere
school regel, de openbare aanvulling.
En de Premier vond dit „magis
traal” gezegd en zette er zijn stempel
op. Dat alles kon niet zoo dadelijk
gebeuren en dat was maar goed ook.
De Grondwetsherziening kwam nu aan
de orde en daarbij ook het onderwijs.
En de Premier hoopte nog altijd „het
beste” van de liberalenvoor hen zou
het een „onsterfelijke oer” zijn als zij
alsnog tot de erkentenis zouden kun
nen komen dat de wenschon van
Rechts billijk zijn en dus dienen te
worden ingewilligd.
Een „onsterfelijke eer” voor ons,
liberalen, en een even „onsterfelijke’’
winst voor hen, kerkelijken, dachten
wij, toen wij den Premier zoo hoor
den. De vrijzinnigen mogen zich nog
wel eens bedenken, voor zij naar die
eer gaan streven.
Wat uw tegenstander u als een eer
opdringt, dient altijd met eenig wan
trouwen aanvaard niet om u w voor
deel, maar om het z ij n e is het hem
toch te doen.
En wij concludeeren dat Heemskerk,
die zich zoo onschuldig kan voordoen,
hoe langer hoe moer zich ontpopt als
even clericaal als Kuyper. Kuyper deed
’t openlijker, Heemskerk kalmor-aan.
Ons dunkt, het wordt tijd om
Heemskerk meer in de gaten te gaan
houden 1
hoofdjes zal geschikt maken voor be
trekkingen of examens, liefst zonder
dat zij er thuis last van hebben. De
onverstandigste ouders maken het den
onderwijzer persoonlijk soms het moei-
lijkst. Zij beoordeelen het onderwijs
met den maatstaf der betrekkelijke
onwetendheidbemoeilijken den mo
dernen paedagoog als deze in het be
lang der groeiende kinderhersens ten
koste van zijn eigen kracht en gemak
het onderwijs zóó inricht dat de kin
deren buiten de school zooveel moge
lijk vrij zijn van gedwongen school-
takken. Zij toonen zich soms in hun
verkeerd begrepen ouderliefde op mis
plaatste wijze gekrenkt, en beseffen
niet dat de onderwijzer eigenlijk een
zedelijk acrobaat moet zijn om dag
aan dag, uur aan uur met gelijke
opgewektheid tegen zijn taak te zijn
opgewassen.
Kwistige opvoedingsfouten moeten
door ernstige menschen immer ge
wraakt. Systeemfouten moeten immer
gecritiscerd om tot herziening aan
leiding te geven. NAAst deze negatieve
plichten van den ernstigen, tot oor-
deelen bevoegden ouder staan echter
andere, positieve plichten zéér voor
name on veel opwekkonder plichten
die de ouder gelijkelijk jegens het
kind en jegens den onderwijzer heeft.
De ouder heeft in den onderwijzer en
in den Iceraar te zien bondgenoot
en zijn grooten helper tegenover het
kind, en den wegbereider der beschaving
tegenover de monschheid. De ouder
heeft het voor onderwijzer en leeraar
nog al' te zware levenspad te helpen
effenen. En dit niet uitsluitend door
naar zijn vermogen, als mensch, als
burger, als kiezer, mede te werken tot
steeds voortgaande verbetering van
de financieele positie van leeraren en
onderwijzers ,maar minstens evenzeer
door hun maatschappelijk en geestelijk
in de samenleving ten volle de plaats
in te ruimen die hun toekomt, zullen
velen van hen zich niet gedrukt, ge
ïntimideerd voelen.
Heeft een onderwijzer niet altijd de
beschaving en de algemeene ontwik
keling die hem alle deuren opent?
Dan moet daarin verandering komen.
Dan behooren wij ouders, aan te drin-
gen, op verbetering van vakopleiding,
vooral in de richting van algemeene
ontwikkelingop de inrichting van een
voldoend aantal model-kweekscholen.
Dan behooren wij er niet langer ge
noegen mee te nemen, dat aan on-
mondigen, aan geestelijk nog maar half-
rijpen, onderwijsbevoegdheid wordt
gegeven.
Dan behooren wij den ernst in te
zien van het onderwijsambt. Als wij
ouders naar dit inzicht handelendan
zal kunnen groeien de schare van
mannen en vrouwen die zich bewust
zijn dat zij bij het onderwijs niet een
„baantje” maar een „roeping" vervul
len. Dank, dank aan de mannen en
vrouwen van het vak, die ons reeds
getoond hebben, wat goed onderwijs
zijn kan
Dank en waardeering voor het goede
dat reeds dAAr is, dat moet de klank
zijn die door alle critiek critiek
van het systeem vooral heenklinkt
tot het hart der onderwijswereld 1
L. BELINFANTE-Ahn.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Vrijdag 7 Februari.
Voortgezet wordt de behandeling
van de begrooting van
Binnenlandsche Zaken.
De heer van Wassenaer van Rosande
dringt aan op spoed bij de zeer noodige
verbouwing van de Technische Hooge-
school, en hoopt dat de minister er
in slagen moge een bouwfonds te
stichten.
niet,
standi^
meeval
EERSTE KAMER.
Algemeene beschouwingen, Justitie,
Marine, Binnenl. Zaken. Een week
vol bonte afwisseling.
Het politiek dehat stond niet hoog.
Als mr. van Nierop er niet geweest
was om Kolkman’s financiekunst on
der de loupe te leggen, dan ware het
heelemaal beneden het peil van den
Senaat geweest. Bij het financieel
debat zullen we niet lang stilstaan,
liet voornaamste resultaat er van is,
dat Kolkman al zijn belastingwetten
wenscht binnen te krijgen, dus ook
de Tabaksbelasting en ook het Tar ief
Voor het overige een politiek debuut
van den heer ^an Pallandt, iemand die
tot dusver meest door zijn mooie kleedij
de aandacht trok en die nu plotseling
zich ontpopte als trouw aanhanger
van dr. Kuyper. Het was als politiek
debuut verre van fraai, maar het was
het aardigst van heel het debat. Het
geheele Kuyper-lijstje werd afgelezen:
bijzonder onderwijs, staatsloterij, pre
dikantensalarissen en Zondagsrust. En
punt voor punt lichtte de jeugdige
edelman toe, in allen ernst. Nu, hij
heeft er een pluim voor gekregen in
De 8 t a n,d a a r d Voor het overige
zal hij met weinig genoegen aan zijn
stout stukje terugdenken. De Premier
heeft hem letterlijk gekraakt en toen
van Pallandt probeerde met een hoogst
vrijmoedig repliekje zijn figuur te red
den, kreeg hij er nog meer van langs.
En dat alles ging over zijn onschuldig
hoofd heen naar den grooten man,
die ook hem geïnspireerd had, naar
den van God gegeven leider.
Wij hoorden Heemskerk nog nooit
met zoo veel kracht van zich af trap
pen, naar dien kant. Het moest nu
maar eens uit zijn daarop kwam
het neer. Dergelijke critiek was on
billijk, was een politieke fout en de
Regeering zou er dan ook niet het
hoofd voor buigen of uit den weg
voor gaan. De heer van Pallandt,
pardon dr. Kuyper, kon ’tzich voor
gezegd houden.
Van Pallandt had geschermd met
het loterij wetje—Kuyper-Harte en met
het vaccinewetje van Kuyper. Ja,
repliceerde Heemskerk nuchter weg,
maar indienen is nog niet tot stand
brengen en van een coalitie-ministerie
zijn zulke wetjes na de opgedane er
varing niet te vergen. De broederen
weten ’tnuvan afschaffing der Staats
loterij (die ton gouds opbrengt)
is geen sprake meer; zij zullen zich
hebben te troosten, desnoods met
een twintigje 1
Aanteekening verdient nog, dat de
heer van Pallandt bedelde voor de
inwoners van het Overijselsche vlek
De Krim, waar de weldoener der Her
vormde Gemeente overleed en men
nn zijn predikant niet meer kon be
talen. 1
hun request bij de Regeering en op
een
geen
hetdie luitjes waren haast alle
maal ministerieelslechts een paar
dozijn De Krimmers stemmen links
En toch hield mr. Heemskerk vol
de Krimsche coalitiebroederen denken
nu al, zei van Pallandt, dat zij niets
krijgen, omdat de betrokken Ministers
niet Hervormd zijn. Minister Heems
kerk kon zich moeilijk goed houden.
Zulke „bevriende” speechen hoort men
niet iederen dag en het was dan ook
danig’ mal.
liverseelvoer)
13 en ’/j kilo
wndermeel
r voederkosten
40 en 5 kilo
en de school.
III.
Ouderplicht en
Onderwijzorsrecht.
Veel wordt tegenwoordig van de
onderwijzerswereld gevraagd. Do beste
ouders eischen, en de beste leeraren
en onderwijzers geven den ouders
recht tot eischen. Jan Ligthart noemde
onlangs het uitoefenen van dit „recht"
door de ouders zelfs hun „plicht1'.
Maar indien de ouders tegenover hun
kinderen tot plicht hebben, toe te zien
dat alle onderwijs zoo goed, zoo doel
matig en zoo toewijdingsvol mogelijk
zij, dan kan ’t niet anders, of diezelfde
ouders hebben plichten óók jegens
de onderwijzers en leeraren die hun
beste krachten geven aan het deel
van de opvoedingstaak dat zij van
de ouders overnamen.
Plichten hebben de ouders, voort
vloeiend uit hun verplichting aan de
onder w ijs wereld
De ernstige ouder voelt zwaar de
verantwoordelijkheid en de moeilijk
heid, hem door het feit van zijn vader-
of moederschap door de natuur
zelve dus opgelegd. De ernstige
leeraar en onderwijzer neemt op zich
een soms haast eVen groote verant
woordelijkheid en zorg voor tientallen,
voor twintigtallen van kinderen die
hem van nature vreemd zijn. Gedre
ven door plichtsbesef en zuivere men-
schenliefde put de goede onderwijzer
zijn werkkracht en zijn zielskracht uit
in het belang van het nageslacht.
Ouders die die in dpn engen kring
van het gezin hun eigen kinderen niet
baas blgven, zijn soms de eersten om
van den onderwijzer te vergen dat
deze de lastige bengels tot model-
burgers zal opvoeden en de soms harde
Wat den al te grooten ijver in som
mige gemeenten betreft met de toe
passing der nieuwe Zedelijkheidswet
daar nam de Minister een loopje
mee. Ja, een enkele veldwachter zou
nog wel eens wat gauw in beslag
nemen en zijn weinige bekendheid met
kunst en zijn onkunde met het naakte,
maar dit zou dan toch geen verdere
gevolgen hebben. Die menschen moes
ten door schade en schande wijs wor
den. Aan een „toelichting44 aangevende
wat zedelijk geoorloofd was en wat
waagde de Minister zich ver-
iglijk niet. De practijk zou wel
illen, verzekerde hij.
Wat de Minister echter over het
hoofd zag, was de ontzaglijke schade
die fatsoenlijke burgers lijden door een
onbekookten „inval44 van een onbe-
valligen dorpsveldwachter. Al brengt
hij-zelf naderhand de „onzedelijke44
waar terug, die hij te gauw meenam,
dan nog blijft er altijd wat van han
gen. Het publiek praat er over en zoo
iemand gaat over de tong zonder dat
het gemakkelijk is de praatjes te weer
spreken vóór zij algemeen verspreid
en dus niet meer te achterhalen zijn.
Een wet, die zulke risico’s schept
zonder eenige noodzakelijkheid want
niemand, die dit soort viezigheid niet
opzoekt, heeft er last van achten
wij geen goede wet.
Bij Binnenlandsche Zaken ten slotte
zijn alle onderwijswenschen bovenge
komen.
ition”, 8 uur.
b „Ter Gouw”.
44Uitvoering
g. „St. Grego-
meel.
m Woningtoez.
g Onderstands-
rmenzorg44.
ebest”, 8 uur.
nultaan-séance.
noegen”, 8 uur.
sse en Blokzijl.
mie44, 8’/2 uur,
st.-kas ^Draagt
anoegen” 8 uur,
0. „Trouw aan
ig.
moegen” 8’/i u.
Ook de heer Kraus hoopt dat de
Technische Hoogeschool spoedig zal
kunnen worden gebracht op het peil
waarop zij behoort te staan.
Spreker bepleit voorts de opleiding
van geologen aan de Technische
Hoogeschool, in plaats van aan de
universiteiten, en wil alsmede de ge
legenheid zien opengesteld aan do
Technische Hoogeschool voor een tech-
nisch-commercieele opleiding op uni-
versitairen grondslag.
Een zoodanige opleiding tot han-
delsingenieur zou ook ten goede komen
aan het bezetten van consulaire posten,
waarvoor nog altijd moeilijk titularis
sen. zijn te vinden.
Ten-slotte klaagt spreker over het
nog steeds onbezet zijn aan de Tech
nische Hoogeschool van do leerstoel
in de chemische technologie, en de
buitengewone leerstoel voor irrigatie.
De neer van der Feltz bepleit pen-
sionneering van leeraren aan sommige
niet verplichte gymnasia, die voor
1905 tijdelijke diensten hebben ver
richt.
De heer Woltjer sluit zich in hoofd
zaak aan bij het betoog, gister door
den heer van Lanschot gehouden, in
het belang van hét vakonderwijs.
Nog bepleit spreker o.m. bespoedi
ging met de pensioenregeling der
leeraren van de bijzondere hoogere
burgerscholen en door do wet aange
wezen gymnasia.
De heer van Starkenborch sluit zich
volkomen aan bij don hoer v. d. Borg,
in diens aandrang om de gemeente
besturen te vergunnen voor hun be-
lasting-aanslagen gebruik te maken
van de kohieren der Rijksbelastingen.
Spreker verklaart zich tegen de uit
breiding van de bevoegdheden der
Raadscommissies, zóó dat zij als zelf
standige commissies van beheer zou
den kunnen optreden. Beter acht hij
het, het college van B. en W. te
kunnen samenstellen ook uit personen,
die geen Raadslid zijn.
De heer Franssen komt op tegen
oen streven naar uitbreiding van be
stuursmacht, welke hij bij verschillende
departementen, meer bepaaldelijk bij
dat van Binnenlandsche Zaken, meent
te bespeuren.
Na verschillende opmerkingen van
do heeren Hoffmans, Laan en van
der Does, komt de minister van Bin-
nonl. Zaken aan 't woord. Hij verze
kert in de eerste plaats den heer
Woltjer, dat aan de afdoeling Onder
wijs van het departement van Binnen
landsche Zaken met kracht gewerkt
wordt aan de wetsontwerpen, die het
gevolg zullen zijn van de voorstellen
der Ineenschakelingscommissio, en de
minister voegt daar persoonlijk de
belofte aan toe, dal hij alles zal doen
om de gereedkoming te bespoedigen.
De minister gelooft echter niet, dat
die wetsontwerpen nog in deze wet
gevende periode door de Tweede Ka
mer zullen kunnen worden tot stand
gebracht, al is het zijn wensch ze
spoedig bij die Kamer te kunnen in
dienen.
De minister beaamt, dat bij de wet
telijke regeling van het vakonderwijs
het particuliere initiatief niet belem
merd moet worden, maar daarvan wel
partij moet worden getrokken.
De scheiding tusschon neutraal en
confessioneel op het gebied van het
vak- en het handelsonderwijs, acht de
minister op dit oogenblik nog niet zoo
noodzakelijk, en in net algemeen meent
hij dat vooralsnog ten aanzien van
neutraal of confessioneel de krachten
jnoeten inspannen worden voor den
grooteren veldtocht op gebied van neu
traal of bijzonder onderwijs.
De minister hoopt te bespoedigen
pensionneering van leeraren van bij
zondere hoogere burgerscholen of gym
nasia.
De minister zet uiteen, dat de we^
Bij Justitie was het de Zedelijkheids
wet en het Motu proprio van den
Paus, dat de aandacht trok.
Dat motu proprio beteekent volgens
den minister niets voor ons land, kan
zelfs volgens hom niet op ons land
slaan, zoo min als op de landen om
ons heen. Waarom de Paus dit dan
niet er bij publiceert, vertelde ons de
Minister niet en toch ware hot, vooral
na het gebeurde met de Borromaeus-
encycliek, verstandiger geweest, dade
lijk open kaart te spelen. Do minister
van Justitie verklaarde zich ondertus-
schen bereid op een vraag van den
hoer van der Feltz, ovérleg te plegen
met zijn ambtgenoot voor buitonland-
sche zaken ten einde te overwegen of
er termen waren om bij de kerkelijke
overheid informaties in te winnen.
Wij vreezen echter, dat daarvan nu
niets komt, vooral nadat de vrager
zich voldaan toonde door ’s ministers
antwoord.
Voor ons blijft de zaak, ook al slaat
het motu proprio niet op ons land, er
even ernstig om. Een feit blijft dan
toch, dat de kerk in een algemeenen
order waarbij verzuimd werd landen
uit te zonderen, een opvatting van
recht toonde, die voor ons, vrijzinni
gen absoluut verwerwerpelijk is. Wij
wenschen, hier en overal, gelijkheid
van alle burgers voor de wet, zonder
bevoorrechting van geestelijken. En
wij zijn overtuigd, dat vele Katholie
ken ook in ons land, na dit motu
proprio nog meer dan vroeger, de
neiging zullen gevoelen om wat hunne
geestelijken misdoen, door de vingers
te zien.