CBG d.E. Alter 5 Gracht 28ö‘ \o. 12381. 52e Jaargang. Dinsdag 20 Januari 1914. behalve Zon en Buitenlandse^ Nieuws. ZBvLXtezi larxca.. Eïxxxxexxlaxxca.. FEL1LLE1O\ IAAG, STE WAAR- agen imeskleeding. Ie of gedeelten XTï®"cl"ws- exx -^.cL’rrertezxtïe'bla.d. •rroox (S-o’clcLsu exx Oxxxstxelcexi 'R V erschij ut dagelij ks prijs van’het abonnement? Telefoon Interc. 82. Qeltenftoaber. LEIW iter 'onwater. red.E. ALTER racht 2694 1AAG. 'TZDufX.. Feestdagen. Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON. Telefoon Interc. 82. KENNISGEVING. L 68 Amsterdam. .nieuwe alge- m de stad aan huis ervan gij 25) XII. dat ver- (Wordt vervolgd) ik zeker niet nalaten, an Zn., Gouda. 4. DB JONG thaven 31. *8, Wijdstraat 29. V. ELD Laz. NG. 60UDSCHE COURANT. door W gebruiken laat i». WORTELS. I VET. ►OFDHt I rwm. on I ra. Sn—k- Per kwartaal Idem franco per post. Met Geïllustreerd Zondagsblad Idem franco per post Abonnementen worden Markt 31, bij onze Agenten Vrij bewerkt door AMO. Portugal. De toestand in Portugal. De Madrileensche bladen melden, d«t bij Mafra een ernstige botsing heeft plaats gehad tusschen soldaten en sta kende spoorwegbeambten. Bij Oporto heeft de politie 34 straatschuimers in hechtenis genomen, die de spoorweg- rails op verschillende plaatsen vernield hadden. Tal- van Danton binnen, om gevolg te geven een uitnoodiging tot een gast maal, dat deze ter gelegenheid van aan zijn vrienden gaf. Daar waren Robespierre, St. Just, de bas met zijn vrouw, die een dochter was van den schrijnwerker Du Play, bij wien Robespierre inwoonde, ver- i - Vera Truchon en anderen. van de Frankf. Zeitung deelt daar omtrent thans eenige bijzonderheden mede. Daarbij wordt eerst herinnerd aan het optreden in het jaar 1910 van Af- fonso Costa zelf toen deze nog lid van de Kamer was, tegen Koning Carlos, dien hij beschuldigde van dezelfde praktijken, welke hemzelf thans door de Freitas worden ten laste gelegd. De aanklacht van Freitas heeft be trekking op drie gevallen van corrup tie, waaraan Costa zich in het vorige Kabinet als Minister van Justitie en in het tegenwoordige Kabinet als Mi nister-president zou hebben schuldig gemaakt. De bewijzen door de Freitas aange voerd zouden echter volgens de cor respondent der Frankfurter niet bij zonder overtuigend zijn. Daarentegen wekt echter de houding zoowel van Costa als van de met be vriende bladen evenmin vertrouwen. Costa weigert namelijk zoowel de over deze zaak tot hem gerichte inter pellatie te beantwoorden, als een aan klacht wegens laster in te dienen tegen de Freitas. En het regeeringsorgaan O. Mundo gaat op de feitelyke beschuldigingen haast niet in, doch bepaalt zich tot heftige persoonlijke aanvallen tegen Freitas. Aan den Senaat blijft thans niet anders over dan óf de gewone recht bank te machtigen, eventueel gevolg te geven aan een aanklacht van Affon- so Costa tegen Joso Freitas, óf een commissie te benoemen, om de han delwijze van premier in de drie boven vermelde gevallen te onderzoeken. In dat [geval echter zal Costa zijn func tie moeten neerleggen, want het is niet goed denkbaar, dat een Minister zijn ambt blijft waarnemen zoolang er een onderzoek wegens ambtsmisbruik tegen hem hangende is. Men gelooft echter, dat Costa tot dit laatste niet bereid zal w< rden be vonden. ide scheikundige J Tandartsen en ralen staf, die uit overwegingen van clericale en anti-semietische propa ganda het eerherstel van Dreyfus tot eiken prijs wilden beletten, wisten Piquart naar Tunis verplaatst te krijgen. En toen dit niet hielp om Picquart te doen zwijgen over zijn ontdekking, liet men hem gevangen nemen onder beschuldiging, dat hijzelf het borderel zou hebben vervalscht ten einde Ester- hazy te kunnen beschuldigen. Geruimen tijd werd nu gevreesd, dat Picquart in de gevangenis zou worden „gezelfmoord” op dezelfde -wijze als dit reeds met de overste Henry een medeplichtige van Esterhazyen met nog een der andere in deze zaak be trokken was geschied, leder herinnert zich nog in verband hiermede, de indrukwekkende verklaring van Pic quart, toen hij, aan het einde der zitting van den krijgsraad, waarin zijn zaak werd behandeld, met luider stem men verklaarde, dat hij niet in het minst van plan was de hand aan zich zelf te slaan, en dat dus indien hij binnenkort dood in zijn cel mocht worden gevonden, hij vermoord zon zijn. Toen eindelijk de waarheid aan het licht was gekomen en Dreyfus uit zijn verbanning was teruggekeerd, werd ook Picquart in eer hersteld en als brigade-generaal weer bij het leger ingedeeld. Zijn optreden in 1906 als Minister van Oorlog in het Kabinet-Clemenceau, had dan ook voornamelijk beteekenis als de offlcieele sanctie van de omme keer die er sedert de Dreyfuszaak in de mentaliteit van de groote meerder heid van het Fransche volk was ge komen. rij geregeld tijdig n ontvangen van ten, vermakelijk- se dan in ome 'baar. te Tilburg. BRLOHiTJEJr. 48, Gouda. rergoed. AM en ADRES: ht en gezond. Zij t de teint. per stuk. Ulster. In den laatsten tijd was er een kans dat die onaangename kwestie omtrent de houding van Ulster bij eventueele invoering van zelfregeering voor Ier land in der minne zou kunnen worden geschikt. De regeering had zich niet zoo onverzoenlijk getoond als de Unio nisten voorstellen, maar thans is ge bleken, dat wanneer de conservatieve leiders in’Engeland weer spreken over onverdraagzaamheid, ze blijkbaar wel den splinter in het oog van den tegen stander zien, maar van den balk in eigen oog niets ontwaren. De regee ring heeft besprekingen gehouden met Bonar Law. Reeds herhaaldelijk wer den ér geruchten verspreid dat deze i onderhandelingen tot geen resultaten zouden leiden maar waar er geen offlcieele bevestiging van die ge ruchten te verkrijgen was, bleef nog Corruptie. Door den Senator Joao de Freitas, is een aanklacht ingediend tegen den Minister-president Affonso Costa, we gens misbruik van zgn ambt tot het onwettig bevoordeelen van eenige zij ner persoonlijke vrienden. De Lissabonsche correspondent mij ook tot die waarzegster te wenden zelfs dan, als ik niet aan haar ge loofde.” „Gij meent ik zou „Ik meen niets. Wanneer echter tfe oogen mijner medeburgers op mij rustten als op u, dan zou ik niet nalaten te doen, wat ik voor eigen veiligheid meende dat goed was.” „Gij schertst, schoone vrouAy.” Burger Tallinn naderde echter, en men zette zich nu aan tafel. Robes pierre geleidde Leonore Duplay aan tafel naar haar plaats. Het was een jong meisje met schuchtere oogen en bieeke wangen, dat voor den zoo be roemden commensaal barer ouders een onbegrensde achting en beschroomde vereering gevoelde. Robespierre had. de eereplaats naast Dahton. Deze dronk hem zeer dikwijls toe, en stootte menigmaal het waterglas om, waaruit Robespierre dronk, ten einde hem zoodoende te noodzaken ook wijn te drinken. Maar deze liet zich niet van de wijs brengen, en terwijl Danton zwaren Bourgogne bij glazen vol naar binnen sloeg, dronk Robespierre slechts water. „Al wat wij liefhebben, leve!” riep Danton overmoedig uit en kuste zijn jonge vrouw daarbij op de wangen. Robespierre zag hem koud aan. „Wat wij liefhebben?” vroeg hij verwonderd. En direct daarop riep hij uit „Leve Frankrijk, leve de deugd.” Duitbchland. De schattings-com missie voor den brand op het hertogeiyk slot te Schwe rin heeft de door dezen brand aange richte schade op 1.7Ö0.000 geraamd. Uit verschillende haven van het Roergebied, wordt gemeld, dat overal in den Rijn schepen in het ijs vastzitten. Verscheidene schepen ^erden tegen de Homberger brug gedreven en liepen daarbij zware averij op Met het oog hierop is de sleepvaartdienst op den Rijn stop gezet. Frankrijk. De strenge koude, gepaard gaand met overmatigen sneeuwval in Frank rijk houdt aanuit alle deelen van het land komen berichten, die er op wijzen, dat een spoedige verandering niet verwacht wordt. Alle kanalen zijn bevroren, terwijl ook de landwegen door de gladheid onbegaanbaar zijn. In Tarn en vooral in het kolenbekken van Carmaux heeft de koude reeds tot ernstige gevolgen aanleiding gegeven. Daar door het gestoord spoorwegver keer de aflevering van kolen niet kan plaats hebben, liggen de terreinen vol voorraden, en is reeds gisteren het geheele mijnwerkersbedrijf tot stilstand gebracht moeten worMh. In het Aisne- departement heerscht groot gebrek onder de bevolkingallerwege worden talrijke plotselinge sterfgevallen ge meld. Genoegen”, Con- „Ter Gouw”. Het Schaakbord” irgaderihg Vrgz. Club. :houwburg, 8 u., g „De Gouds- houwburg”, 8 u., ba v. d. Pas. bouwburg”, 8 u., nmerspiele „Der altoos de hóbp over, dat de geruchtpn onwaarheden zouden blijken. Thans is echter de offlcieele mededeeling uit ’s heeren Bonar Law’s mond gekomen, dat de onderhandelingen op liets zijn uitgeloopen. Dat wil dus zeggen, dat wanneer althans de unionisten den treurigen moed zuilen hebben het ver zet in Ulster te blijven aanvoeren, het te eeniger tijd tot een burgeroorlog moet komen tuschen de Orangisten uit het Ulster-district en de nationa listen uit het overige deel van Ierland. En daarbij zullen regeeringstroepen genoodzaakt zijn te strijden aan de zijde der nationalisten, en aanvallen te doen op de bewoners van een ge deelte van het empirium. En dat enkel omdat de unionisten dit mooie propa gandamiddel tegen het liberale kabinet niet willen opgeven. Zeker, we weten wel, dat Bonar Law beweert, dat er omstandigheden kunnen geboden wor den, die er hem toe zullen leiden zijn verzet tegen de Home Rule niet op te geven, maar de middelen die hij daartoe aangeeft zijn trucjes van een allooi, dat we hier niet nader willen kwalificeeren. Het eenige middel waar van hij eigenlijk wil gebruik maken, is hek uitschrijven van^nieuwe alge meen© verkiezingen. Wanneer zich de kiezers opnieuw voor het zittend kabi net uitspraken, terwijl ze dus wisten dat het ging om de Home Rule Bill, dandan nog niets. Voor Bonar Law geldt ook in hooge mate tijd ge wonnen, veel gewonnen. Bonar Law weet zeer goed, dat volgens de tegen woordige wetsbepalingen in Engeland een wet als die op de zelfregeering van Ierland van wettelijke kracht kan worden, ook al verwerpen de Lords die wet. Wanneer het ontwerp drie maal door het Lagerhuis is goedge keurd en driemaal door het Hooger- huis is verworpen, wordt het toch van kracht. De Home Rule Bill nadert de eindpaal van heen en weer reizen tus schen Lagerhuis en Huis der Lords. Wanneer nu de regeering zich liet ver leiden nieuwe verkiezingen uit te schrijven, dan was, ook ai zouden de de liberalen opnieuw aan het bewind worden gelaten, de arbeid die het Huis thans reeds achter den rug heeft met betrekking tot Home Rule nutteloos zijn geweest. We gelooven geen ge waagde voorspelling te doen, wanneer we zeggen dat Asqnith c.s. op dit voorstel niet zullen ingaan. -i a iwn -- vrouw,” antwoordde Robespierre ge woon, „ik dank u 'dat gij belang in mijn gezondheid stelt. Openhartig ge sproken, ik had dat eigenlijk niet ver- wapht, burgeres.” „Gij doet mij onrecht, burger; zoo- dra er van uw wankelende gezond heid sprake is, voel ik mij werke lijk ongerust.” „Werkelijk? Nu, dat is een ver rassing. .Een vriendin, waar ik haar het allerminst vermoedde.” „Gij gelooft mij niet? Hoe mis kent gij mij! Het is toch merkwaar dig, dat de grootste mannen van on zen tijd de eigenschap -bezitten, de vrouwen, die hun genegen zijn, met wantrouwen te bejegenen. Zoo ook Marat. Hij zou nog leven,als hij in tijds naar een welgemeende waarschu wing geluisterd had.” Thans werd Robespierre opmerkza mer en hij vroeg haastig: „Wat meent gij, burgeres?” „Men heeft Marat verwittigd', hij in gevaar verkeerde.” „Hoe zoo? Heeft men hem wittigd? Op welke wijze?” „Een waarzegster! Burgeres Thé- ot, die in de Contrescarpestraat haar woonplaats heeft, heeft Marat, drie weken te voren, dag en uur van zijn dood voorspeld.” Er vloog een zenuwachtige trek over Robespierre’s gelaat. „Burgeres Théot, in de Contrescar pestraat?” hernam hij verbaasd en be- Mr. M. W. F. Treub en de Ziekenfondsen. Wij lezen in het Tijdschrift voor Geneesknnd'è fc, Tydens den ziekenfondsstrgd te Koog-Zaandijk in 1898 bevatte het Sociaal Weekblad, destijds onder „Nu”, lachte Danton terug. „Ieder zijn smaak, ik voor mij, heb mijn/ vrouwtje lief.” „Wat zegt ge ervan Robespierre, dat ik voor haar honderd veertig dui zend francs over heb doen schrijven op haar naam, voor het geval dat ik sterf.” „Honderd veertig duizend francs?” herhaalde Robespierre verbaasd, er aan denkend, dat Danton nog kort geleden diep in de schulden gestoken had. Overigens viel hem niets bijzon ders in. „Men moet voorzichtig zijn, in den (egenwoordigen tijd staat geen men- schenhoofd meer vast.” „Noemt gij dat dan voorzichtig?” vroeg Robespierre met een langen blik op hem. „Natuurlijk! Het bezit is de eenige afdoende zorg tegen de verrassingen des levens. Ben ik nu niet bedacht zaam?” Robespierre zag eerst hem aan en liet toen zijn blik nadenkend gaan <loor de pronkkamer, waar men ver bleef en waar de edelste wijnen uit Frankrijk in stroomen vloeiden. En eindelijk liet bij een kort en somber „Neen” hooren. „Niet?” viel Danton verrast uit. „Neen” was het antwoord, koud en afgemeten. f 1.25 1.50 150 1.90 dagelijks aangenomen aan ons Bureau: ten, dun Boekhandel en de Postkantoren. PRIJS DER ADVERTENTIÊN: Van 1—5 gewone regels met bewijsnummerf 0.55 Elke regel meer0.10 Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend. Dienstaanbiedingen per-plaatsing van 15 regels f0.35 bij vooruit betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames f 0.25 per regel. Groote letters -en randen naar plaatsruimte. Inrichtingen welke gevaar, schade of HINDER KUNNEN VEROORZAKEN. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van GOUDA. Gelet op de artt. 6 en 7 der HIN DER- WET; Brengen ter algemeene kennis, dat op de Secret; rie ter visie is gelegd eeu verdoek met bijlagen van Th. Steenland, te Gouda om vergunning tot het uitbreiden zijner bestaande Brood- en Banketbakbery, door de bijplaatsing van een tweede heete- luchtoven en een electromotor van J1/» P.K voor het in beweging brengen van eene kneedmachine, in het perceel gelegen aan den Kleiweg No. 81, kadastraal bekend Sectie B No. 1895. Dat op Dinsdag den 3 Februari 1914, des namiddags ten l'/s ure op het Raad huis gelegenheid is om bezwaren tegen de gevraagde vergunning in te brengen en dat gedurende drie dagen vóór dien dag op de Secretarie der Gemeente van de ter zake ingekomen schrifturen kan worden kennis genomen. De aandacht wordt er op gevestigd, dat volgéns de bestaande jurisprudentie niet tot beroep gerechtigd zijn zij, die niet over eenkomstig artikel 7 der Hinderwet voor het gemeentebestuur of een of meer zijner leden zijn verschenen teneinde hun be zwaren mondeling toe te lichten. Gouda, den 20 Januari 1914. Burgemeester en Wethouders voornoemd, R L. MARIENS. De Secretaris, I. VAN HEUSDE. Generaal Picquart f- Gisteren meldden wij het overlijden van den oud-Minister van Oorlog generaal Picquart. Zgn naam roept weer de herinnering aan al de emoties uit den bewogen tijd der Dreyfuszaak wakker. Picquart, in 1854 te Straatsburg ge boren, had reeds een eervollen mili tairen loopbaan in Tonking achter zich toen hij op 1 Juli 1895, als officier bij den generalen staf belast werd met de leiding van het bureau voor den inlich tingsdienst. In deze hoedanigheid ont dekte hij in 1896 dat het beruchte „borderel”, ’t welk als eenig bewgsstuk had gediend tegeh Dreyfus die ’t vorige jaar wegens hoogverraad tot levens lange verbanning was veroordeeld, niet van dezen, doch van Esterhazy afkomstig was. De andere officieren van den gene- nieuwd tegelijk. „Ja, burger Robespierre.” „En was dal waar?” Madame Tallien trok, beleedigd, haar schoone sc houders op en zei „ik was er immers zelf bij tegen woordig.” „Gij zelf, burgeres? Bezoekt burgeres Théot ook? Een zoo helder denkende geestrijke vrouw?” „Wakrom zou het een vrouw ver boden zijn ook eens een enkele maal een blik te slaan achter het doek, dat onze toekomst verbergt „En gij gelooft werkelijk, dat die Théot iets weet „Zij heeft meer dan eens bewezen, dat zij meer weet dan iemand an ders. Toen zij Marat zijn dood door sluipmoord, profeteerde, stond hij in den vollen' glans van de liefde des volks. Geen mensch in heel Parijs zou het geloofd hebben; hij zelf be schouwde het ook als een praatje.... Maar wie had nu ook kunnen ver moeden, dat een half krankzinnig en mooi meisje uit Bretagne naar Parijs zou komen om „Het is zonderling, zeer zonder ling!” „Zpker is het dat, en waar boven dien burger.” „Dat schijnt zoo”. „Het is zoo. Niet aan Théot alzoo de schuld, dat Marat vermoord is, en wanneer ik een man van beteeke nis was, zou Twee uur later trad burger lieu met zijn vrouw het huis aan een uitnoodiging tot een gast maal, ÜUl UT3-- 0 0 zijn huwelijk aan zijn vrienden gaf. JA--.— Tnoi .lo lamme Couthon, d~e afgevaardigde Le- 1nrv*. .1 >-> I. f den schrijnwerker Du Play, der burgeres Railmont met haar nicht en Vera Truchon en anderen. In het prachtige ontvangstsalon be groetten de gasten elkaar, de gast heer zelf ging met zijn jonge, schoo ne vroów, een geboren Parijsche, bij alle® rond, en verwelkomde ieder. Madame Tallien begroette Robes pierre met uitgezóchte hoffelijkheid. „Burger Robespierre, het verheugt mij u gezond en opgeruimd te zien, te meer daar ik voor eenige dagen hoorde, dat gij weer aan hevige aan- gezichtspijnen leed.” „Het is al weer voorbij, schoone

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1914 | | pagina 1