:a
IHMNT.
wd adres
tR
\'o 12993
54e Jaargang.
Zaterdag 22 Januari 1916.
Uitgever» A. BRIMKMAN W ZOOM.
k
Eerste Blad.
tfifó!
XT3.e\i"ws-
Luu.-
L
Verschijnt dagelijks
Telefoon latere. 82.
1SING,
VERWACHTING.
FEUILLETON.
w cfawlingGrottert.
dm sXaHH
ren,
alleen op
zéllen.
behalve Zon- en Feestdagen.
Telefoon Interc. 82.
Brieven uit de Hofstad.
5
OITtlS.
r 125
a
68
ninder-
V» van
70
re Schouwburg.
iwburg, ft uur.
20)
snap,
dergeteekende
2
it 1100-
ren
in Gouda,
loruitbeUling.
j
hem
ook
de toekomst wordt onze hai
teloos en one oog dof en
vooruitzichten.
Maar ik begrijp het wel, mijn
en
be-
in
Xuike.
M ia.
boo-
eer-
de
die
van
Dit nummer bestaat uit twee
bladen.
«hg gebeu-
wacht nog
rritl verge-
dat hij een
riT.
FDHUlD.
ML
bekend en
waar-
ma-
GOIIMHE <OIRAM
’S, Wijdstraat 2»
r.
ELD Lhb.
SG.
het is deze
>ver het oogen-
i gUns ult-
1.60
1.50
1.90
dagelijks aangenomen aan ons Bureau:
ten. den Boekhandel en de Postkantoren.
Met adhtlng,
D, Sally Goldhteln.."
Richards gelaat werd SMthgrauw.
(Wordt vervolgd.)
■J
PRIJS VAN HET ABONNEMENT:
Per kwartaal
Idem franco per poet.
Met Geïllustreerd Zondagsblad
Idem franco per post
Abonnementen worden
Markt 31, by onze Agenten
n en stoffeeren
N is bQ
Gouda,
n, prima mate-
aan alle meu-
14
ij geregeld tijdig
ontvangen van
.vennakeljikhe-
Het te nog wat vroeg misschien
oni van voorj^irSbuien te spreken*
maar wanneer^ve zoo het eene o ogen
blik de sneeuwvlokken lange onze
ramen zien stuiven, een volgend re
genvlagen hooren kletteren en dan
weer plotseling de zon zien doorbre
ken en de wolken wegdrijven, dat
een blauw* zonnige hemd zich bo
ven onze verwonderde hoofden spant
on een vreetnde, gouden gloed de nog
natte, kale takken der boomen en de
huizengevel® vergpldt, dan beginnen
we toch te denken aan het komende
voorjaar en verbeelden we ons soms
dat de ongestatigheid van het weer
ons al de overgang van den winter
naar de lente aankondigt. Want dat
te immers altijd zoo', dat de sfetzoen-
overgangen gekenmerkt worden door
buiïghekl en ongestadig, stormachtig
weer; vooral de overgangen van den
zomer naar den winter en omge
keerd. Wanneer de zomer plaat» gaat
hoop,, het brengt een zekerheid. En
deze zekerheid van een andler, mooier
gebeuren, dat in aantocht te, geeft
een nieuwen glans aan het leven om
one heen. Het te deeelMe verwach
ting, die onae jeugd zoo mooi maakt
en die ook in later tijd telken» weer
one leven opheft in zonniger sfeer.
Het te het weten of h«t zeker geloo-
ven, wat immers eentzelMl uitwer
king op om heeft ate het weten., dat
er na dit, wat we nu beleven en dat
mooi of ledijk, goed of slecht kan
zijn, iet» andere komt, iet» mooiers
nog, iets beters, iet» heel bizojidere.
Zoolang we dat nog gdooven, nog
zeker weten, deert ons het tegenwoor
dige minden- en zien we het ook al-
.tijain een ander licht. En in de
olente .van het jaar en da lente van
mskon voor den winter, «tan «tahijnt nut bBsn weten,». *4 o< ttelMVU.
<te verwachting van nieuwe heerlijk
heid. En. dit is het immere wat het.
voorjaar zoo blijde en wonderlijk, op
wekkend maakt, dal het on» een
nieuw geluk en nieuwe schoonheid'
in uitzicht Stelt. Achter de voor-
jaanSbuien zien we al de doorbrekenr
cte lentezon en de verwachting, die
in on» levend wordt, straalt ook
over het heden zijn zonnigen gHaite.
Want het voorjaar brengt meer eten
hoop,# het brengt een zekerheid.
er in den herfst wel een kórte strijd
gevoerd te worden, welker rumoerig
heid wij in stormen s en buien ge
waar worden. En zoo is het ook,
wanneer de winter ovengaat in de
lente en den zomer, vóór het jonge
leven overal begint uit te spruiten
uit de zwellende knoppen der
men en kleurig opbloeit in de
ste zomerbloemen. Dan schijnt ook
cte winter geen kamp te willen ge
ven en ate een reizende op te tornen
tegen den nieuwen heenScher, die zijn
gebied komt bezetten.
Maar voor one is er tueechen deze
herfst- _en voorjaarsbuien een groot
verschil in beteekenis, omdat beide in
one geheel verSchillenide gewaarwor
dingen wekken. Want de herfrtétor-
men wekken in on» cte gedachte aan
sterven en voorbij zijn, het bewust
zijn van vergankelijkhead ep vernieti
ging, de voorjaanwtormen zijn ate
cte herauten van het nieuwe leven
dat hi aantocht en wekken in one
(Nadruk verboden.)
Het te toch ook zoo natuurlijk.
Wie zeker gelooft, dat, dat wat het
leven waarde geven zal, nog komen
moet en zeker komen zal, wie dus
niet van het oogenbHk maar van de
toekomst het geluk verwacht, dien
raken niet alleen de moeilijkheden en
zorgen, de droefheid en de verdrie
telijkheden van het ‘oogenbHk wei
nig, maar die voeft zich, wat er ook
thans gebeure, gelukkig al door de
heerlijkheid, die hij in het verschiet
ziet. En in onae jeugd gelooven we
dat allemaal, zien v allemaal een
veTNchi&t van gelukt en vertrouwen
^net onverwoestbaar gelootdat
hoe het, nu ook zij,ihet mooie en
goede’ en vreugdevoill van het leven
nog komen moet. Ei
verwachting, die ook tov<
blik haar schitterenden
spreidt.
Wanneer we oudbr wonden, schrom
pelt langzamerhand (Be verwachting
tot kleinere afmetingej ineen. Zij te
ook niet zoo zeker meer van haar
zaak en gaat meer en meer de beloN
ten van het leven Wf’
lukkiig gaat die vert
zaam, heel langzaam
lang, heel lang, tot
hopeloos ireerzit om-l
er i
bij hem
lebben met
moest op
hem .pas^jppngeinavond
ge het mirt Goldstein
non* een jóngmenefeh,
een glas champagne in die
op eten graaf en Hartmann toe-
ZuU ge vóór uw vertrek de
nacht.
Nauwelijks op straat gekomen,
wetonute (Int hier niemand hem
spiedde, vonkte Richard tranen
zijn oogen, op wellen.
Al peincamcte over rijm* zongen
werd bij hem de herinnering leven
dig aan Jenny Schmelder, aan hunne
gezellige wandelingen samen, en aan
hun afscheid, toen rij oteéhito elkaar
niet meer te ontmoeten voordat hij
een bezoek had gebracht aan haar
vader. En nu vergat hij don couplet-
zanger geheel; hij dacht slechte aan
de dochter, (Me zoo lief en beminne
lijk was en aan haar vroolijk ge-
hti g“rn’ g*
n« w al over «He«n, toea hi)
Ihuw kwam. Op de tafel lag een
brief veer hem. Hij opende en
la»; het wart «1 echts een kort FUchrij-
ven, maar van groot gewicht voor hem.
..Daur ge nart voldaan hébt aan
uwe verplichtingen, ben ik zoo vrij
geweest aan uw papa, (ten majoor
te «hrijven. De wissel draagt zijn
giro en dnarom weiteoh ik hem go
legenhrtd te geven tot betaling, al
vorens ik overga tot uiterste maat-
regrten.
geschikt ma» hiliti.
De vorige ~wee^"zoïTL ik 1
rate, zoodot i*
zal te zien
Hoe zit
maken vroc
die met
hand
trad.
zaken met hem regelen
Neen, ik héb den ouden Schurk
de poffis van mijne levenittverzeke-
ring gegeven, daarmee wa« hij zeer
tevreden, en toen heeft hij mij in
kennis gebracht met een anderen
schurk, die mij op een eenvoudige
schuldbekentenis een paar duizend
mark heeft voorgeSchoten.
In. uw positie moést ge toch
gemakkelljk geld kunnen opnmen
Ik begrijp het n-iet met uwe mooie
PRIJS DEr*DV€RTENTl6N:
Van 1—5 gewone regels met bewijsnummer.f 0.56
Elke regel meer gV' ,0.10
BH drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend.
Dienstaanbiedingen per plaatsing van 15 regels f0.36 by vooruit
betaling, elke regel meer 6 g:ts. Reclames fO.15 per regel.
Groote letters en randen naar plaatsruimte.
^ar.wsMBHa
wen vasthouden. Wij hebben dht noo-
dig om te kunnen blijven léven en
werken. Zonder de verwacltt^ng en
het verlangend uitzien naar^ywf bli«-,
“cr2t hanir^t^oa-^
__D _a f<ruikelen
we op den levensweg om .kisKbion
niet meer op te staan. K.
tweemaal aan de speeltafel hebt ont
moet, doch daar ge mij ate gast in
uw club hebt binnengeleid, hield ik
het voor gepast, dat ge iete meer
omtrent mij wist.
Hij nam zijn naamkaartje uit zijn
bnieveniasch en reikte het den graaf
over.
Hier ia mijn naam en adres.
Graaf AWlers nam het kaarüjeaan
en la»
„Richard Hartmann,
Buitenplaat» „de Kluis”.
Freienwalde”.
Ijachend »tak hij het kaartje bij
zich.
In orde, waarde heer. Ge neemt
het mij niet kwalijk, hé Het wae
een goedlgeimexmdé raad. Iedereen kent
eten ouden Goktetein al» een schurk
zonder weerga; hiiji te niet dom, als
hij dus tegen u een klacht bij <fe
justitie kan Irtbrengen, dan zult gij
stellig een domheid begaan hébben.
Dat geloof ik zeif ook, ant
woordde Richard met een zucht, maar
toch heb ik niet» gedaan, dat ttten
het recht geeft tot zulke bedreigingen,
ik hoop, dat ge dit zult willen, ge
looven..
O, tttellig, het spijt mij, diet ik
u waatrrtchbwde zonder dat dit noo-
dig wa», maar gij waart zelf daar
van de oorzaak.
Dat zie ik nu In. En thans al»
ge het goedvindt, zeg ik u goeden
kleine post ik ben niet zoo rijk
als gij ik heb geld van hem
leend op het oogenbUk zit ik erg
in de klem en hij dringt aan op
betaling.
Heeft hij u den deurwaarder ge
zonden
Neen, nog niet, een paar da
gen geleden is de wtesel pas verval
len, maar hij dreigt met de justi
tie en diergelijken pnrin.
De graaf keek zijn nieuwen vriend
eenigiszin» wantrouwend van ter zij-
c'e aan.
Hm, dat te leeiijk, zed hij toen.
Doch hoe kan hij dit (toen Ver
moedelijk Spreekt hij van „valsche
V(M>r»piegelingen”, daarmede tracht
de jonge schurk dé jongelui bang te
maken..
Ja, het te niet» dan schurke
rij, antwoordde Richard met bevende
lippen; doch waarom zou ik u ver
velen met mijn particuliere zaken
Neem tenminste den goeden raad
aan van iemand*, die uit ervaring
spreekt: in een club van hoeren, die
u vreemd zijn, moet ge nimmer over
zulke zaken spreken.
Richard vloog het bloed naar de
wangen. Met zijn dwaze bekentenis
had hij wantrouwen gewekt, dit zag
hij nu Aiidéiijk in.
Ik ben u zeer verplicht voor uw
goerten raad, antwoordde hij mot eeno
gen trots. Tk vergat, dat ge mij pa»
waarde, antwoorclkfe graaf Abler®. Mijn
vader is een vrek, zooal» er moeilijk
een tweede te vinden zal zijn., en hij
schijnt zoo oud te zullen worden als
Methusalem. Dat weten de schur
ken, en daarom laten zij hunne dien
sten sioo duur betalen. Maar binnen,
een jaar zal alles in orde rijn. Ik
ga nu op rete om mijne geldzaken
weer waf op de been te helpen. Of
ficieel ben ik reed» op weg. Ik heb
nrijne woning verlaten, mijne paar
den verkocht en gedurende deze laat
ste dagen houd ik verblijf bij mijn
vader.
Hartmann was moede en slecht ge
mutst, want hij had dien avond we
der meer aan cte speeltafel verloren,
dan hij kon betelen. Hij was op het
punt om van zijn nieuwen vriend
afeehieiid te nemen, toen hij den naam
Goldstein hoorde noemen en bleef.
Toen graaf Ahlers op de sofa ging
zitten en aan (ton kellner eognag met
Selteréwater had besteld, kwam Ri
chard bij hem en aedde
A propos, ik hoorde u den naam
van den geldschieter Goktetein noe
men - hoe te die in zaken
O, ik houd hem voor een Schurk
van de ergste Soort, maar.hij past
mij. Hebt gij misschien zaken met
hem aan. de hand
Ja maar het te slechte een
ouwen. Ge
ring tang'-
het duurt,
verwachting
Tw-te kijken of?
niet nóg irts komen gaat. Maar
sterven (toet zij wel nooit, zoolang
wij zelven leven blijven, of anders
tenmijtete maar bij heel enkelen van
on»- En dat- is goed ook, want zij
te veelal de leidsvrouw, die on» door
de moeilijkheden en zorgen en ang
sten en Smarten van het léven te voe
ren weet en die nog telken» met een
bemoedigend gebaar ons hoofd op
heft en ons (toet uitzien naar verre
verten, waar de zon glanst en do
hemel blauwt.
Of is er wel iemand zoo trooste
loos, ellendig, dat hij geen verande
ring, geen verbetering mper hoopt
dat hij niet een» nieuw geluk nog
verwacht en reikhalzend uitziet naar
de toekomst Is er wel een, dlie te
midden van de moeilijkheden en do
smart en de teleurstelling1, die het
leven hem bracht, niet nog hoopt en
vertrouwt en gelooft, dat de zon op
nieuw door de wolken zal breken.
«Laat hij dat geloof, dat vertrou-
het met een zekerheid, die tot weten
wordt.
Ieder van on», ouderen, herinnert
zich nog wei, hoe het leven en dte
wereld hem vroeger heel anders lee-
ken, mooier, beter, zonniger, hoe
gelijksoortige gebeurtenissen, als die,,
welke hij nu beleeft, in zijn jeugd
een «.heel andére beteekenis en ook
een heel anderen glans voor
baddien. Dat komt natuurlijk
omdat hij het leven en de wereld nog
niet kende en dus aflies nieuwer voor
hem wa» en gianzendér, maar het
komt torti vooral, omdat hij ginds
achter het gebeurende een andere
wereld meende te rien, omdat hij
over het heden uitkeek op de zonni
ge vlakte, die de toekomst leek, om
dat hij verwachtte, als een zekerheid
verwachtte, dat het leven hem nog
zooveel mooier en beters zou bren
gen en het tegenwoordige hem dhs
maar een voorspel leek van wat ko
men zou.
partement van Binnenlaiuteche Zaken
is het aantal soorten nog uitgebreid
en wanneer straks de antieke gevel
achter hot departement van Koloniön
gereed is, zullen wij er Stellig weer
een rijker rijn.
Ooiwpronkelijk waren de meeste
gebouiwMes met riet gedekt en eeret
langzamerhand verwisselcten leiendak-
ken deze in een minder artistiek
doch cfeugdelijkere dakbedekking’.
Eer»t in het begin van de veer
tiende eeuw begon de hofstad zichrte
ontwikkelen. Hofstad is eigenlijk de
meest typische benaming voor 'S-Gra-
venhage. Inderdaad ontoikkelcte do
stad zich geheel en al uT( het hof.
Do meeste huurders y»n landerijen
om het slot waren tevens ’wcnkzaalm
aan het hof ate jager», valkeniers
soldaten enz., terwijl de weduwen en
wwzen |van hen in de onmiddellijke
nabijheid bleven omdat zij als prove
niers van het Hof meer of minder
onderstand genoten.
In 1337 volgde Willem IV zijn va- a
der ate graaf op. Bekend in zijn
strijd tegen de Heideneche bewoners
aan den WeiohSelmond, waardoor hij
vete maanden van huis was. Zijn te
rugkomst gaf aanleiding tot échitte-
renide feesten, waarvoor »elte veertig
lichtkronen werden aangeöehaft en
waarbij de jonkvrouwen uit het kloos
ter te Rijnsburg mede aanzaten. Zij
waren itiet door een strenge kloos
tergelofte tot Strenge devotie gehou
den.
Het rtwieloozo teven van Willem
IV maakte dat hij sleohte nu en dan
op het Grafelijk Slot aanwezig wte.
De verhalen over zijn zwerverenei-
gingeni, zooate die over zijn bevlie
gingen van vroomheid zij
in den loop der geschiedenis
ladiijnlijk zeer overdreven. Ate
troo» verkleed heeft hij een rote
naar hel Heilige Land gedaan, later
deed hij pelgrimstochten meer In de
nabijheid van het ^lot-
Mteschien te zijn tocht «aar *g-Gra
vctiaapde minder békend.
De overlevering heeft de vplgende
gesiehledenl» doen voortteven. Gravin
van Heunorberg, de zuster van Graaf
Willem II wandelde een» op den
Loo»chün»ohen weg waar zij een arme
vrouw ontmoette, die een tweeling
droeg. Zij zou mrt deze kinderweei-
de den draak hebben gestoken. De
arme vrouw wenachite haar bij die
gelegenheid zooveel kinderen toe ate
er dagen in het jaar zijn. Deze „ver-
wenécbing” zou dan in werkelijkheid
zijn uitgekomen en achtereenvolgen»
wenden te Loosduinen 865 Heuner-
bengjes ten doop gehouden. Sedert
was deze plaat» een bedevaartplaat»
voor kinderlooze echtparen en het
geiieele westland schijnt ten sjotte In
CCC1L
De lezer weet hoe de liefde des
Hagenaars zich niet beperkt tot de
stad zijner inwoning zooate (Me zich
In de twintigste eeuw voordoek, (toch
zich uitstrekt ook tot het voorkomen
daarvan in vroeger eeuwen. De ont-
wjikkelingsgesdhiecienis van de hui
dige residentie van af haar ontstaan
In de elfde eeuw, bevat niet alleen
een groot stuk historie des vader
lands, (toch te bijna geheel de gie-
sclii«denis van Nederland. Immers"
reeds in de oer-tijden was den Haag
bij de Graven en Gravinnen vanhrt
Hollandsche Huis geliefd1; zij vertoef
den er gaarne. Reeds iè de twaalfde
eeuw was het Slot, waaruit het te
genwoordig Binnenhof is ontstaan
zeer comfortabel ingericht en de He-
nelgouwert brachlten er gaarne de
wintermaanden door. Zelf» de vrouw
van Willem HI, de zu»ter van den
Franschen Koning, in de verfijning
van (ten Franschen «maak opgevoedl,'
gevoelde zich x in deze omgevipg,
thuis, waar haar dochters Margare-
tha en Filippa werden opgevoedl tot
de bestemming om een» die plaats in
te nemen aan de zijde van een vor
stelijk gemaal.
Den Haag was in dien tijd nog
een onbeduidend dorp dat zelfs niet
in staat was het benoodïgtie voor hti
weelderige hofleven te verschaffen
zooate dit uit Rotterdam, Dordrecht
Utrecht, ja zrtte lach nirt Hage
naar van die twintigste eeuw uit
(ten Brie! moest worden aangqvoerdl.
In de jaariijksche lente- en herfrth»
dte droeg dén Haag aan koorn-tienr-
cten bij het kokuMie bedrag van tien
pond goudls.
Het Hof bevatte toen reeds vele
gebouwtjes. Het latere Binnenhof
schijnt er nu eenmaal voor vóórbe-
scltikt geweest te zijn om een meur
gelmoM van kleinere afdeeiingen te
zijn, ieefer met een eigen geveltje,
met een eigen roiilijn en een eigen
stele afmetingen. Wie in den jare
1916 rich op den Hoogen Vijverberg
plaatst, ziet een rij gevels aan
achterzijde van het Binnenhof,
een merit waardige stalenkaart
oudkHoIlandhche modellen vormt. Bij
die jongste verbouwing van hrt de-