Zomersaisoen 1912.
D. SAMSOM, Gouda,
V£R6\DERI\G VAN DIN GEMEENTERAAD
Uit a.e Pers.
Telegrafisch Weerbericht
Officieels Prijscourant
-
-
-
-
-
-
-
-
patiënten was ab volgt144 patiënten,
d. i. ongeveer 73 pOt. waren veel
verbeterd, 28, of ongeveer 14 pCt.
waren iets verbeterd 16, of ongeveer
8 pCt. waren nieta verbeterd, 11, of
ongeveer 5 pCt. waren achteruitge
gaan. Het wordt betreurd dat zoovele
patiënten eerst in een'te ver gevorde rd
stadium in het Sanatorium worden
opgenomen wel geeft ook dan nog vaak
de behandeling onverwachte reanlta-
ten, maar de kans op een blijvend
resultaat is in ieder geval grooter,
naarmate men vroeger wordt opge
nomen. De behandeling dor patiënten
was voornamelijkhygiënisch-aiötetiHch,
in de meeste gevallen gecombineerd
met konde afwasschingen, 64 patiën
ten werden behandeld mot tuberculino-
injecties, vaak werd een onmiskenbaar
gunstigen invloed gezien, vaak ook
Hot het in den steek. Het middel „Dio-
radin" heeft niet aan de verwachtin
gen beantwoord het werd aangewend
by 6 patiënten, bij 4 zonder eenig
resultaat, eene patiënte verbeterde
aanmerkeljjk zonder dat de overtui
ging verkregen werd, dat die verbo-
tering aan het Dioradin te danken
was. Wat de ten vorigon jare vertrok
ken patiënten l>etreft er bleken '26
overleden, van de overigen waren 61
patiënten krachtiger geworden, 28
hetzelfde gebleven en 10 achteruitge-
gaan.
Volgens het financieele verslag werd
over 1911 aan giften ïn eens ontvan
gen f 12.639.66Vg. De exploitatie le
verde een verlies op van f 13336.43.
Het ledental verminderdo met 6. Het
Emmafonds koerde dit jaar voor 219
patiënten uit f 13.107.01. Het stamka
pitaal vermeerderde met f8000.en
oedraagt op ulto. December 1911
f2ö3.8Ö0.—Voor het Bouwfonds
voor een kapel werd ontvangen
f666.08, zoodat het ulto. December
1911 een kapitaal bezat groot f3340.06.
Het bestuur besloot tot de instel
ling van een vrybeddenfonds, wmu>
mede wordt beoogd gratis vorploging
in het Sanatorium. Voor dit fonds
werd tot heden reeds ontvangen een
som van f 426.70.
Het verslag eindigt met oen woord
van eerbiedige hulde en diepe erken
telijkheid te brengen aan de Hooge
Stichtster, H. M. de Koningin-Moeder,
door wier mildheid, ook op dit gebied,
zooveel lyden in den lande kon wor
den {gelenigd.
Uit het Volk biykt, dat mevrouw
Roland Holst heeft bedankt voor het
lidmaatschap van do S.D.A.P.
De Hollandsöhe Tentoonstelling
ia Londen.
De gaanderij in Olympia is Londen
is gebod en al bezet door veel wat
jonge Hollandsche kunstenaars op
Kunstntyverheid-gebied prestoeren, ten
aan aanzien van de inrichting van het
moderne huis.
Op deze afdeeling z|jn inzendingen
van de fa. W. Stevens en Zonen, Rot
terdam en de Kon. Deventer Tapijt-
fabriek te Deventer, die een prachtvolle
•ortoering Aximinsters exposeeren.
Wat do meubelinrioHting aangaat, op
dat gebied komen uitstekend uit, de
meubelfabriken -de Ploeg", „De Wo
ning" te Amsterdam, Wisaelingh A Co.
Amsterdam, ontweroen vandeheeren
O, W. Nyhoff, R. U. Mauve, te Am
sterdam en J. de graaf te Luren ep de
rotan-meubelen van de fa. W. F. van
Vliet te 's Oravenhage.
nI)e Porceleyne Fles" te Delft
heeft in een keukenvan den beerde
Meyer oeiv schouw uit tegels,
oen praohtig stoffl(Hbflff Jan Eissen-
loeffel heeft in een flUlSir van Mauve
op den sohoorsteenmantel een koperen
klok neergezet met kandelabers, welke
met geheel één prachtstuk vormen.
Alle zorgen z|jn besteed om de Hol-
Jandsohe kamers geheel in styl in te
xiohtan.
De vloeren z|jn bedekt met tapijten
uit de Haagsche Snvma-tapütenfabriek^
op de tafels is ook fraai aardewerk van'
den heer O. Lanooy alhier.
I)e Hollandsche Meubelgalqrij is
naast het Hollandsche Dorp de plaats
waar de bezoekers, landgenooten on
vreemdelingen kunnen zien wat Neer-
land's kunstnijverheid presteert.
Koninklyk bezoek aan Rotterdam.
Zaterdagmiddag brachten H. M. de
Koningin en Z. K. H. Prins Hendrik
een bezoek aan Rotterdam. Per extra
trein arriveerde het Koninklyk Echt
paar te haMtwee aan het station D. Pk
waar burgemeester Zimmerman de
vorstelijke bezoeker» verwelkomde en
door diens dochtertje een bouquet
aan H. M. word aangeboden.
Benevens het gevolg was H. M.
vergezeld van den Commissaris der
Koningin in Zuid-Holland, Baron
Sweerta de Landas Wyborgh.
Het bezoek was niet officieel. Dit
had echter niet kunnen verhinderen
dat duizenden en duizanden Langs dq
wegen stonden geschaard, die de ko
ninklijke stoet op hare drie rytoeren
zou volgen.
Na een rijtoer door het noordelijk
deel der stad werd eerst een „bezoek
gebracht aan de Groote Kerk op het
Kerkplein, waar het'Juliana-raam werd
bezichtigd, dat ter gelegenheid van
de geboorte van de Prinses als ge
denkraam werd geplaatst. In de kerk
werden de kerkelijke autoriteiten en
de predikanten aan IP M. voorgesteld.
Hij het verlaten der kerk werd door
een zangkoor het kerklied van Valerius
ten gehoore gebracht.
Van daar, werd gereden door het
midden van" de stad naar het pavil
joen van de koninklyke Roei- en Zeil-
vereeniging de Maas. Daar lag de
stoomboot „de Stad Rotterdam" ge
reed, waarmede een tocht door de
havens werd gemaakt.
Aan boord vin deze boot bevonden
zich de burgemeester en verdere ge
meentelijke autoriteiten en vertegen
woordigers van Rotterdam's handel.
De Stad Rotterdam bracht het Hoo
ge Gezelschap het eerst naar de bun
kerinrichtingen der steenkolenhandels-
voreeniging, die in de stakingstyden
alle schepen van hare enorme voor
raden kon voorzien. Het materiaal
was zooveel mogelijk feestelijk gepa-
voiseord. De directie gaf het Kon.
Echtpaar alle inlichtingen ter verkla
ring hoe in een minimum van tijd in
de groote zeeschepen de kolenruimen
werden gevuld. Deze wijze van kolen-
laden is een specialiteit der Rotter-
damsche haven die nergons wordt
geëvenaard. Nieuwe macninerieën ziin
nog in aanbouw, zoo vertelde de di
rectie, die 1000 tons per uur zulllen
kunnen verwerken.
Door de Maashaven werd nu geva
ren, waar een 70-tal zeeschepen waren
geankerd, met al wat daartyj behoort
van ry nschepen, elevators enz. Van de
Maashaven ging het door de Waal
haven naar het terrein van de Kon.
Nederl. Maatschy tot exploitatie van
Petroleumbronnen in Nea.-Indië, waar
gestopt werd aan de grootste benzine-
opslagplaats der Wereld.
H. M. nam met belangstelling ken
nis van de installaties daar, die zyn
ingericht, opeen wijzo, waardoor ge
vaar zoo goed als uitgesloten is.
Daarop werd oen bozoek gebracht
aan de Rotterdamsche Lloyd, waar
op de Kawi de afternoon-tea werd
gebruikt.
Nadat het gezelschap aan boord van
dezen Mailstoomer een twintig minuten
had vertoefd, weer den terugtocht aan
vaard naar het station, vanwaar de
koninklijke trein do Vorstelijke Be
zoekers naar de Residentie terug
voerde.
Het was oen schittorondo dag, met
prachtig zonnig weder, en een enthou
siasme overal.
VRIJDAG 18 APRIL 1912.
(Vervolg).
Ingekomen
6. Een voorstel van B. en W. van
den volgenden inhoud
Gouda, 8 April 1912.
Langzamerhand is onze gemeente
in het bezit gekomen van een, zy het
ook onvolkomen, ontsmettingsdienst,
welke evenwel reorganisatie en bo
venal deskundige leiding behoeft.
Wegens de gebleken noodzakelijk
heid om by besmettelijke ziekten van
menschen en vee over behoorlijk on
derricht en geoefend ontamettingsper-
soneel te kannen beschikken heeft
ons College op kosten der gemeente
in 1903 en in 1906 den stadsbaas en
drie van de werklieden der fabricage
een door den tegenwoordigen Hoofd
inspecteur der Volksgezondheid Dr.
W. P. Ruyfch gehouden cursus tot
opleiding vaft ontsmetters eneender-
gelyken praktischen cursus by den
ontsmettingsdienst te Rotterdam doen
volgen. Zy zijn sedert dien steeds
belast met de leiding van en het ver
richten van de ontsmettingen, welke
van gemeentewege geschieden, zoowol
na besmottelyke veeziekten, als na
besmettelijke ziekten onder de men
schen. In 1911 verrichtten zij behalve
ontsmettingen in stallen en noeven 6
desinfecties van woningen.
By den bouw van het Van Iterson-
Ziekenhuis is tevens gerekend op het
maken van een grooten ontsmettings
oven, waarin de desinfectie plaats
vindt door oververhitten stoom en die
too ruim is dat de matrassen, kussens
enz. van een bed gelyktydig daarin
kunnen worden behandeld. Tegen be
taling van f 6.— per keer kunnen ook
particulieren van dezen oven gebruik
maken. In 1911 geschiedde zulks 12
maal, tenr|jl 4 maal goederen van
on vermogenden kosteloos werden ont
smet. Een bezwaar, en wel een groot
bezwaar bleek dat voor het halen en
terugbrengen der goederen niet van
wege het Ziekenhuis kan worden ge
zorgd.
Voor de vernietiging van goederen,
zoowel voor particulieren als op last
van den Burgemeester op den voet
van het bepaalde in artikel 6 der Wet
houdende voorzieningen tegen besmet
telijke ziekten kan over korten tijd
gebruik gemaakt worden van den
verbrandingsoven, die de gemeente
heeft doen bouwen en die dezer dagen
gereed komt.
De elementen voor een goeden ont
smettingsdienst zijn dus wel aanwezig.
Maar, wij herhalen het, er is behoefte
aan organisatie en deskundige leiding
om te geraken tot een werkeliik goeden
dienst, waarvan dan ook buiten de
gevallen in genoemde Wet bedoeld,
on- en minvermogenden gratis en
anderen tegen betaling van een zeer
matige vergoeding zouden gebruik
moeten kunnen maken.
Financieele redenen weerhielden ons
tot nog toe tot de inrichting van een
dusdanigen dienst het initiatief te ne
men. Thans opent de Wet van 14
Juli 1910 (Staatsblad No. 204), welke
op 1 April a.s. in werking treedt,
evenwel de mogelijkheid dat de ge
meente erlangt eene Rijksbijdrage van
vijftig ten honderd in i de kosten van
een ontsmettingsdienst, op de wijze
en onder de voorwaarden vermeld in
het Koninklijk besluit van 20 Decem
ber 1911 (Staatsblad No. 364), onder
meer bepalende dat de noodige plan
nen en kostenramingen aan aen Mi
nister van Binnenlandsche Zaken
vooraf ter beoordeeling worden inge
zonden, dat de deskundige leider steeds
verplicht is aan dien Minister en de
door hem aan te wijzen ambtenaren
alle verlangde inlichtingen te verstrek
ken, dat het gemeentebestuur gehou
den is, op door den Minister goed te
kenren voorwaarden, de reinigingen en
ontsmettingen bij ziekten, genoemd
in meerbeaoelde Wet, ook in aan te
wijzen naburige gemeenten te doen
verrichten, indien en voor zoover de
besturen dier gemeenten dat verlan
gen, en dat on- en minvermogenden
kosteloos van den dienst gebrnik zul
len kunnen maken.
Het kwam ons voor dat nu de noo
dige voorstellen tot reorganisatie van
den ontsmettingsdienst niet langer
behoorden te worden uitgesteld.
W|j ontwierpen daartoe eene Ver
ordening op den ontsmettingsdienst,
eene Verordening op do heffing en
eene Verordening op de invordering
van rechten wegens het gebruik van
dien dienst, benevens bogrootingen
van kosten voor de inrichting of uit
breiding van den dienst en van do
exploitatie voor het jaar 1913, welke
bescheiden wy, ter voldoening aan het
bepaalde in artikel 6 der Gezondheids
wet, met verzoek om advies zonden
aan de Gezondheidscommissie by schrij
ven van 8 Februari j.l. No. 168B.,
waarin wy als verdere toelichting nog
mededeelden dat de Regenten van het
Van Iterson-Ziekenhuis de voorkeur
geven aan eene uniforme vergoeding
van f 6.— voor het gebruik van den
ontsmettingsoven, ook door de ge
meente ten beoeve van on- en min
vermogenden, boven eene schier on-
mogelyke verrekening van arbeids-
loonen en kosten van onderhoud, brand
stoffen enz.
De Gezondheidscommissie heeft aan
ons verzoek voldaan by brief van 12
Maart j.l. No. 14Bn, waarin zij ver
klaart zich geheel te vereenigen met
het door haar overgelegde advies van
1 Maart j.l. No. 87 van den Inspecteur
der Volksgezondheid, Dr. Th. G. den
Honter, in wiens handen zy ons sohry-
ven, met bijlagen had gesteld.
De genoemde Inspecteur dan heeft
uit de stukken niet den indruk ge
kregen dat een bevoegd deskundige
is geraadpleegd en geeft in overweging
dat zulks alsnog geschiedt, waartoe
hy de aandacht vestigt op den direc
teur van den Ontsmettingsdienst in
eene naburige zeer groote gemeente
voorts acht hy het noodig dat het
personeel van aen ontsmettingsdienst
praktisch werkt in een bestaandon ont
smettingsdienst (by voorbeeld te Rot
terdam), aangezien de door Dr. Ruysch
gehouden cursussen aan den eisch der
praktische opleiding niet konden vol
doen verder geeft h|j er de voorkeur
aan dat niet een medicus maar een
ambtenaar van den technischen ge
meentedienst als leider van den dienst
werd aangewezen, daar noch de ge
neeskundige opleiding noch de gewone
werkkring van den geneesheer hem
stempelt tot leider op dit m hoofd
zaak practisoh en technisch terrein
vervolgens noemt hö het een niet
gering bezwaar dat de ontsmettings
dienst in drie onderdeelen over drie
verschillende plaatsen verdeeld zal
worden, terwyl het houten gebouwtje
in de Manége, door ons ate bewaar
plaats van karren, toestellen enz. ge
dacht, door hem als geheel ongeschikt
wordt veroordeeld ten slotte verklaart
de inspecteur de verkonding van de
gemeente, met haar ontsmettingsdienst,
lot Regenten van het Ziekenhuis, dat
den ontsmettingsoven bezit, te moeten
laten rosten.
De vraag of aan het hoofd van een
ontsmettingsdienst behoort te staan
een technisch man (met een medicus
als adviseur) dan wel een medicus
(met de beschikking over technisch
personeel) is eene strijdvraag, die in
verschillende gemeenten verschillend
is opgelost en nog voor kort te
's Gravenhage aanleiding heeft gege
ven tot uitgebreide polemieken en
discussies.
Met volle overtuiging is ons Ooilege
van oordeel dat «en medicus de leider
moet zijn, maar hem dan ook de be
voegdheid moet worden gegeven niet
alleen te beschikken over het ont-
smettingspersoneel doch ook de medo-
werking in te roepen van het overige
personeel der fabricage; en dit te
meer omdat wij meencn in den ge
neesheer van het Van Iterson-Zieken-
huis een alleszins bevoegd en geschikt
leider te bezitten.*
De plannen tot reorganisatie' van
den ontsmettingsdienst zijn in overleg
met hom ontworpen, na kennisneming
van hetgeen in een paar andere ge
meenten op dit gebied bestaat. Bij dat
overleg heeft op den voorgrond ge
staan dat ter vermijding van noode-
looze kostbaarheid, zooveel mogelijk
jebruik moest worden gemaakt van
iet bestaande, en dat ook ten aanzien
van een goeden ontsmettingsdienst eene
kleinere gemeente andere behoeften
heeft en met minder kan volstaan
dan eene zeer groote gemeente, zoo
dat bijvoorbeeld met ter zijde stelling
van bestaande, goede inrichtingen als
de ontsmettingsoven van het Zieken
huis, niet alles wat met ontsmetting
en vernietiging verband houdt op óóne
daats behoefde te worden geconcen-
reerd, en op die plaats eou nieuwe
oven behoefde te worden gebouwd.
Ten aanzien van het ontsmettings-
personeel hebben wij in ons schrijven
aan de Gezondheidscommissie alleen
vermeld het volgen der cursussen van
Dr. Ruijsch, omdat wy meenden dat
daaraan de hoogste waarde kon worden
toegekend. Wy herhalen echter dat
onze ontsmetters in Februari 1906 ook
te Rotterdam praktisch werkzaam zijn
geweest, en vertrouwen dat hunne
geschiktheid voor het ontsmettings-
werk als vaststaande mag worden
aangewezen. Ter tegemoetkoming aan
het desbetreffende bezwaar van den
Inspecteur kan afgezien worden van
het gebruik van het houten gebouwtje
in de Manégehet gebouw van den
verbrandingsoven aan de Bleekerskade
heeft voldoende ruimte om als berg
plaats van toestellen enz. ingericht te
worden.
Eindelijk brengen wij in herinnering
dat het Van Iterson-Ziekenhuis en de
ontsmettingsoven zyn eigendom def
gemeenteRegenten hebben daarvan
niet het bezit maar voeren daarover
slechts het beheer, onder toezicht van
ons College, terwijl een der Regenten
wordt gekozen uit de leden van ons
College. Wy kunnen niet inzien dat
ten opzichte van den ontsmettingsoven
moeilijkheden tusschen Regenten en
ons College zonden kunnen ryzen.
Waar wij geen aanleiding konden,
vinden in onze ontwerpen andere w|j£
zigingen te brengen dan reeds is aan
gegeven hebben wij mitsdien de eer
den Raad hierby ter vaststelling aan
te bieden eene Verordening op den
Ontsmettingsdienst dezer gemeente,
eene Verordening op de heffing en
eene Verordening op de invordering
van rechten wegens het gebruik van
den ontsmettingsdienst dezer ge
meente, benevens begrootingen van
kosten voor de inrichting (uitbreiding)
en voor de exploitatie van dien dienst
voor het jaar 1913.
By de vaststelling behoort het advies
der Gezondheidscommissie van 12
Maart 1912 No. 14Bn te worden aam-
gehaald.
Aan den Raad der gemeente Gouda.
VERORDENING OP DEN ONT-
SMETTINGSDIENST DER
GEMEENTE GOUDA.
Artikel 1. De gemeentelijke ont
smettingsdienst is Wast met de reini
ging ou ontsmetting, bedoeld in de
artikelen 4 en 6 der Wet van 4 De-
oembeP 1872 (Staatsblad no. 134),
houdende voorzieningen tegen besmet
telijke ziekten.
Van den dienst kan mede gebruik
worden gemaakt door ingezetenen der
gemeente en door de bestaren van de
op den voet van het bepaalde in arti
kel 4 van het Koninklyk besluit van
20 December 1911 (Staatsblad n«. 864)
aangewezen naburige gemeenten.
Art. 2. De ontemeUingsdieast woedt
geleid door den Geneesheer van het
Ziekenhnia en de Gestichten, die voor
de leiding eene belooning ontvangt
van f 300.-— per jaar.
Art. 3. De geneesheer-leider stelt
zich ten allen tijde voor den diepst
beschikbaar.
By verhindering om zijne betrek
king waar te nemen regelt hy, onder
goedkeuring van den Burgemeester,
zijne vervanging, welke buiten gel
delijk bezwaar der gemeente geschiedt.
Voor afwezigheid van langer dan drie
dagen behoeft hij verlof van den Bur
gemeester.
Hy is verantwoordelijk voor den
goeden gang van hetgeen onder zijne
leiding of zyn toezicht wordt verrieht.
Hij stelt zich, wanneer de hulp vau
den dienst door particulieren wordt
gevraagd, zooveel mogelijk in aanra
king met de aanvragers.
Htj dient aangaande den ontsmet
tingsdienst den Burgemeester en Bur
gemeester en Wethouders van advies,
zoo dikwyls hem dit gevraagd wordt,
en doet aan deze autoriteiten de voor
stellen, die hy noodig acht.
Hij is gehouden den Minister van
Binnenlandsche Zaken en den door
dezen aangewezen ambtenaren van het
Staatstoezicht op de Volksgezondheid
alle te vragen den dienst betreffende
inlichtingen te verschaffen.
Art. 4. Wanneer, ter volvoering
van zijn taak, buiten de gevallen in
deze Verordening genoemd, de mede
werking van het personeel der fa
bricage door den Burgemeester noodig
wordt geacht, wordt deze den genees
heer-leider verleend.
Art. 6. Onder den geneesheer-leider
zijn aan den dienst verbonden: drie
ontsmetters (werklieden der fabricage
daartoe opgeleid), die eene belooning
genieten van f 0.30 per uur, waarin
zij voor den dienst arbeid verrichten,
met een minimum van f 4.50 's weeks
de machinist* van het Van Iterson-
Ziekenhuis, en de drijver van het
eiectrisch gemaal en den verbrandings
oven, die beiden voor hunne werk
zaamheden ten behoeve van den ont
smettingsdienst geene afzonderlijke
belooning ontvangen.
Wordt behalve door de ontsmetters
door de bazen of andere werklieden
der fabricage arbeid voor den dienst
verricht, dan ontvangen zij daarvoor
f 0.25 per uur.
Art. 6. Voor den ontsmettingsdienst
zijn beschikbaar de ontsmettingsoven
van het van Iterson-Ziekenhuis en de
verbrandingsoven aan de Bleekers
kade.
De kosten van bediening en onder-,
houd van en der brandstoffen voor
den ontsmettingsoven blijven buiten de
administratie van den ontsmettings
dienst.
Art. 7. Het vervoer van te ont
smetten of te vernietigen goederen
naar een der ovens geschiedt zooveel
mogelijk met een gesloten wagen,
aanwezig in het gebouw van den
verbrandingsoven en dat van ont
smette goederen met eëtt eveneens
gesloten wagon, aanwezig in het oven
gebouw van het van Iterson-Zieken
huis.
Art. 8. De aanvragen tot het doen
van ontsmettingen, enz. niet uit te
voeren krachtens de artikelen 4 en 6
der Wet van 4 December 1872 (Staats
blad n°. 134), worden door de belang
hebbende ingezetenen of door of
namens de burgemeèsters der in art. 1
bedoelde naburige gemeenten gericht,
desnoods per telefoon, tot den genees
heer-leider.
Art. 9. Alle ontsmettingen enz.
van vaartuigen, woningen, vertrekken
en andere ruimten en van goederen
van on- of minvermogende ingezete
nen en van door de gemeente gesub
sidieerde instellingen van weldadigheid
feschieden op kosten der gemeente,
ie in dit geval voor het gebruik van
den ontsmettingsoven aan de Regenteir
van het van Iterson-Ziekenhuis per
keer f 5.— vergoedt.
Door niet- on- of minvermogende
ingezetenen is voor ontsmettingen enz.
eene vergoeding verschuldigd volgens
de Verordening op de heffing van rech
ten wegens het gebruik van den ont
smettingsdienst aer gemeente Goada.
De hieronder te begrijpen vergoeding
voor het gebruik van den ontsmet
tingsoven wordt afgedragen aan de
Regenten voornoemd.
De beoordeeling wie on- of min
vermogend zyn berust bij Burgemeester
en Wethouders.
Art. 10. Voor ontsmettingen buiten
de gemeente en voor het halen van
of het brengen van goederen naar
naburige gemeenten is, behalve dein
het vorig artikel bedoelde vergoeding,
verschuldigd
f 1.— per dag voor het gebruik
van toestellen;
f 030 per nor en per man voor
het tijdverlies wegens het gaan naar
of va» dl* gemeenten
f 3.per uur, wegens tijdverlies
van den geneesheer-leider, wanneer
deze zichnaar die gemeenten heeft
te begeven, door hem rechtstreeks in
rekening te brengen.
VERORDENING OP DE HEFFING
VAN RECHTEN WEGENS
HET GEBRUIK VAN DEN
ONTSMETTINGSDIENST der
GEMEENTE GOUDA.
Artikel 1. Wegens het gebruik van
4en ontsmettingsdienst der gemeente
Gouda Worden ten behoeve der ge
meente de volgende rechten geheven
voor het ontsmetten van woningen,
vaartuigen, vertrekken en andere
ruimten, per M3 inhoud. f 0.15
voor het gebruik van den ont
smettingsoven, per keer. - 5.
voor het gebruik van den Ver
brandingsoven, per keer. - 6.
voor het halen of brengen van
goederen met gesloten wagens,
per keer- 1.
Art. 2. De rechten zijn verschul
digd door ben^ die de aanvraag tot
het gebruik van den ontsmettings
dienst heeft gedaan aan den genees
heer-leider van den dienst.
Art. 3. Voor de berekening van de
rechten gelden uitsluitend de opgaven
van maten enz., door het personeel
der fabricage te verstrekken.
Art. 4. De invordering der rechten
geschiedt overeenkomstig de Verorde
ning op de invordering van rechten
wegens het gebruik van den ontsmet
tingsdienst der gemeente Gouda van
heden.
VERORDENING OP DE INVOR
DERING VAN RECHTEN
WEGENS HET GEBRUIK
VAN DEN ONTSMETTINGS
DIENST DER GEMEENTE
QOUDA.
Art. 1. Na iedere' gebruikmaking
van den ontsmettingsdienst wordt door
den boekhouder-opzichter der fabricage
aan den aanvrager van het gebruik
ingediend eene berekening van de ver-
sohuldigde rechten.
De aanvrager is gehouden het vol
gens deze berekening verschuldigde
binnen acht dagen na de ontvangst
te voldoen ten kantore en tegen kwi
tantie van den geraoente-ontvanger.
Art. 2.* Op de invordering zijn
verder van toepassing de bepalingen
der artikelen 268 tot en met 262 der
Gemeentewet.
Bkorootino var kostrn voor dr
INRICHTINO (UITBRBÏDTNO) VAN
DEN ONTSMETTINGSDIENST DER
GEMEENTE GOUDA.
Wegens de aanschaffing van:
een gesloten kar f 60.
drie formalinelampen- 30.
twee Torrens desmfectoren
voor formaldehyde 80.
een brancard voor besmet
telijke zieken (de Mooy) -160.
zes linnen zakken voor het
vervoeren van goederen - 16.-—
drie ontsmettersjassen en
•pantalons- 40.-
emmers enz., creoline, subli
maat enz- 25.
Totaal f400.
BrOROOTINO VOOR DE EXPLOITATIE VAN
DEM ONTSMETTINGSDIENST DER
OEKiENTE Gouda voor het
DIENSTJAAR 1913.
Uitgaven,
jing van den geneosheer-
le^er f 300,
(minimum) van drie
ohtemetters k f 4.60 per
week- 702.
Andere loonen - 298
Vergoeding aan de Rogenten
van het van Iterson-Zie
kenhuis voor het gebruik
van den ontsmettings
oven, f 6 per keer - 300.—
Bediening en brandstoffen
van den verbrandingsoven - 80.
Onderhoud en zoo noodig
vervanging van toestellen - 26.
Aanschaffing van ontsmet
tingsmiddelen - 05.-
Onvoorziene uitgaven - 50.-
f 1800.—
Inkomsten.
Vergoeding wegens gebruik
van den ontsmettings
oven. f 120.—
Idem voor den verbran
dingsoven - 10.—
Idem wegens ontsmettingen
volgens tarief - 200.—
Idem wegens het halen en
brengen van goederen - 40.—
Extra vergoedingen door de
besluieu van naburige
gemeenlen en andere on
voorzien* inkomsten - 30.
1
f 400.-
(Wordt virvolgd.)
„Eeresaluut".
Dr. Kuyper eindigt in „De Stan
daard" een dankbetuiging voor de ge
oogste hulde aldus
„Met name voelt onze redactie zich
verplicht jegens die vele persorganen,
meest van antirevolutionaire, maar ook
toch van zeer onderscheidene andere
richting, die de goedheid hadden aan
ons veertigjarig bestaan een feestgroet
te wijden. Vooral is dit op prijs ge
steld van de zijde van al zoodanige
organenj die politiek tegen „De Stan
daard" overstaan, maar toch de aloude
journalistieke gewoonten in eere hiel
den, om als mannen van het vak bij
zulk een feestviering elkander een eere
saluut te brengen uit „exprit de corps",
uit gilde-sympathie en vooral uit rid-
derlijken zin.
Het Hbld. schrijft naar aanleiding
hiervan
Het ontgaat ons hoe het geven van
valsche getuigenis ooit ridderlijk ge
noemd kan worden. Wij zouden vol
komen onwaar zyn geweest, als wij
een eeresaluut gebracht hadden aan
iemand, die dat eeresaluut jvolgens
onze ernstige overtuiging niet ver
dient. Geen „gildesympathie" of „esprit
de corps" mag ons nopen wit te noe
men wat ons zwart schynt. Maar wij
geven toe dat dit geval wel een uit
zonderingsgeval is. Want over het
algemeen kan men zulk saluut bren
gen ook aan tegenstanders.
Wat de hoer De Savornin Lobman
in de „Nederlander" schreef, is het
beste antwoord op dr. Kuypor's ver
zoek, een eeresaluut te mogen ont
vangen. Hij zou, schreef hy, indien
het dr. Kuyper als theoloog enz. be
trof, „op bescheiden wijze" hebben
kunnen meezingen in het koor, maar
nu het den journalist betrof niet. Want,
schrijft hij, „dan hadden wij moeten
zwijgen van de wijzo van etrijdvoeren
enkel aan den „Standaard" eigen
waarover „De Nederlander" zich, van
zijn geboorte af tot op den huidigen
dag tóe, voortdurend bitter beklaagd
heeft, en dan zou onze lofspraak, in
de ooren van ieder die ons blad ge
regeld gelezen heeft, als onwaar, als
een schijnbeleefdheid hébben geklon
ken. Dat nu wilden wij niet."
En wy evenmin, voegt het Hbld
hieraan toe
Een onverdacht bewijs!
„De Wereld", het vryz.-dem. week
blad, schryft:
Den 4en April sprak te Weesp in
een openbare vergadering ter verde-
ging van „De Tarief wet" de heer
Huizinga, anti-rev. propagandist en
burgemeester van Ier Neuzen, door
den voorzitter aangekondigd als „Zyn
Edelachtbare".
Spreker gaf in zijn betoo^zulk een
schitterend bewijs voor de stelling,
dat protectie de prijzen verhoogt, dat
't verdient in wijder kring kan zijn
gehoord van dien avond bekend te
worden.
Ik heb, zoo vertelde de burgemees
ter-propagandist, met allersmakelijk-'
sten omhaal, een vriend, handelaar in
manufacturen en welgesteld burger.
Deze gelukkige vriend begaf zich on
langs naar Duitechland om daar in-
koopen te doen tegen contante beta
ling. Hy vervoegde zich by een fabri
kant spreker noemde naam en
toenaam en vroeg de prijscourant.
Een blik daarin was voldoende om
hem te doen uitroepen„Maar in de
noteeringen, die u mij thuis toezendt,
zyn de pryzen lagerwaarop de fa
brikant antwoordde„O bent u Hol
lander, ja, dan heb ik voor u een
andere noteering 1" De pryscourant
voor Holland kwam voor den dag en
de vriend van onzen anti-rev. propa
gandist kon goedkoop inslaan, omdat
hy geen „beschermde" Duitscher was,
maar een onbeschermde Hollander!
Ziedaar het bewijs uit onverdachte
bron, hoe de beschermde fabrikant
zijn klanten in eigen land meer laat
betalen, omdat concurrentie uit den
vreemde wordt uitgesloten, dan hij
vragen kan op eigen markt. Niet ter
sluiks gebeurt dat, doch fiks en openlyk
dbor het doen drukken en verspreiden
van verschillende prijsnoteeringen.
Toch verdedigt men protectie, die
ons land zegenen zal met deze ver
hoogde prijsnoteeringen.
't Is wel politiek, maar ons volk
zal „politiek" genoeg zijn om ervoor
te passen I
De Kerkelijke kwestie
te Boskoop.
Ingezonden.
Sinds ongeveer twee jaren wordt
het ambt van predikant bij de Her
vormde gemeente te Boskoop waar
genomen door Ds. B. Tuinstra.
i
Genoemde predikant was beroepen
als behoorenae tot de moderne rich
ting, aangezien deze heerschende is
in onze gemeente.
■Ds. Tuinstra deed rich in den be
ginne keimen als behoorende tot de
g. Recly&Modernen, de richting die
den het meest gewensoht
voorkwan^
Van tijd tot tyd echter bleek, dat
hij langzamerhand meer naar rechts
ging overhellen. Vooral in den laatsten
tijd openbaarde zich deze gezindheid
in zijne redevoeringen zich krachtiger,
zoodat by sommigen al spoedig do
vrees ontstond, dat Kij nog meer naar
rechte zou afzakken en eindelyk bij de
orthodoxen te land zou komen.
Deze vrees is maar al te zeer ge
grond gobleken.
Dezer dagen ontving de kerkeraad
een uitvoerig schrijven waarin Ds.
Tuinstra bekend maakte van overtui-
fing te zijn veranderd en de ortho-
oxe leerstellingen als de eenig ware
aan te nemenhy verzocht daarin
tevens, dat de kerkeraad door de stem
gerechtigde manslidmaten der ge
meente zal laten uitmaken of de ge
meente de verandering zijner zienswijze
goedkeurt of niet.
Tegelijkertijd heeft hij ook aan het
Bestuur der Vereeniging voor Evan
gelisatie, alhier kennis gegeven van
zijne veranderde overtuiging, daarop
mocht hij reeds Vrijdag jl, dus daags
daarna, vele gelukwenschen in ont
vangst nemen van Bestuur en leden
dier Vereeniging.
Daar Ds. Tuinstra in zijn schrijven
aan genoemd Bestuur had medege
deeld, dat hij Zondag in de morgen-
godsdienstoefening hot z.g. Evangelio
van Christus weer zou verkondigen,
staat de dienst in het gebouw voor
Evangelisatie stil en trekt het ortho-
doxo doel dor gomeonte op naar het
kerkgebouw der Ned. Hervormden.
De kerkeraad heeft Vrijdagavond,
naar aanleiding van herschrijven van
don predikant, tot eene gemeenschap
pelijke vergadering opgeroepen de
kerkvoogden en notabelen, alsmede
de loden van hot kiescollege, ten einde
over den inhoud vaii het schrijvon van
Ds. Tuinstra van gedachten te wisselen.
De slotsom dezer gedachtewisseling,
aan Ds. Tuinstra schriftelyk medege
deeld, is ongeveer als volgt
dat de kerkeraad in opdracht van
het kiescollege, vertegenwoordigende
do meerderheid der gemeente, Ds.
Tuinstra heeft beroepen als modern
predikant en hem noodigt, nu hy van
zienswijze is voranderd, zich beroep
baar te stellen of ontslag to nemen;'
dat de stemming, die Ds. Tuinstra
wenscht te doen houden niet door den
kerkeraad zal worden uitgeschrevon,
aangezien de reglementen der kerk
eeno zoodanige stemming niet kennen
en deze ook niet zuiver eene begin
aelstemming zou zijn, maar moer een
persoonlijke kwestie, een vóór of tegen
Ds. Tuinstra.
Een wjaardig en karaktervol schrij
ven, dat zeer gunstig afsteekt bij de
wijze, waarop deze Boskoopsche pre
dikant do zaak heeft behandeld.
Voorzeker zal geen vrijzinnig den-|
kend mensch aan Ds. Tuinstra het
recht ontzeggen zijne overtuiging to
volgen. Dit is eene gewetenskwestie,
die alleen door hem zelf kan worden
uitgemaakt.
Dat hij echter den kerkeraad en het
Bestuur der Evangelisatie gelykelijk
in kennis stelt van het gebeurde, is
eene handejwiizo die niet te verdedi
gen is, die ieder weldenkend mensch
onkiesch, minst genomen onhoffelijk
zal noemen.
Van fijn gevoel zou zijne handelwijze
getuigd hebben, wanneer hy met zijne
berichten aan zijne vroegere tegen
standers gewacht had tot de kerkeraad
zyn 8chryven had kunnen bepreken
en het in deze kwestie tusschen pre
dikant en kerkeraad tot klaarheid ge
komen was.
Dat hij echtar ter zelfder tijd ken
nis geeft aan het Bestuur dor Evan
gelisatie, gelukwenschen in ontvangst
neemt, en besluit de eerstvolgende
Zondag van zijne geloofsverandering
in het openbaar getuigenis af te leggen,
alvorens in deze de kerkelijke bestuurs
colleges zich hebben uit^espróken of
deze persoonlyk met her* besproken
zijn, is eene handelwijze dIe men van
een beschaafd man met verwacht.
Bekoeringen als deze hebben by
meer predikanten in onze kerk plaats
gehad, zoowel van modern tot ortho
dox als omgekeerd, waarbij door som
migen de volgende, o. i. voor kleine
gemeenten met één predikant, de
eenige rechte weg is ingeslagen.
Men gaf den kerkeraad kennis van
zyne veranderde geloofsovertuiging
en deelde tevens mede, dat men zich
beroepbaar zou stellen of ontslag zou
nemen, daar men niet meer kon vol
doen aan de beloften, by de aanvaar
ding zyner bediening afgelegd en aan
de verwachtingen, die men redelijker-
wyze mocht koesteren.
Dit was de weg die Ds. Tuinstra
had behooren te volgen.
Is het wonder, dat men nu in de
gemeente spreekt/van een fijne poli
tieke zet, met hèt doel de kerk in
handen der orthodoxe minderheid te
spelen? en dat andoren, in hunne
verontwaardiging over dezo handel-
wyzef spreken van een ijdel jagen
naar populariteit en volle kerken?
Volle kerken zal Ds. Tninstra nu
wel hebben, dank zij de sensatie in
de geheele gemeente gewekt.
Is het echter niet de waarde der
godsdienstoefeningen omlaag halen,
wann eer men met andere menschen,
dan met de begeerte om gesticht te
worden, des Zondags het kerkgebouw
binnen treedt?
Is het wonder, dat niet alleen on
verschilligen, maar ook vele menschen
van ernstig geloof en krachtige over
tuiging der kork den rug toekeeren?
Vele predikanten klagen over toe-
nemendo onkerkelijkheid, is dit ver-
schnneel dan zóó vreemd?
Met gospannon verwachting wordt
nu door de vrijzinnigon in de gemeente
uitgezien naar hot antwoord van l)s.
Tuinstra op het schrijven van den
kerkeraad. X.
KERKNIEUWS.
De R> K. Pers en do Tilburgsche éaak.
Prof. B. D. Eordmans schryft aan
de N.R.Ct.
Een deel der R. K. pers ontkent dat
er ten tiide van de behandeling der
moordzaak to Tilburg een geestelijko
zou zijn vorwijderd.
Het is daarom noodzakelyk in her
innering te brengon dat dit wol de-
;olijk hot geval is gewoest. Na do ont-
ekking van den moord op het meisje
Kcssols, die 22 Aug. 1900 omstreeks
half elf moest hobbon plaats gehad,
hebben de, thans overleden, pastoor en
do beido kapelaans van de R. K. kerk
in don Noordhoek te Tilburg voor de
justitie moeten verklaren wat zij in
den voormiddag van 22 Aug. h'addou
gedaan, omdat het lyk van het meisje
in een dior torentjes van die kerk was
gevonden. Een der boide kapelaans
heeft toen opgegeven bij verschillende
personen bezoeken te bebben afgelegd.
Deze verklaring is daarop ten doelo
bevestigd door sommige aorgenen by
wie hij had opgegeven geweest te zyn.
Anderen wisten zich echter datum en
uur niet moer te herinneren. Toen
daarop een schilder, die aan do kerk
werk verrichtte, word aangeklaagd,
heeft de verdediger den kapelaan niet
als gotuige doen verschijnen, omdat
die na den moord Tilburg had verlaten
en zijn persoon buiten bereik was. In
dezo za^k is nooit licht gekomen. Nu
het Motu proprio Quantovis diligentia
hot verbod om geestelijken in het
openbaar voor don rechter te doen
verschynen, zonder verlof van de
geestelijke overheid, hetzij als getuige
of als beklaagde, onderstreept, is er
wel degelijk reden om de accentueering
dezer denkbeelden voor den loop van
het recht volstrekt geen onverschillige
zaak to achten. Bovenstaande mede-
deelingen zijn door mij uit volkomen
betrouwbare bron verkregen.
BOEKAANKONDIGING,
Belang en Recht, maandblad der
vereeniging Thugater, onder redactie
van Henriëtte Goudsmit bevat dit
maal Is dat wetenschap door H. G.,
Vrouwenarbeid, Do Nationale Vrou
wenraad van Nederland, Leestafel enz.
3L0.nd.To 0-O.TX7-.
De afdeeling Zeist e. o., van de
Nederlandsche Maatschappy voor tuin
bouw- on plantkunde, zal te Zeist met
subsidie van R|jk en Gemeente, een
tuinbouwproeftuin aanleggen, de eerste
in de provincie Utrecht.
van het Koninklijk Meteriologisch
Instituut te DE BILDT.
Hoogste barometerstand 773.9 te
Valentin, laagste stand 766.9 te Vest-
manoer.
Verwachting tot den volgenden dag:
Zwakke tot matige noordelijke tot
oostelijke wind, half bewolkt, waar
schijnlijk droog weer, kans op nacht
vorst, zelfde temporatuur overd&g.
ONTVANGEN oene buitengewoon
groote Collectie Nouveauté'in
Costume* tailleur^ Mantels,
Robes, Blousen, Kokken,
van de goedkoopste tot de beste
soorten tegen de meest concurreerende
prijzen.
Specialiteit in Nouveauté'».
Bekroond op diverse Tentoonstellingen
met de hoogste onderscheiding.
Bf feel en kt id el Ie K m ster dan
Mastslsfuiiiscu
Ned. Cert. Workelyke
Schuld 3 pet.
Oostenr. Belastingvrije
Kronenrente 4 pet.
Port. Obl. 8de Serie
Amort. Schuld 3 pet.
Russische Obl. 1906
5 pet.
Id. Obl. (Gr. Russische
Spw.mij.) 1898 4 pet.
ld. Obl. (Nicolai Spoor
weg) 1867-69 4 pet.
Id Obligatie 6o Emis-
sio 4 pet
Japan. Obl. 1899 4 pet.
Mexico Afl. Binnenland
Obl. 6pct.
Brazilië. Funding Doe
ning o pet.
d. Obl. 1889 4 pet.
Venezuola Dipl. Schuld
1905 3 pet.
Bsnk en Credlet-lnstel-
1 legen.
Ned. B&nkaandoelen
lidustr. Onderneming e u
American Car A Foun
dry Comp. 0. v. A.
Id.SmeltingARefining
Co. Cert. v. Aand.
Anglo American Tele
graph Cy. Cert. v. A.
U. S. Steel Corp. Cert.
v. Gew. Aand.
Kol. Credlet Install, en
tuHuar Ondernemingen
Handelsvor. „Amster
dam" Aand.
Jav. Cultuur Mij. Aand
Nod. Handel-My. C.v.A
Mijnbouw Mijn».
Kotahoon" Mynbouw
My. Gew. Aand.
KodjangLobong, Myn
bouw Mij. Aand.
Groat Cobar Aand.
PetrolenmOndern.
Dortseho Petroleumin
dustrie My. Gew. A.
Kon. Ned. My. totExpl.
v. Petr. Bronn. C.v.A
„Shell" The TransD. A
Trad Cy. C. v. G. A
Scheepvaart M|jen
Nod.-Am. Stoomvaart-
My. Aand.
Stoomvaart-My. „Zoe-
land" Preforento A.
Int. Mercantile Marine
Cy. afgest. Pref. A.
Tabak-Ondernemingen
Bindjey Tabak Mij. A
Diversen.
Max wel Land Gpant
Cert. v. Aand.
Peruvian Corporation
Lim. Cert. v. Aand.
üpoarwegen.
Holl. IJzeren Spoor-
wegray. Aand.
My. t. Expl. v. Staats
spoorwegen Aand.
Zuid-Italiaan. Spwmij
Serie A-H Obl. 3 pet.
W arschau-Weenon
Spoorwegmy. Aand.
dito dito Act. de Jouiss.
Amerika. Atchison Alg.
Hypb. Obl. 4 Dct.
Erie Spoorweg-Mij.
Gew. Aand.
Union Pacific Railroad
Cv. Cert. v. gew. A.
Wabash Gew. Aand.
remieleenlmren
sterdam Aand.3pct |l00,3/jt
[ongarye. TheLs-Re-
ïgs-Ges. 4pct.i 152 1&33/*
GELDKOERS.
Prolongatie 4 pCt. 4
Amerikanen flauw, Petroleum kalm,
Tabakken weinig omzet, Culturen iots
beter, Rubbers iets minder, Nationale
Staatsfondsen lager, Buitenlandsche
onveranderd, Mynen beter, Tramwaar
den lager.
912.
Vorig*
ko*n
Koer» rao
Udt»
807.
80'7„
89'/,
897,
65
100«»/„
100%
88'/,
92'/,
87
86'/,
87
103"/,,
86
1037,
58»/,
587,
216
216
68'/,
58'/,
837,
83'/,
26
26
Ö9'7„
1
09»/,,
4
209
327
189%
59'/,
60
290
86
290
84%
166'/.
167
527 7,
628
500
172
109
28'/,
22
1037,
102'/,
c/„
10%
11
81%
98
98
037,,
63'/,,
1
f -
98%
98'/,
377,
87'/,
170'/,
9
170'/,
97,