RONA
M TUK
MERK te letten.
Van Houten s
Cacao
E. Alter
tracht 2W'
LAG,
PE WAAR-
'en
leskleeding,
of gedeelten
HET OFFER.
No. 11981.
Zaterdag 28 September 1912.
51e Jaargang.
en
Eerste Blad.
FEUILLETON.
Naar aanleiding van den
„Rooden Dinsdag”.
WARENHUIS, Spuislr. Oen Haag
Alle Luxe- en Huish. Artikelen
AYZONEN
Bericht.
XTie-CL-ws- ©xx -^.cL-v“©xtezxtï©“blsLd. voor <3-oixc3.se exx Oxxxstr©3s©xx-
Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen.
Telefoon Interc. 82. Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON. Telefoon Interc. 82.
istpDsdU
icrkmq:
a 7 wie
unqtmme
maak!
lAU’S
1
STE.
RNHEM.
l.E. ALTER
cht 269‘,
AG.
de stad aan huig
4" HmneU Est*
I Zn., Goud,.
Zuiver «n oplosbaar.
Vol vetgehalte (cacaoboter).
1 WoningtOM.
erstandacomm.
Dit Nummer bestaat uit twee
bladen.
BIJL,
BAART U.
geregeld tijdig
ontvangen nn
in, Tennakepjk"
dan in onna
f 1.25
1.50
1 50
I 00
Lanue
IJN VAN
EM.
1EEÉN worden
in verzegelde
n vijf, twee en
n een Ned. m
Iding van Nom-
js, voorzien van
ld Merk, vol
et gedeponeerd.
de uitvoering
*de orders aan
looi' geheel in de lijn van ker
kelijke Kabinetten dat uien toch
razen en tieren konde Regeering
gaf immers „niet thuis", weigerde
het petitionnement in ontvangst te
nemen en gaf zoodoende aan de
S. D. A. P.-ers bereidwillig de ge
legenheid, om zich voor te doen als
verdrukte slachtoffers, die de deur
voor den neus dicht kregen, als
minderwaardig behandelde burgers
en als nog veel meer, dat het aantal
partijgenooten en abonne’s op „Het
Volk” kan doen toenemen.
„En wat dit jaar gebeurde, ligt
nog een ieder versch in het ge
heugen. Men was een beetje bang
voor het welslagen van den tweeden
„Rooden Dinsdag”. Het mocht voor
al niet minder zijn dan het vorige
jaar: bij de S. D. A. P, groeit en
bloeit immers alles I Welnu nauwe
lijks was bekend, dat de burgemeester
der residentie op den derden Septem-
ber-Dinsdag héén verlof gaf voor een
optocht, of de fakkels waren ont
stoken en het strijdvuur laaide op.
De partij-organen hadden nu ge
wonnen spelmet zoo’n troef in de
hand was er geen gevaar meer voor
verliezen. Nu stroomde het naar
Zij, die zich met 1 October op de
GOUDSCHE COURANT abonneeren,
ontvangen de tot dien datum ver
schijnende nummers gratis.
De Uitgevers.
PRIJS VAN HET ABONNEMENT:
Per kwartaal
Idem franco per post
Met Geïllustreerd Zondagsblad
Idem franco per post
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau
en bespottelijk overdreven gecriti-
seer leidt en waaraan annex is een
evenzeer bespottelijke ophemelarij
van alles wat de roode heeren zélf
uitvoeren. Bij hen slaagt alles altijd
„schitterend”, het publiek in een
vergadering is altijd op de hand
van den rooden spreker of debater,
die altijd een prachtige rede houdt,
terwijl de tegenstander wat onzin
debiteert, enz. enz.
Men kan lachen om dit soort
ongevaarlijke bluf.
Ook al erkennen we, dat men er
succes mee heeft. Het is die schreeuw
en schettertoon, die door vele een-
voudigen goed begrepen wordt, die
indruk op hen maaktdezulken
krijgen schik in dat dagelijks terug-
keerende schelden op de rijken en
hooggeplaatsten, voor wie geen be
naming te min, geen verdachtmaking
te laag wordt geacht. Zoo recru-
teert de S. D. A. P. haar mee-loopers,
die geen benul hebben van wat het
socialisme is en wil en den klas
senstrijd beschouwen als een middel
om zelf wat vooruit te gaan in
weekloon, vrijen tijd en dergelijke.
Wij misgunnen de S. D. A. P. aller
minst zulk een „succes”. De mannen,
die door een schreeuwerige belon
ging of straatdemonstratie zich bij
een partij aansluiten, zijn in den
regel niet de ware broederen. Om
het beginsel is het bij hen niet te
doenveeleer om méé te doen, om
mee te loopen in een beweging die
„durft” en U gouden bergen belooft
op den koop toe. Voor hen komt
alras de tijd van ontnuchtering,
wanneer zij gaan inzien, dat zekere
zegswijze van veel geschreeuw en
weinig wol wonderwel van toepas
sing is op de partij, die hen wist
te lokken.
Maar dit alles neemt niet weg,
dat wij de roode partij niet behoeven
te versterken. Allerminst ligt het op
onzen weg, het leger van Troelstra
te vergrooten en nu gelooven we,
dat ook in onzen kring niet altijd
voldoende ingezien wordt wat daartoe
noodig is. Wij voegen er terstond
aan toe, dat de deri talen naar onze
overtuiging te dezer zake nog veel
meer schuldig zijn, doch ook onder
liberalen wordt niet altijd vermeden
wat de S. D. A. P. tot reclame kan
dienen.
Te weinig gevoelen de niet-so-
ciaal-democrateu, dat wat de 8. D.
A. P. noodig heeft, is de groote trom.
Zij moet kunnen slaan en leven
maken en zoo actief is zij wel, dat
wanneer men haar maar even een
instrument en stok in handen speelt,
zij terstond een spektakel maakt,
dat hooren en zien U vergaat. Wie
dit indenkt, zal beseffen, dat ons
aller taak is, om geen aanleiding te
geven tot grieven, hoe klein ook, die
aangedikt en alom rondgebazuind den
indruk kunnen vestigen, alsof on
recht werd gepleegd.
Socialistenbestrijding is een heel
mooi ding, is zelfs plicht voor wie
in het socialisme een gevaar ziet
voor een vreedzame en geleidelijke
ontwikkeling der maatschappelijke
verhoudingen. Maar er is tweeërlei
.soort bestrijding van socialisme. En
het is juist aan de hand van wat
ons de beide „Roode Dinsdagen” van
1911 en 1912 leerden, dat dit dui
delijk wordt.
Het vorige jaar een optocht, die
toegestaan werdHet ging kalm,
keurig netjes.
Dit jaar verlof geweigerd de ge-
heele stad kwam op stelten te staan
en dat er geen ongelukken gebeurden,
was meer geluk dan wijsheid, lag
eenerzijds aan het voorzichtig beleid
der politie, anderzijds aan het nuchter
verstand der betoogers, waardoor
men, ondanks de opruiende taal der
leiders, niet in domheden verviel.
Waar de partij de reclame uit
sloeg, was beide keeren uit de tegen
werking der autoriteiten. Het vorige
jaar was wel de optocht toegestaan,
maar de Regeering zorgde er toen
GOUDSCHE COÜKANT.
I'RIJS DER ADVERTEMltS:
Van 1—-6«gewone regels met bewijsnummer f 0.55
Elke regel meer„0.10
By drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend.
Dienstaanbiedingen per plaatsing van 1—5 regels f0 35 bij vooruit*
o betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames I 0.25 per regel.
Tiendeweg 64, bij onze Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren. Groote letters en randen naar plaatsruimte.
noegenu, 8 u.
en Hesse.
•d", 8 uur, Alg.
C. Olympia”
akbord”, 8*\ n.
nige Studie- en
Concert Tilly
maat, doch spoedig weer er uit, was
bijna gevallen en stond eindelijk hij
gend met tranen in de oogen in een
hoek stil. Zij schaamde zien, het deed
haar leed, zoo ongeschikt te zijn. „Ik
verzoek het je, laat mij ik kan
het niet.”
„Nou, nou!” riep hij half ongedul
dig, half medelijdend. „Rust maar eens
uit, dan zullen wij weer opnieuw be
ginnen.’’
Een bekende klopte hem op do
schouder, vroeg, lachte en trok hommee.
Marie zat alleen, zij voelde zich ont
steld en dacht: waren wij nu maar
weer thuis. Naast haar in den hoek
zat een dikke boerin, die sterk naar
brandewijn rook, de stoel aan haar
anderen kant was leeg.
„Goeden dag. Marie,” zeide een
vriendelijke mannenstem, en Tedor
kwam naast haar zitten.
„Ik wist, dat je hier alleen was, en
daar ik
„Kijk eens, ben jij daar ook, neef?”
riep Hendrik toeloopend.” „Je danst
toch niet. Marie behoort ook aan mij.
Kom!”
„Je hebt gezien, Hendrik, dat ik
niet dansen kan.”
„Dan moet je het juist leeren.”
„Maar dat gaat niet.”
„Ach, komhij greep haar bij den
48)
Van de plaats, waar de paarden
voorgebracht werden, klonken geroep
en zweepgeknal, en groote stofwolken
dwarrelden omhoog. Dat stoorde echter
de meisjes niet in het kijken, lachen
en vroolijk zijn.
Liesbet bleef staan, een voornaam
uitziend jonge man sprak haar aan.
Zij kende hem uit den tijd van de kost
school, zijn vader dreef een vetwaren
zaak te Celle en de jonkman was nu
volontair op een landgoed in de na
bijheid. „Zijt ge er ook juffrouw Beer
man? Inderdaad een druk bezochte
markt.”
„Hebt ge veel aangevoerd, mijnheer
Ohlke?”
„Natuurlijk ons bedrijf produceert
veel.”
Liesbeb ging van Marie weg en
slenterde met den jongen landbouw
kundige verder. Hij kocht haar een
heerlijken koek in den vorm van een
hart met suikergoed en een zinnebeeb
dige spreuk en zeide haar, dat hij zeer
Den Haag, nu zou men „tóch" doen,
wat niet mócht en men weet 't uit
zijn kinderjarendan smaakt men
dubbel genot. Dat men 364 dagen
in het jaar (dit jaar zelfs nog een
dag méér I) ,Mo hard mag betoogen
als men wi^ verzweeg men in zijn
pers-artikelen en meeting-redevoe-
ringen. Het thema was eenvoudig:
wij mogen niet voter onzen kiesrecht-
eisch demonstreeren (wat voor
365/366 onjuist was), men belet ons,
men verbiedt ons, men trapt ons,
men knecht ons maar wij züllen
ons niet meer laten belemmeren,
verbieden, trappen en knechten, en
méé juichen duizenden weinig ont
wikkelden, die heusch een oogenblik
dachten getrapt en geknecht te
worden.
Men overdenke vooral in den parti
culieren kring goed, alvorens iets te
doen of te laten, wat door het steeds
gereed staan propagandistenheir ter
stond zal worden geëxploiteerd.
De patroon, die zijn arbeider op
een weekdag vrijaf weigert voor
den „Rooden Dinsdag”, omdat de
zaak daar niet op ingericllt is, heeft
het recht vblkoraen op zijn hand
hij, die daarentegen verlof weigert,
T. CREBAS,
Telef. 40.
goed.
R en ADR BS:
andere gevoelens der kooplui te over-
heerschen.
Punch, koffie en koek werden in
groote hoeveelheden verorberd, toen
kwamen de sigaren aan de beurt, alle
mannen rookten Marie dacht, dat zij
hier dan toch erg rijk moesten zijn.
Haar vader en Oom Hans rookten
nooitzij zeiden, dat zij er geen geld
voor hadden.
In de danszaal begon de muziek,
men hoorde het schuiven en stampen
van de dansenden. De landbouwkun
dige Ohlke kwam binnen en keek zoe
kend rond, Liesbet sprong op en
verliet aan den arm van den danser
de gelagkamer. Hendrik vroeg aan
Marie, of zij het nu ook eens samen
zouden wagen. Eenigzins bevreesd, gaf.
zij aan zijn uitnoodiging gehoor. De
andere bloedverwanten sloten zich er
bij aan.
De zaal was reeds druk bezocht.
Toen Hendrik den arm om Marie legde
fluisterde zij„Wees niet boos, wan
neer ik het niet goed doe, ik heb nog
nooit gedanst.”
Hij trok haar vast tegen zich aan
en keek lachend op haar neer. „Het
zal wel gaan.”
Maar het ging niet. Zij wefd dui
zelig, zij struikelde, voelde zich door
zijn arm gedragen, kwam soms in de
pols en wilde haar meetrokken.
„Laat mij laat mij-je
w eet toch, ik wil niet
Tedor kwam er tusschen en zei
„Wees niet ruw, Hendrik.”
„Wat heb jij daar mee noodig, zij
is de myne
„Oh, ho nog lang niet I” riep zy
verschrokken.
Ben ik je misschien niet knap ge
noeg? Heb je een afkeer van me?”
knarste hn.
„Ja” zeide zij trotsch, zonder na te
denken. Hij draaide zich op de hielen
om en snelde weg; met de ellebogen
baande hij zich een weg door de
menigte.
„Je hebt hem diep gekrenkt, Marie.”
„Dat kan wel ik hoe durfde
hij zoo spreken, alsof hy mijn heer en
meester was ik gaf hem daar geen
recht toe!” Zij zwegen, beiden in
gedachten verzonken.
Tedor sloeg Liesbet gade, die in
Ohlkes armen aan niets scheen te
denken dan aan dansen en haar danser.
„Vergeef mij”, zei hij plotseling,
„Ik moet even naar Lieze gaan en
haar waarschuwen voor don losbol,
waarmede zij onophoudelijk danst.”
Marie knikte, en hij drong door dfe
menigte naar het paar.
(Wordt vervolgd.)
Van beide zijden is de beteeke-
nis van wat populair „Roode Dins
dag” heet, verkeerd voorgesteld.
Eenerzijds de opruiendste betoogen
in de socialistische organen, met
„Het Volk” voorop, waarin de be-
tooging ,pp den openingsdag der
Staten-Generaal als iets verschrik
kelijks werd voorgesteldverschrik
kelijk van politiek-economische be-
teekenis, verschrikkelijk ook omdat
de „kozakken” en andere „huur
lingen” der Overheid er op in ge
hakt zouden hebben als wilde dieren,
een voorstelling waarmee echter
allerminst klopt het feit, dat geen
der ambulance-posten iets te doen
had wat een gevolg zou kunnen zijn
van botsingen tusschen politie en
publiek. Anderzijds de kleineerendste
beschrijvingen van den „pic-nic”,
van den „pleizierigen Dinsdag” voor
duizenden, die het Haagje eens
kwamen bewonderen met Scheve-
ningen en het mooie strand als toe
gift.
Beide „methoden” doen te kort
aan de waarheid.
Dat men van socialistische zijde
op deze wijze den strijd voert, zal
niemand verwonderen. De S. D. A. P.
is een strijdpartijdie ’t moet hebben
van de uitbarstende ontevredenheid
der min-gegoeden. In haar strijd
is oiimisbaar scherpe critiek op alles
wat van „bourgeois”-zijde komt,
hetgeen vanzelf vaak tot onbillijke
blij zou zijn, als hij straks met haar
mocht dansen.
Grootvader had zijn varkens ver
kocht, hij zocht en vond de meisjes,
de Beermans sloten zich aan, en nu
gingen zij naar het koffiehuis.
„Wij dansen toch samen, Marie?”
vroeg Hendrik, die bij haar kwanj
loopen.
„Ik zal het niet kunnen.” Zij keek
hem nauwlettend aan. Hij scheen haar
nu geheel anders toe, vreemd, meer
handelsman dan boer.
Toen zij bij de herberg aankwamen,
waar het zoemde als in een bijenkorf,
zeide DirkNu moeten wij er eerst
eentje nemen. Kom!”
„Onze vrouwlui hebben nu ook wel
trek in een kopje koffie,” voegde Lo-
dewijk er aan toe, en toen gingen zij
allen in de gelagkamer, waar zij nog
slechte met moeite een tafel en stoe
len konden veroveren.
Spoedig stonden koffie, koekjes en
punchflesschen op de tafel.
De mannen waren zeer opgeruimd,
zij spraken druk over hun zakèn en
hadden vol geld. Overal in het rond
werden de gemaakte verkoopen en
inkoopen nog eens besproken. Men
sloeg met de vuisten op de tafel,
schreeuwde en vloekte. Het sterk ge
prikkelde eigenbelang scheen welalle