I Bi ERK Wi inter eatie. •A 4943. GLAND lek Gouda. 1913 fig. Verdronken. lag) i'- I I em. voor exx OxxxstreZfeezx. No. 12280. Zaterdag 20 September 1913. Feestdagen. behalve Zon en Telefoon Interc. 82. .50 .75 a 1013. J t bedrijf der SnitexxlaxicS.. fELlLLEIÜA r Nieuwe abonné’s ontvangen de tot 1 October verschij nende nummers gratis. 52e Jaargang. 2. Eerste Blad. TAMINIAE’S JAM de BESTE. ELST BIJ ARNHEM. VERK. 1 VAAYZONEN Telefoon Interc. 82. Verschijnt dagelijks Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON. HET BEGIN. De nieuwe voorzitter van de Tweede Kamer. A 4 de D e Links, sociaal-de- Vrij bewerkt door AMO. te dat ik niet laat mij onan A Zn., Gouda. die aan meende dat hot 3 was als Dit Nummer' bestaat uit twee bladen. )RIJF. i werking. Extra Geënga- ikter-Humorist )p’t MERK Wetten 't niet al heel iemstige streven Irden bekroond verwijld” bij het ion van grondwets- kfesrechtquaestie tot van het voorwaar- moe- ge* ver- igelukkige op (Wordt vervolgd) MMaWHW 7 M.*r m. «MM op, maar dankzei hij, bellende-. \ge zult uw zin hebben zou het u gaarne maar ik zie nu u niet voorbij kan OAZUN VAN CITEltt. THEEËN worden ■erd in verzegelde van vijf, twee en If en een Ned. ons •melding van Nom- Prijs, voorzien van taand Merk, vol- Wet gedeponeerd, tot de uitvoering oeerde orders aan- nd C. BIJL, IEEB4ART IjZ iwij geregeld tijdig gen ontvangen van serten, vermakolgk leze dan in onze m. De algemeene staking. Eén van do belangrijke punten, die op het pasgehouden sociaaldemocra tische congres zijn besproken is do kwestie over de algemeene staking. Het is eigenaardig op "te merken hoe de partij die zich revolutionair noemt, steeds meer afwendt van do actie dor stakingen. Dit verschijnsel doet zich in alle landen waarnemen. Blijkbaar heeft de internationale sociaal-demo- cratie geleerd, uit ervaringen opge daan in verschillende landen, zooals in Nederland, België en Zweden, dat dit punt dat het revolutionaire van do n „Hollandiau 10 u. 'e Dageraad/ - en Woningtoez., Onderstandscomm aan een Staatscommissie van een on derzoek „in hoever een algemeen be vredigende regeling mogelijk is, ter zake van de subsidieering bijzonder onderwijs en de den, welke daaraan verbonden ten worden”, is een vrijzinnige dachte, en het kan ons slechts heugen, indien het gelukken moge een „algemeen bevredigende” regeling te vinden; gemakkelijk zal deze quaes- tie, in verband met het scherpe stand punt wat de coalitie op dit gebied in neemt, niet op te lossen zijn, waar reeds een poging om tot een oplos sing van dit netelige vraagstuk te komen, verdient waardeering en mag zeker niet tot het vermoeden leiden, dat de Regeering te veel naar Rechts zal kijken. Integendeel schijnt ’t ons toe, dat deze Troonrede geen enkelen twijfel overlaat, of het *Kebinet-Cort van der Linden wil een vrijzinnige Regeering zijn, welke allerminst na tuurlijk de rechten van de minderheid vertreden wil, maar evenmin speelt fiek-kerkelijke wenschen zal trachten in te willigen. Zeer aangenaam doet vooral de ko loniale zinsnede aan, na al wat in en over Indië is te doen geweest den laatsten tijd. „De Regeering oordeelt het aldus de Troonrede hare roeping ook in de koloniën de volks welvaart te verheffen en aan te kwee- ken het besef van saamhoorigheid van Moederland en Koloniën en van al de bewoners dezer gebiedsdeelen. Zij zal haar doel nastreven door bevor dering der volksopvoeding, zich aan-~ passende aan de behoefte der ver schillende groepen waaruit de bevol king in Nederlandsch-Indiö bestaat en opwekkende tot verdraagzaamheid op het gebied van den godsdienst en onderlinge waardeering der rassen.” PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 gewone regels met bewijsnummerf 0.55 Elke regel meer«0.10 Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend. Dienstaanbiedingen per plaatsing van 15 regels f0.35 bij vooruit betaling elke regel meer 6 ets. Reclames f 025 per regel. Groote lettorsen randen naar plaatsruimte. f 1.25 1.50 1.50 1.90 dagelijks aangenomen aan ons Bureau: ten, den Boekhandel en de Postkantoren. nstain 26) Melita was opgesprongen on liep nu weenend en handenwringend heen de kamer op on neer. Mijn zuster, mijn arme zuster O, hoe kon ik denken, dat ik haar nooit weer zou wederzien 1 jammer de zij. Maar ik wil ze zien, ik wil! riep ze en bleef voor haar man stil staan. Waar is zij! Lothaar, ik wil er heen Hij stondop Wat dunkt u, zoi veel zijn, indien dit met succes mocht w En duidt het ,,oi| in overweging nemi herziening om de U oplossing te brengen, niet op den em- stigen wil om de -zaak niet op de lange baan te schuiven, maar flink aan te pakken Zeker, er zullen zich quaesties voordoen, waarbij niet allen, waarop dit Ministerie behoort te kunnen re kenen, eensgezind zullen blijken, maar, gelukkig, is het begin ook ten deze moedgevend geweest. Wij bedoe len n.l. de Voorzitterskeuze. De aan wijzing met alle linksche stemmen van den leider der grootste liberale partij, mr. Goeman Borgesius, tot Voorzitter was reeds een gelukkig voorteeken en openlijk willen wij ’t uitspreken x évenzeer verblijdend was de aanwijzing van den tweeden Voorzitter, den leider der sociaal-de- mocraten, mr. Troelstra. Beide man nen van groot kaliber, van ^talent, van groote parlementaire ervaring en goeden wil voor een zoo royaaf mo gelijke uitvoering van het program der vrijzinnige concentratie. Beiden meer in de wieg gelegd voor partij leider, voor voorvechter, dan voor verzoenend optredend Kamerpresident doch evenzeer beiden mannen, hun taak, nu zij die eenmaal vaard hebben, naar hun beste krach- men ons gaan, de verklaring af, dat de doode haar zuster was. Ook da kamerjuf- frouw, de koetsier en de huisknecht, Wien men het lijk had laten zien, zij allen verklaarden hetzelfde. Al kon men van het gezicht niets zien, al ontbrak ook de hand met ringen, en al waren de kleercn aan flarden ge scheurd, toch herkende men hel weelderige bruine haar, dat door het water al zijn prachtigen glans ver loren had. Verder verklaarde de ka- merjuffrouw, dat de beslijkte schoenen en kousen [lie*van de juffrouw waren en dat zij er dienzelfden avond mee uitgegaan was. Ook de tuinman, de boodschaploopster, die Gertruda von Kaussel natuurlijk goed kenden en nog zooveel andere personen, die in den loop van den dag bij het lijk ge bracht werden, verklaarden allen, dat het gevonden lijk dat van Gertruda moest zijn. Alleen de keukenmeid op perde twijfel. Haar juffrouw was veel slanker en wat fijner van lichaams bouw. Alsof men dat nog van een lichaam kan zien, dat eenige dagen in het water gelegen had. Aan haar uitspraak werd dan ook geen ge wicht gehecht tegen zooveel eenslui dende getuigenissen. Ook George Eltester werd bij het lijk gebracht. Met beslistheid sprak hij de meening tegen, dat het lijk dat van Gertruda von Kaussel zou zijn, ja, hij ging zelfs zoover te beweren dat allen die het gezegd hadden het terwijl hij op de doode Wie deze ong~1",‘’ zijn, ze gelijkt voorkomen niet op Gertruda von Kaussel en al geleek ze er op, als de eeno droppel water op de andere dan nog zou ik volhouden dat zij 't niet kan zijn. Waarofn niet? vroegen rechter en inspecteur gelijktijdig. Omdat ze leeft. Ge weet dus van haar? Ja, dat doe ik. Waarom beweerdet ge dan tot nu toe het tegendeel. Omdat fk haar beloofd had te zwijgen en omdat ik voor haar en mij het beste ik niet vertelde waar zij is. ten zullen uitoefenep en naar mag aannemen tot heil van de dierbare zaak. Dat allen van mocraten incluis, zich reeds bij eer ste stemming op mr. Borgesius ver- eenigden, is zeker een bewijs van den goeden wil om zooveel mogelijk samen te werken en hetzelfde geldt van de stemming voor den tweede- voorzitter, een plaats waarop de S. D.A.P. na haar weigering om mee te regeeren, zeker geen recht kon doen gelden, maar die haar naar ons gevoelen zeer verstandigiijk is toe gewezen, dewijl hier geen plaats was Hij stondop en sloeg haar armen om haar schouders: Laat deze schrikkelijke gedach te toch varen, ge zoudt te veel ver schrikken; men heeft haar in de lij kenzaal te Gutin gebracht. Ik ga er onmiddellijk heen. In de lijkenzaal? Dat mogen ze niet doen; ze moet ons oogenblikke- lijk teruggegeven worden. Dat 'gaat zoo gemakkelijk niet, -eerst moet worden aangetoond, zij het is. - En wie kan dat beter dan wij? Ik rijd met u mede. - Maar Melita... tyeén, neen, ik fiOUDSGHE (01IH\T PRIJS VAN HÈT ABONNEMENT: Per kwartaal Idem franco per post. Met Geïllustreerd Zondagsblad Idem franco per post. Abonnementen worden Markt 31, bij onze Agenten vriend meende wel hem het eerste verhoor mede te doelen. De ellendeling is immers van den moord overtuigd, zijn groothou- den zal hem niet veel helpen. Laat er mijn vrouw niets van hooren, zij heeft aan hetgeen haar wacht, reeds genoeg. Von Reuter zelf leidde den heer en mevrouw von Melnik naar den lijken zaal, waar het verminkte lichaam on der een zwarten doek verborgen op schragen lag. Het overdek werd verwijderd eit von Melnik, die het eerst naderbij trad, schrikte met een doffen kreet terug. Zijn gezicht was bleek, zijn tanden klapperden en met de groot ste inspanning hield hij zich staande. Hoe hij zich de doode had voorge steld, de werkelijkheid was nog veel afzichtelijker. Blijf weg, Melita, ge verdraagt het niet! riep hij en trad voor haar, doch zij had zich reeds uit de ar men van den rechter losgemaakt en snelde naar voren. Met den uitroep „Gertruda” viel zij in onmacht; en men droeg haar weg, bevend, wee nend volgde haar de kamer juffrouw, haar volgend op den wenk van von Melnik. In een afzonderlijke kamer van ’t gerechtsgebouw, waar men de familie vo«X Melnik had binnengelaten, daar kwam Melita weer bij. Hier legde zij nadat haar man haar was voorge- Wij hebben alle reden om tevreden te zijn over den aahloop van nieuwe Regeering en Kamer. Het begin was goed en zelfs meer dan dat. De Troonrede gaf alles wat men in de gegeven omstandigheden mocht ver langen. De pessimisten onder do vrij zinnigen, die het concentratie-program in gevaar zagen, toen afgezien moest worden van de vorming van een par- lementair-linksch Ministerie, zijn in ’t ongelijk gesteld en zij zullen de eersten zijn om zich daarover te ver heugen. De Regeering kondigt Algemeen Kiesrecht met de mogelijkheid van Vrouwenkiesrecht aan en Staatspen- sioneering, weliswaar met uitsluiting der bedeelden, doch ook met deze uitsluiting een royale toezegging, waarmee de Staatspensioneerders te vreden kunnen zijn. En niet alleen deze beloften zijn ’t, die ons verheu gen. Door heel de Troonrede heen loopt een eerlijk-v r ij z i n n i g ei draad; ziehier waarom wij ons boven al over deze eerste verklaring van het nieuwe Kabinet verheugen, waar nog bij komt hetgeen natuurlijk met de richting van het nieuwe Bewind niets te maken Ijeeft dat de Koningin in haar rede naar waarheid getuigen kon, dat het met de welvaart in den lande uitstekend gaat. De onder wijsparagraaf heeft aan- leiding gegeven tot verschillende uit legging. Het wil ons voorkomen, dat men goed zal doen af te wachten tot men nog meer zal weten van de on derwijsplannen van den Minister van Binnenlandsche Zaken; het opdragen voor een strafuitoefening voor het Zwolsche besluit en alleeff^het belang »van de zaak, van de zaak, die de geheele linkerzijde gezamenlijk aan gaat, op den voörgrond moest staan en den doorslag moest geven. Dat dit geschied is, en geschied is met mede werking van alle betrokkenen zonder uitzondering, toont hoe diep het be sef is* doorgedrongen, dat men gevoe ligheden heeft ter zijde te stellen om nog te redden wat nog te redden valt. Er waren er zeker, die op een zoo goed begin, op een zoo eendrachtig samen-werken niet hadden durven ho pen. Voor hen zal het een dubbele, meevallej zijn. Een goed begin is het halve Work, zegt het aloude spreekwoord. Van heeler harte hoped wij dat dit ook hier bewaarheid moge worden, tot heil van onze beginselen en van het geheele volk in al zijn geledingen. hij toch zoo enorme diensten bewezen aan de vrijzinnige en democratische zaak, dat wij ons deze beide licha men haast niet kunnen foorstellen zonder de beproefde en zoo gewaar deerde leiding van dezen 'uitnemenden staatsman. Enfin, eene vrijzinnige partij bindt zich nimmer zoo aan een persoon, dat ze mot dezen staat of valt, on de L. U. telt gelukkig èn in de Kamer on daarbuiten nog mannen genoeg, onder wiens leiding wij ons gaarne willen scharen. Maar toch laten wij Borgesius niet heengaan uit den partijstrijd, uit den strijd der beginselen, waaraan een einde komt woor ieder, die het voor zitterschap van de Tweede Kamer aan vaardt, zonder hem oponlijk een warm woord van dank te brengen voor alles, wat hij in de laatste 40 jaren voor onze volksontwikkeling en volks welvaart in ’t algemeen on voor do vooruitstrevend vrijzinnige jieginso- left in het bijzondor gedaan heeft. En dat zeker niet het minst in zijn mi nisterschap, waarin hem de groote voldoening gewerd in wetten te kun nen belichamen de idealen, waarvoor hij jaren lang had gestreden, en waar in hij in het begin van zijn strijd door menig partijgenoot en geestver want met medelijdondon glimlach werd aangezien als een onverboterlijk uto pist. En het heeft ons goed gedaan, dat thans algemeen erkend wordt door alle vrijzinnigen,' dat het minister schap van Borgesius den lande ten grooten zegen is geweest. De concentratie hooft hem gebracht op den zetel, waarop hij meer dun eenig ander recht had. Moge hot on zen leider gegeven zijn, ook op do plaats, die hij thans gaat bekleedon, zeer nuttig werk te verrichten voor dezen lande. Onzen heilgroet aan Mr. H. GOEMAN BORGESIUS. tegen beter weten in hadden gedaan of wel zich had laten misleiden. Met welk doel? vroeg inspecteur Diethel, die met den rechter was mee gegaan. Zij wisten eigenlijk geen van twee- qn hoe zij het met hem hadden. Zij hadden gedacht, dat hij op het eer ste gezicht zon ontstellen of schuw zich terugtrekken. Doch hij bleef be daard en volkomen kalm. George ant woordde op deze vraag met een voel- boteekenend schouderophalen en zei, wees: „3 ook moge haar uitwendig Gertruda ze or op, terughouden, zei zij gejaagd en be merkte niet eens dat von Meinik het met zijn tegenstand zoo erg niet nam. Hij wierp nog eenige bedenkingen op, maar dan^ze? Nu goed.U arme Melita, iR bespaard hebben, in dat deze kelk gaan. Den binnenkomenden bediende be-j val hij, dat het groote rijtuig moest ingespannen worden; dat de juffrouw mevrouw moest kleede» en zich dan gereed houden om mee te gaan naar Gutin en dat hij zelf ook mee ging. Waartoe, Lothaar? Ik heb gaarne iemand bij de hand als hot treurig weerzien u veel mocht aangrijpen. Hij wilde haar niet zeggen, da|j hij die lieden meenam, om ze als ge tuigen te laten optreden. Een half uur later kwam het rij tuig voor en onder het weeklagen en weenen der bedienden, stapten de echt- genooten en de juffrouw in, terwijl de knecht op den bok bij den koet sier klom. Nu eerst betreurde men Gertruda von Kaussel als een doode, tot nu toe had men in de hoop ge leefd, dat zij terug kon komen. De rechter ontving het echtpaar iq het gerechtsgebouw met alle teekenen van de stipste deelneming. Von Mel nik was reeds onderricht van de ge vangenneming van Eltester en zijn Vaderlander schrijft Dat de concentratie Mr. H. Goeman Borgesius den aangewezen man heeft gevonden om Aden voorzittersstoel te bekleeden, sprak dunkt ons, van zelf. Dc man, die zoo groote verdien ste heeft gehad voor de totstandkoming van de samenwerking van alle vrij zinnigen bij de stembus van 1913, al heeft hij dan ook door tijdelijke on gesteldheid aan den eigenlijken ver kiezingsstrijd geen deel kunnen ne men, kwam deze plaats toe, en het verheugt ons buitengemeen, dat ge heel herkregen krachten het den lei der der Liberale Unie-fractie mogelijk hebben gemaakt zich voor het voor zitterschap beschikbaar te stellen. Dat hij voor het leiden van groote ver gaderingen over die onpartijdigheid en tact beschikt, die daarvoor onmis baar mogen heeten, is een ieder be kend, die lid was van een van de 'vele groote lichamen, waarvan Goe man Borgesius in den loop der jaren president is geweest. Maar... al verheugen wij ons ten zeerste, dat Borgesius thans komt te zitten op het voorzittersgestoelte der eere, de zaak heeft voor ons toch ook eene niet te miskennen schaduw zijde, en wel deze, dat wij hem thans zullen missen èn als voorzitter der L. U.-Kamerfractie èn als voorzitters der L. U. In deze beide functies heeft 50

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1913 | | pagina 1