sr QLA2EH, :r beroemde kerkglazen dingen e ourant te». E JONG, sthaven 31. STORMEN. Mo. 12034. Vrijdag 29 November 1912. 51e Jaargang. en Eixiterxlarx^.. FELILLETOb. quelle i waters HIDE KRAMli, Telefoon Interc. 82. Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON. istplisds l?Tïeu.-ws- en voor <Q-o-cud.su ezx OxxxstxeHsceaa- Verschijnt lagelijks I behalve Zon- en Feestdagen. Telefoon Interc. 82. IBlxxxs erxle.xx.dS. VVAREMHJlX, Spuislr. Den llaag. Buitenlandsch Nieuws. jnSKEIIIi I f 1 25 K voor- büd ei| foto, die h (^Tordt vervolgd^) ONWATER i l j ON', arwater. J1NINE. getall :n op rekening RUGGAAF VERGOED A 15 CtJ Naar het Duitech. van HANS LAND. iWS St. .Unskerk, <ier twkfninm CU. IER1CHT DHR R A BE I' H, •mie van Beeldende ■hilder t Architecten tie van Bouwkunde tchl. i CENT. Uitgevers, Goudi kosten slechts ling: oor elke regel Een klooster te Halfweg. De zusters Ursulinen hebben te Half weg een café met stalling aangekocht om daar een klooster te bouwen. (O. H. Ct.) m het Bureau. PRIJS VAN HET ABONNEMENT: Per kwartaal Idem franco per post150 Met Geïllustreerd Zondagsblad„1.50 Idem franco per post w t 90 Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Lange Tien de weg 61, bij onze Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren Vrouwenkiesrecht, suffragette- manieren en nog wat. De stryd om vrouwenkiesrecht dringt zich in alle landen naar voren en het kan ons slechts verheugen wanneer die strijd om hot rechtvaar digheidsbeginsel elk de invloed op ’s lands bestuur, die hem toekomt, zooveel mogelijk door alle beschaafde leden der maatschappij tot een goed einde werd gebracht. Toch doet het ons soms verwon derlijk aan om te zien welke manieren sommige voorstanders of beter gezegd voorstandsters van vrouwenkiesrecht aanwenden, om de mannelijke en vrouwelijke tegenstanders te overtui gen van het goed recht van hen, die zich voorstander van het eerste bur gerrecht noemen. Vooral in Engeland hebben zich sommige dames bekend of liever be rucht gemaakt door de wijze, waarop zij trachten .vrouwenkiesrecht'te ver overen. Ruiten van onschuldige win keliers werden bij massa’s stuk gesla gen en wanneer de „martelaressen” voor het vrouwenkiesrecht eens voor eenigen tijd door den rechter werden opgesloten, weigerden zij volstandig •enig voed:ng tot zich te nemen, waardoor zij hoopten dat de regeering ten einde raad die kiesrechtvrouwtjes maar weer op straat zou petten. Dat is echter niet gebeurd, de kunstma tige voeding hield de dames „tegen haar zin” in het leven en de regeering heeft verschillende; waaronder zeer adellijke dames, netjes hun tijd doen „uitzitten”. We gelooven dat dit eenigszins den schrik in de gelederen heeft gebracht, tenminste in den laatsten tijd hooren wij minder van de ruitenvernielsters. Plotseling echter is het Engelsche vrouwenkiesrecht in een nieuw sta dium gekomen. De sociaal-democraat Lansbury een y verig bewonderaar van de heksentoeren der kiesrechtdames in Engeland, was hoogst ontevreden op de regeering, omdat deze nog maar altijd geen vrouwenkiesrecht stelde. Tot goed begrip onzer lezers diene echter het volgendeTen eerste is het Engelsche ministerie niet homo geen ten opzichte van vrouwenkies recht. Naast ijverige voorstanders als Winston Churchill, Lloyd George en anderen, staan tegenstanders van het lobs geluk vervuld. Slechts met reuzenkracht wist hij zich te beheerschen om niet zich op de schoone slaapster te werpen en haar met zijn kussen te overladen. Haar witte smalle kinderhand lag naast hem op de bank. Hij boog er zich naar over, doch durfde ze niet aan te raken. Toen een van zijn tranen op haar hand viel, dook hij verschrikt terug in den uitenten hoek van zijn bank, zich bijna willend verbergen in het donker. Hij sloot de oogun, kneep zijn tanden op elkaar en slechts, een zacht zuchten was de eenige uiting van den strijd, dien hij in zijn bin nenste voerde. Toen de wagen het huis naderde, legde Albert de mof met de portemon- naie op hun plaats terug. Ada sliep door en werd eerst wakker,/toen Ma thilde de terugkeerenden begroetend, de coupé-deur opende. Was hij w^er kind geworden? Albert had gehuild, toen hij bij Ada zijn portret had gevonden, zijn portret dat zy bij zich droeg als een talisman. Gehuild had hij. Hy kon zich den tijd niet meer herihneren, dat hem dkt was overkomen. Tranen. Vreugdetra nen. Waren het zulke? Had hy wer kelijk van vreugde meende van ja. De ‘20,000 soldaten doden een uitvak Maar de Bulgaren gaven geen duim grond toe, al strooiden geweren en kanonnen ook duizenden projectielen oilier hun gelederen. De batterijen by Arda verrichtten hun moordend werk onder de Turksehe linies en tenslotte moesten zij terug. Maar al maken de Bulgaren vorde ringen rond Adrianopel en al zal het spoedig in een vuurcirkel omsloten zijn, niet grooter dan drie mijl van Selim’s Moskee, het aantal dooden on gewonden moot in de duizenden loo- pen. In de nieuw veroverde stellingen moeten de belegeraars allo verdedi gingsmiddelen der Turken waardeloos maken. Op het eiland Cios wordt door de Grieken en Turken een hardnekkige strijd gevoerd sedert dagen achtereen. De Grieksche oorlogsschepen onder steunen do operaties der landtroepen door met hun geschut de verdedigings werken der Turken te vernietigen. Do Turken hebben nog hoop dat bij de onderhandelingen Saloniki nog aan do Turken zal bleven. Omtrent de krijgsverrichtingen der Serviërs in Albanië komen verschil lende tegenstrijdige berichten in.' Do Servische bladen molden dat hot legor Durazzo heeft ingenomen, van andere zijde wordt gepubliceerd dat to Dumzzo do onafhankelijkheid van, Albanië is afgekondigd on de Albaneoacho vlag op het gouvernementsgebouw is go- heschen. Het bombardement van Adrianopel word nog voortgezet. De buitunland- sche consuls daar hebben aan do plaatselyko autoriteiten te Konstanti- nopel doen weten dat de consulaats- gebouwon niet door hot bombardement beschadigd zijn, n De Montenegrynen staan nog steeds voor Skoetari en hebben de stad inge sloten. Door de Montenegrijnsche artil lerie zijn een 70-tal gebouwen in brand geschoten. Van tyd tot tijd beschieten de Turken de Montenegrijnsche stel lingen, doch zonder veel succes. De „Timesu verneemt van haar correspondent te Antwari dat de ko- ning van Montenegro de hulp der Serviërs geweigerd heeft. De stad is nu belegerd door 30.000 Montenegrijnen. „Ons Genoegen”, inem. Voorstelling. Ie „Reunie’,8 aar, sf.D. A. P. iZalm, S'l, issie voor Ope gehuild Hij vondst van het rcrkinq: a 7 uw GOUDSCHE COURANT. P R IJ S R A D V RT EN T ÏF. N Van I5 gewone regels met bewijsnummer f 0.55 Elke regel meer„0.10 By drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend. Dienstaanbiedingen per plaatsing van 15 regels f0.35 bij vooruit betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames 1 0.25 per regel. Groote letters en randen naar plaatsruimte. t Dr. Kuyper ondor de Roomschen. De N. Limb. Koerier meldt, dat de voorzitter der roomsch-kath. kiesver- eeniging te Maastricht dr. Kuyper in Don Haag bezocht en van dezen de toezegging kreeg, dat hy voor de kiesvereeniging te Maastricht wil op treden, Hot doel van dit optreden zou zyn de versterking der coalitie met het oog op de gebeurtenissen van hot volgende jaar. Het onderwerp is nog niet precies aangegeven, maar wel kan reeds worden gezegd, dat de rede van dr. Kuyper zal gaan over de samen werking der christelijke partijen in Nederland. concert gegaan. Ben jij al terug? Ik kon even. Tante wog? Zij zei het buiten adem, zeer ver ontrust, liep naar oen stoel, viel or in neer en barstte in tranen uit. Ze huilde heftig. Albert sprong op. Om Godswil, kind wat scheelt je ?t Ada had haar arm op de tafel ge legd, haar hoofd op haar arm en weende bitter. Albert was op haar toogeloopen en stond naast haar. Wat is er dan Wat is er ge beurd Wat scheelt er aan Heeft iemand je iets gedaan Spreek dan toch. Je maakt me bang. Albert boog zich over haar heen. Haar haren raakten zijn mond. Het duizelde hem. Een zoete, bedwelmende geur steeg uit hour haar en bezwijmde hom bijna. Ook hij viel op een stoel neer, doch een eindje van haar van daan. Hij mocht dien geur van zoete jonkheid niet nogmaals drinken. Hij was slechts een mensch en zijn kracht had grenzen. Een wijle luisterde hij met ingehouden adem naar Ada’s weenen. Toen legde hij zijn hand op M* renrood”, lO1/», D. A. P. v en Woningto* Jnderstandscomn i Genoegen”. 811 een. „Arnold Sp« Concert. mwy geregeld tg ogen ontvangen^ icerten, venw« deze dam in 0 len. kinderlijke verheerlijking zoii hij haar bereiden, als hij liet merken, met welk een zondige begeerte zijn zinnen naar haar snakten. Haar ideaal zou afschu welijk vernietigd worden en Albert wist, wat hèt was, jongo zielen hun geloof te ontnemen, Neen, dat zou het vreeselijkste van alles wezen. Zoo wilde hij zijn beeld in haar niet vorwoestey. Hij wilde blijven, wat hij haar was, wat hij niet wist, dat hij was, wat hem zoo trotsch en 'gelukkig maakte, een kinderlijk,vereerden, trouwen, be proefden vaderlyken vriend, do be schermer van haar jeugd, nu als «ferst in haar kinderjaren, de van haar moeder geërfde beschermer, wiens ver- eering en dankbare liefde voor Ada een soort religie was geworden. Zoo moest het blijven. Hij moest al het audere met zich zelf uit vechten en hij was besloten dat te doen, want anders een afgrond van onafzienbare ellende, een tragedie, wier ontwikke ling hij in zy^i gedachten niet durfde nagaan. Hij lag in de avondschemering op zijn chaiselongue en gaf zich aan zijn gedachten over, toen opeens de deur geopend werd. haar schouder. Tante Tilli I riep Ada. Albert richtte zich op. Tante is in de stad, naar het pc Oorlog op <lcn Balkan. Het beleg van Adrianopel. De „Daily Telegraph” bevat een schrijven van zijn oorlogscorrespondent Bennet Burleigh uit Mustapha Pasja, dat vertaald in de N. Crt. is opge- nomen Het is nat weerde regen stort onophoudelijk neder. De gevechten rond Adrianojjel duren voort. Het is moêilijk een juiste indruk te geven v^n de volharding en den ijver waar mee de-'Turken hun stad vasthouden. i Ik heb vaak in oorlogen den strijd dbr partijen aanschouwd, maar nooit hpb ik meer echte vaderlandsliefde, meer toewyding gezien, dan de Bul garen, collectief en individueel, elk uur van het gevecht of van hun ver- bïijf in het veld aan den dag leggen. Hun kampplaatsen ik heb ze bij |lle Luxe- en lluisb. Artikelen vrouwenkiesrecht als Sir Edward Grey en de minister-president Asquith. In de tweede plaats dienen de lezers te weten dat de regeering het volgend jaar heeft bepaald als het jaar, waarin het verouderde kiesrecht opnieuw zal worden geregeld. Wanneer we er nu bij voegen, dat het ministerie in zijn geheel het vrouwenkiesrecht niet in het ontwerp heeft genoemd, doch aan het Lagerhuis zal overlaten deze ma terie in de wet te regelen, waarbij de regeering, waaronder dan de tegen standers op zich heeft genomen een alsdan mogelijk algemeen vrouwen kiesrecht voor het Hoogerhuis te ver- i dedigen, dan kan, d. o., allerminst aan de Engelsche regeering verweten I worden, dat zij >het vrouwenkiesrecht op de lange baan wil schuiven. En jtoch worden op dezen grond telkens en telkens weer de ministers, ook de voorstanders bespuw» I, af geranseld en uitgejouwd door de bloem vanEnge- Jands vrouwelijke helft. En LansVury is zelfs zoo vol bewondering daarvoor dat hij zijn zetel ter beschikking stelt om uitgemaakt te zien of in zijn dis trict do kiezers tenminste niet genoeg hebben van de „unfaire” handelwyzo der regeering. Hoe deze sprong in het duister om een zetel hom bekomen is zullen wij morgen uiteenzetten. ■i ---■ 19) Ze slier bukte zie! f monnaie op. Deze laatste, een jonge- juffrouw-portemonnaietje, sprong open, eenige geldstukken waren er nit gevallen op den grond. Albert raapte m op. Uit de portemonnaie viel ook een stukje carton, dat door het lange dragen er niet zeer oogelijk uit zag. Hij bekeek het. ’t Was een oud ver bleekt portret, alleen de kop van een foto, .me hij in het donker niet her kende. Hij hield het tegen het licht van de lantaarn in en herkende er in zijn eigen portret. Een zeer oude foto, die hij zelf zich nauwelijks her innerde en die hij sinds jaren niet meer gezien had. Zijn oogen nietge- loovend, bleef hij strak erop kijken, tot zijn oog er dof van werd. Was dat van tranen Ja, want ze rolden hem langs de wangen in zijn baard. Jyjy, stesnelde hy, van name- dozijnen bezocht zijn een voorbeeld van zindelijkheid en orde en allen in verband met gemak en verdediging uitmuntend gekozen. Wegen en brug gen zijn aangelegd om het transport te vergemakkelijken. De soldaten lig gen beschut onder zeildoek, in tenten, en hutten en afdaken vormen in do voorste linies veilige kwartieren voor de infanterie en de artillerie-troepen, die in de vuurlinie» hun plichtbeurtan te vervullen hebben. Voedsel is er in overvloed, het ge zonde bruine brood en vleesch vormen de hoofdkost. Tweemaal per dag worden warme soep, vleesch, aardap pelen, uien en andere groenten uit gedeeld en zoo worden de manschap pen gezond gehouden. Geen in staat van pntbinding ver- keerende lichamen of lijken van vermorzelde dieren mylen ver is orde en getuigenis van werkzaamheid om de vreeselijko sporen van don oorlog op te ruimen en te verzachten. Hier on daar ontdekt men rijen van nodorige graven, waar vriend en vijand zij aan z’j liggen- De paarden, welke in ’t gevecht dood bleven, werden oogen- blikkolijk onder den grond gestopt. Wat mij naast do goed onderhouden kampementen het moest verwonderde, 't was de voortreffelijkheid der talrijke loopgraven, door de belegeraars ge graven en de durf wbaimede zij hun batterijen in stolling gebracht, hun graafwerk nitgobreid hadden tot op 400 M. van do Turksehe stellingen.’ Een book zou men kunnen schrijven over do genialiteit en volkomenheid waarmede allo Bulgaarsche operaties geschieden. Patriotisme is hier de bijna koortsige drijfkracht. Hun plannen zijn weloverwogen. De ervaring heeft hén menige los geleerd, waarvan zij op zijn gunstigst partij trekken'. De harde strijd te Doedzaras, op den rechteroever van de Arda, vereischte kolossale inspanning. De Turken begrijpen het gevaar en de beteekenis van de insluitings-ma- noeuvres der belegeraars. Ik zag groote massa’s Turken vechten en den gan- schen dag de in alle richtingen vlie gende granaten. Doedzaras ging in vlammen op. In dere woesten chaos van het gevecht kon men de mannen zien valton, links, rechts, aan beide zijden. Toch kwamen de Bulgaren vooruit, wonnen zij veld, sloten een klein Turksch fort in, namen Jiet en lieten het achter zich. Toen deden de Turken hun laatste wanhopige poging portret maakte, hem .^onuitsprekelijk gelukkig. Ada had hem lief. Neen neen I Hij schudde mistroostig het hoofd. Onzin, onzin. Hij wilde, hij mocht zichzelf niet bedriegen. Zoo veel tö gruwelyker was later de rea liteit. Ada droeg zijn portret bij zich. Dat was een feit. Een oud portret, dat zij bij haar moeder had gevonden, dat ze wellicht als kind van haar ge kregen had, vermoedelyk als het por tret van den man, die haar en haar kind met behulpzame hand over lange jaren van zorg had heengeholpen. Ecm trekje van dankbaarheid was dat bij Ada, een uiting van kinderlijke naïviteit en vereering *voor den man, die over Ada en haar poeder zijn hand beschermend had gehouden en na den dood van de moeder het kind een veilige toevlucht had geboden. Zoo was het. Niet anders. Zeker had Ada van jongsaf uit den mond van haar moeder steeds Albert’s lof ge hoord met den gewonen glans van een voorname ziel, die kleine hulp- betooningen met groote dankbaarheid aanvaardt en dan den helper vereert met een vereering, die een aureool om zijn hoofd wordt. Dat moest hij niet voor liefde aanzien, wilde hij zich niet heelemaal verblinden. En zy? Ada zelf? Wat een ontwaken uit »p echter rustig door, on en Roode Kruis. Bij het wegens den oorlog in den Balkan moer werkzaam optreden der Ned. Vereeniging Het Roode Kruis is vanzelf weer de vraag op den voor grond getreden, of corporatiön, instel lingen en personen, die zich zieken verpleging of sanitaire zorg ten doel stellen on tot geen onderdeel van hot Roode Kruis behooren, het recht heb ben hot woroldtoeken van het Roode Kruis te voeren, hotzy als opschrift, aanduiding, reolamemiddel of vorpak- kingsetiket. Hot antwoord op dio vraag schryft de N. Cri. geeft de wet van 7 Januari 1911, houdende verzekering van do naleving dor Conventie van Genève, don 6 Juli 1906 aldaar gesloten. Tot 1 Januari 1914, is voor hot geval dergeiyke buitenstaanders het voeren van het kenmerk niet uit eigen beweging nalaten, daartegen door de strafwet niets te doen. Maar na dien datum wordt, krach tens het alsdan in werking tredend artikel 435bis Strafwetboek met hech tenis van ten hoogste een maand of geldboete van ten hoogste f300 ge straft hij, die zonder daartoe gerech tigd te zijn, zij het ook mot een ge ringe afwyking van, ervan een naam of Van een onderscheidingsteeken, waar van het gebruik krachtens wottelyk voorschrift uitsluitend aan eenige ver eeniging of aan het personeel van den geneeskundigen dienst des legers is toegekend. Hg raapte mpf en porte- >ze laatste, een jonge- juffrouw-portemonnaietje,

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1912 | | pagina 1