MS THEE KOI Ie ellen. •u edingen s;h III i De Oorlog. No. 13107 55e Jaargang Woensdag 7 Juni 1916. Uitgevers A. BRINKMAN EN ZOON. Feuilleton. O; r De Geluksster. Telefoon Interc. 82. iourant XTïe-a/ws- ©ïx -A.d.’vertezxtxe'bla.d. voor G-oixd.©- ©zx Oxxxstrelcezx. Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen. IY ZONEN jïjï. KENNISGEVING. Telefoon Interc: 82. I in il V Cl u f 1.25 1-50 A K». 1.1 «1b of toestand' otiver- wer- an het Bureau. zangeres, dat 0ft om duren ukkerij ION —Goud». HG RS 5). Londen De tragusche pen” c vinden, door NATHALY VON ESCHSTRUTH. ‘ifM’ I .4 m1^ i oeunwuMui voor een dag ge- HELDER OM TE MUMU U HEER “VEJUMtMTL* 7. BIJ L, 3AART Lz. t Dienstaanbiedingen per pL— betaling, elke regel meer 6 ets. Qroote letters en randen naar plaatsruimte. de eet. i kosten slechts kling: oor elke regel GOIDSIHL COURANT. De strijd bij Verdun. Een Reuter-telegram d.d'. 4 Marga Daja dlrukt het brandend' ge laat in de kussens. Zij ie aoo moe geweest, zoo dood moe En nu ligt zij hier toch, met wanneer ik ven [JN VAN .EEÉN worden in verzegelde i tnj/, twee en i een Ned. ons ding van Nom- s, voorzien van d Merk, vol- rt gedeponeerd. de uitvoering ie orders aan dagelijks aangenomen aan ons Bureau: ten, den Boekhandel en de Postkantoren. De Nieuwe Courant zegt De iHütcekeiMH van Kijchener» dood voor het Briteche rijk on voor zijn bond|genooten is geweldig; deze dood ie de zwaarste aïag, welke het rijk sinds dien oorlog heeft getroffen. Wat Engeland tot nog toe verloren heeft: mannen, en kanonnen, schepen en PRIJS DER ADVERTENTIÊN: Van 15 gewone regels met bewijsnummerf 0.55 Elke regel meern 0.10 By drie achtereenvolgende plaatsingen worden deze tegen twee berekend. Dienstaanbiedingen per plaatsing van i5 regels f0.35 bij vooruit betaling elke regel meer 6 ets. Reclames f 025 per regel. De BURGEMEESTER van GOUDA brengt ter openbare kennis dat de op 'den ben Juni 1916 bij beun ingele- verde opgaven van Candidaten voor de benoeming van drie leden der Sta ten van de provincie Zuid-Holland) benevens1 het van de inlevering dier opgaven opgemaakte proces-verboal op de Secretarie der gemeente voor een ieder ter inizage zijn nedergelegdl, dlat a&bhriften daarvan zijn aangeplakt en tegen betaling der kosten ver krijgbaar gesteld. Gouda, den 7 Juni 1916. De Burgemeester voorn-, R. L. MARTENS. liet RusdUSche offensief. Uit Weenen wordt d.d. 6 Juni ge meld De oorlogöcorregpoaidenten van do verschalende bladen mekten: Over oen lengte van BUI) K.M. woedt se dert 24 uur aian het Russische front een hevigen slag, in tallooze nien- sehengolven zenden de Kussen hun infanterie in het vuur van onze ka nonnen. Brussiilow, die het offensief schijnt te leiden, volgt de taktiek van de Rtsadsehe aanvallen op do Kar- pathen en tracht door, massa-aanval len onze linies te doörbreken. Men kan echter gerust aannemen, dat de Russische aanvallen zonder re sultaat moeten bli;ven. Onze troepen ata»n reeds sedert maanden gereed om den vijand te ontvangen en daar om moesten ook de Riisöische aanvul len van gisteren met een mislukking eindigen. De verliezen der Russen zijn zeer groot. Wedenom liggen voor onze stellingen honderden lijken van Ruseen. Het Rustolffche offensief kon op den loop der gebeurtenissen in het Z.-W. geenerlei invloed oefenen. PRIJS VAN HET ABONNEMENT: Per kwartaal Idem franco per post. Met Geïllustreerd Zondagsblad Idem franco per post. Abonnementen worden c' Markt 31, bij onze Agenten, Krijgsverrichtingen ter Zee. Een Engelsch oorlogsschip met Lord Kitchener aan boord vernietigd. Een Reuter-telegram d.d. 6 Juni meldt De Engelsche Admiraliteit deelt officieel mede dat het oorlogsschip Hampshire op weg naar Rusland met Lord Kitchener en zyn staf aan boord door een mijn of misschien een torpedo hedennacht ten westen van de Orkney- eilanden (noordpunt van Schotland) vernietigd werd. Er stond een zware zee. Hoewel alle middelen werden in het werk gesteld om snel bijstand te verleenen, vreest men dat er weinig hoop bestaat, dat iemand de ramp overleefd heeft. In Januari 1899 vertrok Kitchener al» chef van den generalen staf van Lord' Roberto naa» Zaid^Afrika. Hij leidde daar de krijgsverrichtingen te gen de Boeren en verwierf zioh een naam, die in Holland met gemengde gevoelen» uitgesproken werd). In 1902 aanvaardde hij het opper- bevfdhdbbei-ötóhap over die BrtteChe troepen in Indiö en bracht bd&ngrij- ke legerhervormingen aan. Bij hel uitbreken van den wereldabrijd werd hij Minister v&n Oorlog, dat hij tot zijn dood is gebleven, hoewed hij tij delijk van zijn amlbt werd ontheven., toen hij zijn red» naar heit Oosten, ondernemen moest. Bij de mdlitaire conferentie» te Parijs was hij voort durend tegenwoordig en than» Zou hij zich naar Rusland begeven om be sprekingen te houden over militaire aangelegenheden Het D u i t si c h e communiqué van #6 Juni luidt: Aan: den oostehjken Maasoever werden de stellingen der dlalppere Oodtrl’ruisen op dén* Fu- niünrug in den loop van den’ nacht, na een. nieuwe, zeer krachtigé (fcrtille- xrie-voonbei-eidiing, weder viermaal zon der ernstige resultaten aangevallen.. De vijand had onder on» sannen- werkend artillerie-spervuur, machine geweer- en infanterievuur' bijzondér zware verliezen. Overigen» is die anderd. oen ue cuaortJc. wrd Kitchener was Slechte1 van zijp persoonlijken teaf vergezeld!: een oiiicieete vertegenwoordiger van het Minutikerie van BuiienlaudSche Zadven en twee vertegen wowrdiiger» van het Ministerie van Munitie. De dood van Lord Kitchener. hen Reuter-telegram uit meldt d.<i!. 6 J uiui dood, van Lord Kitchener heeit diepe ontroering in de City kringen ge wekt, doch was van geen merkbaren mvloed op de fondeeiumarkt. Na ontvangst van de tijding, rijae aanvallen tot geen werkelijk re sultaat. 1 usbchen Allynow, aan de Ikwa en de «treek ten Westen van Olyka, waar de kussen zich aanhoudtenid ver- slenkten, i« nog een verbitterd vecht aan den gang. Aan het Westelijk Front. Het r ransehe c&numuiuqiè van 6 Juni luiutOp den reduar<aae- oever muökuuten twee Duitoehe aan vallen, die Ujuen» dten nacht op de 1* ransche SiCjlmgen tusstohen Vaux en DauniloUp waren gericht, volkomen. Dr wordt geen verandfcrnig gemeld in den toestand bij het lort Vaiux, dat, cue DuiUüchers met groote hevigheid bcsichieteui. Op het overige tnoid wenkt het geschutvuur bij tussehen- p o o zen; van het Engelseihe front val len plaateelijke infanterie^evechteh te melden. n 'paraphrie, bij 169; een zak- ij J. vanW\n- een rozen- g, Bockenberg- bij K. G. v. 5 62; een zak- °BA’ Huvi5n C. Trijsburg, b lotv. d. Siaat»- Vorstmanötraat i Spee, Keizer tje, bij v. een beurde n« idd, Hotmangé- i hond, bij R. 19; een g«M )am, Sfoofetea? Ukkel», bij v. hatraat 40: I. ri» van Politie, PHEÜX. moeder, dio hen misschien) veel zou brengen, maar juist niet dat ééne, dat alleen hen gelukkig maken kon. ,,Ich hatte eirtot ein deutoehesi Mud- chen lieb... c« war ein Traum Hoe dikwijle had hij, onder Bene- dicta’e venster») geluisterd naar dit lied hoe dikwijl» had hij glimlachend het hoofd gesehud, omdat hij deze eigenaardige woorden niet begreep ,,Es war ein Traum Kan, een vol wassen, verstaiKiig-d'enkend mensdh met open oogen droomen Ja, wonderzoet droomen, zonder te vermoeden dat hij wandelt lang» een afgrond, maar hij kan Goddank ook ontwaken De morgenlucht strijkt verkwikkend lang» zijn sflapen, een. roodgeel flichiju- sel in het oosten verkondigt den ko menden dageraad, en Adalbert Eckert gaat dien met een verlicht hart tege moet. Nog ruischt hem Benedicta’s Ped in dé ooren,,Ich hatte einst ein deutche» Mhdtohen Héb... er war ein Traum1 Maar die woorden klinken^ niet meer zoo diep weemoedig als in de toren kamer van Floringhoven, zij hebben iets vertroostend», want zij spreken van een gezegend ontwaken uit win ternacht en winterslaap. De zeesiag bij Jutland en de vrede. In de „VosSiSche Zedtung” schrijft Georg Bernhard over den zcenlag bij Jutland en merkt daarna op, dlai deze den vrede ^ader zal brengen. Duitschland heeft Eugelandl’S regie ring en voik overtuig#, dat het ook ter zee in staat is krachtig Strijd te voeren en daardoor de legende van de onoverwinnelijkheid der Engetoche vloot, den hoeksteen van Engelandls macht, te niet gedaan. De geallieerden hadden alle hoop en k(tn, (ien slaaf) maar de in die Een Reuter-telegram d.d. 4 Juni méldit De gevechten in het uitsprin gende gedeelte van de Stelling Yperen ten Z. van Hoog» verwoed voort. De strijd heeft zich tot een gevecht van eenige afmeting en, van een buitengewoon bloedig ka rakter ontwikkeld, ofschoon het ge vechtsterrein zich blijkbaar tot dus ver niet uitstrekt buiten het oor spronkelijke front van nog geen 3200 u nog een raad niagge- voor uw volgend leven, dan zij het (teze Luister naar de stem in uw binnenste, die u waarschuwt voor dtom storm... niet echter voor don storm, die onder Gode vrijen hemel woedt, maar voor dien, welke in een rnenschpnhart alle geluk verwoes ten kan, voor immer Hij bood haar de hand tot afscheid, maar met een spotachtig lachje keer de het „kind” hem den rug toe en snelde de breede hutodeur in, die ue portier, op haar bellen, voor haar had geopend. Zonder groet, zonder een woord va» dank, had! zij hem veriaten. Nog een o ogenblik bleef Adalbert Eckert stiletaan, noch toen het schijnöel van het licht achter dé venstejns wa» ver dwenen, verhief hij het hoofd1, trotedh al» een krijgsman, die een schoone overwinning heeft behaald. En hij had overwonnen, hij had de droombeelden van zijn hart uit elkaar doen stuiven, de bedriegelijke visioenen, die hem zijn geluk, zijn gemoeKte'rufl’t hadden willen oniroo- ven. Toen hij dé reis naar de fyoofd- tjted' aanvaardde, beheerschte hem siedhte een verlangen zijne kleine lievelingen thuis eene tweede moeder te kunnen meebrengen toen leefde Marga’s beeld1 nog, in vlekkelooze reinheid, in zijne ziel. En nu hij terugikeerde, dhnkte hij God uit het diepst van zijn hart, dat Hij zijne kinderen had behoed! voor erae stief- open oogen, niet vatten.. 1» het de opgewondenheid, nerlijke vreugde van haar hart, haar het bloed naar de slapen jaagt, en roodkleurige toekomstbeelden voor hare oogen boovetrt, beelden vol lief dé, geluk en zaligheid* O neen, Marga Daja gjedenkt nau welijks tién ring aan haren vinger. Zij we» één dier meisjes, te veel met zich zelf ingenomen, om lang op een eKdatgenoot te willen wachten die een. huwelijk aangaan, zonder ern stig te onderzoeken, of de man harer keuze wel werkelijk bij haar past die, tot cl ken prijs, hoe eenier hoe liever, getrouwd willen zijn. Vol kin derachtige illuéSeé, zonder te weten welke taak, als gade en huisvrouw op hare Schouder»1 ru»t, knoop en zij banden aan, die zij niet willen zien, maar die haar knellen levenslang. Ie het wonder, dat de gouden ring aan dfen vinger dé eenate schakel wordt van een ondragelijke keten de eed vap trouw eene oorlogöver- klaring wordt voor een ongelukkigen echt - Manga Daja heeft nooit ver voor- uitgedaciit. De ring, dien Roman haar onder lachen en Schertsen,, aan den vinger had gestoken, had zijn giané verloren, sedert zij hem bezat. (Wordt vervolgd M. Up dit betrekkelijk smalle front ie de strijd allerhevigst. De Canadeezen waren er met den groototen moed in geslaagd, om hun verloren loopgraven weer binnen te dringen en hadden van daar uit, door bomiinen werpen en gevechten van man tegen man, loopgraaf bij loopgraaf, meter bij meter, 'zoo goed als de géheele linie, die dé vijand op hen veroverd’ had), herwonnen. Zood'ra zij echter de loopgraven op nieuw bezet en den vijand gedood of verdréven hadklen, bevonden de Canadeezen zich weer onder hetzelf de verschrikkelijke artilierie-vuur al» aan den eersten aanval van den vij and op Vrijdag was! voorafgegaan.. Overal werden die loopgraven hetzij door kanonvuur platgesélibten, hetzij met dlooden gevuldl. Hetwas onmo- gelijik de herwonnen stellingen bezet te houden, want geen mensch kon er zich levend in handhaven. Het karakter van de beschieting van de afgeloopen twee en een hal- ven. dag vormt het hoogtepunt van wat men tot dusver op dit front ge zien heeft. De slchaal, waarop thans kanonnen en munitie aan dit front gebruikt worden, ié in vergelijking met de tot ditover opgedane ervaring, schier ongelooflijk. Wat ook de uit slag van de tegenwoordige gevechten moge zijn, dé verliezen van die Ca- nadeeizen zijn zwaar, geweest, wat ongetwijfeld ook met dto Duiilsche ver liezen het geval was. Met Lord Kitchener heeft Engeland een zijner meert populaire generaals verioren. Horatio Herbert Kitchener werd' uen 24en Juni 1850 getwreu. In 1870 streed hij aan Fransdhe zij de tegen de Duiteuher» mee; in 18/1 nam inj deel aan een topografische expeditie naaf Palestina en U-ypru», keerde daarna naar Engeland terug, Min in 1879 gedurende een jaar het amlbt van vioe-conSul te Erzeroemfte bekieeden. In 1882 trad' hij in Egfyp- lischen dientft. •Van dat tijdlstip dateert Kitchener'» roomt In 1884 leidde hij de Nijl-expe- diitie, werd in 1886 gouverneur van Soeakim en verkreeg in 1892 hei op perbevel der Egypbtoche troepen. Vijl jaar later ondernam hij dén veld tocht tegen dén Madhi; hij verover de Dongola en Berber en versfloeg den 2én September het hoofdleger, dat door den Madhi zelf werd aange veerd bij Chartoem, waar een vree nt el ijk bloedbad wend aangericht. Hij v eijkireeg toen het Peenschap en den titel van Lord of Chartounv and p! Adpall. Aan het Oostelijk Front. Het U o e t e rij ij k s c h e commu niqué van 6 Juni luidt De slag duurt over heit geheele 350 K.M. lan ge front met onverminderde hevig heid voort. Ten Nioordep van Olsy deden wij gisteren, na hevige en wisi- salvallige gevechten onze troepen uit uc fcltyk geééholen eerste stellingen naar de op 5 JK.M. ten Zuiden daar van voorbereide linie terugtrekken). Bij Jaslovic, aan de beneden Strypa, ging de vijand hedenochtend, nd een krachtig# artilierie-vooifbereddiag, tot den aanval over, doch werd overal, op öoiiniinige plaatsen in een handge meen, teruggeworpen. Ten Westen van Tremlbowla werd terzelfdertijd een krachtige Russidche aanval door ons geschutvuur verstikt. Ten Westen en ten Noord-Westen van Tarnopol werd eveneenö vertót- teird' gestreden. Waar dé vijand tij delijk voordoden wiet te behalen werd' hij later wederom teruggewor pen. Voor het front van één onzer bataljons liggen 350 lijken van Ru»i- sen. Ook bij Saranow leidden, de tal- mtinder betamelijke wonsehen en be geerten), op de planken stout, dat zij het doelwit uitmaakt van ieder» kri tiek. Ik ben uw vriend en ik ben in dit opzicht hebt gij misschien gelijk te jaloersch, om u te zien coquetteerem met het geboete publiek. Wa» ik uw verloofde of uw echtge noot, ik zou u te lief hebben,, otn zoo ieto te kunndi- duldfen. Gij ziet, ik spreek ronduit met u. Wat wd- licht vde mannen in verrukking brengt, heeft mij geheel ontnuchterd. Margardhe Dall’berg van Floringho- ven was mij, zonder roem en eer duizendmaal liever dan de Marga Daja, die hedenavond hare triomfen heeft gevierd 1 Als door den bliksem getroffen stond' zij naast hem. Toen hief zij eendklap» het hoofd op Met an dere woorden, wilt gij zeggen, Roman Ermonyi alleen van mij houdt omdat ik een werktuig kan zijn voor zijne zdfzucht en berekening Hare stem klonk scherp, met een haastige beweging trok zij aan die hel van het hui®, waarvoor zij was blijven staan,. Hij bemint u... maar, zooaléhij zelf zegt, op z ij n e wijze f zei- de hij ernstig. En z ij n e wijze dftinkt mij de eenig ware Ik dank u voor uw geldde, mijnheer Eckert, ik ben te- hui» Hij zag haar nog een» aan. Vaarwd, Mejuffrouw Dallberg, (N a d r u k verboden). 54) De Manga Daja van het tooned be viel mij niet half zoo al» de Marga Daja, die ik in Floringhoven heb ontmoet. Wat zegt ge daar riep de zangeres, met eene uitdrukking van ontzetting op het lieve gezichtje ben ik u niet bevallen Voldjeedl mijn rol u niet Hij zag haar diep in dé oogen. Neen,, mejuffrouw Dallberg, gij zijt mij volétrekt niet bevallen*, zeide hij ernstig. Ik eerde en achtte u, met een oprecht gemoed. Ik waardeerde in. u de ware vrouwdijk- hdd, die door onbewuste tooverkraeht boeit en spontaan in geestdrift doet ontvlammen'. Hedtenavond hebt gij het publiek in verrukking gébracht, maar niet bewnst, neen, met kunstmidde len, die t<w beroep misschien voor schrijven, maar die u vernederen in mijne échattiing. Ik ben te „bekrom- om klakkeloo» goed te kunnen .ji>reii, dat eene dame, die ik hoog acht, als het voorwerp van iedter» ge»i, oat waren toch allemaal muar wewluigea in <1® groep van den lei- ué? van Engeland s oorlog. Nu i» de leider zem weggenomen de dlra- uen die van Lonaen uit naar hran- krijK, Kusiiand, Italië, naar tule oor- logfluerreinen en alle koloniën loopen hangen slap. Geen man ia er op nel oogenbtik, die ze kan houden. De beieekeni» von Kitchener’s dood voor dé Kotente te zeker niet min den- groot en in d'it verband mco öen wij hem bosohouwen in zijn iqua- hleit als lid van den groeten oor logsraad dar geallieerden. In dien óppersten raad, het allerhoogste ge zag onder allo vijanden der Duitephe bondgenooteni, waa Kitchener de eenige veldheer, die meer wae dan tx-in spe cialiteit van oen afzonderlijk oorlogei- torrein. Hij, dio oorlogen in, de halve wereid had. meegevochten, hij, de ver tegenwoordiger van het geweldigste rijk ter wereld, zijn meening liadgp- zag in alle vraagBtukken, weike de aigemeene oorlogsleiding betroffen. Hoezeer dat ook door Engeland'» bondigenooten werd erkend, kan ook nu ween- blijken uit het déél van Kitchener’S noodlottige laatste rote Rusland), óok dhar zal hij, al» kun- digtote militaire raadtanan der Enten te, leiding hebben moeten geven. Nu behoort deze schitterend# figuur enkel tot Engeland 's historie. Zijn hooge gestalte, zijn martialén kop zall men niet meer aanschouwen.*, Zijinlijk zal misschien ergens worden opge» visriht aan de grauwe rotsachtige kust van een eemtzaam eiland in, dé Noord zee. Misschien ook niet, en zal het rusten op den bodem der zee, waar al zooveel Soldaten en matrozen in dezen oorlog hun graf vonden. Zijp dood is een krijg»manSdiood. Zijne* iiaam zal voor altijd verbonden blij ven aan ‘le groote wereldgebeurtenis sen van déze jaren. Wat hij voor zijn land is geweest, is n‘»g niet te over- ziien. Maar het lijkt of een der zui len waarop het Briteche imperium1 rust, is verbrijzeld. Het zal moeilijk zijn, een nieuwen steun voor het groote bouwwerk te vindén 1

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1916 | | pagina 1