nMterdirij endingen. Vrijdag 35 Juni 1915.54e Jaargang. XTx©u.“ws- ©xx -^.dL-v©rt©xxtx©“bl©bd. voor G-ovlcLsu ©xx Oxxxstx©lc©xx- Verschijnt dagelijks PRIJS VAN HET ABONNEMENT^ De Oorlog. behalve Zon en FEUILLHIUA Moeder en Zoon. per stuk EN ZOON, rkt 31, Gouda. SSING, irstraat 24. a meubelen spoe- -TDA, middags te 2 uur. BNIHJIS n Oorsprong iland No. 18815, Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON. Telefoon Interc. 82. BERICHT. Feestdagen. - »r toi de en >RES voor meu- 13 vra- nan Zn., Gouda. (Wordt ▼•rvolgd.) LNTZIG. 'OTENDORST. IN. rit- de op- do Onderstands* rmcnzorg. t* -»••• Ï-W.T. ik hebt U moge- leed of Vloerzeil •er gebruikt. Mag liOIINUE (OIR V\T. Per kwartaal Idem franco per post. Met Geïllustreerd Zondagsblad t Idem franco per post. Abonnementen worden Markt 31, bij onze Agenten Telefoon Interc. 82. adt een boodschap f per tel. 168. 3t Bestuur, van de maan, die achter een wolk vandaan kwam en in de Duitsche loop graven werd alarm gemaakt. Een gra naat barstte boven dr. Chaillon uit een en doodde een korporaal en 8 man, die op eenigen afstand achter hem stonden. Dr. Chaillon zelf wilde dekking zoe ken en bereikte den drager Bailby maar een tweede granaat ontplofte vlak bij hem en begroef hem zoo diep onder de aarde, dat men uren noodig had om hem te ontgraven. Kamer van Koop- iken te Gouda, verzending van laar het Koniggratz gevochten, tot hij door vijandelijke dtegen werd getroffen, wond wierp hem op een ziekbed, maanden lang duurde. In dien stillen tijd, waarin zijn wond rustig moest genezen, was menige ernstige gedachte bij hem opgekomen, zijn karakter was toen ge vormd en had vastheid verkregen; hi)zag nu met half verachtende, half rouwmoe- digen glimlach terug op de in dwaas heid verspilde jaren. In dienzelfden tijd «tiert zijn moedor, hij had haar innig lief gehad, hij was haar lieveling ge weest, terwijl het luchthartige, zwakké karakter van zijn jongeren broeder de zachtaardige vrome vrouw dikwijl» be droefd had. bloedarmoede ver- aa de inlevering «ram. ■*kin werkten kal- die door den oor- frrden waren. Zij ‘zonden en geregel- >4) De sneltrein naar Maagdenburg ver trekt om elf uur, het is nu nog voor negenen, ik hebudus ruim den tijd. Voor dat je het rijtuig gaat bestellen, moetje even bij me komen. Je moet een brief naar den overste brengen. Best, mijnheer antwoordde Johan en ging heen. Ritmeester Von Altenbrak nami aan zijn schrijftafel plaats om veertien dagen ver lof bij den overste aan te vragen; hij sloot daarbij het telegram van zijn broe der in, en vroeg verschooning, omdat hij niet persoonlijk kwam om zijn verzoek te doen. Toen stelde hij een telegram aan zijn broeder op» inhoudende dat hij per eerstvertrekkenden trein kwam, met het verzoek hem aan het station meteen rij tuig te laten afhalen. Vervolgens schreef hij eenige dienstorders voor den oudsten luitenant en voor den wachtmeester, en gaf daarop de brieven en het telegram aan den oppasser om ze te bezorgen. Voor je heengaat, moet je Hendrik bij me zenden voegde hij er nog bij. Toen begon hij een brief aan Margherita waarin hij haar kennis gaf van zijn plot seling vertrek wegens de ziekte van zijn vader. N BELGIS. preekt „Le Tempo” te positie van Hol- van wat hierover geschreven wordt. feruMatejJfende arti- de mogelijkheid van België veel onrust b niet ongegrond! i», m dat von Jagow nowsky en waarin voor Duitschland Ogie’s gebied met zonder vroeg of betrekken. Ode ze-' «er een Duitsche n een Duitsche zee >r Duitachlanddefini- Antwerpen zou het zijn van fe Schei- Holland een zeker n Zeeuwsch-Vlmn. teheel de macht aan in te hebben, zou- ‘laas en Rijn even- Een vestiging dn pen zou dus voor an zijn onafhanke- ben. De opslurping eon geforceerd toe bond zou dan het ,Le Tompd” uitem, rend zijn, wanneer taal gefnuikt werdl was reeds lang te andsch-Belgisch ver- r misschien succes betoogt het Fran* t van Holland dus België. De Kroonprinses Margarete. Berichten uit Stockholm melden d.d. 24 Juni: Een brief aan het Svenska Dagblad uit Colon (Republiek Panama) van 23 Mei bevat belangwekkende bijzonder heden over de vaart van het stoom schip Kroonprinses Margarete van de Johnson-lijn, dat van Göteborg naar Panama voer. Volgens dezen brief werd het schip in het noordelijk deel van denAtlan- tischen Oceaan door een Britschen kruiser aangehouden. Op bevel van een piepjong luitenant ter zee, die door onhoffelijk optreden op onaangename wijze uitstak, werd het naar Stornoway op de Hebriden gebracht. Britsche mariniers, die te Stornoway aan land gingen, vertelden dat ten deele tot bewaking van de westkust en tot toezicht op de scheepvaart 64 hulpkruisers (gewapende treUers) in de zee van Ierland tot Ijsland lagen, die met nog 10 nieuwe treilen zouden worden aangevuld. Niettemin kwamen verscheidene handelsvaartuingen onop gemerkt door deze keten van wacht schepen heen. De Kroonprinses Margarete werd viermaal aangehouden toen het te Stor noway binnenvoer, ofschoon het een bemanning van het oorlogschip aan boord had. Britsche marine-soldaten zouden, toen het schip weer was vrij gelaten, hebben gezegd, dat de oorlog in de minder bemiddelde kringen der bevolking niet populair was. Ondanks de strenge censuur kwam de verbit tering tegen de regeering wegens de ongehoorde verliezen aan menschen en schepen, bij leger en vloot, en in den handel, toch aan den dag. De officieren mochten niet spreken over de verliezen, wat de pers verneemt wordt geschrapt of onkenbaar gemaakt. De samenstelling van lijsten van alle mannen tusschen 18 en 38 jaar had f 1.25 1.5» 150 1.90 dagelijks aangenomen aan ons Bureau: ten, den Boekhandel en de Postkantoren. Groote letters en randen naar plaatsruimte. Op den linkeroever van de Isonzo in de nabijheid van Plava hebben de Italianen het gewonnen terrein ver sterkt, ten einde de oostelijke zijde, waar de Oostenrijkers een schuilplaats zochten, voor hen onhoudbaar te maken. De wig, die de Alpentroepen onbtags dreven in het Oostenrijksche front op de Plavahoogten is een strategisch succes, want slechts acht mijlen schei den Plava van Gorizia, hoewel de weg door een zeer diepen bergpas loopt. Aan het Oostel(jk Front. Het Russische communiqué van 24 Juni zegt In de kuststreek had het gewoüe geweergevecht plaats. Alle aanvallen in de richting Olty werden af geslagen. De toestand is overigens onver anderd. Zij| die xich met ingang van I Juli a.«. voor minstens één kwartaal abonneeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers gratis. Uit Berlijn wordt gemeld d.d. 24 Juni: Op 22 Mei werd in de Oostzee een Russische onderzeeër, klaarblijke* lijk van het Akula-type, door een Duitsch vliegtuig op vijfentwintig mijlen ten Oosten van Gotland met bommen geworpen. Destijds kon het resultaat niet worden vastgesteld. Nu wordt echter van Russische zijde toe gegeven, dat de onderzeeër is verloren gegaan. Heldhaftige dood van een Franschen dokter. The Daily Chronicle geeft een be schrijving van den heldhaftigen dood van dr. Chaillon, geneesheer aan het Instituut Pasteur en een van de kra- nigste jonge Fransche geleerden. Hij werd in een dagorder van 27 April vermeld, „als hebbende gevraagd en verkregen de moeilijke taak een stuk gevechtsterrein vlak bij Duitsche loop graven te desinfecteeren, waarbij hij werd gedood, terwijl hij zijn dienst al daar uitoefende.” Op 21 April reed dr. Chaillon met zijn motor naar een bosch achter de vooruitgeschoven linies en gedurende den nacht gipg hij heel alleen de stel lingen verkennen om eens te zien hoe moeilijk zijn werk zou zijn. Tusschen de Fransche en Duitsche loopgraven lag een massa rottend vleesch, dat daar al maanden lag en giftige en doode lijke dampen ontwikkelde. Om dat goed te desinfecteeren, onder beschut ting van het duister, zou op zijn minst 12 nachten duren. Dr. Chaillon stond er op om alleen die taak te volbrengen, maar in den nacht van 24 April werd hij door twee dragers vergezeld, Bailby en Vion, die op eenigen afstand moesten blijven staan om de desinfecteerende middelen gereed te maken. Eerst was alles rus tig en de Duitschers vuurden geen schot, zoodat dr. Chaillon, hierdoor aangemoedigd, op 7 yard afstand kwam van de eerste Duitsche loopgraaf, de lijken bestuivend met desinfecteerend poeder. Maar het blik, waarin het poe der zat, begon te flikkeren in het licht Aan het Italiaansche Front Het Oostenrüksche communiqué van 24 Juni meldt: An de Karinthische grens werd een aanval van Italiaansche troepen afge slagen. Anders vinden aan deze grens en aan die van Tyrol slechts artillerie- duellen plaats. In het Karinthische gebied heerscht rust. Aan de Isonzo* worden artillerie-duellen geleverd. De Italiaansche aanvallen bij .Gradiska en Monfalcone mislukten. verbondenen rekenen er dus op, dat de genoemde provincie misschien reeds binnen enkele dagen van den vijand verlost zal zijn. Dat zal, schrijft kolonel Medicus, ,een laatste bedrijf van het drama zijn, dat zich op waardige wijze bij de in leiding van Tarnow-Gorlice aansluit. Een daad van generaal Mackensenin den geest van het woord van Moltke „Eerst wegen, dan wagen!” Goed, goed, en do bevelen van mevrouw gen. Het zal je geen jehï Oh, mijnheer 1 fear aan; ik dkx» het met plezier En dan... Hendrik... ren. Eduard nam uit zijn schrijftafel een groot verzegeld pakket <«i hield dit wei felend in de hand. Peinzend liet hij zijn oogen rusten op deze woorden, die hij zelf geschreven had Aan mijn echtge- noote Margherita Von Altenbrak, gebo ren Montelli. Bevattende onze huwe lijksakte en mijn testament. Ed. Von Altenbrak. - Neen, sprak hij toen met een. zucht, je kunt gaan, ik heb niet» meer voor je. me gereed maak nige station». De diorpen en kleine ste den waar langs dte sneltrein vloog, lagen alle In diepe rust, evenals dte donkere dennonibosschen aan beide zijden van de spoorbaan. In ernstig gepeins verzonken, over dacht de jonge officier zijn geheelen le vensloop. Overmoedig was hij het leven Ingegaan met duizend' wenschen en be geerten. Hij behoefde zich echter niet meer te verwijten dan zijn kameraden. en stand- genooten. Het leven in de voorname ge- zelsohappen., in het casino en op de ren baan had zijn eerste jaren al» officier in beslag genom^m Toen was de oor log van 1864 gekomen. Met geestdrift wa» hij ten strijde getrokken; zoo had hij ook twee jaren later in den slag bij .r. M -•* - een Die dat Krijgsverrichtingen ter Zee. Spoed de hoofdzaak bij aanvallen. Het doen zinken van den Italiaan- schen onderzeeër „Medusa” (van de „Argo” klasse) door een anderen on derzeeër is het eerste feit in dezen oorlog waarbij alleen onderling door onderzeeërs werd gevochten. Er is geen enkele reden waarom onderzeeërs ook met elkaar den strijd niet zouden wagen, maar zulke onder water duels zijn toch zeer merkwaar dige gebeurtenissen. Wat de „Medusa” betreft zoo valt dit onderzeeschip volgens een deskun dige in de „Evening Standard” waar aan wij dit door het Hbld. ontleenen onder de categorie van constructies die niet bijzonder voldoen. Klaarblijkelijk is dit in verband te brengen, als de gegevens juist zijn, met de snelheid die deze soort onderzeeërs hebben n.l. 18 knoopen boven en 14 kn. onder water. De ideaal-onderzeeër moet de grootst mogelijke snelheid bovenwater hebben. Onder water komt de spoed er min der op aan. Dit hebben de Duitschers begrepen. Hun nieuwste groote booten hebben ook óp het dek torpedolan- ceerbuizen.* De nieuwe booten der Vereenigde Staten, o. a. de G 3 (ex „Seal”) hebben dat trouwens ook. Sommige dier onderzeeërs kunnen ook mijnen leggen. Er is dus een streven om den on derzeeërs niet alleen onder water maar ook aan de oppervlakte een offensief karakter te geven en daardoor is hoofd zaak snelheid. Hetzelfde ziet men bij de nieuwe 'o- jen. Daarbij zijn zelfs de eigen beschermingsmiddelen opgeofferd aan den spoed. Eigenaardig is ’t dat de „vader” der Engelsche slagschepen Sir Nathaniel Barnaby (dezer dagen gestorven) destijds ook dat beginsel voorstond. De Barnaby” schepen (o. a. de „Collingwood”, „Anson”, „Camper- soldhat meer, dus je hebt vrijen tijd. Ga eiken dag naar buiten en zie, of er wat haipert. Ge zijt dikwijl genoeg met me bij... mevrouw Montelli geweest, je kept de kinderen Nu, of ik ze ken, mijnheer I de kleine Eduard is altijd als dol, wanneer ik met de paarden kom. Een vluchtig lachje gleed over het ern stige gelaat van den officier. Nu, goed, sprak hij, .rijd dan mor gen vroeg uit en breng dezen brief aan mevrouw Montelli, breng haar nogmaals mijn groeten en zeg, dat ik van nacht mot den sneltrein van elf uur vertrok ken ben. Je kunt er dan den geheelen dag blijven en als je lust hebt, mag je den kleinen Eduard een uurtje les ge ven in het paardrijden. Dat zal gebeuren, mijnheer. Ik zal Zerline meenemen, dat ia een mak dier, daar zou mevrouw Montelli zelfs opkun nen rijden. ga dan eiken dag Montelli ïhade zijn, r denk ik niet je zwijgtIn Weet en stapelden zich zwarte hoor. Zelfs met Johan moet je er met J— over spreken. Ik zal wel oppassen, mijnheer. Dat is dus afgesproken, Hendrik Ik reken op je. Dat kunt u gerust doen, ritmeester! Nu goed, ik vertrouw op je. Je kunt gaanmaar neen Deze papie- down”, „Rodney”, „Howe” en „Ben bow” droegen allen het karakter dat aanvallen hoofdzaak was. Hoe harder klap hoe minder de vijand in staat is terug te slaan! In zijn tijd waren alle scheepsbouwers en marine-autori- teiten juist van het tegenovergestelde gevoelen, maar hij trotseerde hun mee- ningen. wij geregeld tijdig i ontvangen van ten, vermakelijkhe- an In onze agenda Italianen en Oostenrijkers. Sedert de hardnekkige en bloedige gevechten, welke verleden week in höt Monte Nero-gebied en tusschen de rotsachtige hoogten om Plave in het dal van de Isonzo plaats vonden, werd de verdere opmarsch verhinderd door den regen en den dikken mist, die. de valleien bedekte en de berg- "ippen omhulde. De Alpentroepen hielden zich bezig met de versterking van de stellingen, welke zij genomen hebben langs‘de drie voornaamste kammen, die van dén top van Monte Nero naar hét zuiden loopen een naar het zuiden, die Tolmino beheerscht met den berg Mezlide tweede, welke noordwaarts zijn hoogte -punt bereikt in Monte Vrata, en de derde, die in noordwee telijke richting afdaalt naar de Cori- tenza-vallei, het dorp Plezzo en den Predil-pas. De wijze, waarop de Oostenrijkers talrijke versche en goed geoefende troepen zonden naar het laatst ge noemde gebied, toont dat zij ten volle inzien zoo schrijft een Britsche correspondent dat de Italianen daar een sterken druk uitoefenen op den rotsachtigen hoofdtoegang tot Oosten- rijk-Hongarije. Want van Predil loopt een der beide hoofdwegen naar de Oostenrijksche hoofdstad, terwijl de andere, namelijk de Carintische weg naar Weenen, eveneens bedreigd wordt door Italiaansche bergartillerie van uit de passen, welke de Zeglia- en Drava- rivieren beheerschen. PRIJS DER AÖVERTENTIËN: Van 1—5 gewone regels met bewijsnummerf 0.55 Elke regel meer 0.10 Bij drié achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend. Dienstaanbiedingen per plaatsing van 1—5 regels f0.35 by vooruit betaling, elke regel meer 6 ets. Reclames f0.25 per regel. Het Oostenrijksche communiqué van 24 Juni meldt: De algemeene toestand in Galicië is onveranderd. Ten oosten en ten noordoosten van Lemberg hadden ge vechten plaats met de krachtige Rus sische achterhoede. In ’t geheel werden aan den Boven-Dnjester Mialajow en Zydaenow veroverd. Stroomafwaarts van deze laatste stad drongen de ver bonden legers voorwaarts onder hevige gevechten. Op verscheidene plaatsen aan den noordelijken Dnjesteroevar, tusschen de Weichsel en de San zfet de vijand de terugtocht voort. Tén noorden van den Weichsel werd de Russische achterhoede over de Ka- mienna teruggeworpen. Oostrowice en Sandomierz zijn door onze troepen bezet. Deval van Lemberg. De Duitsche bladen zijn van oor deel, dat de val van Lemberg, waar door alle verkeerswegen afgesneden zijn, dadelijk ook gevoeld zou worden door de Russen, die zich tot dusverre nog aan den zuidelijken oever van den Dnjester trachtten te handhaven. Ook verder op langs de gansche Dnjester- linie komen de Russen, wier natuur lijke verbindingen alle naar het Noor den leiden met den dag in een steeds slagschepe gevaarlijker toestand. De beslissing in 1-v- Galicië is_ daarmede gevallen. Ook wanneer de Russen zich nog eenmaal achter den bovenloop van den Boeg willen opstellen, dan zijn zij hierdoor toch bijna geheel uit Galicië verdreven. In het noorden moesten zij reeds over de Russische grens terugtrekken. De Onwillekeurig inoeet hij weer denken aan het gesprek, dat hij dien middag met haar gevoerd en aan hetgeen hij haar bijna had' gezegd. Onder den indruk daarvan schreef hij aan het slot van zijn brief „Mocht mijn vader sterven, dan zal ik bij mijn oprechte droefenis toch den troost hebben, dat ik mijn vrouw en kin deren d'e hun toekomende plaats kan ge ven, zonder in de noodzakeli^theid te zijn mijn vader ten diepste te liedroe- ven. Ik kan u thans nog niet schrijven, hoe ik mij nu onze toekomst voorstel al mijn gedachten zijn op mijn zieken vader gericht. Aan ham behooren nu al mijn gevoelens, - vergeef me daarom lieve vrouw, wanneer ik je eerst over eenig'e dagen nadere, vaste berichten kan geven. Je goede hart zal mij begrijpen Vaarwel totr spoedig weerziens. Kus do kinderen hartelijk voor hun vader.” Met een diepen zucht stond Eduard op. Hendrik was binnengetreden en wachtte op de bevelen van zijn heer. De meester trad op hem toe en legde hand op zijn schouder, terwijl de passer hem trouwhartig aankeek. „Hendrik, begon de ritmeester, „ge zijt een brave borst, ik weet dat ge me trouw dient. Ik moet voor eenigen tijd op reis, mijn vader ligt op sterven. Ik heb hier niemand die daar buiten, je weet wol, wat ik bedoel (Me daar bui ten een oog in ’t zeil houdt. Ik kan Johan niet uitzenden, hij moet hier bij het escadron blijven, maar gij zijt geen Het wordt tijd dat ik voor de reis. Hendrik ging heen en de ritmeester verborg het pakket in de borstzak van zijn jas. Ik zal die papieren bij me houden, mompelde hij. Margherita is zoo onervaren in zulke zaken, bij mij jjzijn ze veiliger en wie weet, of Ik ze op het slot AUenbroek niet noodig heb. Jëhan verscheen nu om te melden, dat het rijtuig voor d'e deur wachtte. Weinig minuten later reed Fduard Von Alten brak in draf naar het Potsdammer sta tion, waar hij plaats nam in den snel trein naar Maagdenburg. Het was een heldere zode zomernacht. on- weerswoiken op en nu en. dan verlichtte een bliksemstraal het duistere landschep, in de verte hoordte men den donder rom melen. Fduard Von Altenbrak leunde in een hoek van de coupé en staarde ernstig naar buiten op het voorbijvliegende land- schap. De trein stopte slechts aan wel-

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1915 | | pagina 1