au tam”
KG
EN
LS
T
nbiedingea I
>n in de
e Couranfy
i iiiccet.
12507.
Zaterdag 20 Juni 1914.
53e Jaargang.
Prinses of Gravin.
TAMIXlXLS
JAM
NIAU’S
AM 1
,ter
onwater,
baar.
Bericht.
feuilleton
Eerste Blad.
XTie-uL-ws- ezx -^-d.-vertezxtie'blsLd. voor <3-oixd.su ezx OxxxstxoZszoxx.
slee xx
Woordenspel.
ESTE.
I AllMIEM.
3
SLBN
Censuur op .Bioscopen.
d.e EESTE.
ELST BIJ ARNHEM.
Telefoon Interc. 82. Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON.
Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen.
Telefoon Interc. 82.
lemiën kosten slrckli
uitbetalingI
bestaat uit drie
i
Amsterdam.
end aan het Bi
anf
inkman Zn
•rk HFL,
ste voedingswaarde
en Medaille».
zij
en
mevrouw.
zij gekrenkt, om»
is, zonder
de
een
en
en
een
PRIJS VAN HET ABONNEMENT:
Per kwartaal
Idem franco per post.
Met Geïllustreerd Zondagsblad
Idem franco per post.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen
ende scheikundige
he Tandartsen en
te Tilburg.
Ut. BJSLONJEJf I
8, Gouda.
Zij, die zich met ingang van 1
Juli 84. wenschen te abonneeren,
ontvangen de tot dien datum ver
schijnende nummers gratis.
DE UITGEVERS.
Schaakbord”, 8
G. C.&F.C. „01;
ijksche Plas lO'i
van de Roei- en 2
„Gouda”. I
ken wij geregeld tg
nogen ontvangen’
mcerten, vennaMi
deze dan üic
ïlden.
In de vergadering van den Goud-
schen Gemeenteraad van 5 Juni j.l.
is, na verwerping van de voorgestelde
bepaling in de Algemeene Politiever
ordening, waarin verboden werd ge
steld dat kinderen, die den leeftijd van
16 jaar nog niet hebben bereikt en
niet onder geleide van hunne ouders
of verzorgers zijn, toegang hebben tot
bioscoopvoorstellingen, tenzij die voor
stellingen kennelijk voor kinderen be
stemd zijn en als zoodanig a. d. ingang
van het voor de vertooning bestemde
lokaal en op de verstrekte toegangsbe
wijzen op duidelijk zichtbare wijze is
vermeld, door den heer Muijlwijk.
een nfotie voorgesteld, waarin de wen-
schelykheid wordt uitgesproken dat
een censuur op bioscoopvoorstellingen
worde ingesteld.
Deze motie, welke in een volgende
raadsvergadering aan de orde zal ko
men, is van zeer ingrijpenden aard.
De bedoeling daarvan is duidelijk. De
bioscoop als inrichting van publieke
vermakelijkheid heeft niet de sympa
thie des heeren Muijlwijk en zijn geest
verwanten en nu van overheidswege
een poging wordt aangewend om een
bepaling in de politieverordening te
brengen, waarbij het belang van de
jeugd heeft voorgezeten, nu springt
de heer Muijlwijk op het stokpaardje
dat hij zoo gaarne berijdtcensuur.
Nu wordt censuur gevraagd voor de
bioscoop, straks de consequentie daar
van, voor het tooneel, voor het va
riété, voor de muziek, ja voor de be
zoekers en bezoeksters van alle in
richtingen voor vermaak en kunst.
Hoever die consequentie kan wor
den doorgevoerd is niet te benaderen.-
Censuur voor de bioscoop wordt
gevraagd om te voorkomen, dat er
voor kinderen ongeschikte films wor
den gebruikt en een commissie zal
moeten worden ingesteld, die zal heb-
ben toe te zien dat de films goed zyn.
Het gaat hier om vertooningen, die
voor het publiek toegankelijk zijn met
of zonder betaling. Tot het bezoeken
van deze vertooningen wordt niemand
gedwongen, ieder gaat daar heen uit
eigen vrijen wil. Wat aangaat het
bezoeken van kinderen aan bioscopen,
dat is een zaak, die de ouders aan
gaat. Indien de ouders of zij, die als
zoodanig optreden, hun kinderen laten
gaan naar vertooningen in bioscopen
of elders, dan zijn zij daarvoor verant-
woordelijk.
Bezoeken kinderen dergelijke inrich
tingen zonder de toestemming hunner
ouders, dan mag als regel gelden, dat
deze ouders dat al heel spoedig weten
en hun ouderlijk gezag wel zullen laten
gelden. Voor ouders, die hun kinderen
aan hun lot overlaten, zou alleen een
bepaling dienstig kunnen zijn als in
do verordening door B. en W. was
voorgesteld, die aan zich zelf overge
laten kinderen zouden dan kunnen
worden geweerd, tenzij zij met iemand
komen, die voor vader of moeder
doorgaat. Van den bioscoop-exploitant
toch kan niet worden verwacht dat
elke bezoeker hem bekend is.
Voor kinderen met of zonder ge
leide (dit doet wat betreft de meer of
minder goede invloed van een bios-
coopbeeld, niet ter zake) zou het noo-
dig kunnen zijn dat er toezicht bestaat
op bioscoopvertooningen. Maar dit
toezicht bestaat toch immers. De bios
coopondernemer weet zeer goed dat
hij zorg moet dragen dat door hem
behoorlijke films worden vertoond
doet hij dat niet, dan komt hij óf in
aanraking met de politie, die de macht
heeft het verlof tot het geVen van
bioscoopvertooningen terstond in te
trekken, óf hij verliest de sympathie
voor zijn zaak by de ouders, die wel
zorg zullen dragen dat hun kinderen
niet meer in die bioscoop komen. In
deze beide gevallen is de bioscoop
ondernemer de dupe en daarom zal
hij zich wel wachten om iets op het
doek te brengen, wat niet in den
haak is. v
De ondernemer stelt daarom met
aan zijn ideaal. Nu, ik hoop maar,
dat zij met hem trouwt en laten
dau voor mijn part maai* lang
gelukkig met elkaar leven.
Zij keerde zich om en tot prins
laerstein, die juist haar loge was
binnengetreden en was zoo lief en
beminnelijk tegen hem, dat de dames
het hoofd schudden en zich ergerden
over Haar onverbeterlijke coquetterie.
Wezenlijk| die vrouw was niet te
doorgronden
Gisteren bij mevrouw von Buch-
tritz had zij graaf Waldenburg nog
zoo in het oog loopend lief behan-
deld, dat men aan een heimelijke ver- I koorlijke volksdracht achter
loving dacht on vandaag hetzelfde 1
spel met prins Iserstein Modelijden-,
de zielen maakten reeds het voorne
men den graaf bij zijn ‘terugkeer mee
te deelen, hoe zij zich gedurende zijn
afwezigheid gedragen had; het was
plicht den goeden, begeerenswaardigen
man te waarschuwen, nu het nog
tijd was. Rijksgravin Waldenburg...
zoo iets ontbrak nog maar aan dat
hoogmoedige schepsel. Haar aanma
tiging ging nu reeds alle grenzen te
buiten, niemand was meer veilig
voor haar impertinenties.
In (te vergadering van de Vrou
wenvereniging was diep avond een
storm van verontwaardiging over
Katharina’s gedrag losgebarsten. Wat
mevrouw von Buchtritz over haar
Dit nummer
Men.
doauxroode Perzische zijde
die met goud bestikt was. Zij had ’t
haar hoog opgekamd, en vastgesto
ken met een agrafe, die van goud en
edelgesteenten fonkelden. Zoo lever
de zij een betooverenden aanblik op.
Ia de hooge standen van M. kon er
Hechts èén dame met haar vergele
ken worden en dat was de zeven-
tienjarige prinses Margaretha, die in
loge d’avant scène eveneens de voor
stelling bijwoonde en reeds lang door
Katharina was opgemerkt.
„Zij zou juist een geschikte vrouw
voor Waldenburg zijn,” dacht me-
k vrouw von Halten. Zij is een engel
r en zou beter bii hem Dassen dan ik.
verties meer in geplaatst krijgt ook.
Er is geen enkele waarborg meer,
dat er goede films worden vertoond
en de strooibiljetten, welke deze
bioscoop in den laatsten tijd rond
stuurt, moet men niet in de gezinnen
laten slingeren. Wij hebben gemeend
te moeten waarschuwen, na vroeger
te hebben geholpen aan het vesti
gen van een zeker vertrouwen.”
Nu wete men dat de hier genoem
de Bredasche bioscoop, aanvankelijk
stond onder r.k. censuur en toen door
het blad werd aanbevolen in „het
vertrouwen van het weldenkend pu
bliek”. Dat „weldenkende” publiek
kwam echter niet en met de sympathie
van het r.k. blad alleen kon de
bioscoop-direotie haar zaak niet drij
ven. Dus gooide zij het over een
anderen boeg, er kwamen andere films
(altijd onder censuur der gemeentelijke
commissie) en het programma werd
aangevuld met een variété-nummertje.
Blijkt hieruit nu niet dat de offi
cieels commissie van censuur nog niet
altijd een waarborg is voor een goed
programma? De hier genoemde bepa
ling in de Bredasche verordening is
juist wat de heer Muijlwijk hier wenscht.
Maar in Breda vraagt men zich nu
al af, Wanneer de „keuring” wordt
ingesteld voor de variété-voorstelling 1
Waar de censuur van overheidswege
begint, is het eind niet te zien.
Te Breda bewijst de verordening in
de praktijk dat ze een dwaasheid is
laten wij in Gouda dan van die
dwaasheid verschoond blijven.
9)
Dienzelfden avond trok de schoone
mevrouw von Salten de algemeene
aandacht in de opera. En bet knap
pe figuurtje van mevrouw von F$r-
now verbleekte geheel bij den glans,
die van Katharina afstraalde. Deze
bad een prachtig gegarneerde robe
van zwart atlas aan en daarover
was achteloos een bornoe van Bor-
geworpen,
Zij had 't
vastgesto-
f 1.25
1.50
1.50
1.90
aan. ons Bureau
Markt 31, bij onze Agenten, den Boekhandel en de Postkantoren.
(.OlllSiH E COURANT
P R IJ S D E R ADVËÏÏTÏÏNTÏÏÏÏ:
Van 1—5 gewone regels met bewijsnummerf 0.55
Elke regel meer0.10
By drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend.
Dienstaanbiedingen per plaatsing van 15 regels f0.35 bij vóoruit-
betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames f0.25 per regel.
Groote letters én randen naar plaatsruimte.
Dit was het geluid vóór do ver
kiezing.
Na de verkiezing is het van ande
ren klank.
In het nummer van 13 dezer van
hetzelfde a.r. weekblad is do heer
Kolijn, den a.r. vroeden vader aan het
woord om van zijn blijdschap te ge
tuigen na de overwinning in het eerste
district.
„Ons hoopke is met één vermeer
derd”, zóo juicht hy.
„Het is nu in Gouda’s Raad 6
A.R., 1 R.K. Welnu, dat geeft moed
en hoop. Nog 3 en dat zullen
dienen te zijn R.K. Billijk en eerlijk
beide. Jaal moest het zelfs wezen
1 R.K. er bij, 1 A.R. er af, dan
nóg”.
Toen wij het stukje van den heer
Kolijn lazen, dat overvloeit van innige
dankbaarheid aan de R.K. kiezers en
vooral de regels, die wij hierboven
aanhaalden, toen dachten wij Jon
gen, jongen, wat heeft onze edel
achtbare dat mooi gezegd.
Dat is flink van hem om zijn coa-
litiegenooten, die het vuur uit hun
sloffen hebben geloopen, die zelfs
brancard-diensten hebben gepresteerd,
toch ook wat zetels te willen geven,
ja zelfs een a.r. zetel daarvoor willen
opofferen. En wij herinnerden ons
direct dat het achtbare raadslid voor
het tweede district in 1915 moet af
treden en wij begrepen terstond dat
hot zijn bedoeling Was zijn zetel voor
een roomsch-katholiek in te ruimen.
En toen vonden wij zyn mooie woor
den nog mooier. Wat een zelfopof
fering lag daar niet in
Toch zijn wij, kalm nadenkend, in
Bij de jongste gemeenteraadaverkio- I twijfel geraakt Die mooie woorden
ng in distnct I ia er aan r. k. zijde ‘n nBe Gonwenaar geschreven
„ingezonden, buiten verantwoordelijk
heid van de redactie.”
Het was dus niet een herroepen
van hetgeen de redactie van dat blad
juist vóór de verkiezing had geschre
ven. Juist dat „ingezonden” maakte
onzen twijfel nog grooter het gaf zoo
den indruk alsof de redactie het niet
erg aangenaam vond, alsof het niet
erg met haar zienswijze strookte, an
ders had ze het toch Wel redaction-
neel kunnen plaatsen.
O f, zou de redactie soms meenen
dat het raadslid Kolijn „de Gouwenaar”
te baat nam om te getuigen van zijn
goede gezindheid ten opzichte van de
roomsch-katholioken, juist omdat dit
raadslid in 1915 aan de beurt van
zing in district I is er aan r. k. zijde
wel eenige wrijving geweest naar aan-
leiding van de vraag wie'de candidaat
van rechts zou zijn in deze vacature.*
Meerdere stemmen zijn er opgegaan
om een roomsch-katholiek candidaat
te stellen, doch het bestuur der kies-
vereeniging was van andere meening
en het resultaat was, dat steun werd
toegezegd aan den candidaat dor enti
re volution nairen
Het a.r. weekblad „De Gouwenaar”
schreef toen
„Het getuigt van verstandige tak-
tak dat men tot overeenstemming
is gekomen om ditmaal het aanwij
zen van den candidaat voor district
I over te laten aan de antirevolu
tionaire kiesvereeniging.”
een onverklaarbare voorliefde voor
de schoone zondares. Zij wist bijou»
alle verkeerde dingen van mevrouw
von Sallen en toch had zij gedurende
de entre-acte de encode in de foyet
zeer vriendelijk gegroet en langer ine|
haar, gesproken dan niet eenige au*
dere dame.
Mevrouw von Fernow was vreeset
lijk teleurgesteld en zoodra zij
passende gelegenheid vond, nam
Charlotte, de gezelschapsjuffrouw, in
verhoor.
„Heeft mevrouw von .Halten u ver»
teld, dat graaf Waldenburg een gtooj
te erfenis heeft gekregen?”
„Neen, mevrouw, geen woord.”
„En dat hij gem i men tijd afwezig
zal zijn
„Neen, ook niet|
„Waarschijnlijk is
dat hij heengegaan is, zonder af
scheid van haar te komen nemen.
„Hij is afscheid wezen nemen, me
vrouw. Dezen mórgen, voor mevrouw
uitreed, is hij bij haar geweest.”
Mevrouw von Fernow was een
oogenblik verlamd door verbazing ’en
verontwaardiging.
Dus daarom had Katharina van
morgen het bericht van Waldenburg
en de erfenis zoo koel opgenomen.
Zij wist het al! Zij was zeker van
haar zaak, zij wist dat het slechts
van haar wil afhing om rijksgravin
zorg zijn programma samen, maakt
zelfs speciale voorstellingen voorkin
deren, waar zij zich een middag kun
nen ontspannen met grappige en ook
leerzame beelden. Dit feit, het geven
van kindervoorstellingen is voor de
ouders een wenk van uen ondernemer,
dat zij gerust hun kinderen daarheen
kunnen zenden. De instelling van die
voorstellingen heeft dan ook het re
sultaat, dat de avondvoorstellingen,
wellicht op een heel enkele uitzonde
ring na, niet door jeugdige kinderen
worden bezocht.
Waarom dan nu nog een censuur
van gemeentewege, waar èn de on
dernemer, èn de overheid èn de ouders
direct of indirect invloed uitoefenen
op hetgeen vertoond wordt?
Maar bovendien mag bij het uit
spreken van de wenschelijkheid van
het instellen eener commissie van cen
suur wel de vraag worden gesteld
In welke richting moet censuur wor
den geoefend En daarbij Wie zal
als censor optreden
De eerste dezer vragen maakt ver
schillende beantwoording mogelijk.
Nu zal men zeggen dat die richting
moet zijnde beoordeeling van wat
goed is en wat slecht. Maar dan doet
zich een nieuwe vraag voorwelke
film Is goed en welke is slecht en
waarom? Da beantwoording daarvan
is uiterst moeilijk, zooals blijkt uit
geen van commissies wan censuur be
kend is geworden.
Te Breda doet zich een eigenaardig
geval voor. Daar is reeds eenigentijd
een bioscoopverordening, welke be
paalt, dat voorstellingen alleen toe
gankelijk kunnen zyn voor kinderen
beneden 16 jaar, wanneer de films
door een te benoemen commissie zullen
zijn goedgekeurd.
Nu kwam in het r.k. Dagblad
van Noord-Brabant dezer da
gen het volgend bericht voor:
„Eenigen tijd geleden hebben wij
medegedeeld, dat in ons blad slechts
advertenties worden opgenomen van
zulke bioskopen, die waarborgen
geven, dat alleen films vertoond
worden, welke niemand stooten.
Sindsdien adverteerde in ons blad
„De Witte Bioskoop” ook wel Fa-
milie-Bioskoop” geheeten en deze
heeft dan ook het vertrouwen van
het weldenkend publiek verworven.
Het wordt echter tijd erop te wij
zen, dat deze Bioskoop niet meer in
ons blad adverteert en er geen ad-i
dit nog geheim willen houden wegens
den verplichten rouw. Moest dié zoo
trotsche en hoogmoedige mevrouw
von Salten dan alles gelukken? Moes
ten dan al haar wenschen vervuld
worden!
Zij geraakte daardoor in een vree-
selijk slechte luim, want zij*kon het
niet langer betwijfelen; haar wraak
zou haar nu ontgaan. Waarover zij
eigenlijk wraak wilde nomen, wist ze
eigenlijk zelf niet, want Katharina
had haar nooit anders dan goed ge
daan. Al de goedheid van mevrouw
von Salten veranderde echter niets
aan het feit, dat haar schoonheden
de bekoorlijkheden van mevrotiw v.
Fernow in de schaduw stelde en dat
bij haar Parijsche robes de thulsge-
maakte kleedjes van Helene von Fer
now in het niet zonken.
Mevrouw von Fernow was dus in
oen vroeselijk slechten luim, maar
haar vriendelijke glimlach verdween
eerst toen zij aan den uitgang van
het opera-gebouw van Katharina af
scheid had genomen.
Mijnheer von Fernow kwarn haar
afhalen. Hij wilde met haar in een
der gereedstaande huurkoetsen stap
pen, maar zij wees zijn aanbod zeer
knorrig af.
brief, die Hare Excellentie vootlas,
i had hel overige gedaan. Men hui
verde van zulk een verdorven vrouw.
Als zij nog zelf geschreven had
Neen, maar door haar gezelschaps
juffrouw liet zij het bestuur mede
deel en, dat zij niet als winkeljuffer
kon optreden bij den te houden wel-
dadigheidsbazar omdat dit 'te veel
van haar krachten zou vergen.
Wat een ontzettend koud hart,
wat een gemis aan naastenliefde,
wat een aanmatigende hoogmoed I
Als do voornaamste dames zich
voor de armen opofferden en in be-
r de toon
bank wilden staan» dan kon de we
duwe van een handelsraod dat toch
ook wol doen zonder haar waardig
heid maar iets te verkleinen.
Hel was helaas een feit, dat
vereeniging door deze weigering
groot verlies leed, want onder de
heeren waren dwazen genoeg, die
heel gaarne de prijs van een glas
wijn honderdmaal duurder wilden be
talen. indien de schoone mevrouw
von Salten op hun gezondheid eerst
een klein slokje er van proefde.
Had men de toonaanneefster der
voorname gezelschappen, prinses Mar
garetha, slechts kunnen overhalen om
door haar openlijk betoond misnoegen
mevrouw von Salten te doen begrij
pen, dat zij verkeerd gehandeld had.
0.35, voor elke
(Wordt vervolgd.)
met den graaf verloofd en had mei
ate door het lot heel anders gevormd
Zij zou geheel beantwoorden
ontmoeting met haar vertelde, had de Maar prinses margareum wu»
gemoederen reeds opgewonden en de half óen kind en koesterde bovendien.