5/
Zomersaisoeii 1912,
D. SAMSOM, Gouda,
E-o-itexilaxid..
Buitenlandse^ Nieuws.
B in
VËRGADEHIVG VAN DEN GEMEENTERAAD
Rechtzaken.
Laatste Berichten.
Telegrafisch. Weerberii
Officieele Prijscourant
Bezwaarschriften, niet ingericht of
niet ingeleverd op de hierboven aan
gegeven wijze, kannen geen gevolg
hebben.
Voor zoover omtrent een en ander
nadere inlichtingen worden gewenacht,
vervoege men zich ter Gemeente-Se
cretarie (afdeeling militaire zaken) op
een werkdag, tusschen 9 uur voor
middags en 1 uur namiddags.
GOUDA, den 2 Mei 1912.
De Burgemeester voornoemd,
R. L. MARTENS.
Het Ilongaarsche kiesrecht.
Gisteren hebben we in ons buiten-
landsch overzicht vermeld, dat het
kabinet Lukacz in zijn programma
ook had opgenomen een hervorming
van het kiesrecht. Dit was natuurlijk
om tegemoet te komen aan het ver
langen der sociaal-democraten en der
Justh-partij, die het algemeene en
geheime kiesrecht eischen. Een betere
regeling van het kiesrecht irfr werke
lijk hoog noodig en ook de verdeeling
der kiesdistricten moet ook broodnoo-
dig eenige verandering ondergaan.
Een uitbreiding van het kiesrecht is
thans noodig, omdat heele klassen
weinig of geen invloed op het lands
bestuur kunnen uitoefenen.
Dat een betere indeeling van de
kiesdistricten ook niet overbodig is,
willen we met eenige cijfers aantoo-
nen. Hongarije is verdeeld in 413
kiesdistricten, die elk een afgevaar
digde zenden. Het aantal kiezers be
droeg in 1911 1221741, zoodat ge
middeld in elk district 1221741413
ongeveer 300 kiezers hun stem
moeten uitbrengen.
Gaan we nu de werkelijke toestand
even na, dat in Boeda-Pest, dat in
verschillende districten is verdeeld, in
het 6e 17463, in het 7e 17027, in het
8e 13326 kiezers een afgevaardigde
kiezen. Daartegenover staan platte
landsdistricten, als Szóh, dat 121 stem
men, en het district Berech, waar
zelfs 114 kiezers een even groot recht
hebben.
Op die manier hebben de platte
landsdistricten een overwegenden in
vloed op de samenstelling van de
Hongaarsche volksvertegenwoordi
ging. Dat is nog duidelijker aan te
toonen, wanneer we nagaan, dat in
een 60-tal plattelandsdistricten, die
te zamen 10 provinciën vormen en
34770 kiezers tellen, dus slechts 290
meer dan de kiesdistricten 6 en 7 uit
Boeda-Pest, 60 afgevaardigden wor
den gekozen, tegen natuurlek in de
Pesterdistrictén slechts 2. De stem
van een Hongaarschen boer is dus van
26 maal zoo grooten invloed dan van
een burger van Boeda-Pest, van wien
de ontwikkeling waarschijnlijk nog
wel iets grooter is.
Nog een staaltje van de onrecht
vaardige indeeling der districten.
Behalve Boeda-Pest zijn in Hon
garije nog 42 steden, die hun eigen
kiesdistrict of kiesdistricten vertegen-
f~->Nwoordigen. In deze 42 steden wor-
I /-^en door 76332 kiezers 44 afgevaar
digden gekozen, terwijl Boeda-Pest
met 81798 kiezers slechts 9 leden naar
den Rijksdag afvaardigt. Begrijpelijk
is das het streven der Hongaarsche
bevolking naar een verandering der
kieswet, dwars tegen de wenschen der
groot-grondbezitters in, die dank zij
hun ©normen invloed, die zij op de
plattelandsbevolking laten gelden, zoo
wat den geheelen toestand beheer-
schen.
De scheepsramp der „Titanic"
Volgens de Washingtonsche corres-
Eondent van de „Daily Telegraph"
eeft Ismay, de directeur van de
White-Star-lijn, die gisteren weer voor
de Senaatscommissie is gehoord, door
zijn rondborstige verklaringen, waarbij
hij de verdachtmaking van zijn rol op
de „Titanic" volkomen ophief, een zeer
gunstigen indruk gemaakt en een
algemeene ommekeer bij het Ameri-
kaansche volk te zijnen bate bewerkt.
Ismay Bprak uitdrukkelijk tegen, dat
hij en kapitein Smith den avond van
de ramp met een goed diner hadden
doorgebracht. Hij heeft alleen met den
scheepsdokter gegeten. Ismay loo
chende andermaal, dat hij gedurende
de reis eenigerlei invloed op den ka
pitein heeft uitgeoefend evenzoo dat
het kantoor van de White Star te
New-York het bericht van het ver
gaan van de „Titanic" heeft achter
gehouden teneinde herverzekering van
het schip goedkooper te maken. Met
Verontwaardiging verwierp hij de ge
dachte, dat eenig bestuurder van de
White Star daartoe in staat was.
Het kabelschip Mackay Ëennett is
gisterenmorgen met. 190 lijken van de
„Titanic" te Halifax binnengevaren,
o.a. van Strauss en Astor, maar niet
van Wildener, noch van diens huis
knecht. Honderdzestien lijken, meest
van leden van de bemanning zijn als
onherkenbaar (of te zeer tot ontbin
ding overgegaan) weer in zee be
graven.
De verwanten van slachtoffers, ta
Halifax gekomen, zijn daarover zeer
ontevreden. De Mackay Bennott,
zeggen zij, had alle lijken, die er zijn
opgevischt 319 in het geheel
behooren mee te nemen. Dertien van
die lijken zijn nog op het kabelschip
Minia.
De correspondent van de „Daily
Telegraph" 'te Halifax seint, dat vele
lijken gruwelijk verminkt zijp, hetgeen
het vermoeden schijnt te staven, dat
de ketels van de „Titanic" sprongen,
toen het ijskoude water binnendrong.
De correspondent meldt verder, dat
de Mackay Bennett een geweldigen
ijsberg heeft gezien, dien zij voor den
zelfden hield, waarop de „Titanic"
schipbreuk heeft geleden, aangezien
de berg verscheiden scheuren en een
geweldigen deuk vertoonde.
Alle fotografen werden te Halifax
geweerd, toen do Mackay Bennett
binnenliep.
Marokko.
I Nieuwe oproeren.
De afkondiging van den staat van
beleg te Fez heeft aanleiding gegeven
tot nieuwe verwikkelingen, doordat
Regnault die niet door den Sultan
heeft laten geschieden, maar eigen
handig heeft geproclameerd.
Door vier consuls is geprotesteerd,
Duitsohland.
Op een vergadering van hetWur-
tembergsche verbond tot bescherming
van de jeugd heeft rogeeringsraad
Spindler medegedeeld, dat de Wurtem-
bergsche regeering eerlang een wets
ontwerp tot bestrijding van de geva
ren der bioscopen openbaar zal maken,
Frankrijk.
De begrafenis van Bonnot.
Bonnot is ontkomen aan het som
bere lot om in grauwe morgensche
mering, de handen en voeten gebonden,
het hoofd kaal geschoren en het hemd
wyd open aan den hals, door Deibier
en zijn rakkers op de noodlottige
plank geworpen te worden.
Hij is met twee revolvers in de hand,
met een wilden vloek, in vollen op
stand tegen de maatschappij, omge-
komöfir^ijn .hoofd ia niet door het
mes der \gvrfnotine afgesneden en is
niet, met oen romp, in den luguberen
mand geworpen en ook niet in het
verlaten sinister plekje gronds van
Ivry, waar de resten der terdoodver-
oordeelden heen gebracht worden, in
den grond gestopt.
Hy is heden om half een, met Du
bois, in de grootste stilte, in het strikst
geheim in de „fosse commune" van
't kerkhof van Bagneux begraven. Zoo
zeer vreesde men het uitlekken van
deze begrafenis en de manifestaties
der menigte, die er het gevolg van
hadden kunnen zijn, dat de voerlieden
van de twee lijkwagens, die omjwaalf
uur aan de Morgue voor kwamen,
niet eens wisten, welke beruchte doo-
den ze naar Bagneux voerden. Het
was voor hen den gewonen dienst
aan de Morgue, en de menschen uit
de buurt, ook gewend aan het schouw
spel der primitieve zwarte wagens, die
de lijken van de Morgue wegrijden
vermoedden niet, wie daar ten grave
gereden werden.
De doodgravers op tot kerkhof, die
de wit-houten kisten in het algemeene
graf neerlieten en de kuilen dicht
wierpen, hebben niet geweten, wie ze
begroeven.
En niets zal de plaats kunnen doen
herkennen, waar de beenderen van
den „beroemden man" liggen.
Men zegt maar dit verdient nog
bevestiging dat zelfs geenkinema
de begrafenis van Bonnot „genomen"
heeft
Japan.
Uit Tokio komt bericht dat de Ja-
pansche regeering in Korea een sa
menzwering, die de onafhankelijkheid
van dat land beoogde, heeft ontdekt.
Er zyn ongeveer 100 personen in
hechtenis genomen. De samenzweer
ders ontvingen wapenen uit Mant-
sjoerije.
AltEEIKA.
Eenige dagen geleden heeft de heer
Gay nor, burgemeester van New-York,
den eersten steen gelegd voor een
model-tehuis voor zeelieden.
Het gebouw zal twaalf verdiepingen
tellen en het volgend jaar reeds vol
tooid zijn. Het zal lees-, concert- en
gymnastiekzalen bevatten en voor alle
zeelieden zonder onderscheid vkn rang,
stand of geloofsbelijdenis toegankelijk
zijn.
Prinses Juliana's verjaardag in
Londen.
Lord Reay zat voor bij een schit
terend banket, door de Nederlandsche
Kamer van Koophandel ter eere van
prinses Juliana's geboortedag in Pic-
cadilly-Hotel gegeven. Tot de gasten
behoorden o.a. de Minister van Bui-
tenlandsche Zaken, de Nederlandsche
gezant, de consul-generaal, sir Eyre
rowe, vertegenwoordigend het Brit-
sche ministerie van buitenlandsche
zaken, Runciman, minister van land
bouw, de burgemeester van Rotterdam
en aanzienlijke leden van de Holland-
sche kolonie te Londen. Er werden zeer
hartelijke toasten gewisseld. De voor
naamste sprekers waren de heeren
Runciman, de Marees van Swinderen
en lord Reay.
Omtrent de toasten-rij lezen wij nog
in een particulier telegram van het
Hbld.
Na den dronk dien Lord Reay wijdde
aan den koning van Engeland, aan de
koningin van Nederland en prinses
Juliana, werden een reeks van toasten
gehouden, waaronder zeer lange. Lord
Reay sprak over de relaties tusschen
Engeland en Nederland, waarop de
Engelsche minister van Landbouw,
Runciman, en de minister van Swin
deren in lange zoer interessante rede
voeringen antwoordden.
De heer Oremer, president der Han-
del-Maatschappij, stelde een dronk in
op de Ned. Kamer van Koophandel,
waarop mr. Roozegaarde Bisschop
antwoordde. De heer Rozenraat stelde
een toast in op de gasten, die werd
beantwoord door Sir Walter Elliott en
de heeren Zimmerman, burgemeester
van Rotterdam en Yilliers.
De heer Stoop dronk ten slotte op
de gezondheid van Lord Reay, welke
toast hartelijk toegejuicht werd en
waarop een krachtig: lang zal hij leven,
volgde. »Bet feestmaal eindigde tegeö
middernacht.
Aan het feestmaal namen ook nog
deel vertegenwoordigers der Kamers
van Koophandel voor Italië, Oosten-
rijk-Hongarije, Spanje, Portugal, Sal
vador, België, Frankrijk en Zweden
te Londen.
STATEN GENERAAL
TWEEDE KAMER.
Vergadering van 1 Mei.
(Vervolg.)
Het pantserschip.
Eerste spr. was de heer van WW
senaer van Catwijok, die betoogt dat
tot op dit oogenblik geen' enkele ad
viseur van den minister van Marine,
noch de marinekringen zich hebben
verklaard vóór een schip van het
kleine type, dat door den minister
voorgesteld werd. Spreker betoogt de
wenschelijkheid van een torpedovloot,
boven een Blagschepenvloot, maar hoe
ook de keuze tusschen beide uit moge
vallen, torpedo-jagers zijn er in elk
geval noodig voor de bescherming van
Indië. Het is struisvogelpolitiek om
een Blagvloot te bouwen van onvol
doend gehalte en onvoldoend aantal.
Spr. zet uitvoerig uiteen dat feitelijk
ten aanzien van de geheele vloot-
plannen des ministers een nader onder
zoek moest plaats hebben over de
vraag of niet met minder kosten het
doel beter ware te bereiken. Het schip
dat de minister nu op stapel wil zetten
is ongeschikt voor het doel. Noodig
is alleen een kruiser, die gemakkelijk
overal komen kan.
De heer Verhey zet uiteen dat hij
piet '8 ministers voorstel niet mee kan
Êaan omdat, naar zijn overtuiging,
et voorgestelde sobip niet past in
onze vlootorganisatie.
Spr. wijst er op dat de minister,
door zijn verklaring dat dit schip als
geheel op zich zelf staande moet wor
den beschouwd, geheel op losse schroe
ven zet zijn oorspronkelijk plan van
een eskader van vier schepen. Spr.
betoogt breedvoerig de wenschelijkheid
van een torpedovloot, die beter is dan
een zwakke artillerievloot en voor ver
kenningsdiensten vooral geschikter is.
Spr.'s bezwaren tegen het type schip
dat de minister wil, sluit echter daar
om niet ip dat hij zou kannen mede
gaan met den aanbouw van de zee
reuzen, welke men in andere kringen
wenscht, en waartegen de minister
bezwaren van personeelen en finan-
cieelen aard heeft, die de overweging
zeer waard zyn. Maar spr. blnfterbij
dat het thans voorgestelde schip niet
gesohikt is voor den Indischen dienst.
De heer Hugenholtz betoogt, dat,
zoolang, gelijk thans het geval is, de
kwestie van de keuze van het meest
geschikte schip v
onderzoek
zaak in eenigi
voorbarig en ona
oor onze organisatie
olke poging om de
richting te drijven,
mnemelyk is.
In de eerste plaats rekent de min.
er blijkbaar op, er voor Indië wel een
schip door te zullen krijgen, zoodat
hij een Indisch schip vrij krijgt, om
er een der Nederlandsche wpardelooze
„Kortenaers" mee te kunnen vervan
gen. En in de tjweede plaats wil de
minister waarschijnlijk op die manier
arbeid verschaffen aan onze weryen,
om dfèze aan den gang te kunnen
houden. Beide motieven veroordeelt
spreker.
Spr. kenschetst het schip, dat de
minister wil, als akelig prutswerk, en
concludeert dit uit uitslagen van nie
mand minder dan den minister zelf
en diens memorie van toelichting, en
waaruit blijkt, dat het schip nog zal
blijven beneden minimum-eischen.
Spr. vraagt waarom wij ons toch
eigenlijk zulke groote uitgaven voor
onze vlóot moeten getroosten, waar
ityet alleen de minister, maar ook de
Staatscommissie van oordeel zijn dat
wij volslagen machteloos staan tegen
over oen vijand, die ons onze koloniën
wil ontnemen, en onze zaak hopeloos
staat als wij geen bondgenoot hebben.
Ook handhaving van onze neutrali
teit kan de inzet niet zijn voor de
aanvrage van het schip. Alles komt,
volgens spr., hierop neer, dat deze
geheele vlootuitbreidingsplannen een
uiting zijn van hét hoogopgevijzelde
patriottisme, dat in den laatsten\fcijd
over ons gekomen is, o.a. tengevolge
van het optreden yan de Marine-ver-
eeniging te Den Helder.
Spreker wil noch een torpedovloot,
noch een 7600 tonöschip, noch een
dreadnought. Uit volle overtuiging
zegt sprekerwe hioeten niets doen.
Er is gpen op handen zijnd gevaar.
Het eenige doel onzer vloot in Indië
is het uitoefenen van politietoezicht.
Donderdag 11 uur voortzetting.
VRIJDAG 26 APRIL 1912.
(Vervolg).
Do/heer Broekhuizen: M. de
V.Laat ik beginnen met aan te
geven welk denkbeeld ten grondslag
heeft gelegen aan de door mij voor
gestelde wijzigingen.
Ik was in het begin van den winter
reeds van plan u eens te vragen, hoe
het eigenlijk met den ontsmettings
dienst in deze gemeente stond aange
zien er door de medici zeer weinig
gebruik van wordt gemaakt. Men kan
misschien aan hen de chuld geven
maar wij hebben met de menschen te
maken, en als die niet willen en er
wordt van hoogerhand ook niet de
minste pressie uitgeoefend dan krijgen
wij de menschen er niet toe. Door
een onpartijdig, buitenstaand persoon,
door iemand die niet tot de behande
lende medici behoort, moet drang
worden uitgeoefend.
Het denkbeeld nu dat aan de door
mij voorgestelde wijzigingen ten grond
slag ligt is en ik meen dat de
meeste geneesheeren hier ter stede
dat zullen toestemmen dat de ont
smettingsdienst ^ïier van nul en geener
waarde is bij groote epidemieën moge
zij waarde hebben -+- ik weet het niet,
ik heb dienaangaande geen ervaring
bij ziekten als typhus, roodvonk e.d.
is die dienst van geen waarde. Mijn
voorstellen hebben de strekking om
daarin verbetering }Se brengen en er
is juist een speciale, een lokale oor
zaak waarom ik die vrouwelijke hulp
wil hebben.
Ik heb reeds te kennen gegeven
dat het met mannelijke hulp zeer goed
kan gaan, ja zelfs beter dan met vrou
welijke hulp, b.v. in groote gemeenten;
daar is het een vaste tak van dienst,
een uitgebreide diepst; de menschen
daar ontsmetten dagelijks en zijn dus
veel geroutineerder. Dat krijgen wij
hier niet. In hun toelichting zeggen
B. en W. dat zij het volgen van den
cursus van dr. Ruysch voldoende
achten. De directeur van den gemeen
telijken ontsmettingsdienst te Rotter
dam heeft mij persoonlijk verklaard
hij was ook bij dien cursus dat
die cursus geheel onvoldoende was
hij zeide dat de menschen niet lang
genoeg in de practijk geweest waren.
De heer van Itersqn zegt dat ik op
het oog heb een particulieren ont-
Bmettingsdienst. Volstrekt niet. Ik be
grijp niet hoe hij zoo iets kan zeggen.
Waarom kuunen geen andere personen
in dienst van de gemeente treden dan
de menschen van fabricage? Dat zie
ik niet in. Ik begrijp niet hoe men
dat er uit kan opmaken. De gemeen
teraad kan wel anderp menschen aan
stellen dan juist degenen die nu aan
den dienst verbonden zijn
Wat de wettelijke voorschriften be
treft, die worden elk oogenblik gewij-
zigd. In de wet op de besmettelijke
ziekten is een algemeen voorschrift
opgenomen; dat is niet verder uitge
werkt maar later is in de onderschei
den Koninklijke besluiten de wijze van
ontsmetten voorgeschreven. Waarom?
Omdat die wijze telkens verandert. Hoe
meer de wetenschap vooruitgaat hoe
meer veranderingen er in komen. Het
moet dus telkens veranderd worden.
Dat kan natuurlijk niet bij de wet
geschieden maar bij Koninklijk besluit.
Na 1891 is er dan. ook een ander
Koninklijk besluit verschenen. Dit heb
ik vernomen van don directeur van
den ontsmettingsdienst te Rotterdam.
Ik mag aantiernen, dat die het wel
weet. Hij heeft trouwens zelf voorge
lezen hoe het gebeuren moet.
De heer van Iterson zegthet komt
er op aan dat niets over het hoofd
gezien of vorzuimd wordt. Dat staat
in de wet. Dat is het juist en daarom
heb ik mijne voorstellen ingediend.
Waren wij in Rotterdam dan zou
ik er sterk tegen zijn dat het werk
geschiedde door een inspoctrice met
een werkster. Dit is wel gee<p ideale
toestand maar het is toch veel beter
dan wanneer het zoo als nu gebeurt
door mannen van de fabricage die
t* een ander onderricht hebben genoten
an wat zij gehad hebben.
Ik bedoel hetzelfde als de heer van
Iterson. Men kan er theoretisch wel
over praten maar ik zie in dit geval
naar de practijk. Hoe weinig ontsmet
tingen plaats hebben blijkt uit de vol
gende cijfers. In 1911 zijn aangegeven
16 gevallen van besmettelijke ziekte
en blijkens de toelichting van B. en
W. hebben slechts 6 desinfecties van
•woningen van gemeentewege plaats
gehad.
Ik stem geheel toe dat die vrouwe
lijke hulp min of meer wisselvallig
is. Het hangt er van af wie men daar
voor heeft. Maar nu alhier bestaat een
Vereeniging ter bestrijding der Tu
berculose, die juist voor tuberculeuze
patiënten ontsmettingen verricht en
waaraan men dus een zeer goede hulp
heeft, acht ik het den aangewezen
weg dat juist medewerking wordt
ingeroepen van iemand die bij die
ontsmettingen de noodige ondervin
ding heeft opgedaan.
De heer van Iterson zegt dat ik
niet het oog heb op ontsmetting bij
epidemische ziekten. Dat geef ik toe
maar het maakt volstrekt geen ver
schil. Gelukkig is er sinds geruimen
tijd geen groote epidemie hier ter
stede geweest, maar dezen winter
hebben wij toch hier eenige gevallen
van diphterio gehad. Is het dan niet
van het hoogste belang dat er gron
dige ontsmetting plaats vindt. Hoe
vaak gebeurt het niet, ook zelfs bij
diphterie, dat van uit niet of niet goed
ontsmette woningen infectie op de
andere kinderen van het gezin of op
speelkameraadjes overgebracht wordt.
Nu geef ik den heer van Iterson
toe dat in sommige gevallen, b.v. bij
een cholera-epidemie mannelijke hulp
noodig zal zijn maar mijn voorstel
strijdt daarmede volstrekt niet. Do
bepaling van art. 5, dat hulp kan ver
leend worden door de werklieden der
fabricage als mannelijke hulp noodig
is wordt door mij intact gelaten. Kan
een werkster het niet doen onder
toezicht van een inspectrice, en is het
mannenwerk, dan komen de mannen
aan het werk. Dus het ontsmetten van
schepen geschiedt door mannen. Daar
voor is trouwens een post uitgetrok
ken op de begrooting. De heer van
Iterson heeft geheel over het hoofd
gezien dat ik ook een werkman aan
den dienst wil verbinden om het ruwe
werk te doen. In de gevallen van
groote epidemieën zal het werk ge
schieden door mannennatuurlijk ook
het behandelen van de lijken.
Ik kan mij niet voorstellen dat de
heer var* Iterson de ontsmetting bij
roodvonk, typhus en diphterie van
gering belang zou achten. Er is groot
gevaar wanneer niqt goed ontsmet
wordt en die ziekten komen telken
jare voor.
Dat de voorstellen, zooals ik die heb
ingediend, meer de particuliere zouden
aangaan, begrijp ik niet. Ik heb in
het licht gesteld dat hiermede een
algemeen belang gemoeid is dat niet
in de eerste plaats te letten is op het
gevaar voor de bewoners van een be
paald huis maar juist op het gevaar
voor de omgeving. Men moet er voor
zorgen dat de ziekte zich niet verder
verspreid.
M. de V.U acht de combinatie
met de Vereeniging ter bestrijding
van Tuberculose niet goed. Ik wil die
combinatie ook volstrekt niet. Ik wil
alleen dat aan de vereeniging verzocht
wordt of hare enquêtrice als inspec
trice van den gemeentelijken ontsmet
tingsdienst zou mogen optreden. Het
is in het geheel geen combinatie. De
enquêtrice wordt eenvoudig inspec
trice bij den gemeentelijken ontsmet-
i
tingsdienst, dus gemeente-ambtenares.
Het is ook geen combinatie of ver
menging.
M. de V.U zegt verder zijn die
mannen van de fabricage geen ver
dienstelijke mannen Zij kunnen mis
schien wel verdienstelijk worden, maar
totnogtoe en dat heb ik ook van
collega's vernomen zijn zij het in
dit opzicht niet, hoe verdienstelijk zij
ook in hun overig werk mogen zijn.
Wat betreft de fprmalinelampen,
dr. de Voogt schijnt die wel noodig
te achten. Daartegenover staat dat de
directeur van don gemeentelijken ont
smettingsdienst te Rotterdam mij ver
klaard heeft niet te begrijpen dat men
ze hier nog noodig acht. Bovendien,
er zullen 2 Torrens desinfecteren aan
geschaft worden. Men zou het des
noods met 1 desinfector af kunnen,
maar ik heb geen bezwaar dat men
er 2 aanschaftlaat men er X in re
serve hebben.
Dan zegt u, M. de V. 1, dat B. en
W. de minvermogenden ook van be-
taljng willen vrijstellen. Het bezwaar
is dat de menschen dan naar het ge
meentehuis moeten. Theoretisch kan
men zeggen dat het best gaat maar
de practijk leert anders, gelijk blijkt
als men met de menschen te maken
heeft. Ieder medicus weet hoe moeilijk
het is de menschen naar het gemeen
tehuis te krijgen. Bij een vast tarief
weten de menschen waaraan zij toe
zijn. Het is volstrekt geen bezwaar
dat menschen met een inkomen van
meer dan f 600 f 2.50 moeten betalen.
Wanneer een werkman met een groot
gezin het niet kan betalen zijn er
particulieren genoeg die de onkosten
zullen willen bestrijden men kan het
geld daarvoor best vinden. Voor de
menschen met inkomens boven de
f 1000 is het volstrekt geen bezwaar
de door my voorgestelde bedragen te
betalendie zijn gering.
Het tarief dat B. en W. voorstellen
is te hoog juist voor de menschen die
niet tot de minvermogenden gerekend
kunnen worden. Hot groote gevaar
van dat tarief is juist dat de ontsmet
ting voor den middenstand, die hier
ter stede tamelijk sterk vertegenwoor
digd is, voor de menschen met een
matig inkomen, te duur wordt. Men
zal op allo mogelijke manieren trachten
aan de ontsmetting te ontkomen, men
zal allerlei uitvluchten zoeken en men
zal gaan smokkelen in twijfelachtige
gevallen, terwijl, wanneer het tarief
niet te hoog is, men eerder tot ont
smetting zal overgaan.
De V o o r z i 11 e rIk acht het mijn
plicht op te komen voor de artsen
hier ter stede tegen hetgeen dr. Broek
huizen beweert. Er zou zoo weinig
ontsmet worden, het" zou moer ge
schieden wanneer van hoogerhand
pressie werd uitgeoefend, het is zoo
moeilijk de menschen er toe te krijgen
en er worden allerlei uitvluchtingen
gezocht om niet tot ontsmetting over
te gaen. Hij heeft ook gezegd dat er
16 gevallen van besmettelijke ziekten
waren aangegeven en dat slechts in 6
gevallen de woningen waren ontsmet,
zoodat dus is 10 gevallen de medicus
niet zou hebben laten ontsmetten of
schoon het noodig was. Dit is toch
min of meer een smet die door dr.
Broekhuizen zijn collega's wordt aan
gewreven. Ik kan toch niet aannemen
dat welke arts ook, die in zijn hart
overtuigd' is van de noodzakelijkheid
dat ergens een ontsmetting geschiedt,
zich van zijn plicht laat afhouden
door uitvlucnten van de patiënten. Ik
meen dat een arts daarvoor te hoog
staat.
Op dezelfde wijze wensch ik op te
komen tegen de zeer apodictische uit
spraak van den heer Broekhuizen dat
de ontsmettingen, welke totnogtoe
hier zijn geschied, van nul en geener
waarde zijn. Dat is onjuist. Maar bo
vendien, verleden jaar is toch zes
malen een medicus gevonden die bijkt
ook in dit opzicht met den heer Broek
huizen te verschillen. In 6 gevallen
is 'toch wel ontsmet en wij mogen
niet aannemen dat dit zou zijn ge
schied wanneer alle medici van oor
deel waren dat de ontsmetting hier
van nul en geener waarde is.
(Slot volgt).
RECHTBANK TE ROTTERDAM.
Strafzitting.
Beklaagd van brandstichting stond
terecht, de 48-jarige arbeider H. L. te
Schoonhoven.
Hij deelde mede, gehóórd te heb
ben, dat op 16 Februari een schuur
te Bergambacht, behoorende aan H.
Tempelman, met wien hij kort te
voren ruzie had gehad, was verbrand.
Overigens wist hij er niets van.
De doktoren C. Th. F. vonZiegen-
weidt en O. A. v. d. Loo hebben een
onderzoek ingesteld naar bekl.'s geest
vermogens en achten hem niet toe
rekenbaar. De man is intellectueel
achterlijk affecten doen zich bij hem
voor, b.v, wanneer hij zich ergens
over opwindt. Hij doet dan dingen
gelijk hem thans ten laste wordt ge
legd, tengevolg^ van zijn pathologisch
reageeren op affecten. De doktoren
achten hem zoomin voor de gevan
genis als vb or een krankzinnigenge
sticht geschikt.
Bekl. was bij Tempelman manden
maker geweest. T. woonde in een van
vier woningen, welke op acht meter
afstand stonden van de verbrande
schuur, waarin elfduizend manden
waren geborgen. Aan een andere zijde
bevond zich een boerderij met hooi
berg. Des Maandags had bekl. T. ge
dreigd, hem wel te zullen krygen en
op Donderdag d.a.v. omstreeks half
elf des avonds had get., komende van
Schoonhoven, een man gezien die uit
de richting van zijn woning kwam.
Of deze man de bekl. was, kon get.
niet zeggen. Thuis gekomenhad get.
zich te ruste begeven en tegen elf
uur was hij gewekt. De schuur brandde
geheel afhad de wind uit een andere
richting gewaaid, dan zouden ver
moedelijk of de wqningen of de boer
derij vlam hebben'gevat.
Get. Ooms was met bekl. en diens
vrouw en dochter op den avond van
15 Februari naar huis gegaan. Ook
hij had bij een lantaarn, staande dicht
bij de grens van Schoonhoven en
Bergambacht een man gezien, die
schielijk omkeerde, toen hot gezel
schap aan kwam. Get. meende, dat
het gevaar voor uitbreiding van den
brand, zeer groot was geweest.
De agent Vogel had zich na den
brand begeven naar de woning van
bekl., wiens vrouw in spijt van het
late uur, geheel gekleed was alsof zij
wachtte op de dingen die komen
zouden. Bekl. was boven, en toen zijn
vrouw hem riep, kwam hij beneden.
Zoodra hij get. zag, zeide bekl.„O,
ik moet zeker voor mijn zwager Tem
pelman weer ongelukkig gemaakt
worden". Zijn vrouw deelde mede, dat
bekl. uit was geweest.
Get. v. Oosten had omstreeks elf
uur den bekl. zien loopen, die naar
huis ging. Eenigen tijd later was de
brand uitgebroken.
Buiten j eede gehoord, deelde de
vrouw van bekl. mede, dat deze op
den avond van 15 Februari uit was
geweestwaar naar toe was haar niet
bekend.
De officier achtte het ten laste u
legde bewezen en vereenigde zich met
het oordeel van de deskundigen.
Geëischt werd schuldigverklaring
van bekl. aan opzettelijke brandstich
ting, waardoor gemeen gevaar voor
goederen te duchten is, en plaatsing
in een krankzinnigengesticht voor een
proeftijd van ten hoogste een jaar.
POSTERIJEN
kilo 7.25 ik 7 50 GerstWinter ƒ725
k f 7.50. Zomer f 7.25 k 7.50. Che
valier 8.— k f 8.50, Buitenl. voergerst
>er 65 kilo 7.k 7.25. Haver per
".L. 540 k 5.75. Per 100 kilo 10.50
11 Hennepzaad Buitenlandsche
t ir 50 Kilo 7 75 - A 8.—. Kanarie
zaad 12.50 13.Karwijzaad per
Kilo 17 50 k 18.—Koolzaad
j .5.kf 16.per Hectoliter. Erwten:
Kookerwten 17.k 17 50. Buiten
landsche voererwten per 80 Kilo 8
*1.25 Boonenbruine boonen ƒ17.50
- j »J.5o. witte boonen 22.—k f 24,
Paardenboonen 9.25 a 9.50 Duiven-
boonen 9.50 k 10 Mais per 100.
KiloAmorikaansche Mixed 9.— k
9.25. Kleine ronde 9.25 f 9.50.
Veemarkt. Melkvee, goede aanvoer,
handel en prijzen big ven hoog.
Vette varkens, redel. aanvoer, handel
matig, 28 4 31 ct. per halt K.G.
Biggen voor Engeland, redel. aanvoer,
handel matig? 20 k 2i'/a ct. per half K.G.
Magere Biggen, goede aanvoer, handel
vlug, f 1.70 k f 2.10 per week.
Vette Schapen geen aanvoer, handel
f -.-k f
Lammeren goede aanvoer, handel matig
8.— k 13.—.
Nuchtere Kalveren, goede aanvoer, han
del vlug 8.k 13.
Graskalverenaanvoer, handel
- 4 f
Fokkalverqn 14k 22.
Kaas, aangevoerd 173 partijen, handel
vlug
ie kwal. 30.— k 34.—2de kwal
26.k 29.
Zwaardere k f
Noordhollandsche a
Boter 2061 stukken van K G Handel
vlug.
Goeboter 1.20 it 1.30.
Weiboter 1.00 k f 110,
Postkantoor te Gouda.
Lijst van de aan dit kantoor ter
post bezorgde brieven en briefkaarten,
welke wegens onbekendheid van de
geadresseerden gedurende de 2e helft
der maand April niet zijn kunnen
worden uitgereikt.
Namen der Plaatsen van
geadresseerden. bestemming.
Brieven. Binnenland.
P. Bouter. Streefkerk.
H. Visser. Utrecht.
B. D. van Os. Gouda.
Briefkaarten.
Mej. C. de Jong. Gouda.
IJschstraat den Haag.
P. van Leeuwen. Haag.
Mej. B. de Jong. Haarlem.
H. Klein.
0. Huurman. R'dam.
J. O; Vermeule.
1 zonder adres.
Drukwerk 15 stuks.
Briefkaarten. Buitenland.
A. Kooy. Berlin.
Familie Vos. Dieke. Cöln.
Spoor enberg. Paris.
Heinrich Terhorst. Duitschland.
Nota. Aan de afzenders wordt aan
bevolen hun naam en adres op de
stukken te vermelden, opdat deze bij
onbestelbaarheid aan hen kunnen
teruggegeven worden.
De Directeur van het Post
en Telegraafkantoor,
HERMANS.
ttAKKTBËRlUHTEA
Gouda, 2 Mei 1912.
GRANENVast en onveranderd.
TarweZeeuwsche 10.50 k 10.75
mindere dito lo,— k 10.25. Afwijkende
9-75 4 I0*— Polder 9.— k 9.50.
Rogge Zeeuwsche ƒ7.75 4/8.--, Polder
7.25 k 7.50. Buitenlandsche per 70
8.a
4 1"
TWEEDE KAMER.
Vergadering van heden.
Het Pantserschip.
De algemeene beschouwingen wer
den voortgezet.
De heer de Jongh (u.l.) wees op de
drie bezwaren tegen oen groot schip
n.l. dat ze in Holland niet gebouwd
kuunen worden, daar de dokken te
klein zijn en dat de haven van Soe-
rabaya geen voldoenden diepgang en
geen behoorlijken ingang heeft. "Wat
het eerste bezwaar betreft wees spr.
er op dat*de Rotterdamsche Droogdok
Maatschappij een zoodanige werf heeft,
die onlangs nog een schip bverde van
ver over de 8000 ton inhoud. Gebleken
is d^t deze werf in staat zal zyn een
schip te bouwen gropter dan het door
de regeering voorgestelde. Het bezwaar
dus dat in Nederland geen grooter
schip gebouwd kan worden, is hier
mede opgeheven.
Wat het bezwaar der te kleine dok-
betreft, spr. herinnerde er aan dat in
Soerabaja thans 'in aanbouw is het
groote nieuwe dok van 14 duizend
ton grootte.
Spr. wees er voorts op dat te Rot
terdam spoedig de noodzakelijkheid
zal doen gevoelen van een grooter dojc,
waarschijnlijk wel tot een grootte van
16 duizend ton.
Het derde bezwaar, het gemis aan
diepgang en goeden ingang te Soera
baja, moest naar spr.'s oordeel zoo
spoedig-mogelijk weggenomen worden
niet zoozeer voor groote oorlogssche
pen, maar omdat ae koopvaardijsche
pen zulks eibchen. Indien daar niet
m voorzien vr^rdt zal de haven niet met
den tijd kunnen meegaan en dus groote
schade lijden of te gronde gaan.
Spr. wilde zich niet mengen in de
kwestie wat voor schip het meest ge
schikt is alleen had spr. deze drie be
zwaren willen weerleggen.
Spr. volstond met de verklaring dat
hij tegen het voorgestelde schip zal
stemmen.
Motie van Orde.
Hierna was het woord aan den heer
Lohman, die mede namens de heeren
de Visser en van Wassenaar een motie
indiende, strekkende om alvorens over
de aanschaffing van een schip te be
slissen, oen staatscommissie in te stel
len, die zal onderzoeken^ op welke
wijze, onder de bestaande omstandig
heden en in verband met de financiën
van Nederland en Koloniën onze Oost-
Indische bezittingen behooren te wor
den verdedigd tegenover eventueele
aanvallen, en de neutraliteit kan wor
den gehandhaafd.
De heer van Karnobeek (v. 1.) zeide
dat deze motie vrijwel precies wilde
wat ook hij had willen voorstellen.
Het voorgestelde schip had spr.'s sym
pathie niet. Beslist verklaarde spr.
zich daartegen, aangezien naar zijn
meening dit schip te zwak is. Het
kan noch vechten, noch vluchten. Dit
is in een vloed aan geschriften getoond.
De zitting duurt voort.
Tegen de trusts.
Men seint uit St. Paul (Minesota)
dat de regeering wegens inbreuk op
de trustwet togen een vereeniging voor
den verkoop van landbouwmachines
is opgetreden en hare onmiddelijke
ontbinding verlangt.
Vódrines niet overleden.
Parijs, Woensdag 1 Mei. De hoop
om Védrines in het leven te houden
blijft voortbestaan. Te middernacht
p de aviateur zeer rustig en was
zijn ademhaling normaal. Om 9 uur
heeft een nieuw consult plaats, waarna
een bulletin zal worden uitgegeven.
Om vijf uur des morgens was de toe
stand nog stationnair.
Madrid, 30 April. De koning heeft
aan Vódrines een telegram gezonden,
waarin hij uitdrukking geeft aanzijn
levendige belangstelling in de tijdingen
omtrent den 'toestand van den ge
wonde en zijn beste wenschen voor
zijn herstel uitsproekt.
Het auto-banditisme.
Op last van den rechter van instruc
tie Gilbert heeft een huiszoeking plaats
gehad bij het echtpaar Rolnert, dat
aan Dieudonnó en onkele andere leden
der bende Bonnot-Garnier een schuil
plaats zou hebben verleend. Tal van
documenten zijn in beslag'genomen.
Het echtpaar gearresteerd.
Branden in Duitkchland.
Uit Berlijn wordt geseindDoor
de droogte zyn een groot aantal bran
den uitgebroken. Verbrand zijn de^
naaimachinefabriek van Werder te
Frankfort a.M., katoenpakhuizen te
Bremen, de' ververij van Plaen en
houtzagerijen in Zurchau en eindelijk
het slot van den Graaf von Salm—
Salm te Anhalt. Bij dezen laatsten
brand zijn verschillende kostbare schil
derijen verloren gegaan. Door het
afbranden der fabrieken zijn honderden
arboiders werkeloos.
Gerechtshof 's Gravenhage.
Het O. M. bij het Haagsche Gerechts
hof veroordeelde heden mevr. van
Hall te Rijswijk tot een jaar gevan
genisstraf. De eisch was 8 jaar.
Vli egoh gel ukken
Berlijn, 2 Mei. Het luchtschip van
Siemens Schuckert maakte gb aren
een opstijging en beliep averij bij de
landing. Het hoogtestuur en de schroef
werden vernield.
Hedenmiddag had de eerste proef
tocht plaats van het Suchard-lucht-
sohip dat over den Atlantischen Oce
aan naar Amerika zal oversteken zoo
heet het.
De vlieger Höffli is te Johannis-
thal doodgevallen. Hij bestuurde een
Gödtko's vliegtuig.
Onze landgenoot Sommer is te
Frankfurt a.M. gevallen en is ernstig
gekwetst.
Weer een boot vernield.
Konstantinopel, 2 Mei. Bij het
eiland Samograke is de sleephootZe-
mendas, die de zeeëngten in de Aegëi-
scbe zee inspecteerde gisteren op een
mijn geloopen, die ontplofte. De sleep
boot werd vernield 12 soldaten kwa
men om, 1 man werd gered.
Inbraak Allg. Electr. Gesellschaft.
De Amsterdamsche recjhtbank ver
oordeelde heden den den 18-jarigen
electricien Tilarski tot 21/2 j., de 21-
jarige koopman Postma tot 4 jaar; de
19-jarige Ruyvers en de 23-jarige
Packhnys tot 5 jaar en de 25-jarige
bierbottelaar Symons wegens heling
tot 4 jaar gevangenisstraf.
ONTVANGEN eene buitengewoon
groote Collectie Nouveauté's in
Costumes tailleur, Mantels,
Robes, Blousen, Rokken,
van de goedkoopste tot de beste
soorten tegen de meest concurreerendè
pry zen.
Specialiteit in Nouveauté's
Bekroond op diverse Tentoonstellingen
met de hoogste onderscheiding.
an het Koninklijk Meteriologisi
Instituut te DE BILDT.
Hoogste barometerstand 768.2 te
Seydisfjord, laagste stand 750.5 te
Horta.
Verwachting tot den volgenden dag.
Zwakke tot matige zuidwestelijke
tot zuidelijke wind, licht tot half be
wolkt, weinig of geen regen, mogelyk
nachtvorst, overdag zacht weer.
BURGERLIJKE STAND.
GOUDA.
GEBOREN30 April. Johannes
Theodorus, ouders M. J. de Jong en
E. W. Luijnenburg. 1 Mei, Adria-
nus, oudérs B. Weeldenburg en M.
8. Janssen.
GEHUWD: 1 Mei. G. H. Huffener
en J. M. Borst. - J. A. van Gennep
en D. M. Borst. J. Gerritsen en
A. Kruijt. L. de Bruin en E. C.
Broekhuijzen. F. Groeneweg en S.
Burger. L. Barreveld en J. van
Zee Exalto. A. P. Vermeij en G.
O. Overeijnder. S. G. van Schaik
en J. M. Koridon.
OVERLEDEN30 April. A. Quispel,
72 j. 1 Mei, J. Matze, 12 j.
*F. H. Reebeen, 33 j.
VAN DEN
Effecten bundel te Amstet-dam
2 MEI 1912.
Staatsieenineen. K
Ned. Cert. Werkelijke
Schuld 3 pet. 793/t 79l6/i„
Oostenr. Belastingvrije
Kronenrente 4 pet. 899/16 90
Port. Obl. 3de Serie
Amort. Schuld 3 pet. 649/ie 643/%
Russische Obl. 1906
5 pet. 1Q09/Ifi 1001%
ld. Obl. (Gr. Russische
Sp w .mij1898 4 pet. 871 /g 883/%
ld. Obl. (Nicolai Spoor
weg) 1867-69 4 pet. 92% 92%
ld Obligatie 6e Emis
sie 4 pet 87Vja 87 y4
Japan. Obl. 1899 4 pet. 86
Mexico Afl. Binnenland
Obl. 6 pet. 46%
Brazilië. Funding Lee
ning 5 pet. 1037/ia
d. Obl. 1889 4 pet. 85'/j
V ene?uela DiplSchuld
1905 3 pet. 08% &8i%
Itank- en Crediet-Instel-
lingen.
Ned. Bankaandeelen 217
Industr. Ondernemingen
American Car Foun
dry Oomp. C. v. A. 59Va 90
ld.Smelting &Rofining
Co. Cerfc. Aand. 83,6/,e 861 /2
Anglo American Tele
graph Cy. Cerfc. v. A. 255,
U. S. Steel Corp. Cert.
v. )w. Aand. Y0i,/iö 71
Kul. Jrediet lnstell. en
Cultuur Ondernemingen
Handelsver. „Amster
dam" Aand. 208% 209
Jav. Cultuur Mij. Aand. 329 '/2 331
Ned. Handel-Mij. C.v.A 189%
Mijnbouw Mijeii.
Ketahoen" Mynbouw
Mij. Gew. Aand. 63% 53%
Redjang Lebong, Mijn
bouw Mij. Aand. 342360
Great Cobar Aand. 96 98%
Petrolenm-Ondern.
Dorische Petroleum In
dustrie Mij. Gew. A.
Kon. Ned.Mij.totExpl.
v. Petr. Bronn. C.v.A
Shell" The Transp.
Trad Cy. C. v. G. A
Scheepvaart My en.
Ned.-Am. Stoomvaart-
Mij. Aand.
Stoomvaart-Mij. „Zoe-
land" Preferente A.
Int. Mercantile Marine
Cy. afgost. Pref. A.
Tabak-Ondernemingen
Bindjey Tabak My. A.
Diversen.
Maxwel Land Gpant
Cert. v. Aand.
Peruvian Corporation
Iim. Cert. v. Aand.
Spoorwegen.
Holl. IJzeren Spoor
wegmij. Aand.
Mij. t. Expl. v. Staats
spoorwegen Aand.
Zuid-Italiaan. Spwmij.
Serie A-H Obl. 3 pet.
W arschau-W eenen
Spoorwegmij. Aand.
dito dito Act. de Jouiss. i
Amerika. Atchison Alg.
Hypb. Obl. 4 pet.
Erie Spoorweg-Mij.
Gew. Aand.
Union Pacific Railroad
Cy. Cert. v. gew. A.
Wabash Gew. Aand.
Premieleeningen.
Amsterdam Aand. 3 pet
Hongarije. TheLss-Re-
gulirungs-Qes. 4pqt.
GELDKOERS.
Prolongatie 5 pCt.
Nat. en Buitenl. Staatsfondsen wei
nig varieerend. Van Mijnen Redjangs
willig, Cobers en Ketahoens vast. Tram
waarden prijsh., Tradings vast, Mari
newaarden lusteloos en iets hooger,
American Smeltings bijzonder vast, Pe
troleum wat beter, vooral Geconsoli
deerde Tabakken iets hooger, Culturen
prijsh. Rubbers iets minder.
16717
537 V
500
172
109
19%
98'/,
4'/,
10"7,«
97
633/„
186'/.
1100.—
98'/.,
36'/,
171
8 V.
99"/,
150'
536'/,
105
98'/,
87'/,
68'/,
98
36'/,
172
8
100'/,,
150'/,