rrei n
Van Houten 's
*1
Zaterdag 18 Mei 1913.
’risia*
merk
veevoeders.
51e Jaargang.
IG’S
LADE
IEER
10
Gen Hbuisfore SLaaH.
Eerste Blad.
F GOED en GOEDKOOP1
is
UU’S
H
STE.
iRNHEM.
■DA.
WARENHUIS, Spuislr. Den Haag.
BV Alle Luxe- en Hulst. Artikelen.
Op den verkeerden Weg.
FEUILLETON.
S’ULïtexxlazXxrL.
Hï©’^-3xrs- voor <S-ou_cLsl exx
Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen.
Telefoon Interc. 82.
Telefoon Interc. 82. Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON.
No.
I8M
DIEST.
aflevering.
(Wordt vervolgd.)
n&Ziu, Gouda.
m WoUingtoez.
ierstandsoomm.
(Uit het Fransch.)
Dit Nummer bestaat uit twee
bladen.
Rona
Cacao
in vierkante bussen
1 Kg. /1.50|y4Kg./0.42i
-0.80 l^o-o. is)
lendermeel
rvoederkoston
4Q en 5 kilo
ïemethode.
oederfaoriek
I8IA.
Enkhüizen.
aar bij HH.:
Wijdstraat.
D, Veerstal.
j geregeld tj'dig
ontvangen van
en, vennakelijk-
i dan in onie
T. CREBA8,
Telef. 40.
toe van de mannen, die het geheele
gebied van staatsbeleid willen en
kunnen overzien, men roept aldus
het meest bedenkelijke groepsegoïsme
in het leven, met dg daaruit nood
wendig voortkomende succesjagerij
van candidaten.
Wie belet andere groepen om op
hun beurt eveneens opzettelijk niet
verder te kijken dan hun vereeni-
gingsneus lang is?
En wat zal dan gebeuren?
De anti-tariefman zal den candi-
daat met voorbijzien v4ït al het an
dere vragen, niet zijt gij tegen
bescherming, maar: „Zijt gij lid,
neen propagandist, van het Vrije
Ruilverkeer?” „Volksonderwijs” zal
als eisch komen stellen een serie
spreekbeurten voor de openbare
schoolDe Mannenbond voor Vrou
wenkiesrecht minstens een tournée
voor het door hem nagestreefde be
ginselen vragen. De Vergunning
houders, de Visschers, de Anti-Trek-
honden-strijders, de Anti-Vivisectie-
ijveraars, de Geheelonthouders, de
Rein-Levenmenschen, de vul
maar aan lezer een kolom of wat,
zij allen zullen met-.ngeveer even
veel recht aan de candidaten komen
vragen zijt gij lid van, neen zijt
gij propagandist voor onze beweging.
Antwoordt de candidaat ontkennend,
dan jaagt hij een bepaalde groep
tegen zich in het harnas, verzwakt
zijn kansen, die de kansen, van zijn
partij, zijn beginsel zijn. Maar al te
licht zal de zwakke toegeven, zal de
sterke bedanken voor de eer En
de kiezer, die wil afvaardigen een
vertegenwoordiger van wie hij uit
partijprogram en verleden weet, dat
hij strijden zal voor ’t beginsel, dat
ook het zijne is, die nuchter-den-
kende en oordeelende kiezer komt
in het gedrang, verliest zijn belang
stelling en bedankt evenzoo voor de
eer 1
Zoo ontaardt door het ageeren
der particularisten ons parlementaire
stelsel tot verwordens toe.
En bereiken de ijveraars hun doel
izaal Hollandia,
ndavergadering
ouda v/d. Ned.
Spreker, Dr- A.
Zoo is gedaan door de voorstan
ders van Algemeen Kiesrecht, die
hun leus hebben weten te brengen
in de partij-programma’s van ver
schillende politieke organisatie en
daarmee bereikten, dat deze over
winning mettertijd invoering van
A. K. verzekert.
Niet zoo de strijders voor staats-
pensionneering. Steunende op de
kracht van hun organisatie zijn zij
„politiek” op eigen gelegenheid gaan
drijven door buiten de kiesvereenigin-
uog om aan candidaten en adspirant-
candidaten de vraag voor te leggen
„Zijt gij voor staatspensionneering
Tot zoover werd een meer en meer
gebruikelijke weg gevolgd, zij het
een dwaalwegImmers het zijn niet
de beste vertegenwoordigers noch de
krachtigste kampioenen, die het grifst
bereid zijn alle gestelde vragen be
vestigend te beantwoorden.
Maar eenmaal aan het „dringen”
ging men verder. „Zijt gij voor
stander van het stelsel van staats
pensionneering, dat de Bond voor
staat?” werd gevraagd. En, vree-
zende voor verkiezingsbekeeringen,
werd nog een stap verder gezet op
den verkeerden weg door het officieel
stellen van de vraag: „Zijt gij lid
van den Bond voor Staatspension
neering?” Ook dit was nog niet mooi
genoeg. In circulaires aan de afdee-
lingen werd rondweg aangegeven,
dat feitelijk alleen propagandist
van de bondsideeën de rechte man
kon zijn en gaven de leidende per
sonen een lijstje waaruit nu nog
voor hoe lang? goedmoedig
de keus werd gelaten.
Ieder onbevooroordeeld burger zal
moeten erkennen, dat dit toch in
derdaad te dwaas wordt. Nog daar
gelaten, dat bij dit optreden de on
afhankelijkheid der afgevaardigden
ten zeerste wordt bedreigd, dat het
aantal „specialiteiten” in de verte
genwoordiging stijgt, tot verdringers
Nu de verkiezing in Hoorn achter
den rug is, lijkt het goed een enkel
teekenend Verschijnsel, dat bij dezen
Stembusstrijd is op te merken ge-
1 peest, in het licht te plaatsen.
4 Veel scherper dan tot nu hebben
'voorstanders van invoering eener
bepaalde wettelijke regeling, in dit
geval van staatspensionneering, drang
op de kiezers en op de candidaten
uitgeoefend om iemand gekozen te
krijgen, die volmondig verklaarde te
zijn vóór de door hen aangeprezen
oplossing van dit maatschappelijk
vraagstuk.
Oppervlakkig beschouwd is dit
streven begrijpelijk. Men wil, vaak
na jaren van propaganda en agitatie
voor een of ander doel, eindelijk
eens wat meer tastbare resultaten
bereiken, dan die welke bestaan in
daverende toejuichingen op verga
deringen, wèl-slagende meetings e.d.
Te meer wil men dit, waar al pro-
pageerende het nagestreefde doel in
eigen oog geworden is; het ééne,
zeker het eerst noodige 1 En dit
meer tastbare resultaat is voor hen,
die hun iedaal door de volks
vertegenwoordiging tot werkelijk
heid moeten gebracht zien, uiter
aard het verkiezen van een afgevaar
digde van wien verwacht mag wor
den, dat hij zal zijn een strijder in
de Kamer voor het aangehangen
beginsel.
Wordt, om dit doel te bereiken,
de normale weg ingeslagen, dan
zullen de strijders hun invloed aan
wenden in de verschillende kiesver-
eenigingen, trachten hun wensch als
verkiezingsleus aangenomen te krij
gen en dientengevolge candidabyi
te zien aangewezen, die bekend zijn
of zich uitspreken als voorstanders
van het verdedigde beginsel.
4°. Toiletkamer.
5°. Zoldertrap.
6°. Groote en eenige schoorsteen
van het paviljoen, die voor de proef
nemingen wordt gebruikt.
Door Rouletabille was een platte
grond geteekend en er mankeerde
niets aan, dat tot de oplossing van het
vraagstuk zou kunnen meehelpên. De
lezer weet er nu evenveel van als
Rouletabille toen hij voor het eerst
in het paviljoen kwam en ieder zich
afvroeg„Hoe de moordenaar uit de
gele kamer had kunnen ontvluchten?”
Voor hij de stoep van 't paviljoen
opging, hield Rouletabille ons staande
en vroeg aan meneer Darzac
„Wat was ae beweegreden tot de
misdaad?”
„Voor mij bestaat daaromtrent geen
twijfel”, sprak de verloofde van juf
frouw Stangerson innig bedroefd. „De
sporen der vingers, de diepe wonden
aan de borst en den hals van juffrouw
Stangerson toonen aan, wat de ellen
deling van plan was. De doctoren die
gisteren een onderzoek hebben inge
steld, zeggen, dat de wonden door
dezelfde hand werden aangebracht,
waarvan het bloedige afdruksel op
den mnur, is gevondeneen geweldig
groote hand meneer, die niet in mijn
handschoen zou gaan”, voegde hij er
Och, laten zij, die candidaten voor
één bepaald doel naar de Kamer
hebben afgevaardigd, eens nagaan
wat hun vertegenwoordiger, tot stand
bracht, tot stand kon brengen, ’t Is
schraal en schaarsch
Niet hun doel, wel iets anders,
bereiken zij. En wel dit. In twijfel
achtige districten kunnen zij den zetel
ontnemen of onthouden aan een man,
die meer of minder ver van hen
afstaat in één opzicht, doch die in
alle andere opzichten hun als afge
vaardigde lief zou zijn, om dezen
zetel in handen te brengen van een
ander, die in letterlijk in elk opzicht
hun tegenstander is.
In het belang van de overwinning
onzer begii^elen, maar ook, maar
meer nog zelfs in het belang van
de zuiverheid van den politieken
strijd keere ieder vrijzinnige zich
tegen de hierboven geschetste tactiek
van groepen, die zóó lang hebben
gestaard op één punt der lichtende
toekomst, dat 'zij blind zijn voor al
het andere, ten slotte ook blind voor
den rechten weg, die voert naar
eigen doel
dverseelvoer)
13 en Va kilo
De Keizer en E^hs-Lothai-ingen.
Nog altoos is men in Duitschland
vol van de uitlatingen van den Kei
zer. Immers niemand verwachtte een
zoo scherpen uitval na de verzekering,
die indertijd von Bülow in den Rijks
dag had gegeven, dat de Keizer zelfs
in particuliere gesprekken de noodige
voorzichtigheid zou betrachten, wel
was nadien de Keizerlijke redevoering
in Koningsbergen nog verschenen,
maar zoo iets is zelfs de Agrariërs
te sterk. Blijkbaar heeft de Keizer
dan ook begrepen, dat er iets moest
worden gedaan om de pil te vergul
den. Natuurlijk was het niet meer
mogelijk in een officieel dementi de
gebezigde woorden voor niet gebruikt
te verklaren, te meer waar de aller
eerste tekst verschenen was in het
bekende anti-Duitsche blad, de „Ma
tin”, waarop in plaats van een logen
straffing, een bevestiging in een half
officieel blad verscheen. De woorden
konden dus niet meer gelogenstraft
met een bitteren glimlach bij.
„Zou die roode hand niet van juf
frouw Stangerson kunnen zijn
vroeg ik.
„Er was geen droppel bloed aan de
hand van juffrouw Stangerson, toen
men haar vond”, antwoorde Darzac.
„Men is er dus zeker van”, vroeg
ik, dat juffrouw Stangerson zich ge
wapend had met de revolver van
vader Jacques Ze duchtte dus iets
of iemand
„Dat is waarschijnlijk...”
„U verdenkt niemand?”
„Neen”, antwoordde Darzac, terwijl
hij Rouletabille aanzag.
Deze vertelde mij toen
„Je moet weten, dat de instructie
al iets verder is gekomen dan meneer
De Marquet ons heeft willen zeggen.
Niet alleen weet men dat de revolver
het wapen was, waarvan juffrouw
Stangerson zich bediende om zich te
verdedigen, maar men kent ook, men
heeft dit dadelijk gekend, het wapen,
waarmee juffrouw Stangerson is aan
gevallen. Het is een schapenbeen.
Waarom is meneer De Marquet daar
me® zoo geheimzinnig? Om het on
derzoek te vergemakkelijken?
Ongetwijfeld. Hij denkt misschien,
dat men den eigenaar er van terug
zal vinden, onder hen, waarvan men
bij de politie te Parijs weet, dat ze
zich bedienen van dit vreeselykste
werktuig dat de natuur heeft uitge
vonden... Men weet nooit wat er in
het hoofd van een rechter van instruc
tie omgaat”, voegde Rouletabille er
met eenige minachting bij.
Ik vroeg
„Heeft mén dat been dan in de
gele kamer gevonden
„Ja, meneer”, antwoordde Darzac,
„bij het bedmaar spreek er als ’t
u belieft niet over. Meneer De Mar
quet heeft ons gevraagd,,het geheim
te houden. Het is een geweldig groot
been, dat bij het gewrichtshoofd nog
rood zag van het bloed uit de wond,
die het juffrouw Stangerson had toe
gebracht. Het is een oud been, dat
al voor meerdere misdaden heeft moe
ten dienen. Dit denkt althans meneer
De Marquet, die het naar Parijs naar
het gemeentelijk laboratorium heeft
laten brengen om het te doen onder
zoeken. Hij gelooft toch dat er niet
alleen het bloed op zat van deze
laatste misdaad, maar ook nog roode
plekken, die niets anders konden zijn
dan het opgedroogde bloed van vroe
gere misdaden.”
11011NIIE COURANT.
PRIJS DER AD V ER TE N TI
Van 1—5 gewone regels met bewijsnummer f 0.55
Elke regel meer0.10
Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend.
Dienstaanbiedingen per plaatsing van 1—5 regels f0.35 bij vooruit
betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames f 0.25 per regel.
Groote letters en randen naar plaatsruimte.
groote, zware wolken. In die droef
geestige omgeving zagen we de witte
muren van het paviljoen.
Een vreemd gebouw, dat op de
plaats, vanwaar wij het zagen, geen
enkel raam vertoonde. AUeen een
kleine deur toonde den ingang aan.
Men had het voor een groot mauso
leum kunnen houden in een verlaten
bosch Hoe meer we naderden, hoe
beter begrepen we de inrichting. Het
gebouw kreeg al zijn licht uit het zui
den, dat wil zeggen, van den kant
van het vlakke veld. Met de in het
park uitkomende deur moesten meneer
en juffrouw Stangerson daar een ideaal
plekje hebben om er voor hun werk
te leven.
Hieronder volgt een beschrijving
van dit paviljoen. Het bestond slechte
uit een gelijkvloerschè deel en een
zolder, waarmee we niets te maken
hebben.
1*. Gele kamer met het eene getra
liede raam en de deur die in het
laboratorium uitkomt.
2®. Laboratorium, met de twee ge
traliede ramen en de deuren, waarvan
een in de vestibule uitkomt, de andere
in de gele kamer.
3®. vestibule, met het ongetraliede
raam en de dëur, die in het park uit
komt.
NDANTZIG,
d. HOOGEN.
z. v. ABS-
13)
Het is nu maar de vraag, welke
Dan kan van belang zijn, ook al zijn
ze niet medeplichtig. Alles is van
belang, wat op zulk een nacht voor-
We waren een bruggetje over de
Douve overgegaan en kwamen in dat
deel van het bosch dat het eikenbosch
wordt genoemd. Er stonden daar hon
derdjarige eiken.
De herfst had hun gele bladeren al
verschrompeld en hun hooge, zwarte
takken deden denken aan afschuwelijke
karen, ineengeknoopte, reusachtige
wptielen, zooals de beeldhouwer der
oudheid ze het Medusahoofd heeft ge-
gavan. Dit plekje, waar juffrouw Stan
gerson ’s zomer woonde, omdat ze het
vroolijk vond’, leek ons in dezen
tijd akelig somber. De grond was
®wart, glibberig door den regen en de
afgevallen bladeren, de boomstammen
waren donker, de hemel boven onze
hoofden zelfs was somber, bedekt met
kanaries
13, en ,/J liter
worden, zeker niet van de zijde van
den Keizer zelf.
Toch moest er iets gedaan worden
en daarom heeft de burgemeester van
Straatsburg, die mede bij het bewuste
gastmaal aanwezig was, aan het offi-
cieele Wolff-bureau machtiging ver
leend, de volgende verklaring te publi-
ceeren„Naar den geest is de uitla
ting des Keizers juist weergegeven.
De tekst is echter in de pers niet
authentiek meegedeeld. In elk geval
heeft de Keizer wanneer hij met het
oog op zekere tendenzen, welke het
land niet tot rust doen komen, sprak
over de mogelijkheid van inlijving van
het land bij Pruisen, dit in dien geest
bedoeld, dat deze inlijving geschieden
zou langs wettelijken weg, door de
wetgevende factoren van het Rijk”.
Aan een coup d’ótat heeft de Keizer
dus niet gedacht, volgens deze ver
klaring.
Er licht echter nog iets zeer eigen
aardigs in deze bedreiging. Het schijnt
een ware straf te zijn, wanneer men
tot Pruis gepromoveerd wordt. Dit
is ook reeds m den Rijksdag door den
vroegeren onder-voorzitter Scheide-
raann gezegd. En voegde deze er aan
toe, hij hoopte, dat Pruisen niet langer
het Duitsche Siberië zou blijven.
Deze woorden schenen von Beth-
mann Hollweg zoodanig te grieven,
dat hij en met hem de geheele rogee-
ring, opstond en heenging.
PRIJS VAN HET ABONNEMENT:
Per kwartaalf 1.25
Idem franco per post„1.50
Met Geïllustreerd Zondagsblad„1.50
Idem franco per post 1.90
Abonnementen worden dagelyks aangenomen aan ons BureauLange
Tiendeweg 64, bij onze Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren