rrarr:
3
"?»ERP05T:5IGl
VOOR DE TRINE!
HEDENAVOND 7 uur
Firma J. J. VAM BEMIHEL
GOUDSCHE COURANT
wegens opheffing der zaak.
G. P. DE JONG m W. BEGEER,
JOH.DESSÏNG&Co.
rdam raat 3W ficvkSpui
BEGINT DE
Cj
MARKT 6.
GRIND.
GRINDZAND.
ZAND.
SCHELPEN.
Tweede Blad.
%tit ons c?ar lament.
FETILLETON.
Een eerzuohtige ezel
En toen naar de bioscoop.
UIT HET LEVEN VAN EEN VELD
PREDIKER BU HET LEGER
TE VELDE.
Wljditrut 13, Tdd. Interc. 318, QOUDA.
Magazijn van Juweelen-, ZUvercn- en
(louden Werken, Horlogee, enz.
gtr Speciale Inrichting voor REPARATION, ORAVEEREN en
het MONTEEREN en ZETTEN van alle EDBUTBENBN.
ZICHTZENDINGEN OP AANVRAGE.
t „AU PRINTEMPS,"
Dames- en Kinderhoeden,
HOOGSTRAAT 248, tel. 3825,
over de Stadhnissteeg, hoek Romeinsteeg,
Rotterdam. 24
Beslist het beste, vertrouwdste en goedkoopste adres.
•OUD*.
Kantoor: OOSTHAVEN 26, GOUDA
Tel. Interc. 143.
6R00TE UITVERKOOP
225
ZATERDAG 8 APRIL 1916.
Oinadng...... comité-generaal. De
bekende verklaring daarna, waardoor
wij niets meer vernamen dan d
voor bekend watt
Vervolgens poging van rechts 0m
de ouderdomsrente van de baan
knikkeren; De heeren Lokman en
Nolens ontdaan over de vreeaetljke
dingen uit het comité-generaal dein
zen terug voor 'de politiekeharttttooh
ten, die door de diacuoete over
staatspensioen zullen worden gewekt.
Gelukkig is de linkerzijde wijzer.
Wil zullen de rechterzijde niet ervan
schuldigen dat zij munt wilden daan
uit deu toestand, maar toch valt
toevalligheid op dat zij, die liever
dit ontwerp zagen verdwijnen, hel
dieptt getroffen zijn door deti ernst
der tijden-
Dus de ouderdomsrente.
De algemeens beechouwingen wer
den geopend door den heer de Vis
ser, die naging, hoe in 1898 de heer
Troelstra alleen atond in zijn plei
dooi voor staatspensioen, hoe de vrij
zinnigen langzaapi aan tot hem zijn
genaderd), totdat deze dag van 4
April 1916 ia gekomen om de kroon
te zetten op den strijd der Sociaal
democratie. Deze evolutie der vrijzin
nigen denkbeelden ia te algemeen be-
kend dan dat wij die hier nadier be-
hoeven te herbalen. Evenmin be
hoeven wij nog eena te schetsen, hoe
de minister Treub tegenover bet staats
pensioen stond.
Of «Je aanneming van het bekende
amendement-Duys op art. 369 het
rente-artikel dit artikel' losmaakte
van de overige wet, is een kwestie
die in den loop der jaren al zoo
duizenAnaal ia behandeld, dat ook
deze vraag onbeantwoord kan blijr
ven. Volgens den heer de Viseter
werd hert verband heelemaal niet door
geknipt en» lag het amendement feite
lijk geheel in den geest van het ont
werp. Aan het feit van dit verband-
doorknippen nu ligt de rechtsgrond
voor het thans voorliggende wntwerp,
Dit kan z.i. niet geschieden omdat
gelijk mr. van Houten vroeger
toogdé het staatspensioen volgens het
amendement-Duys een afloopende wad.
Vervolgens betoogde hij dat dein-
voering van het staatspensioen geen
invloed had op de bedeeling van «Je
enaen. In Engeland is dit gebleken
waar dé eigen ouderdomszorg bedienv
kelijk Is verslapt.
De heer dé Visser redumeerde zijn
b«waren tegen het staatépenSloen. al
dus het staatspensioen Is in strijd
net de historische ontwikkeling van
het armwezen in ons vaderland' en
ook met de in- ons tand bestaande
armenwet.
Het staatspensioen gelijkt in veel
op dé gewone bedeeling en het heeft
(Een fabel.)
Er was eens een ezel. Volstrekt
geen wonderdier, doch een heel ge
wone ezel, zooal» er zeer vele zij»
en zooals er vroeger, toen men nog
niet zooveel haast had, er nog veel
meer waren.
Vredig leefde hij op zijn dorpje.
Zijn meester was er grondeigenaar
en de ezel kwam hem goed van pas
voor hert trekken van een kleine kar
waarop In dén oorlogstijd de veld
vruchten, «Je klaver en de groenten
werden geladen.
De akker en dé Stal nooit was
de ezel verder de wereld in geweest
Zelte tot aan de heuvelrij, ten zui
den van het dorp, vanwaar men de
«ad kon zie® liggen, was hij nog
n°oit geweest. Wel had hij veel over
®e .vreemde wereld! fctooren vertellen
en als thuis in den Stal hert oudé
paard, dat alle dagen dén melkwa
gen naar de stad reed, aan het ver
tellen waS, dan luisterde de ezel al
tijd vol aandacht.
Daarom moert men, niet meenen, dat
hij alles maar geloofde wat het paard!
vertelde. Van al die wonderverhalen
van huizen, die nog hooger waren
dan populieren en van wagens, dïe
«open zonder getrokken te worden,
«doofde de mei natuurlijk niets. Hij
"ofrudde dan maar wat zijn kop, maar
som» kon hij toch wel eens verlangen
ww van d5e wondere stad te zien.
De weaSch werd verhoord Op een
•vond was het paard ziek thuis ge
komen, den volgendon morgen kon 't
niet loopen en geen anderen uitweg
ziende, ging de baaS den ezel voor
den melkwagen Spannen. En zoo
m«ht hij dan ook naar de stad.
fx Dat was een vreugde. Nog maar
kort was hij op weg of 't werd hem
al duidelijk, dat het paard toch wer-
krtijk niet gesnoefd had. De hooge
huizen en de vliegende rijtuigen zag
bij werkelijk e» daartrfj nog zooveel
naar zijn meening altijd heel veel
moeke gekost aan de vrijzinnig» groe
pen om aan te toouen dat - er een
groot verschil tuflfeeben beide bestaat.
Oorspronkelijk hield bijvoorbeeld de
Liberale Unie vast aan «je stelling,
dat zij, die bedeeld waren, niet in
aanmerking konden komen voor het
staiatapensioen. Die opvatting is nu
ook los gelaten, Sedert leden van de
Liberale Unie hert amendement-Boe
hebben ooderteekend, waarbij wordt
voorgesteld de uitsluiting van de be
deelde® op te heffen. Allee® te® aan
zien van het kiesrecht wordt nog ver
schil gemaakt, aangezien de bedeel
den daarvan worden uitgesloten; ont
vang dezelfde man een jaar later
hert staatspensioen dan herkrijgt hij
het kiesrecht.
De vraag of bedeeling een
het pensioen een recht is,
woordde de heer Visser ontkennend.
Bij beide komt de steun uit de al-
Anti-sociaal, anta-kerkelijk, anti
nationaal, aldus was hert vonnis van
den heer de Vteéer tegen dit ont
werp, anti-Sociaal omdat het z.i. niet
«trekt tot moreele opheffing van het
volk anti-kerkelijk omdat de staat
zich hier met het air van het beter
te zullen doen dringt op het gebied
dat 'juist dat van de kerk was anti
nationaal omdat zuivere socialistische
Aw.b. internationale teodenzeo de
oorsprong zijn van hert stelsel der
ataataipenSionneeriDg.
De toon va® deze rede was niert
minder agressief dan die welke in
de rede van dén heer Kooien klonk.
Minister Talma bracht een Splitsing
aan fcuSSchen arbeiders en met-arbei
ders, doch het thans voorliggende
ontwerp maakt een splitsing tuasohen
groepen die veel ergerlijker is. De
bedeelde® worden uitgesloten d!.w.z.
juist zij, «He het meeste steun noodüg
hebben. Aangezien aan hen die reed»
onderAtand worden, Steun wordt ont
houden, volgt daaruit dat de aan an
deren te verleene® steun daarmede
gelijk Staat.
De Regeering voelt reeds dat de
meerderheid der Kamer deze splitsing
niet wil en zij openden den weg tot
opheffing reeds. Zij stelde zich be
reid om overleg te plegen. Waarin
moert zoo vroeg deze afgevaardig
de overleg bestaan als de een
precies het tegengestelde van
ander wil
De naam „rente" wekte de boos
heid van den heer Kooien, omdat
dit niet aangéeft dat hier gratiSver-
leening plaats vindt. Een amende
ment om het wijzigen is reeds
gekondigdi. Diep ingrijpend itf
verandering niet als is hert
Ii.% ilc bedoeling het karakter Tan
4e Uitkoenln# te wijzigen, in de oogen
van het publiek.
De wijze waarop tie Minister de
vergoeding aan de gemeenten wil ver
schaffen gaf dezen afgevaardigde aan
leiding tot ernstige kritiek.
Wie de brochtore van den heer
Snneck Henkemane heeft gelezen, hal
over dSend rede niet nader ingelicht
behoeven te worden. Hij stelde naast
elkaar de invaliditeitswet van Talma
de onderhavige wet. In de
Wordt den arbeider een recht gege
ven dat hij gednaMjjk rack zelf
koopt en in de tweede wordt hem
een gunst toegeworpen nadat hij ziek
aan een onderzoek heeft moeten on
derwerpen.
De verzekering vergroot en ver
sterkt de zei fate ndigtteid, het slaat»
pensioen doet de norgelooebeid toe
nemen. Het beginsel van den heer
Snoeok Henkanans brengt mede, dat
ieder aooveel in zijn vermogen zal
trachten ook voor zijn ouden dag te
zorgen. Om dit te bereiken achtte hij
herziening van de invaliditeitawet-
Talma lboodig, waardoor uitbreidt ra!
wordt gegeven aan het instituut der
vrijwillige verzekering.
Nadat door deze drie sprekerevan
rechts het onderwerp vrijwel was uit
geput werd het tijd det eens een vol
bloed etaatspensionneerder aan het
woord kwam. Het was de heer de
Muralt die zich de taak stelde I
de vele toegeworpen handschoenen op
Ie rapen. Het verwijt van te zijn ver
anderd in opvatting door den heer
de Visser tot de vrijzinnigen gericht
weed hij af. Over hegijielvrïnnde-
ring u»ra» de rechterzijde maar niet
praten dikke boaken ïtjn over haar
Mule plunje volgeschipvi
Van de demoralieeesende werking
van het pensioen wil de heer de Mu
ralt niet hooren. Er blijft nog ge
noeg eigen zorg voor de arbeiders
over. De kosten wenscht htj te vin
den door de penttioenMasHing die
opgebracht moet worden door hen,
die het geld hebben en wter belang
hot meeste aan den Staat gebonden
is. Een dwangverzekering jaagt den
toonstattdaard op en dus wordt da
premie-betaling afgewenteld mot het
verschil diet het een deel der arbei
niet gal gelukken,. DM
wordt de dupe van dat stat se!.
De vergelijking door een der bla
den gemaakt, dat de linkerzijde ver
keert in iliazalMe weinig opwekken
de stemming van een kok, die bezig
is een taart te hakken, (Be n'
gegeten za] worden, geeft wel
juist den toestand weer.
wordt aangenomen, dat do Eerste Ka
mer dit wetsontwerp tot verh
ven ouderdomsrente aan behoeftlgen
zal verwerpen. Niettegenstaande dat,
zat de meerderheid in de Tweede Ka
mer haar zin door, enko! en alleen
onalat gelijk de heer Aalbeiseho-
den constateerde zij uit die ver
werping wapenen wijlen smeden, <He
bij de aanstaande StAteiv-varktazingen
tegen de rechterzijde gebruikt zuil.
worden. Of dat nu „dienen van, het
lamMwlang" mag heeten in dezen
zoo ernstige® tijd, betwijfelde hij. De
toestand wordt nog Scheever, meent
Bij. wanneer men bedenkt, dat Mi
nister van Gijn weft heeft vertelaard
de penstoensbelasting te zullen wijzi
gen, maar naliet aan te geven hoi
de Wijziging zal zijn, zoodat de Ka
mer die het verband tusoohe
verwierp, echter niet weef of zij die
gewijzigde belasting zal kunnen aan-
vaarden. Dus wilde de hew A&lber-
se weten, wat Minister van Gijn ia
het sohtid voert.
Het overige van de rede van dezes
afgevaardigde was gelwijd aan een
betoog dat pensioen armenzorg wa«
>g wel van dé slechtste soort.
.andere dinge®, dat hij trtkens wal
wikte blijvert «taan om eens goed
rond te kijken. Maar de baas gunde
hcjii geen tijd en de zweep van den
baas was erg hard.
Eindelijk mocht hij toch eene stil
staan. Voor een heel groot hul» in
een drukke straat werd halt géhouc
«ten. De baa» nam de blinkend© melk
kannen, ging daarmee naar binnen
en nu had de ezel gelegenheid eena
goed rond te zie®.
Verwonderlijke dingen aag hij daar.
Allermeest werd zijn aandacht nog
geboeid door een groot met bonte pa
pieren beplakt aanplakbord. Zeepaar
den waren daarop afgebeeld, (toch
alleen op de achtarpooten, met de
voorpoot en hoog in de luéht. EZ
- Neem me niet kwalijk, zoo «prak
«le ezel meteen tot een paard, dat
voor een groentekar gespannen, stond'
kunt ge mij ook zeggen wat dat wé
bet eek ent, daarginds, die zwarte paar
den op «He gele plank
De toegeöprokené was een beetje
verbaasd. Het wan een oud vervallen
paard roert één oog, een hinkenden
achterpoot en vele door het vel bijna
heenSpringende ribben. Toch. zag men
er wat deftigs aan; geen alledaagech
paard van boeren of tuinders leek 't
wel, in dé houding» wan lets dat aan
udén adel denken Het.
Je Bén* zeker geen stadtrtüer,
zei het paard, ander» zou ja natuur
lijk wel weten, dat die afbeelding* een
reclameplaat van een circus i».
Van een olrcus Zoo vroeg de
ezel verdér en gaan de paarden daar
lift* op hun achterpoorten
Domme ezel, natuurlijk niet al
tijd. me ar ze kunnen het torti mal»
er voorstelling i», vertonnen ze nog
veel meer kunsten. Maar veel bijzon
der» ift hert tegenwoordig niet. Dé
menffehen hchben deen oog meer voor
«to ware kunst der paarden. Dan
ba «ft ge vroeger een» mij moeten zien
toen ik bii Buonf optrad, bij «Jen be
roemden Buoni
WartZijt gij ook vroeger in
zoo'n cincn» geweest En hebt ge
ook toon op do achterpoorten gé-
loopen
Ja zeker, maar zoo'n groot®
kunst ié dat ook ai*, 'k Ilöb er nog
heel wat ander» gedaan. Polkadanwen
kon dk, e® lezen, en weggeotopte zak
(toeken terugbrengen, voetbatep*eB
ook nog en eindetijk kende ik dé
hoede hoogéochool. Ja, 't wa»
eerste klaA.. En wat hebben dé rooi»-
ochen me toen gehuldigd. De muziek
speelde, «Je roenschen klapten in dé
handen en riepen vol blijdséhap mf'n
naam, het was een rumoer, eon ge-
van belang, en do mtn-
aöhen (verdrongen elkaar om iotij
maar goed! te zion.
Wat zal dat prachtig zijn m-
weeét, stamelde de ezel. En
ze uw beefltenie toen ook aangeplakt?
Ja zeker, aan allo aanplakbor
den En mijn portret wao in een me
nigte sigarenwinkels te zie». En wart
«teer zegt, er werd dag aan dag
over me geMcfarovm in do kranten.
Dat te zeker we! een hooge eer,
zei de ezel en zuchtte.
- Natuurlijk, een zeer hooge oer.
Maar ik verdiend© het, want je hadt
me toen oen» moeten zien! Verbazend
veel opzien heb ik destijds gewekt
Iedereen «prak over me. Ik was een
«Mer zeiden, de menfléhen, h* be
roemdste paard op het heeie vaste
land. Het beroemd*© paard. O
die room Det roem te het hoogste
h* heerlijkste van alles. En torwilte
van «He® roem wil men gaarne wat
trotseert»
H* groentekar-paard wou nog w*
wat meer zeggen, maar zijn moesten-
kwam jutert aangeloopen. „Vort t"
hoorde men den kor* Schreeuwen en
het paard, dat eena bij Buoni voert-
baJ Speelde, rekte zijn Stramme leden
en ternmpelde w«ag.
BB den ezel had onderhond groote
ontroering gewekt, zfjn landelijke rust
en 7. iel wrede waren In eenS weg.
Woord voot woord herinnerde hij zich
het gesprokene en op den weg naar
huls herhaalde hij al «He mooie ver
klaringen nog verscheidene malen, om
ze vooral toch goed te onthouden.
De volgende dagen moest Mj tcf-
Dit was erkeixl door J«riraal,
Vivlaai... Ter Spill, Vaagene, Jlru-
zentan, ia het rapport der Liberale
Unie.
De heeren Brummelkamp en van
VU* beweerden precies hetzelfde.
M* den heer Ruiger» kwam de po
litiek e® het débat.
W* verre van beducht ie zija
do behandeling van dit ontwerp
rechterzijde schade zal berokkenen bij
d© verkieaingen Apeldoorn wees
reed» ander» uit, meende hij had
hij toch liever dé behandeling willen
uitgestald zien- Hij meende dat dit
kabinet zelf al meermalen heeft ge
twijfeld in de beslissing over de
vraag of dit wetsontwerp aan do or
de moest blijven. En vooral na
val van Minister Treub in dé positie
der Regeering stellig gewijzigd tegen
over dit ontwerp. Maar boe is de po
sitie nu D© héér Rutgers wist het
niet, hij gaf alleen maar aan de lin
kerzijde toe, omdat deze het ontwerp
noodig heeft voor oen vericiezings-
strijd.
Vervolgens vroeg hij de Regeering
wat zij er toch mee bedoelt dat zi,
geen verttore wijziging van de inva-
liditeitsw* wensohelijk acht, gelijk zij
in de Eer*e Kamer verklaarde? Hé;
was den heer Rutgers ni* duidelijk
Evenmin begreep hij hoe dit ont
werp aanpast bij de invaliditeitswet.
Na de regeering was de oonct
Me aan «le beurt om dtoor de®
Rutgers laf gestraft te worden». Hij
vond dat de linkerzijde toch wat wel
willender moe* zijn tegenover de ver
plichte verzekering, die zij tot v6ó»
korten tijd nog zoo warm hebben ver
dedigd. Het is niet onmogelijk dat zij
straks weer eens verandert... Trou
wens in 1913 verdedigde de hoer Ty-
desnan nog de Melting dat dé vrijwil-
iige verzekering onverbrekelijk t
zijn werboiwten aan de staatsuitkee«
ring. Heel zuiver zou dw de po*tlé
van link» nog ni* *in. Of de socl*
aal-democraten zich „ïrtkker" gevóé
len met «Ht ontwerp, betwijfelde hij.
In hun partijpers hebben zij er ni*
veel vriendelijks voor over gehad) e*
aangenaam zal h* bun du» ni* kun
nen zijn om naast de .scharrelaar» la
staatspensioen" gelijk zij dé ooi
tratie vaak noemden, dit ontwerp te
steunen en te verdédigen.
Hiermede was de boetpredikatie t*
gen «Ie linkerzijde afgefoopen: du|
kon de afgevaardigde aan zijn gen-
Hjk e onderwerp beginnen, d.w.z. de
bespreking* van h* wetsontwerp. Nar
tuurHjk IS h* ook volgens h«m ari
menzorg. H* criterium voor de ulfc-
keering te de behoefte en dit allee®
reed» geeft duidelijk aan dat hier een
zorg voor de armen geldt. Het web
ontwerp IS niet bedowd voor oud
arbeider» doch voor arme ouden, waart-
door de grens tusbehen den arbeiders
Stand en pauperisme wordt ui tg*
wiSrht.
H* Staatspensioen I» bovendien een
premie op het niet-Sparen. Alleen zij
die in alle opzichten als behoeftige®
zijn aan te merken, krijgen, de renté.
De heer Rutgers 1» bijna vier tuur
aan het woord gewee*.
In den laten namiddag kwam de
heer Limburg aan h* woord, ddeeen
«Mterhiedkundlg overzicht gafdat
ken» weer naar stad. De wagen waf
w* zwaar en dé weg wa» wel lang,
maar toch verheugde ai oh de ezel. Hij
kon althans de wereld zien. De we
reld mei al zijn mooie dingen en m*
al zijn roem.
Bonjour Lass* Hoe gaat h*
met de gezondh*d!
Zooate je ziet, Calaud, dat gaat
best... op één been na.
Je bent er toch nogal opgewekt
ader.
Wat drommel, waarom eou ik
treuren
II* been is dus afgez
Ja vlak onder de knie; de dok
ter z*. dat het «Ie eenige manier wat
om h* vaderland weer terug te zien.
Heeft de operatie ve* pijn ge
daan
Kan je begrijpen 1 M* de ohlo-
roform voel je daar ni*» vtn. Na af
loop is het wel net, of je maag om
gedraaid ligt, maar na dag 0t acht
komt dat weer terecht.
Heb je de® tijd een beetle
Zooveel als ik wil; ik bêm n>*
acht dage® verlof.
Zou je misschien met me mee
willen oploop en. Dan kan ik wat op
je Steunen, want dat exerceeren met
«He krukken gaat nog nl* al te best
en ik heb weinig zin ondersthoven te
vallen.
Goed, voornét, daar gaan we.
Waar heen
Naar h* kerkhof.
Naar het kerkhof 7
- Ja e® dan gaan we naar de bios
coop om een verzetje te hébben.
Aanvankelijk was Lassert heel opge
wekt. praatte honderd uit en floot
een dmnrtj».
Hoe meer zij echter het kerkhof
naderden, hoe meer de zangluSt kwijn
de e® toen zij het hek gepasseerd wo-
maakte zich een zekere ontroe
ring van. LeSS* meester.
Hij richtte zich tot een der knechts,
die h«u eenige aanwijzingen gaf.
L«*s* Salueerde heef correct op mf-
geeu nieuws bevatte. Dinsdag zet hij
zijn rede voort.
LXXVI.
H* derde voorbeeld van onware
voorstellingen ter zake van begunsti
ging door Soldaten van den uitvoer
van verboden waren zal ons roet be
hulp van twee bruggen dom terug-
m naar h* heden, wat den
ten onzer waarschijnlijk geen
moeite zal koste®, al wenschten wij
ook, dat h* anders ware dat wij
minder reden hadden, in spamiiug op
allerlei dingen en gebeurtenissen van
thans te letten.
Ik verdenk u niet van een stecht
geheugen, Vreemde of vriend, die mij
eer van uwe aandacht waard acht.
Toch besta ik het, u eenigorroate te-
te komen, zie, zoo alsof ik
uw hand tracht te vatten ten einde
aldus u te d*oen komen, waar ik, in
alle eer en deugd, u wensch te héb
ben. En llc inerk op, dat hierop mijn
bewering neerkomt men heeft, door
gaans geheel ten onrechte, onze sol
daten beticht van omkoopbaarheid bij
hun grensbewaking, maar we* ni*
ve* brter dan praatjes en vermoe-
bij te brengen, als het er op
aankomt, vasten grond onder de voe
ten te geven-
Ziehier dan mijn «lorde voorbeeld.
„Ja, ja!" (beweerde iemand, die «ie
in h* water kan zien Schijnen
liever voor alles wordt bekeken
behalve voor een kniesoor) „h* was
een tijdlang wel voordeelig, aan de
grens te dienen. Heeft een b*er-ge-
zetene In gewone omstandigheden er
iets voor over om van weeht-houdén
af te komen en moet men som» zulk
«ene vervanging vrij duur betalen,
i» nu gebeurd, dat men aan de
gren» geld wilde toegeven om een
uurtje of wat te mogen sdttrtdere®.
Ik heb een tarief hooren noemen
voor sergeant» en voor Soldatenwacht
maar het wn» nl* gering*H* déugit
nl et, dadelijk toegegeven maar och!
als de kerels oppashend zijn, is het
toch moo he* erg ni*. Een aandeel
In dé „reusachtige" winst van «le
groote heeren, die veilig en gemak
kelijk in hun kantoren het smokk*-
bedrijf leiden,, gun ik w* aan onze
fis, voor wie de eervolle rol van
het lijden behouden bleef. Op-
lasSend zij® die lui tegenwoordig
ie* wat andérs dan vroeger t Denk
eenS na: laatst werd me toch ver
teld, dat alleen al het hulppostkantoor
fe P, versterking van personeel noo
dig had vhnwftg© de Spaarbanklrdo-
gen en dé verzending van postwW-
Ate hrt «faar zoo is, «Jan zal
het elders ni* b*er rijn. Toch aar
dig, ging de prater door, „toaparen
en naar een ouden vader of een be
hoeftige moedér of de vrouw met
haar talrijk kroost wat geld te Stu
ren P*
Prettige menséhen toch, die dé zon
In he< water kunnen zien sdiltnen e®
niet» moeten hebben van al (He vitte
rij en zoékéri)... Maar naast of tegen
over hen leven nu eenmaal ook am-
litairo wijze en de twee mannen wan-
«lelden voort in de aangeduide rich
ting.
Caiaud vroeg ei ml* ijk voorzich
tig
Ga je een van je oude vrien
den opzoeken
Maar Las»*, geheel verdiept in zijn
jerfaohten gat geen anrtwoorden zijn
Mimeruad «leed geen verdere pogin
gen.
Zij bereikten de militaire afderiing
van h* kerkhof, waar op alle gra
ven «1e driekleur wapperde, rort be
scheidenheid des voorbijganger» aan
dacht vestigend op deze plaat» van
roaro en gflorie, waar men onwille
keurig h* hoofd ontblootte.
Maar Lass* zag* link» noch rechts
en hiekl de oogen strak gericht op
h* einde van de laan. Bij den muur
fritoroen sloeg Las»* rachta al en
blèrt vijftig mrter verder Staan bij
een vierkant stuk grond, dfetpaswas
rogfflplt.
Calaud sloeg zij» vriend ni* ge
heel zonder angst gade. Wat moe*
hij uitvoeren bij dat kale stuk tor-
rein, zonder bloemen, zonder kransen?
Eindelijk verbrak hornet de lugu
bere stilte en Sprak mrt luide stem s
Die arme oude! Rust zacht,
mijn grtfefde. Bij h* laatste oordeel
zullen wij kandér terugteien,
Calaud zette groote oogen op en
vroeg:
r* Ligt daar een vrouw begraven?
Insert wendde h* hoofd* naar hem
toe, haalde de Schouder» op en zeide:
Den vrouw Ben je mal ke-
t 111G® heen begraven
Hrt heeft bert <vn grafotMn verdiend,,
io» ik zoo zeggen Vervolden», n«
noe fn blik Ie hdbhon doen
rvMen op den aardhoop, welke zlln
been verbore, maakte hij zich weer
mcrachvsardig en zei tot zijn kame
raad
Vooruit, Calaud, nu naar da
Woetwop I