ERK
ÏN
WOGEL
Station,
BOVEN.
Marcel.
DE VIOOLSPELER.
IET.
.50
.75
Jgging.
iel
- -4
Nb. 12210.
Maandag 30 Juni 1013.
52e Jaargang.
I
S"CLïtexxla,rxd.
Buitenlandsch Nieuws.
ELEU
FEUILLETON.
iDAM.
54;.
Telefoon Interc. 82.
OUPONS.
£T5.®-lx"ws- ezx woor G-oulcIsl enx OaacxstreZIsezx.
Verschynt dagelijks
prijs van hefaKonnemï:nt7
behalve, Zon- en Feestdagen.
-i_-
Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON. Telefoon Interc. 82.
8
Ash-
(Wordt vervolgd.)
■QUELLE
ONWATER
1TING,
Nikkelen.
aanvrage gratia
v. d. HOOGEN.
Gez. v. ABS-
t a u r a n t.
staureerd, met KE-
>Un SPEELTUIN.
51
?AN DANTZIG,
l Uitspanning'.
anbo\ elend,
KERS BOTH,
H00NH0VEN.
(GAARDEN,
oiffeuse,
1 aan voor
bestelling.
Aanbevelend.
end,
RION.
Vrij bewerkt door AMO.
v. DIEST.
ng.
te aflevering.
BalkaH-Staten.
Een stapje voorwaarts?
Naar de bladen te Belgrado molden
sische verlangen tot aanneming
arbitrage goedgekeurd, p-
meldt, dat overeonkrahstig een over
eenkomstig een mededeeling uit regee-
Mr, P. J. Troelstra
over den politieleen toestand.
heeft do Servische regeering het Rus-
- <?.van
goedgekeurd. De „Politika44
it overeonkwhstig een over
acht en met Californio sympathiseert.
Men heeft de les van de negerquaes-
tie. Weinigen lyden nu aan de kort
zichtige sentimentaliteit, die leidde tot
de bêvryding van den gekleurden broe
der. Zoo ver is de 20e eeuwsche Ame
rikaan verwijderd van den wensch
nieuwe ervaring op te doon met een
ander ras, dat oen beweging toeneemt
tot beperking van de immigratie van
alle landverhuizer, die niet tot het
Kaukazische ras behooren.
EN OP REKENING
ERUGGAAF VERGOED
A 15 CT.
f 1.25
1 50
Met Geïllustreerd Zondagsblad 1.50
Idem franco per post 1 00
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Lange
Tien de weg 64, bij onze Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren
GOIIMHE COURANT.
Per kwartaal
Idem franco per post
De Balkan.
Feitelijk is de toestand op den Bal
kan van een in-tragische beteekenis.
De ontzettende verwording van het
Balkanschiereiland, zooals die nu reeds
bijna een eeuw te aanschouwen is,
schijnt geen einde te zullen nemen.
Door de twist en tweedracht der Ba 1-
kanvolkon kon de Aziatische over-
heerscher vasten voet in Europa krij
gen door de altijddurende onderlinge
verdeeldheid heeft de Osmanische
tiran eeuwen lang zijn schepter kun
nen zwaaien over een gebied, dat wel
aan de Osmanen was onderworpen,
maar met de Osmaa,nsche ideeën niet
in het minst was vergroeid en ver-
eenigd. Door die altoos weer te voor
schijn komende tweedracht is het juk
der Slavische bewoners van den Bal
kan jaren lang ontzettend groot go-
teest. Wat vereende krachten kon
den bereiken, dat hebben de Balkan-
staten in de afgeloopen maanden
getoond. Maar dat de ingekankerde
tweedracht nog op deh Balkan voort
leeft, bewijzen de feiten van den dag.
Zelfs midden in den strijd waarin
men schouder aan schouder den ge-
zamenlijken vijand bevocht, deed de
eerzucht van den een zich stellen bo
ven den ander. Immers op scherpe
wijze hebben Serviërs en Bulgaren
elkaar de eer betwist wie wel het
eerst Adrianopel was binnengetrokken.
En niet minder scherp stond men
tegenover elkander, wanneer elk voor
zich meende te moeten aantasten,
dat hij in dezen oorlog de zwaarste
taak heeft gehad. Tot zoolang echter
bleef het bij woorden, thans schijnt
het over te zullen gaan tot daden in
den ouderlingen twist. Thans geldt
het ook niet de eer, maar het ver
worven gebied, waarover men elkan
der in de haren vliegt. En waar tus-
schen elk ander paar volken een ver
gelijk zou zijn te vinden geweest, daar
zal het juist bij deze bondgenooten
van gisteren onmogelijk blijken.
Scherp en fel hebben steeds de Bul
garen en de Serviërs tegenover elk
ander gestaan, beiden trotsch op hun
roemrijke voorgeschiedenis, beiden
zich bewust het voornaamste volk
van den Balkan te zijn, beiden vol
ijver om de roemrijke tradities van
weleer te handhaven. Maar daardoor
ook beiden fel elkander bekampend
PRIJS DER AD V ER T EN TI E N
Van 1—5 gewone regels met bewijsnummer f 0.55
Elke regel meer„0.10
By drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend.
Dienstaanbiedingen per plaatsing van 1—5 regels f0.35 bij vooruit
betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames 1 0.25 per regel.
Groote letters en randen naar plaatsruimte.
in eikaars nationale oer. Een Serviër
is in de oogen van een Bulgaar een
onbeteekenend schepsel, de Bulgaar
is voor den Serviër een blufhapper.
Daarbij komt dat de regeeringen in
beide landen te zwak staan, te veel
door partijstrijd or gekomen zijn, om
met kracht tegen dit chauvinistisch
gedoe te kunnen optreden. In deze
dagen van overspanning heeft zoowel
de Bulgaarsche als do Servisch© mi
nister-president h<^ gezag moeten neer
leggen omdat zij in dezen maalstroom
van gebeurtenissen niet meer wisten
of zij zich den Steun van het hoogste
gezag verzekerd konden achten of niet.
Pasjits, die den weg naar het verge
lijk met Bulgarije wil kiezen, moest
eerst door de vernieuwde aanvraag
tot kabinetshervorming het bewijs in
handen hebben dat zijn politiek van
boven af den noodigen steun ontving.
Gesjof, die een dergelijk brevet niet
kon behalen, moest plaats maken voor
Danef. En betrekkelijk beteekent die
steun van „allerhochsten Stelle” in
beide staten o zoo weinig. De dy
nastieën in den Balkan zijn te weinig
met het volk samengegroeid om daar
op, indien noodig, een overwegenden
invloed te kunnen uitoefenen. Het is
met hen, gelijk Napoleon het voelde.
Deze begreep ook, dat de door hem
gevestigde dynastie nog niet bij het
volk ingegroeid was. En vandaar dat
hy zei„Ik kan geen nederlaag lijden,
elke nederlaag moet ik uitwfeschen
door een nieuwe overwinning.” Dat
moeten Peter Karageorgewitsj en
Czaar Ferdinand nazeggen, die in
dezen strijd om het te verwerven
grondgebied een nederlaag lijdt, hij
zal zijn dynastie voelen wanlfclen,
heftig zien bedreigd. En waar Servië
waarschijnlijk door den druk van om
standigheden, onder het Caudijnsche
juk zal moeten doorgaan, daar zal
het Peter Karageorgewitsj moeilijke
tijden in de toekomst bezorgen.
DuitschlaRd.
Een landverrader van 17 jaar.
Het tegenwoordige Duitschland
schijnt ongelooflijk vele spionnen on
landverraders voort to brengen. Za
terdag stond voor het rijksgerecht te
Leipzig weer een 17-jarig leerling-
teekenaar Julius Robert Köhler uit
Essen terecht. Köhler is eerst loop
jongen bij de firma Friedrich Krupp
geweest en daarna op een kantoor als
leerling-teekenaar geplaatst.Hij maakte
van die gelegenheid gebruik, omver-
■chillende teekeningen, die geheim
waren, over toetrekken en deed moeite,
om ze aan vreemde Staten'Ie ver-
koopen. Hij bood ze in een brief aan
Engeland, Frankrijk, Ruslhnd en Oos
tenrijk aan, maar kreeg alleen van
Frankrijk antwoord. De Fransohe re-
geering kocht dan ook twee teeke
ningen van hem voor 20 en 50 mk.
In Januari werd hij ito hechtenis ge
nomen. De zaak werd als gewoonlijk
met de deuren toe behandeld.
Het vonnis was drie jaar gevange
nisstraf.
graven is eerder te denken dan aan
trouwen. Hij ziet er uit of hij reeds
met één voet in het graf staat. Wie
weet, of Gwendolin toch nog niet
gravin van Asherton wordt. Maar
toch is het een miserabel ding, zoo
op iemands dood te-wachten,” ver
klaarde Lord Avonmore.
jJk hoop dat zij gravin van
erfjni wordt zonder op iemands dood
-te wachten,” verklaarde de markiezin
en met deze woorden scheidden zij.
HOOFDSTUK XII.
42)
Lord Asherton volgde echter haar
aanwijzingen niet, maar beschouwde
hot stuk aandachtig op zijn eigen ma
nier. Daarbij nam hij niet het voor
komen aan van een kunstkenner en
toonde toch groote belangstelling; zijn
onderzoek duurde zeker langer dan
een kwartier.
Toen boog hij beleefd voor lady
Gwendolin en zeide: „Mylady, ik be
dank u bijzonder voor het zien van
deze schilderij, en ik verzoek u be
leefd mijn dank ook over te brengen
aan lord Avonmore. Het is een flink
stuk, dat stellig beter is dan in het
Britsch Museum nu ten verkoop aan
geboden wordt.
Verbaasd over den geringen lof
over de schilderij, vroeg Gwendolin
„Beschouwt gij het stuk ook al$
een Domenichino, mylord”.
„Neen, mylady”, antwoordde lord
Asherton mot overtuiging, „flit stpk
is niet de oorspronkelijke schilderij,
het komt juist uit zooals ik vermoed
de. Dit stuk en ook ’t andere, dat te
Londen ten toon gesteld wordt, zijn
„Papa zal wel erg teleurgesteld zijn
als hij dit verneemt, lord Asherton!”
„Och, dat behoeft uw papa ni<^
te vernemen, mylady! Natuurlijk zal
ik mijn best doen, om te voorkomen
dat de onechte schilderij aan het
Britsch Museum wordt verkocht als
een Dominechino,; daarom behoef ik
echter nog geen melding te maken
van deze schilderijl De invloed van
een particuliere verzameling is zoo
gering, dat die zeer goed buiten be
spreking kan blijven.”
Bij deze geringschattende woorden
betreffende de waarde van particulie
re verzamelingen, richtte lady Gwen
dolin trotsch het hoofd op. Zij ge
voelde echter niet opgewassen te zijn
in een twistgesprek hierover; daarom
zweeg zij. Lord Asherton boog Voor
haar en zei: „Nogmaals dank ik u
mylady en ik heb de eer u goeden
morgen te wenschen.”
„Ha, daar is papa!” riep Gwen
dolin op hetzelfde oogenblik, en wei
nige seconden later trad de malies
zelf binnen. Met veel drukte heette hij
lord Asherton welkom in zijn huis
en verschuldigde aich over zijn af
wezigheid.
„En ge hebt mijn Domenichino ge
zien?" riep lord Avonmore uit. Een
mooi stuk, niet waar? Hoe durft
men het wagen aan het Britsch Mu
seum een copie te verknopen voor ’n
echt? Zie dat clair-obseur eens! Ik
heb eens van een kunstenaar ge-
ook moge zijn, kan worden opgedragen.
Do partij zelve, althans haar aange
wezen partij-organen, hebben hierom
trent te beslissen. Ten tweede: een
dergelijke beslissing kan alleen worden
uitgelokt op een concreet voorstel.
Dit voorstel kan slechts uitgaan van
verantwoordelijke staatslieden of orga
nen, die natuurlijk in het gegeven
geval zich eerst zullen moeten verge
wissen of een dergelijke oplossing door
hun eigen geestverwanten, dat is aller
eerst do 37 gekozen vrijzinnigen en
hun partijen wordt gewenscht. Verder
moet men niet vergeten, dat de Minis
ters worden benoemd door de Kroon.
De heoren zullen zich dus waarschijnlijk
ook eerst moeten vergewissen of de
Koningin er op gesteld ia om samen
te werken met socialistische Ministers.
Het komt mij moeilijk voor, aldus
ging de heer Troelstra verder, op deze
vraag een toestemmend antwoord te
verwachten. Nu weet ik wel, dat de
constitutioneel© positie van de Koningin
1 medebrengt zien, indien de politieke
consternatie het noodig maakt, bij het
optreden van een socialistisch minis
terie neer te leggen, maar ik meen
myne vryzinnigo pappenheimers ge
noeg te kennen om aan te nemen dat
zy zelfs het onm’ogelijke zouden willen
1 beproeven om do Koningin een der
gelijke beslissing te besparen. De vrij-
I zinnigen zullen dus eerst met zichzelf
moeten uitmaken of de politieke con
stellatie het optreden van de socialisten
in het ministerie werkelijk noodzakolijk
maakt. Deze vraag is niet beantwoord
door te wijzen op de moeilijkheden
1 die uit het resultaat der verkiezingen
nu eenmaal voortvloeien.
Wat de mogelijkheid van rogeeren
van een vrijzinnig ministerie betreft,
zei de hoer Troelstra: Het komt mij
voor, dat de mogelijkheid grooter is
zonder dan mot socialistische Ministers.
Immers als de vrijzinnigen zich, zooals
1 de Nieuwe Rotterd. Courant, doet,
1 beroepen op onze getalsterkte in de
i Kamer om oaaruit do noodzakelijkheid
van het aanvaarden eener portefeuille
onzerzijds af te leiden, dan moeten
zij niet vergeten dat die getalsterkte
ons niet op een, maar op drie porte-
i feuilles recht geeft. En wanneer zij
de invoering van het algemeen kies
recht afhankelijk zouden willen stellen
van ons zittingnemen in het Kabinet,
1 dan hebben zij te bedenken, dut een-
1 maal dit beginsel aanvaard, er uit
i voort vloeit dat althans de portefeuille
I van Binnenl. Zaken aan eon S.-D. zou
Toen lord Asherton weer thuis
was, raadpleegde hij juffrouw Jénner
herhaalde malen over de maatregelen
die genoden moesten worden om de
verwachte gasten naar behooren te
ontvangen. In alle opzichten moes
ten de oude gebruiken gevolgd wor
den; het was of er koninklijk bezoek
kwam; kosten noch moeite werden ge
spaard om de adellijke gasten op een
waardige wijze te ontvangen.
De huishoudster was zeer in haar
schik met haar vooruitzicht op de
gasten, en overal zag men de vroo-
lijke drukte van voorbereidende maat
regelen on schikkingen.
Een redacteur van het Persbureau
M. 8. Vas Diaz te Amsterdam heeft
Zaterdag, naar wij in het Vaderland
lozen, een onderhoud gehoud met mr.
P. J, Troelstra.
Hij stelde den heer Troelstra de
vraag in hoeverre de sociaal-demo-
craten de verplichting op zich denken
te nemen om deel uit te maken van
het nieuw te vormen Kabinet.
De heer Troelstra antwoordde dat
ten onrechte dit als eerste vraag gesteld
werd, de sociaal-democraten zyn niet
het eerst aan bod, maar wel Links.
Een andere vraag is dezezullen wij
gevraagd worden om zitting te nemen
in het Kabinet omtrent de sub 1. ge
stelde vraag wenschte de heer Troel-
stra zich wel uit te laten. Nog nooit
zeide hij is direct of indirect door eenig
gezaghebbend politicus van links deze
vraag aan eenig verantwoordelijk|soci-
aal-democratischen politicus gjsteld.
Tijdens de verkiezingen heeft men er
zich nog eens vroolijk over gemaakt
uls van vrijzinnige zijde allerlei be
schouwingen werden vastgeknoopt om
trent het gemis van verantwoordelijk
heid aan de bij ons veronderstelde
weigering van aanbod dat nooit is
gedaan en zelfs naar mijn meening,
na de-groote versterking onzer machts
positie in de Kamer ook thans niet
zal worden gedaan.
Wat mij betreft, ging de heer Troel
stra voort, ik ben niet van plan mij
over de vraag of onzerzyds in de
gegeven omstandigheden eenige porte
feuille zou worden aanvaard, uit te
laten en wel om twee redenenTen
eerste is dat een vraag, waarvan de
beantwoording niet aan een persoon,
hoe belangrijk zijn positie in do«partij
hoord, dat het clair obscur juist het
groote geheim van de schilders, ten
minste de groote schilders is, prach
tig, niet waar? Wat? Wilt gij nu
reeds heengaan? Welneen, geen spra
ke van mijn waarde lord! Wacht ten
minste totdat gij kennis gemaakt hebt
met mijn vrouw. Zij wenseht u te
zien. Het ontbijt staat geneed, ga met
ons aan tafel. Ja, dat moet ge doen,
een bedankje nemen wij niet aan.”
Onder zooveel dwang bezwijkende
ging lord Asherton mee en werd hij
nan lady Avonmore voorgesteld. Hij
bleef er tot het middagmaal, over
nachtte er, vertoefde er ook den vol
genden iUdè<fcn «keerde den derden dag
pas naoïphe^ktiWeel terug. Hij had
echter wf^.Av/^tnore beloofd, dat
hij met on dochter hem
in de nhl^d^ftjl^Tnaiind October Zou
komen bezoeketf7 op Asherton Caatle.
Na het vertrek van hun gast had
lord Avonmore een gesprek met zijn
vrouw. De markies maakte de opmer
king, dat lord Asherton geen góede
gezondheid scheen te genieten.
„Bc geloof niet dat hij nog lang
zal leven, Caroline.” En voegde hij
er aan toe: „Ten slotte krijgt Per
cival Craven dan toch zijn erfddel
het komt dan alleen iets later dan
hij aanvankelijk verwachtte.”
„Lord Asherton kan nog wel 20
jaar leven,” antwoordde zijn vrouw,
„hij kan nog best trouwen.”
„Trouwen? Trouwen? Aan be-
geen van beiden door den grooten
meester geschilderd. Ongetwijfeld be
hooren beide tot de Bologneesche
school, en dit stuk is het beste van
de twee, wel een fraaie copie, doch
geen echt stuk.”
„Het heeft altijd gegolden als een
echte Domenichino,” antwoordde zij
een beetje geraakt. „Twijfel is hier
over nooit uitgesproken. Sommige van
de voornaamste kunstkenners hebben
gezegd, dat het een echt stuk was.”
„En nu vindt ge het zeker nogal
aanmatigend van mij dat ik een an
dere meening er van durf hebben dan
die voornome kunstkenner», niet
„O, maar dat heb ik volstrekt niet
gezegd! Ik geloof, dat gij, mylord,
kennis hebt van schilderijen en van
de schilderkunst ook, zoodat gij een
eigen oordeel kunt vellen; maar na
tuurlijk gevoelde ik eenige teleurstel
ling-”
„Ja, ik speel wel eens met verf en
heb mijn leven gesleten in de Kunst
verzamelingen van Italië, maar op
grond daarvan zou ik toch niet heb
ben durven zeggen, dat ik er anders
over dacht dan de geachte kunstken
ners. De zaak is deze: Ik ken het
echte, oorspronkelijke, schilderstuk
van Dominechino. Het is een altaar
stuk in de kapel van het klooster,
waarin ik een groot gedeelte van
mijn jeugd heb doorgebracht. Zoo
doende ben ik vrij zeker dat ik mij
niet vergis.”
Amerika.
De oosterlingen in California.
De „Times41 verneemt uit Washing
ton, dat men daar zeer geërgerd is
over het gedrag van de burgerij van
het bergstadje Ilenet in Californiö,
die een aantal Koreaansche koelies,
die als abrikozenplukkers werkzaam
waren, uit de stad heeft verdreven.
Die lieden, die de koelies hadden aan
geworven, protesteerden en wezen er
op, dat men hier niet met Japanners,
maar met Koreanen te doen had,
maar het antwoord luidde: Gij züt
„Oosterlingen44 dat is even erg als Ja
panners. De regeerinh vreest nu, dat
andere steden het voorbeeld van
Henet zullen volgen.
De correspondent besluit dat de
Amerikaan zoowel om ras- ais om eco
nomische redenen een voortdurende
Japansche immigratie niet raadzaam
ringskringen de Servische regeering
de verzekering heeft verkregen, dat
zich de arbitrage niet uitsluitend tot
het verdrag zal uitstrekken. Door de
inwilliging door Servië van het ver
langen van Rusland is ook dé quaestie
van vermindering van het effectief
der legers in beginsel opgelost. De
inwilliging van de Bulgaarsche regee
ring moet nog in (dén loop van de
week zijn te wachten,
50