ra. :oop iAL“, Verdronken. EBOER n □9, 52e Jaargang. Maandag 20 October 1013. No. 12305. 1914. Verschijnt dagelijks behalve Zon- EN ZOON. Buitenlandsch Nieuws. G Co. STELLING, IXXg1 HNS, FEUILLETON. ITol, (HIM. EZEZS HOOGSTRAAT 23 BvLïtexilaxxd- I.L f 0.75 Telefoon Interc. 82. Uitgevers A. XTï@vl“ws- exx -A.d.’vertezxtïeTolsucL voor Gro-u-cLa, ezrx OzxxstreUseaxL- en Feestdagen. PRIJS DER ADVERTENTIÊN: Telefoon Interc. 82. daaruit was. is programma. aat. elfleschjes. voor Breien LITEITEN. J1TENGEW00N :enbergen. optreden aan was groote- twaar lameB j (tegenover de el 37. f 1.20 - 1.40 - 1.60 - 1.20 - 0.75 - 0.70 - 0.80 zele taferoelen, en oote Comedie. 'TERDAM. i ■bij 3Öge- nog altijd dn de Liverpool Vrij bewerkt door AMO. f 1.25 150 1.50 1.90 Bureau de gassen ter in de i’*XIn het le/o ramp en,zoodat a de lugu- Strofen in i n n n T) n n K.G. - 0 n - H.L. - van 1805 en 1806 en nog Op den tocht naar Rusland Napoleon op een ondrage- de ziekte, die der verschrik- is verergerd. ?DAM. 50 lijks weggenomen door de ongehoor de beschuldiging, die zij, zonder be wijs een zeer aanzienlijken ingezetene naar het hoofd had geslingerd. Zij scheen dit zelf te voelen, nu de he vige spanning, die haar had doen spreken, verbroken was. Leunend op den arm van houtvester Dorn sloop ze geheel in elkaar gedoken uit de zaal. Von Melnik zag zich van verschei dene bekenden omringd, die in warme uitdrukkingen hun deelneming te ken nen gaven en hun verontwaardiging te kennen gaven over het gedrag van vrouw Eltester. Het meest was de rechter von Keu ter verbitterd, maar ook consul Bau er en inspecteur Diethel keurden het gedrag van haar sterk af. Ge moet zonder uitstel een aan klacht indienen; aan die vrouw moet een voorbeeld gesteld worden. Als zulke lieden ongestraft heengaan, dan is niemand meer veilig voor hun boosaardigheid, riep von Keuter. j_)e beste weerlegging van die domme praat, als ze weerlegd moet worden, is zeker de veroordeeling van Eltester, en die is .zeker, meen de Diethel. Meent ge? vroeg von Melnik die nog maar niet bekomen was. Ik wed honderd tegen één lachte DietheK Ge moet voor de ontsteltenis iets gaan gebruiken, waarde von Mei- nemen, dat deze rapporteur de zaken niet objectief heeft,beschouwd, zpoah ze waren, maar van te voren vap het bestaan van den ritueelen moord overtuigd was en nu tracht den toe stand waarin het lijk gevonden is en alle verdere resultaten van het onder zoek met deze overtuiging in overeen- s temming te brengen En in ’t slot van zijn artikel schrijft prof. Ziemke: „Niet alleen in het be lang der menschelijkheid, maar ook in verband met ons aanzien als des kundigen, rust op ons, geneeskundigen rlo rdinht rlnarfnoron fo nrntoetawAn” 1813—1913. Zaterdag was een gedenkwaardige dag in de algemeene geschiedenis van Europa. Het was de herdenkingsdag van den Volkerenslag op 18 October van het jaar 1813 gehouden. Die slag heeft een einde gemaakt a$n de groot- sche macht van Napoleon. Al de luis- ter die eens de Bonapartische troon had omringd, was weggevaagd door die vreeselijke menschenslachting, die daar bij Leipzig had plaats gehouden. De worsteling van Vrijheid en Onder drukking, van het zioh-zelf-zijn tegen overheersching en tiranny was beslist geworden ten voordeele van hen, die het ideeaal van de menschelijke vrij heid aan haar zijde hadden. Napoleon, de tyran van geheel JVest-Europa, had niet langer de ketenen kunnen vasthouden, die de volkeren hield ge kluisterd aan zijn wil, aan zijn heersch- zucht. Zijn wil was wet, zijn gebod kende geen wederstreven. Wee den ongelukkige, die zich tegen hem ver zette. Hij werd gebroken, zooals een storm het riet en den eik lyeekt. Pruisen had dit ondervonden. Het was, en meer nog zijn vorst, vernederd en vertrapt, nooit-gekend. Napoleon had zijn wil gedicteerd bij den vrede van Tilsit eil niettegenstaande de fcnee- kingen van koningin Louise had hij Pruisen het dwangbuis zoo aangedaan dat het zich niet roeren kon. De slappe Koning van Pruisen was er de man niet naar, om zich te wagen aan een ernstig verzet. Geen leider, maar iemand die geleid wordt, dat is de rol van den Pruisischen Koning geweest. De geschiedenis heeft van hem geen hooge figuur kunnen maken. De eer de Pruisen te hebben opgewekt tot die vrijheidszucht, die zich openbaarde in 1812 en ’13 komt toe aan anderen dan aan den vorst. Het waren mannen als von Stein, Scharnhorst, Gneisenau Blücher, majoor von Schill, hertog Henderik van Brunswijk en niet te vergeten vele dichters als Arndt, die het volk hebben opgevoed tot het krachtig willende, het bereid zijn tot offers te brengen, volk voor de zaak van de vrijheid. De eerste stoot togen Napoleon’s machtsvoetstuk heeft Rus land gegeven toen het zich niet wenschte te onderwerpen aan de de creten van Keizer Napoleon. De toe nemende vijandigheid in alle deelen van zijn rijk tegen zijn overheersching van de noodrem heeft overgehaald, vinden we in de „D. Newsu de mede- deeling van een passagier, die zegt, eerst niet op het stilstaan van den trein te hebben gelet, doch zich ach teraf te herinneren, dat de bagage van een Duitscher hem toescheen aller gevaarlijkst in het nabijheid van de noodrem te hebben gestaan. Hij had, zegt hij, een eigenaardig schokkende beweging in den trein opgemerkt, die langzamerhand zijn vaart vertraagde en eindelijk tot staan kwam. r Een minuut daarna had de botsing de plicht, daartegen te protesteeren”. plaats. Het ‘blijft niettemin alweer een raad sel hoe de tweede trein in het blok kon zijn, toen de andere nog niet hebben meegewerkt om den stormloop zoo grootsch mogelijk te, doen zijn ten einde hem ten val te brengen. Toch gelooven dat bij al deze oorza ken de hoofdoorzaak lag bij Napoleon zelf. De Napoleon van 1812 was niet die meer van 1805 en 1806 en noj vroeger. reeds leed Napoleon op een ondrage lijke manier van g. later op Elba, den. tijd kingen'nog zoo zeer Dié lichamelijke strijd dien hij had te voeren, is steeds toegenomen. Het be lette hem te zijn de alles beheerschende, de alles leidende^ opperste van het leger. Te vee( moest hij gaan over laten aan zijn onderbevelhebbers, aan zijn generaals en maarschalken. Dat zijn ook de oude niet meer, al dienen ook een Ney, een Davoust, een Ber- thier en anderen in die rijen. Velen heeft hij van zich vervreemd. Moreau heeft hij verbannen. Hij zal hem in den Volkerenslag tegenover zich vin den in de rijen der mogendheden. Bernadotte eveneens, die als kroon prins van Zweden eveneens tegenover zijn oude chef staat. De generaals zijn het krijgvoeren moe; zij hebben alles verkregen, wat de oorlog hun brengen kon, eer en roem, maar ook bezit. En zij gaan^ich vermeten dat zij niet meer Napoleon’s ondergeschik ten, maar zijns gelijken zijn in kennis en bekwaamheid. Daartegenover staat, het leger der Bondgenooten, met qpn opperleiding die zeer veel zoo niet alles te wenschen overlaat, maar waar de onderbevelhebbers met bijkans over moed uitdagend oprukken, om Napo leon aan te vallen waar hij te vinden is. Vooraan staat Blücher, maarschalk Voorwaarts zooals hij bij de soldaten heet. De overmacht van de Bond genooten heeft de rest gedaan en zoo werd Napoleon teruggedrongen tot de slag bij Leipzig voorgoed een einde aan zijn triomftocht had gemaakt. 300,000 man stonden tegenover 160,000 man Franschen; 70,000 man sneu vel den aan de zijde der Bondgenooten, 52,000 man aan de zijde der Fran schen, die zich hadden geweerd met een ongekenden heldenmoed en doods verachting. Slechts door de overmacht hadden de Bohdgenooten de overwin ning behaald. De mijnramp. Alle hoop om nog een der 378 begra venen in de Universal-mijn te redden is thans opgegeven. „Het zou”, verklaarde Winstone, de agent der mijnwerkers, toen hij Vrijdag uit de schacht boven kwam, „bijna een wonder zijn als er nog een leefde. Het vuur verspert bovendien den hoofdin gang geheel en de rook oX maken het onmogelnk diep mnngangen door te dringen’ geheel zullen er dan bij d< 434 personen zijn'omgekome zij verre het record houdt iu bere statistiek der mijncatai Engeland. Vooral het dorpje Senghenyd is zwaar geteisterd niet minder dan 305 van zijn broodwinners behooren tot de slachtofferste zamen laten zij 204 weduwen en 390 weezen achter. In het geheel blijven meer dan 1000 personen, weduwen en weezen; onverzorgd ach ter.... Natuurlijk beijvert ook nu weer de openbare liefdadigheid zich onmiddel- lijk om althans het materieele leed van deze ongelukkigen eenigszins te leenigen. DeHjord Mayor van Cardiff, Thomas, hoeft een inschrijving geo- jren reeds voor 60000 I. Dekoning gaf een aantal zwaar gewond, pend, waarop gbde gulden geteekend 6000 gulden er zijn ëft^ter nog hoo- ger bedragen een van ƒ9.800 gulden, van Lord Bute, en drie van mijndi recties elk van 12000Ald. enz. Het pas getrouwde Ipaar, de/prins van Con naught en'de hertogin van Fife heb ben nun imwelijksgdschenkenvoor 1 sh. per persoon terrijezichtiging gesteld de opbrengat-kumt in het fonds. aanzoeken om zich te rechtvaardigen af, en bracht hem daardoor tot ra zernij, ontstaan door zijn wanhoop om haar ooit weer te bezitten. Daar bij was het beklagenswaardige meis je onverstandig genoeg haar verre wandelingen niet te laten. Zij wilde hem niet uit den weg gaan, maar hem laten zien, dat hij voor haar in het vervolg een vreemdeling was. De uitspraken van de getuigen hebben bij lange niet genoeg kunnen aange ven, wat zij daarbij geleden heeft. Hij vond ook geen aanleiding om dit nu nog nader uit te leggen. Alleen, hij moest er op wijzen, dat zulk een gedrag de ongelukkigste uitwerking op den beschuldigde moet hebben gehad. Deze had de vreeselijkste bedreigin gen geuit, en was van deze tot de ontzettend afschuwelijke misdaad ge bracht. Zijn hand had de ongelukkige Gertruda in het meer geworpen. Tot hiertoe droeg de rede meer den stempel van een verdediging van den misdaad, een verzachting, dan van een aanklacht. Alles wat de ad vocaat zei, klonk alsof hij vrijspraak voor den cliënt wilde bepleiten, als of hij medelijden voor hem wilde op wekken, om minstens een mildere straf voor hem te verkrijgen. Maar nu veranderde plotseling zijn houding en zijn toon. Nu kwam in hem de aanklager boven. (Wordt vervolgd.) jr H.L. K.G. >r H.L n n i n 1 n - V.ÖU - 1.20 - 1.50 - 1.60 - 1.80 - 1.70 - 2.30 1.30 1.60 1.40 Balkan-Staten. Een Oostenrijksch ultimatum aan Servië. Volgens sommige bladen te Wee nen, heeft naar aan de Maand. Crt. word geseind de Oostenrjjksche zaak gelastigde te Belgrado instructie ont vangen, op dringende wijze deneisch tot ontruiming van Albanië door de Servische troepen te herhalen. De zaakgelastigde zal Servië acht dagen tijd geven om op dezen hernieuwden eisch te antwoorden. Rusland. Het proces te Kief. Bij de opening der zitting verklaarde de president, dat ongeacht de bijzon dere omstandigheden, het Hof de pers op elke wijze wil tegemoet komen en bereid is de stenogrammen toe te laten. Hij deelde mede, dat een plaat selijk blad in de stenografische berich ten onjuistheden heeft vermeld over hetgeen in de gerechtzaal gesproken is, waardóór zelfs beslissingen van het Hof verkeerd worden voorgesteld. De president verklaarde er de bladen op merkzaam op te maken, dat bij een voortzetting van het publiceeren van zulke berichten, hij tot zijn spijt ge noodzaakt zou zijn, het maken van stenogrammen te verbieden. Op ver zoek van den verdediger Groesenberg wordt deze verklaring woordelijk in het protocol opgenomen. Het eindelooze getuigenverhoor voor de rechtbank te Kieff, dat indien het op denzelfden voet wordt voortgezet, nog wel een maand kan duren, heeft ook Vrijdag weer weinig belangrijks opgeleverd. Intusschen is ook van gezaghebbende medische zijde een scherp protest ge publiceerd tegen het ritueele proces in ’t algemeen, en in ’t bijzonder tegen de rol, welke de Russische deskundigen bij dit proces te Kieff hebben gespeeld. In de Duitsche Medicinische Wochen- schrift schrijft professor Ernst Ziemke, directeur van het Instituut voor ge rechtelijke geneeskunde, naar aanlei ding van het rapport van den psy- ’d, op wien naar men iklacht tegen Beiliss chiater Sikorski, weet de aank steunt, o.a. „De beweringen in het rapport van Sikorski, den psychiater, zijn zoo mon sterachtig, dat men slechts kan aan nik; kom mee naar het „Viétoria- Hotel”, wij zullen daar ontbijten. Gun mij het genoegen, heer in specteur en heer rechter, zeide consul Bauer en legde von Melniks arm in den zijnen. De rechter bedankte vriendeJijk en ging naar zijn huis, de inspecteur daarentegen vergezelde de beide hee- ren naar het hotel, waar Bauer een vooraf besteld ontbijt liet opdienen. Zij dronken samen een paar flesschen lichte wijn en onder den invloed van dezen wijn en de toespraak van zijn vrienden, spande de veerkracht van von Melnik zich weer. Gearmd met den consul en in ge zelschap van Diethel keerde hij naar het gerechtsgebouw terug. De gerechtszaal bood na de schor sing hetzelfde tooneel als er voor, al leen met dit onderscheid, dat er nu nog meer' menschen waren binnenge drongen. De drie onafhankelijk en, de consul, von Melnik, en de inspecteur hadden ook, von Melnik tusschen de twee vrienden in, hun plaats weer opgezocht. Alleen houtvester Dorn had zich onder de toeschouwers ge mengd. Daar zat hij naast moeder Eltester voor wie hij als een liefde rijke zoon bezorgd was. Nadat het hof en de jury in de zaal waren binnengetreden en plaats hadden genomen, en nadat ook de beschuldigde ook weer was binnen geleid, opende de president en werd PRIJS VAN HET ABONNEMENT: Per kwartaal Idem franco per post Met Geïllustreerd Zondagsblad Idem franco per post Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Markt 31, bij onze Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren. 51) En die ééne, waartoe vrouw El tester zich wendde, was von Melnik. Deze sprong op en zijn borst hijg de, zijn oogen rólden woest, toen hij zich naar voren stortte, en riep: Mijnheer de president, bescherm mij tegen deze lage aanklacht, en ik eisch en verlang dat deze ellendige leugenaarster en lasteraarster gevan gen genomen worde. Deze laatste woorden gingen ver loren in het ontstane rumoer. De president gebood stilte, en verklaar de tegelijkertijd dat de zitting nu de getuigen gehoord waren, voor een uur geschorst werd. De beschuldigde werd in zijn cel teruggebracht, de jury en het hof verwijderden zich en het publiek ver strooide zich langzaam onder de groot ste opgewondenheid. De meeningen waren verdeeld, en toch was men algemeen van oordeel dat de weduwe haar zoon een zeer slechten dienst had bewezen. De goe de indruk, die haar vankelijk verwekt had, GOH IMIIE (DURANT. Van 1—5 gewone regels met bewijsnummerf 0.55 Elke regel meer«0.10 By drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend. Dienstaanbiedingen per plaatsing van 15 regels f0.35 bij vooruit betaling dtc regel meer 6 ets. Reclames f 025 per regel. Groote letters en randen naar plaatsruimte. Engeland. Het spoorwegongeluk te Liverpool. Het is in het droevig spoorweg ongeluk bij Liverpool, waarby nu zes menschen gedood en bijna wond blijken te zijn onopgehelderd hoe de eerste trei Cheshire Lines express van naar Manchester, tot staan is gekömen op slechts een mijl afstands van het punt van vertrek. Vastgesteld is, aldus de N. Crt., dat er aan de noodrem getrokken was en en een van de gissingen is,- dat ditbij ongeluk is gebeurd. Het achtergedeelte van den sneltrein was nog net binnen den tunnel, welke loopt van het centraalstation, vair de trein vertrok, naar het Si. Jt station, waar de trein tot staan was gekomen en de volgende trein van Liverpool naar Stockport met ver schrikkelijke kracht op den eersten inreed. De rails waren bezaaid mek wrak hout en een tweede ramp is slechts voorkomen door het vlugge optreden van den sneltrein, die terugrende en knalsignalen op de rails plaatste, waar door een derne trein, die langs de aan sluitende rails aankwam, tot stilstaan werd gebracht. Daar er een doorgaand rijtuig was aan den sneltrein naar Harwich, waren er vele vreemdelingengen onder de passagiers. Twee hunner werden ge dood en t - De beide gedoode vreemdelingen zijn zekere Hans Olsen en Otto Gotheim, bejdon uit Christiania, de anderen zijn Engelschen, o. w. de chef-condüoteur van deff* eersten trein, zekere Bishop. Onder de gewonden zijn menschen die naar Christiania, Hamburg, Alexan- drowa, Brussel en naar plaatsen in Polen op weg waren. Omstrent de quaestie, wie den draad aan den rijksadvocaat het woord ge geven. Deze, een nog betrekkelijk jonge man, die zijn ambt met voorbeoldigen ijver waarnam, stond op en begon met ingehouden stem, die evenwel, naarmate hij in vuur raakte, zwol en krachtiger werd, een rede uit te spre ken, die ruim anderhalf uur duurde. Maar niet alleen om de voordracht werkte de rede op het publiek, doch vooral om de scherpzinnigheid en de kennis van het mcnschelijk hart waarvan ze blijk droeg. De advo caat scheen de ziel van den beschul digde grondig bestudeerd- te hebben, want hij schilderde zijn liefde als kind en als jongeling voor Gertru da von Kaussel, zijn streven en wer ken om haar te verkrijgen, zijn strui kelen en vallen..., en hij wraakte ’t niet, maar verontschuldigde het veel eer. De advocaat nam zelfs aan, dat na zijn terugkeer, in de vaderlijke streek zijn beter gevoel, Eliester’s liefde voor Gertruda, weer de boven hand had gevormd. Hij had zelfs het besluit gevormd, haar waardig en trouw te zijn. Nu kwam evenwel de vloek der booze daad. Het verlaten meisje wreekte zich, zij schreef brie ven aan Gertruda en haar zwager, en gaf dezen die tegen het huwelijk was een scherp en welkom wapen in de hand. De diep gekrenkte verloofde, Gertruda von Kaussel, brak de ver loving met hem af, wees ieder zijner

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1913 | | pagina 1