Had.
Alter
acht 269*
AG,
51e Jaargang.
No. 11884.
üsiaw
Donderdag 6 Juni 1012.
XTié-uL-ws- en voor G-oiida. en OzxxstxeHxexx.
E-ciïteaalaxxrL.
FEUILLETON.
óen buistere Slaaft.
D-A-,
WARENHUIS, Spuislr. Den Haag.
sevoeders.
Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen.
Telefoon Interc. 82.
Telefoon Interc. 82. Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON.
Militie te Land.
en
stad aan huif
(Uit het Fransch.)
kaartje
zijn
(Wordt vervolgd
MENORA
erseelvoer)
1 en 7i kilo
ndermeel
roederkosten
10 en 5 kilo
venzaal 8 u.,
e Winkeliers-
W Alle Luxe- en Hntsli. Artikelen.
1
J.
INER ont-
its gewoon
ark
Kanaries
en 7i liter
E WAAR-
n
iskleeding.
F gedeelten
>ed.
en ADR EJSk
E.ALTER
it 269‘,
iQ.
geregeld tijdig
ntvangenvan
vermakielgk-
hn in ome
.m. 10 uur,
Vereeniging
lens, Terrein
lemonstraties
l.
i Woningtoe-
ndscommissie
iwehaven,
.et soliedst
ran allerlei
8, Poets-
p, Zakjes
Schoen-
'methode.
derfabriek
IA..
Enkhuizen.
r bij HH.:
''(jdstraat.
Veerstal.
ongezegeld papier kan worden gesteld.
Aan den verlofganger kan op zijn
daartoe aan den Militiecommissaris van
zijn District te richten en mot redenen
omkleed verzoek worden vergund, het
onderzoek in eene andere gemeente
des Rijks te ondergaan. Hot verzoek
schrift moet tijdig gefrankeerd worden
toegezonden. Maakt een verlofganger,
pan wien eene zoodanige vergunning
is verleend, daarvan geen gebruik, dan
w.ordt deze geacht njet te zijn ver
leend.
Gouda, den 5 Juni 1912.
Do Burgemeester voornoemd,
R. L. MARTENS.
Darzac reeds jaren lang. Hij heeft
mijn dochter lief. Eindelijk geloofde ik,
dat zij hem ook liefhad, daar ze in een
huwelijk had toegestemd, wat ik heel
gaarne zou hebben gezien. Ik ben op
leeftijd, meneer, en net was voor mij
een gelukkig oogenblik, toen ik ver
nam, dat mijn dochter zich verbinden
zou aan den man, dien ik hoog
schat om zijn goed hart en
groote kennis. Maar twee dagen
voor de misdaad vertelde mijn dochter
mij, ik weet niet om welke reden, dat
ze Darzac niet zou trouwen.”
Er heerschte een drukkende stilte.
Het oogenblik was ernstig. Meneer
Dax hernam
Heeft juffrouw Stangersop u geen
enkele beweegredenen genoemd voor
dit besluit
„Ze zei, dat ze te oud was om te
trouwen dat ze te lang had ge
wacht. dat ze goed had nagedacht.
dat ze meneer Darzac hoogschatte en
liefhad maar dat het beter was, dat
alles bleef zooals het was ze hoopte
dat onze vriendschap voor meneer
Darzac zou blijven bestaan, maar dat
ze niet meer over een huwelijk wilde
hooren spreken.”
„Dat is vreemd,” mompelde meneer
Dax.
„Vreemd,” herhaalde meneer De
4°. die een/ of meer van de hier-
voren vermol.de voorwerpen, aan een
ander fiehoorende als de zijne vertoont
dat, onverminderd de hiervoren ge
noemde) straf, de verlofganger, die
ziciugckuldig maakt aan een der feiten
daarbij onder 1°. tot 4°. genoemd,
wordt opgeroepen om op een nader
te bepalen tijd en plaats voor den
Militiecommissaris te verschijnen tot
het ondergaan van een nader oudere
zoek.
dat de manschappen der militie te
land niet alleen gedurende den tijd,
dien het onderzoek duurt, maar ook
voor zoolang zij ter gelegenheid van
het onderzoek in uniform zijn gekleed,
onder de bevelen staan van don Mili
tiecommissaris, zoodat zij, die ongere
geldheden plegen of zich aan strafbare
feiten schuldig maken, hetzij bij het
gaan naar de plaats voor het onder
zoek bestemd, hetzij gedurende het
onderzoek of bij het naar huis keeren,
te dier zake zullen worden gestraft
volgens het Crimineel Wetboek en
het Reglement van Krijgstucht voor
het Krijgsvolk te lande.
Is den verlofganger ter zake van
het onderzoek kwartierarrest opgelegd,
dan wordt hij tot ondergaan van die
straf in werkelijken dienst geroepen.
Ook wordt in werkelijken dienst
geroepen de verlofganger, die, opge
roepen voor het Nader Onderzoek,
daarbij niet verschijnt of, daarbij ver
schenen zijnde, zich schuldig maakt
aan een der feiten, hiervoren onder
2°.4°. vermeld. De duur van dezen
werkelijken dienst wordt door den
Minister van Oorlog bepaald en be
draagt ten hoogste twee maanden.
De verlofganger, die niet voldoet aan
eene oproeping voor den werkelijken
dienst, wordt, na daartoe door den
Minister van Oorlog te verstrekken
last, als deserteur afgevoerd en be
handeld.
Nog worden de verlofgangers op
merkzaam gemaakt, dat het niet-ont
vangen eener bijzondere kennisgeving
hen niet ontheft van hunne verplich
ting tot deelneming aan het onderzoek,
maar dat deze openbare kennisgeving
Eenig en Alleen als bewijs geldt, dat
de verlofganger behoorlijk is opge
roepen.
Ingeval ziekte of gebreken de deel
neming aan het onderzoek mochten
verhinderen, zal daarvan zoodra mo
gelijk ter Gemeente-Secretarie moeten
worden overgelegd eene gelegaliseerde
geneeskundige verklaring, welke op
Mender Darzac hoestte, wat meneer
De Marquqt ook altijd deed als hij ver
legen was.
„U zal begrijpen, meneer Stanger-
son, dat we in zulk een moeilijke zaak
niets voorbij kunnen laten gaandat
we alles moeten, weten, zelfs het ge
ringste en onbeduidendste wat betrek
king heeft op het slachtoffer. Wat doet
u gelooven, dat het huwelijk niet
plaats zal hebben, hoewel we er bijna
zeker van zijn, dat juffrouw Stanger-
son herstellen zal? U zei: „Ik hoop
het.” Die hoop doet denken aan twijfel.
Waarom twijfelt u?”
Meneer Stangerson werd met moeite
zichzelf meester.
„Ja, meneer, u heeft gelijk,” sprak
hij. „Het is beter, dat u weet, wat van
gewicht zou schijnen, als ik het ver
borgen hield. Meneer Darzac zal het
met mij eens zyn,”
Meneer Darzac, die buitengewoon
bleek zag, gaf toestemmend teeken. Ik
geloof, dat hij niet in staat was een
woord te spreken.
„U moet weten,” ging meneer Stan
gerson voort, „dat mijn dochter zich
had voorgenomen mij nooit te ver
laten en dat ze bij dat voornemen bleef
ondanks al mijn smeekingen, wantik
trachtte dikwijls haar tot een huwelijk
over te halen. We kenden den heer
GOIIMIIE COURANT.
PRIJS DER ADVERT ENTITY
Van 15 gewone regels met bewijsnummer f 0.55
Elke regel meer„0.10
Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend.
Dienstaanbiedingen per plaatsing van 1—5 regels f0.35 bij vooruit
betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames 1 0.25 per regel.
Groote letters en randen naar plaatsruimte.
Oostenrijk-Hongarijo.
De legorwet is aangenomen. Het
is haast niet te gelooven, en toch in
óén zitting, in den tijd van enkele
minuten is de geheele zaak kant on
klaar gekomen. Voornamelijk is dit
het werk van de Kamer-president
Tisza. Toen de zitting Dinsdag be
gon, verwachtte men algemeen, dat
aan de orde zou komen het voorstel
om twee zittingen per dag te houden,
welk voorstel zou gedaan worden om
de obstructie af te wachten. Toen
een afgevaardigde hot woord verlangde
over do regeling der werkzaamheden,
weigerde Tisza dit beslist waarop de
oppositie een geheime zitting eischte.
In plaats van dit toe te staan, begon
Tisza een redevoering te houden,
waarin hij de oppositie aanmaande de
obstructie te laten varen. De meest
honende uitroepen kreeg hij intusschen
te hooren. Bij het eind zoide Tisza:
nDe gevraagde geheime zitting sta ik
dus niet toe, maar ik stel de vraag
of het Huis met verwerping van alle
amendementen eh moties de wet op
de legerhervorming in het algemeen
en in de artikelen in eerste tweede
en derde lezing goedkeurt’’.
Door het gebrul van de oppositie
verstond natuurlijk niemand iets van
deze woorden. De partij van den
Nationalen Arbeid stond echter als
de President verzocht door opstaan
of zitten voor of tegen te stemmen,
algemeen op, zonder dus eigenlijk te
weten, waarvoor zij stemde. Onver
stoord zei nu graaf TiszaDe wet is
dus aangenomen en zal naar de Mag
naten-Kamer worden gezonden. Op
dezelfde wijze liet Tisza ook het voor
lijken’dienst of van uitstel van eerste-
oefening
g. de adspirant-militie-offleierenen
h. de verlofgangers van de Exploi-
tatie-Compagnie der Spoorwegafdee-
ling van het Regiment Genietroepen.
Daarentegen moeten aan het on
derzoek wèl deelnemen de verlofgan
gers die in het loopende jaar voor
herhalingsoefeningen in werkelijken
dienst zouden moeten komen, doch
wien voor 1 Juni dezes jaars door den
Minister van Oorlog uitstel van op
komst voor die oefeningen is verleend
tot het volgende jaar. Uiteraard geldt
deze bepaling niet vopr de verlofgan
gers, wien uit anderen hoofde, bijv,
in verband met hun verblijf in het
buitenland, vrijstelling van het onder
zoek is of alsnog wordt Verleend.
De verlofgangers, aan wie het vorig
jaar uitstel van opkomst voor herha
lingsoefeningen werd verleend tot in
het loopende jaar, en die, in verband
daarmede, in dit jaar reeds voor her
halingsoefeningen in werkelijken dienst
zijn geweest of alsnog voor herha
lingsoefeningen moeten opkomen, be
hoeven aan het onderzoek niet deel
te nemen.
Voorts wordt de aandacht gevestigd
op de volgende wetsbepalingen
dat de verlofganger bij dit onderzoek
moet verschijnen in uniform gekleed
en voorzien van de tot zijne voorge
schreven uitrusting verder behoorende
kleeding- en uitrustingstukken, van de
wapenen, het ledergoed, de reglemen
ten en dienstvoorschriften, hem uit
gereikt, van zijn zakboekje en van zijn
verlofpas
dat hetzij een arrest van een dag
tot zes dagen, te ondergaan in de
naastbij gelegen provoost of het naast
bij zijnde huis van bewaring, hetzij
een kwartierarrest van een dag tot zes
dagen, te ondergaan in een kazerne,
door den' Militiecommissaris kan wor
den opgelegd aan den verlofganger
1°. die zonder geldige reden niet bij
het onderzoek verschijnt
2°. die, daarbij verschenen zijnde,
zonder geldige reden niet voorzien is
van de hiervoren vermelde voorwer
pen
3°. wiens hiervoren vermelde voor
werpen bij het onderzoek niet alle in
den vereischten staat worden bevon
den
stel tot het houden van twee zittingen
per dag aan nemen».
Intusschen begonnen de oppositie
partijen te begrijpen wat er gebeurd
was. Eu de herrie die er toen ont
stond, is niet te beschrijven. De ge
meenste scheldwoorden werden den
President naar het hoofd geslingerd.
Kalm zonder een spier van zijn ge
zicht te verttekken, wachtte Tisza
cenigon tijd en sloot toen of er niets
gebeurd was de zitting.
In de daarop volgende pauze besloot
de partij „van den nationalen arbeid
de houding van den President goed
te keuren en daarmee dus zijn daad
te sanctioneoron, terwijl de oppositie
partijen besloten alles in het werk te
stellen om do stemming ongedaan te
maken.
Karolyi stelde voor bij allo parle
menten vaif Europa te protostoeren,
Apponyi wou zich tot het Magnaten
huis en de Kroon wonden met het
verzoek do gevallen beslissing onwet
tig te noemen. En intusschen besloot
men natuurlijk voorbeeldig oppositie
te voeren. Tachtig leden van do
oppositie onder leiding van Justh,
Apponyi on Karolyi trokken voorzien
van trommen, fluiten, trompetten,
klappers on andere muziekinstrumen
ten naar de zaal. Intusschen had
Tisza zijn maatregelen genomen.
Groote troepen infanterie had hij
rondom het parlementsgebouw laten
samentrekken en in het gebouw zelf
waren oen groot aantal politieagenten
bijeen. Als Tisza wil beginnen, ont
staat een heidensch kabaal, Justh
voorop met een trommel geeft het
teeken voor den algemeenon aanval.
Eindelijk is het Tisza genoog. Hij sluit
de zitting en laat 38 loden van hot
muziekcorps uit do zaal zetten.
Na heropening hqtzelfde spelletje
weer, met het gevolg dat nogmaals
21 leden gelegenheid kregen te gaan
wandelen, waaronder Justh en Karolyi,
die door de politie beetgepakt on uit
de zaal gesleurd worden. Half zos
probeert Tisza hot nogmaals, doch
weer moet hij 15 afgevaardigden de
deur uit laten zetten. Dan Verlaten
ook de andere leden van de oppo-
sitie-partij de zaal en kan Tissa zijn
redeneoring beginnen, waarin hij zijn
houding tracht te rechtvaardigen.
Deze rechtvaardiging wordt hem ook
gegeven, ten minste door zijn partij.
Elk ander weldonken 1 mensch zal zijn
optreden wel handig, maar niet ge
oorloofd vinden.
PRIJS VAN HET ABONNEMENT:
Per kwartaal f 1.25
Idem franco per post 1 50
Met Geïllustreerd Zondagsblad „1-50
Idem franco per post1 00
Abonnementen worden dagelyks aangenomen aan ons BureauLange
Tiendeweg 64, bij onze Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren
Onderzoek van Verlofgangers.
De BURGEMEESTER der Gemeente
GOUDA maakt bekend, dat het onder
zoek van de in het verlofganger«e-
gister dezer Gemeente ingeschreven
verlofgangers der Militie te land zal
worden gehouden te GOUDA op de
Stads-Timmerwerf aan de Turfmarkt,
op Dinsdag, den 18 Juni 1912, des
voormiddags te 10 uren voor de lich
ting 1904 en vroegere lichtingenten
10*/4 ure voor de lichting 1905ten
lO’/j ure voor de lichting 1906ten
11 ure voor de lichting 1907 ten ll’/ï
ure voor de lichting 1908 en des na
middags ten lVk ure voor de lichting
1909 on op Woensdag, don 19 Juni
1912 des voormiddags ten 9,/2 ure
voor de lichting 1910 en ten 10 ure
voor de lichting 1911.
Aan het onderzoek behoeft niet te
worden deelgenomen door hen, die bij
hunne inlijving in het genot zijn ge
steld van verlof tot nadere oproeping
en voorts niet door.i
a. de verlofgangers, aan wie ver
gunning is verleend tot uitoefening
van de zeevaart of de zeevisscherij
buitenslands of die toestemming heb
ben verkregen tot verblijf in het bui
tenland, en aan wie hetzij gelijktijdig
met die vergunning of toestemming,
hetzij in verband daarmede later af
zonderlijk, vrijstelling van het onder
zoek is verleend, dan wel is toegestaan
dat onderzoek in de maand November
of December van het loopende jaar te
ondergaan
b. de verlofgangers, aan wie ter
zake van de uitoefening van hun be
roep of bedrijf dan wel wegens andere
bijzondere omstandigheden vergunning
is verleend het onderzoek in een der
hiervoren onder a genoemde maanden
te ondergaan
c. de verlofgangers, die in het loo
pende jaar, voor den dag hierboven
als d»g van onderzoek aangegeven,
uit anderen hoofde dan voor straf in
werkelijken dienst zijn geweest
d. de verlofgangers, die bestemd
zijn om in het loopende jaar voor
herhalingsoefeningen in werkelijken
dienst te komen
e. de verlofgangers, die bestemd
zijn om met 1 Augustus van het loo
pende jaar naar de Landweer over te
gaan;
f. de verlofgangers, die in het genot
zijn van ontheffing van den werke-
om te spreken.
„U beweert, dat u de beweegredenen
tot de misdaad kent,” begon deze, „en
dat die tegen alle waarschijnlijkheid in,
diefstal zou zijn.”
„Neen, meneer, dat heb ik niet be
weerd. Ik zeg niet, dat de beweegreden
tot de misdaad-diefstal is en dat geloof
ik ook niet.
„Wat beteekont dan uw kaartje?”
„Dat een der beweegredenen dief
stal is.”
„Wat doet u dit vermoeden
„Wil u even met mij meegaan?”
En de jonge man verzocht hem te
volgen in de vestibule.
Daar ging hij in de richting van
de toiletkamer en verzocht den rech
ter van instructie naast hom te knie
len.
Dit kamertje kreeg hot licht door do
glazen deur, en als de deur opon was,
was het er holder licht. Meneer De
Marquet en Rouletabille knielden op
den drempel.
De jonge man wees eon plok aan
op den vloer.
28)
De chef van den veiligheidsdienst
ging voort, zich tot meneer Stanger
son wendende, op dien kalmen toon,
die volgens mij het kenmerk is van
een groot verstand en een flink ka
rakter
„Zou juffrouw Stangerson niet spoe
dig gaan trouwen?”
De professor keek meneer Darzac
met een smartelijken blik aan:
„Met mijn vriend, dien ik gaarne
mijn zoon zou hebben genoemd.me
neer Darzac.”
„Juffrouw Stangerson wordt veel
beter en zal weldra hersteld zijn. Haar
huwelijk is dus eenvoudig uitgesteld,
is ’t niet meneer vroeg meneer Dax
verder.
„Dat hoop ik.”
„Is u er dan niet zeker van
Meneer Stangerson zweeg. Meneer
Darzac scheen zenuwachtig, wat ik op
maakte uit het beven van zijn hand,
die met zijn horlogeketting speelde.
Marquet.
Meneer Stangerson sprak met een
kouden glimlach:
Dit zal u niet helpen, om de be
weegreden tot de misdaad te vinden.”
„In ieder geval is de beweegreden
geen diefstal,” sprak meneer Dax.
„Daar zijn we zeker van,” riep de
rechter van instructie.
„Op dit oogenblik werd de deur van
het laboratorium opengemaakt en
bracht de brigadier der gendarmerie
den rechter van instructie een kaartje.
Meneer De Marquet las het en riep
„Dat is te erg I”
„Wat is er vroeg de chef van den
veiligheidsdienst.
„Het kaartje van ’n reporter van
„l’Epoque” den heer Joseph Rouleta
bille, en deze woorden„Een der be
weegredenen tot de misdaad is diefstal
geweest.”
De chef van den veiligheidsdienst
glimlachte.
_,De jonge Rouletabilleik heb
al over hem hooren sprekenhij
gaat door voor heel slim. Laat hem
binnenkomen, meneer de rechter van
instructie.”
En men liet Rouletabille binnen.
Rouletabille kwam dus in het labo
ratorium, groette ons en wachtte af,
tot meneer De Marquet hem vroeg