ICING.
irt
km i Zooi.
ier.
CA
No. 13297.
Zaterdag 20 Januari 1917.
Me Jaargang.
VERSCHIJNT DAGELIJKS
BEHALVE ZON- EN FEESTDAGEN.
Telefoon Interc. 82.
Uitgevers A. BRINKMAN ZOON.
Telefoon Interc. 82.
Eerste Blad.
leiweg 5.
Ml Kr. 1. GOEHil MEK
dit Blad.
'P
o.
RCA
Feuilleton.
(stens)
dsehappij,
alom.
Buiten de Stadspoorten.
bines,
■machines zijn
Tikaat, dat zich
lalve eeuw voor
en industrieel
andhaafd heeft.
(MACHINES
I onze winkels
XTie-cu-ws- ©zx ^.d.Trertezxti.e'bleud. voor <3-©\xcLsu ©el OïMxstxelcezx.
Dit nummer bestaat uit drie bladen.
UIT ONS PARLEMENT.
enland.
SHTiOTedstrijtai Nei.
laas geeateli
de
Naar het Duitsch van
CLARA VIEBIG.
Bewerkt door I. P. WESSEL1NK
VAN ROSSUM met autorisatie van de
schrijfster.
(Nadruk verboden.)
INGEBONDEN MEDEDEELINGEN 1-4 f LOS. «fa ra|tl mmt f OJR
Op de voorpagina dubbel tarief.
Gewone advertentie ea ragesoadea medarieeiiM— H rnaaren rat «eer garedeceettea
prij». Groote leuera en randan naar phanraiatte.
KLEINE ▲DVEETENTltN aanvrage aanbiedingen.' betraRepde dieaatperaoneei.
koop ea verkoop, huur ca verhuur. 1—S rafale f OJS elke rafel aaeer 5 cara M vóórwil-
betaling. Maximura grootte 10 regelt. Betrijwteara S cent.
Paul blijft
Ik zal wel
met
Hat
alles, wanneer
ie. Aliance fran«alse,
ior Mad. Dhayrmond.
e Schouwburg. Emil
GUI HSL IIL COURANT
caar en bleet
elkaar onbe-
En na hem sprak onxe Minister-Presi
dent, mr .Cort van der Linden, man van
■staatsmanskunst, die verklaarde, dat ook
de Regeering onder den indruk is van het
groote verlies dat het land en zij xelve ge
leden heeft.
„Mr. Goeman Borgesius behoorde tot de
mannen van buitengewone beteekenis, die
een stempel drukte op een periode van out
politieke geschiedenis.
Is 't niet, of sulk een periode gesloten
wordt, waar kort na elkaar mannen als
Bos, Tydeman en nu Borgesius zijn heen
gegaan? Hü was een man van scherpen
blik, groote overredingskracht, en onver,
moeide behartiging van de belangen, die
hem lief waren; daarbij was hij een zeer
beminnelijk mensch, eerlijk en oprecht en
steeds geneigd het beste van zijn medeman-
schen te denken.
Sems was hü hard bü de ontmoeting van
zijn tegenstander, maar achter diens rug
was hy steeds zacht»
De Regeering zal zijn raad noode missen
en hem steeds dankbaar bleven gedenken.”
In de Eerste Kamer sprak baron van
Voorst tot Voorst de volgende woorden:
„M(jne Heeren.
Met groot leedwezen en hartelijke deel
neming hebben wij allen het bericht Ver
nomen van het overlijden van den Voorzit
ter der Tweede Kamer. Is de dood als hij,
intreedt op zichzelf al aangrijpend, de om
standigheden waaronder de heer Borgesiua
overleed, zijn des te droevigst.
Sedert een lange reeks van jaren waren
w(j gewoon zijn naam te noemen in verband
met of verbonden aan nuttige openbare en
bijzondere instellingen. Door zijn kennis,
zijn werkkracht, zijn talenten en zyn strijd
vaardigheid trad hy overal naar voren. Men
wist, door hem te benoemen in een of an
dere functie, dat de belangen des lands zou
den behartigd worden. Als volksvertegen
woordiger was hij een gezien lid en nam
hij een der eerste plaatsen in. In den heer
Goeman Borgesius verliezen wü een der
overviel haar, de opwelling
heid van een oogenblik te-
rerdweeni: wat, wilde hij weer con-
w? Dan moest hij maar verder vra-
”1, vaai haar
ij klemde de
spre-
uitste-
e Schouwburg.
i Alida Tartend—
kundigste en meest vooraanstaande leden.
Dat sijn medeleden z|jn talent op hoogen
prijs stelden, bleek uit zjjn benoeming tot
Voorzitter. Zoowel in de Tweede Kamer
als in de vele werkkringen zal zün dood
oprecht betreurd worden. In onze parle
mentaire historie zal hij genoemd worden
als een man van groote geteekenis en zal
zün heengaan betreurd worden als een
groot verlies voor Koningin en Vaderland.”
Drukkerij
ZOON Goud*.
Wü willen hiermee besluiten, maar niet
dan na ook onzerzijds uitgesproken te heb
ben, dat de slag die de kinderen van mr.
Goeman Borgesius trof, een slag, haast niet
te dragen door het verlies, bijna tegelük,
vari hunne moeder, de trduwe en onver
moeide verzorgster van onzen betreurden
doode, door duizenden in den lande wordt
mee-gevoeld en dat wü allen, die Borgesius
gekend hebben, hem nooit zullen vergeten
en hem steeds met dankbaarheid sullen
gedenken.
waar men Borgesius kende, door-en-door,
over hem geoordeeld?
In de Tweede Kamer was het de sociaal
democraat Schaper man van eenvoudigste
afkomst en man van een warm hart
die hem mocht herdenken, in de Eerste Ka
mer de streng-Katholieke, stramme gene
raal baron van Voorst tot Voorst
Wü willen ons en onzen lezers niet ont
houden wat zy zeiden over den grooten
doode.
De heer Schaper sprak als Volgt:
„Müne Heeren!
De slag die ons reeds dagenlang boven
het hoofd gehangen heeft, is gisteren ge
vallen; onze hooggeachte president, mr.
Goeman Borgesius, is overleden.
Diep tragisch zün de omstandigheden
waaronder dit overlijden heeft plaats ge
vonden. Gisteren 8 dagen geleden zou hü
juist zyn 70sten geboortedag hebben ge
vierd. Of eigenlek: vieren had hü dien
dag niet gewild omdat hü, gebukt onder de
ontzettende tijdsomstandigheden, geen
viering wenschte. Maar toch hadden wü
gaarne op dien dag hier een gelukwensch
uitgesproken of hem in zyn eigen huis wil
len felieiteeren. Helaas, dit heeft niet mo
gen zün. Zelfs toen den vorigen Donderdag
de zitting der Kamer begon en ik aanvan-
kelük voornemens was machtiging te vra
gen hem namens de Kamer beterschap toe
te wehschen, heb ik dat niet gedaan, om
dat ik daartoe den moed niet meer had;
immers ik vernam toen dat alle hoop was
opgegeven. Acht dagen heeft hü daarna
nog geleefd en zün trouwe echtgenoote
is hem in den dood voorgegaan.
Hoe snel is dit alles gegaan! Op 81 De
cember nog heb ik een uitvoerigen brief
van hetii gekrégen, met de besttfSvenéchen
voor het Nieuwe Jaar. Dat Nieuwe Jaar
heeft hem niets anders dan ongeluk ge
bracht! Na Van Deventer en zoovele an
deren is dit heengaan van haar president
voor de Kamer wel het zwaarste verlies.
Men kan zich de Kamer niet zonder Bor
gesius voorstellen. Hü was een parlemen
tariër als geenander.Sedert 1877 zat hü hier
onafgebroken en vóór dien tijd reeds als
journalist op de parlementaire tribune. De
staatkundige geschiedenis van de laatste
40 jaren kan niet geschreven worden zonder
Borgesius.
Men kan zeggen, dat de staatkundige
toestand van ons land, zonder hem niet zou
zyn wat hij thans is! Reeds in 1880 deed
hy het belangrijke voorstel tot het houden
van een enquête naar den toestand der
arbeidersklasse. Die enquête heeft* grooten
invloed gehad op de gemoederen; want
eerst toen kwam men op de hoogte van de
nooden en behoeften van het arbeidende
volk.
Het parlementaire levén van Borgesius
was één geschiedenis van noeste vlyt en
van stoeren arbeid voor het algemeen en
van geestdrift voor wat hy goed achtte.
Men moet hem hebben bügewoond als par-
niw- en Wontógtoe-
tecommtesie Arnwo-
Wü zouden heden wat behooren te ver
tellen over het verdere verloop van de be
handeling van de huurcommissiewet of over
het begin van de behandeling van de Ju-
stitiebegrooting, maar wü zyn er niet toe
gestemd.
Goeman Borgesius dood! Men vergeve
ons het schynbaar te huiselijke „Goeman
Borgesius", zonder mr. dr. voor zyn naam
en zonder zyn presidentstitel,maar heette hy
niet onder ons allen, onder alle vrijzinnigen
in Nederland „Goerfian Borgesius" zonder
meer en duidde dit niet juist aan hoe hy
by ons allen steeds als een goede vriend
genoemd werd, zonder deftige titels.
Wü zullen hem niet meer zien in den
voorzitterszetel, waar hü tot het laatst
toe gewerkt heeft. Wü zullen hem niet
meer zien, wy zullen hem niet meer
ken, den uitstekenden leider, den
kenden mensch, die uiterlyk zoo anders
was dan hy by nader leeren kennen bleek
te zyn, die zün leven lang heeft gewerkt,
gewerkt voor de goede, hem zoo dierbare
liberale zaak met al zyn kracht en hoe
groot was die! by dag en vaak ook
uren in den nacht voor de vele en velerlei
belangen die hy had te behartigen en waar
voor hü altyd wist te vinden.
En wü willen hier ook vermelden zyn
groote belangstelling voor de vrijzinnige
pers, ook en niet het laatst voor de
provinciale en wü herinneren ons nog zoo
goed, hoe verheugd hü was over het flin
ke werken voor de goede vrij zinnige zaak
van ons blad in het district Gouda. Hadden
we overal maar zulk een blad, z,ei hij eens
tegen schryver dezes en by Borgesius was
het nooit vleien, wel waardeeren.
Wy willen thans niet meer zeggen van
wat ons op het hart ligt. Een geestverwant
ziet licht te veel goeds aan een sterfbed, zou
men misschien denken en daarom willen we
liever vermelden wat anderen niet-geest-
vefwanten in deze dagen van Borgesius
hebben getuigd.
Schreef niet „Het Volk”, dat Goeman
Borgesius zeker geen bellen kén blazen
als dr. Kuyper, die schitteren in het zon
licht en strak» uiteenspatten, dat hy niet
was een „fabrikant van vprnuft-champag-
ne”, maar dat als men vraagt naar het
resultaat van een menschenleven van po-
litieken arbeid er alle reden is, om Borge
sius te stellen boven sommige schitterende
genieën, die niets nalaten dan groot ge
luid?
En hoe hééft men in de beide Kame?s,
het algemeen kiesrecht, uit het oog ver
loren. Niemand heeft warmer gestreden
voor de wet-Tak dan hü- Als Miniser heeft
hy alles gedaan ons door zün „technische
herziening' 'de wet-Van Houten zoo royaal
mogelyk uit te werken.
Maar ook de oplossing van de school-
quaestie vond in hem een geestdriftig voor
stander. Hü was een warm onderwü»-man.
Helaas, hy heeft niet de tüden mogen be
leven waarin dat alles verwezenlykt zal
zün. Tegen den dood valt niet te vechten.
In zün heengaan moeten wjj berusten. Maar
de nagedachtenis van Borgesius zal nog
lang worden geëerd. Hy was een stoere
werker, een man van groote beteekenis
voor zün land en voor zün volk, «en man
met een hoog karakter, wiens nagedachte
nis tot in verre tüden on* met eerbied xxl
vervullen.”
wij geregeld tijdig
on ontvangen
H-ten, vermakeUjk’te
dan In snse ag000*
ABONNEMENTSPRIJS per kwartaal f I.2S, per week 10 cent, nel Zoadagablad per
kwartaal 1.75. per week 14 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt. Franco
per post per kwartaal f 1.5Ö, met Zondagsblad I 2—,
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons bureau: Markt 31, Gouda, bij
onze agenten, den boekhandel en de postkantoren.
ADVERTENTIEPRIJS» Uit Gouda en omstreken (behoorende tol den bezorgkring):
1—5 regels f 0.55. elke regel meer f 0.10. Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden
deze tegen twee berekend. Van builen Gouda en den bezorgkring: 1-5 regels f OM. elke
regel meer f 0.15,
Kieköbuach een weinig heeft opgewou -
den, is toch niet erg?”
,,Ik weet het reed».’’ Hij knikte en toen
zij meer witóe zeggen maakte hij een af
werende beweging met de hand: „Si!”
vroeg hij zaebt.
„Heeft u hoofdpijn, mijnlheer LengnickZ”
De zieke had gesteund. Nu opende hij
oen oogenblik de oogen, keek den vrager
verbijsterd aan en «loot ze weer. „Kent
u mij niet,» mijnheer Lemgnick?” Hirse -
korn sprak nu luider, en vatte dien' zieke
aan.
Geen antwoord.
Nu viel
kOtinen?
nen?” Z"
te lachje
lementair redenaar om tea wile ovor zün
talenten te kunnen oordeok».
Als hjj begon, had hü enkele eigenaardig
heden tegen zich. Maar na drie volzinnen
was men geboeid tot het «inde.
Van groote bekwaamheid getuigden zyn
redevoeringen. Hü was scherp, menigmaal:
de politiek is nu eenmaal niet zacht. Zün
tegenstanders hebben hem ook niet ge
spaard! Hü was ook handig, Men heeft wel
eens een scherp woord daarover gehoord.
Maar zulke handigheid kousen wü nooit af
als zü komt ten onzen voorieele; alleen als
wü het nadeel daarvan ondervinden! Nooit
deed die handigheid afbreuk aan zyn eer-
lykheid, zün humaniteit en aan de kracht
zijner argumenten. Zün redevoeringen trof
fen door sprankelend vernuft, door geest
drift voor wat hij goed oordeelde, door zijn
vurig temperament Hü was een politicus
van den eersten rang en schaamde zich
niet voor de benaming politicus. Hü wist
da' politiek niet minderwaardig is en dat
alleen wordt door het gebruik dat er van
gemaakt wordt. Hy wes ook staatsman.
Men moet hem hebben waargenomen als
Minister, van 1897 tot 1901: dat was zün
glansperiode! Toen verdedigde hü wetten,
die nog voldoen aan de behoeften van het
Nederlandsche volk. Zün woningwet, zün
gezondheidswet en vooral zijn leerplichtwet,
werden door hem verdedigd niet alleen als
minister, niahr ook als Kamerlid, hier en in
de afdeelingen en ook in ds pers. Hü was
om met Reuter te spreken admiraal,
stuurman, kapitein, alles tegelük.
De Leerplichtwet heeft niet de volle in
stemming der Kamer gevonden. Niemand
echter zou thans nog de intrekking daarvan
wenschen.
In 1913 werd hü onz« P>Mlidelit. Toen hü
benoemd werd heeft menigeen zün hart
vastgehouden of hü wel in staat was ons
onpartijdig te presideeren. Welnu: hü heeft
niet slechte steeds met hart en ziel ge
tracht, ons onpartydig te leiden, maar het
is hem ten volle gelukt. Zeker: hü voelde
zich als President, man van de „working
majority” die den plicht heeft, met de Re
geering samen te werken om met haar
zooveel mogelük zaken af te doen. Hü
heeft dan ook niet steeds geduldig onze
redevoeringen aangehoord. Maar hebben wü
hem niet evengoed vaak verdriet gedaan
door ons niet te houden aan wat hü in 't
belang van zaken noodig oordeelde? Zün
bekwaamheid als president waa boven alle
verdenking verheven. Zulk een Voorzitter
is niet weder te bekomen! Ik herinner u er
slechts aan hoe hü by de behandeling der
Grondwetsherziening met vaste hand heeft
weten te voeren, door het labyrinth van
amendementen!
En nu is hü ons ontvallen. Het meest tra
gisch is wel dit, dat hü niet heeft mogen
beleven het intreden der nieuwe aëra.
Straks komt het algemeen mannenkies
recht, de evenredige vertegenwoordiging,
de stemplicht. Nooit heeft hü het doel:
niet? Toorn CV'
van danikbaarheü
voren ven'
troleeren? t
gen, van haar kwam hij ndete te weten.
Zij klemde de lippen op elkt
«omber met de armen over fc
weeglijk aan. het voeteneinde van het bed
«taan.
Paul wierp
Nu legde dé
heengehogen had
dé h
ONS OVERZICHT.
Veel belangrijks is er niet gebeurd: in
Roemenië is de toestand onveranderd, en in
het Westen i» de actie gering, zoodat ons
alleen te vermelden overblüft de bezetting
van Bales! en Arra, ten zuiden van het
Ochrida-meer, door de Italiaansche cava
lerie.
Waarschjjnlük wijst dit op meerdere be
weging van de Italianen in Albanië.
In dit verband willen wü er even op wü*
zen dat groote geheimzinnigheid wordt be
tracht door de. Italianen omtrent de bewe
gingen die op *t oogenblik gaande zün.
Trouwens heel de rust in de fronten doet
thans onaangenaam aan. Het is als broei
de er een groot onweer als was dit de stilte
die den geweldigen storm vooafgaat. Zoo
moet b.v. volgens Duitsche bladen, de ha
ven van Genua voor elk particulier verkeer
gesloten zün. Zoowel vreemde als Italiaan-
schepen mogen de haven niet aandoen. Ook
de inrichtingen In de hhven zün tot op
groote afstanden voor burgers verboden
terrein. Men brengt den maatregel in ver
band met groote troepenverplaatsingen,
waartoe in de conferentie te Rome besloten
werd.
De correspondent van de Grazer Tage-
post aan het Italiaansche front seint van
de Karsthoogvlakte dat van Italiaansche
zyde aldaar buitengewoon groote artillerie-
bedrijvigheid aan den gang is. Of Cadorna,
de chef van den staf, voornemens is een
nieuwen veldslag te beginnen, of dat hü
slechts een demonstratie op het oog heeft
dan wel dat hü onder geen voorwaarde
troepen wil onttrekken aan zün tegenwoor
dige stellingen ter opzending naar Mace
donië moest worden afgewacht. Oostenrük
is'op eiken aanval voorbereid.
Ook hebben alle stations van den spoor
weg ParijsLyonMiddellandsche Zee in
Hoog Savoje (Frankrijk) bevel gekregen
zich onrustig om en om.
dokter,' die zich over hem
'en zijn hart belulaterd
had, dé hand op het voorhoofd van dén
zieke. Gelijkmatig streek hij over zijn
schedel. Zachtjes en altijd in dezelfde
richting.» Wéér geruimien tijd. Dat scheen
den patknt te kalmeeren, het woelen hield
op. I
„Geef het licht eene hier!”
ken flikkerende kaaret stond op tafel.
Met groote oogea keek vrouw Lengnick
toe, hoe. de dokter de oogleden van Paul
opliohtte, hoe dicht hij die strakke oog
appels Inlichtte. Wat deed bij, waar dien
de dit toe? De vrouw werd ongeduldig
en eensklaps onrustig. „Wat mankeert
hem dan?”
De arts gaf geen antwoord'. Zijn gan-
sche opmerkzaamheid was op den patient
gericht. Een oogenblik slechts keek hij
vrouw Lengnick aan, zü meende iets ver
wijtende in zijn blik te zien, het fonkelen
van zijn scherpe glazen wond haar op.
Waarom keek hij Paul zoo voortdurend
aan? En waarom vroeg hij haar in het
geheel niets medr? Een vreemde rilling
liep over haar rug, haar banden werden
koud, haar voorhoofd warm. Met strak
ken blik volgde zij elke beweging van
den dokterzij beloerde hem.
Hij bleef nog steeds zwijgen. Zij hield
het niet meer uit. Hard stiet zij haar le
deren schoen op den grond „Nu,
toch eens wat! Dat hij zich onlangs bij
Hat was geen vrouw meer, wife ge«u
boerenvrouw, ruw, onontwikkeld, met ge
voel, waarvan zij zichzeM geen, rekenschap
kon geven! Voor de oogen van Hiree -
korn groeide de opgerichte geat<e tot
een bovenmatig groote, met de dnëgende
armen ver boven de gewone unmU. Dit
wm een furie, een geweldige haatatar! En
toch onwillekeurig school de
gedachte aan zijn scboonmoedsr door
bet hoofd van. Hlroekorn, aba de
oude vrouw Badekow deze hier was
ook een moeder!
Hij *><x>g 1m< hoofd. Hij gevoelde mede
lijden. De dtroigend opgeheven arm trok
hij omlaag: ,^t. «.I vrouw Lengnick!
Ik begrijp uwo opwinding. Heden willeu
wij niet rechten. Gü hebt uw zoon lief.
Wees toch kalm! Wij zullen al het moge
lijke beproeven. MisMchieu te er nog be-
terschap te berwerkeu. De hereditaire
lasting te zwaar sterk alcoholgebruik
altijd vergif, bij dezen jpsyoMschen aanleg
dubbel vergif wij zullen een< Isiproe-
ven hem systematisch de alcohol te ont
houden. Het beat te, du gij h«n in een
lurlohting doet m
„Wat? In een Inrichting?” Ruw viel
zü hem In dé rede. „Gij zijt gek? Ik mijn
zoon in etn inrichting doen? Gij bedoelt
in een gekkenhuis in het hute bij
Dan kent u mij niet. Mifa.
thuis, mijn Paul blijft bij mij.
- - voor “ijn Paul zorgen. Och,
bliX mij met uw vreemde woorden van
het lijfï Het fe mImf «nzin, wat gQ hebt
gepraat!” Zij zuchtte diep.
80)
„Ach wat!” Zij sprong op: haar mol
lige hand gaf hem een tik: „Ik zou heel
niet van je houden als je anders waart.
Ga- maar, ga!” Zij had hem zelf gehol
pen met het aantrekken van. zijn regen
jas en hem nog een zijden cache-nea om
geknoopt...
Het vermoeide paard had niet sneller
willen loopen. De regen goot bij stroo-
men over den donkeren straatweg, de wie
len hobbelden tusschen dte ondergespoelde
rails van de paardentram. Zij hadden dob
bel zooveel tijd noodig gehad! als anders
om naar den Tempelhof te komen.
De dokter zag er vermoeid uit. Vrouw
Lengnick gevoelde iefe, wat op dankbaar
heid geleek, toen hij binnenkwam: zi® nu
eens, hij was toch gekomen! Zij gaf hem
de hand. „Ik heb u laten roepen dokter.
Hij ging bij het ziekbed zitten, de gla-
wn van zijn lorgnet fonkelden, zwijgend
sloeg hij den zieke gade. Een geruimen
tijd. Toen zeide hij zacht: .^Mijnheer Leng
nick heeft den laateten tijd' gedronken?”
„Ach wat.” Zij verdedigde hem. Zoo
nu en dan een keertje. Waarom zou hij
hij eensklaps spijt had hij had het iets
voorzichtiger moeten zeggen! De oogen
van dén stedeling peilden het harde ge
laat der boerin: had die toch meer ge
voel dan zij gewoonlijk toonde?
Maar nu fonkelde toorn uit de oogen
der vrouw. „D*t is niet waar, dat
kan niet waar zijn dat mag niet waar
zijn!” Zij wrong haar handen, en dich
ter op den dokter toegaande, balde zij de
vuisten: „Ik geloof u niet!”
Onwillekeurig had hij een schrede te
ruggedaan r- wat was zij kwaad! hij
haaide de schouders op: „vraagt u het
andere dokters, zij zullen hetea» iwijn
diagnose bevestigen. Ik heb mijnheer
Lengnick reeds eenmaal gadegeslagen, in
Britz, fn het huis mijner toenmalige ver
loofde.”
Vrouw Lengnick kromp Ineen. „En
zooals gij u herinnert, heb ik u toen
reeds gezegd,” <fo doktor hief den
vinger op— „niet ved drinken!”
..Wel, waarom dan. niet?” Vrouw Leng-
Dick zette de armen in baar zijde. „Drinkt
gij mteschjen niet, ate het leed u het hart
opeet. Kijk mij maar niet aoo aan. ik weel
wat ik doe. Ik neem er de volle ver
antwoordelijkheid ook voor op mij. Het
was heel goed het eeuig®. Moest ik
aanzien dat mijn Paul, mijn arme jon
gen, het spichtige ding, de Engeteche die
geen hemd aan het lijf hart, niets dan
vateche sieraden, wier vader mij heeft be
drogen voor God weet hoeveel, <Me hem
niets dan ongeluk heeft gebracht, dat hij
iiaar najankte als een verlaten bood? Dan
liever krankahMMg! Dan heeft hij haar ten
minste vergeten. En hij zal haar
gelen, hij moet haar vergeten!"
Als een woedende zinnelooze hief
vrouw taide handen op. haar vin<
krabden in de lucht. „Dood moet zi
dood voor eeuwig dood!”
•U vrouw Lengnick uit: „U niet
Waarom zou Paul u niet ken-
Zij lachte spottend. Maar dit kor-
was een lach vaan (geheimen
amgst. „Nu zal het toch eindelijk wel ge
daan aijn met dat onderzoeken? Wat is
er dan eigenlijk gaande?”
De doktor stond op van bet bed, hij
wenkte haar in de naaste kamer.
Ofschoon zij hem niet bad mogen lij
den, afschoon zij hem ook nu niet mocht
lijden, volgde zij han, onwillig: maarzij
volgde. Dicht trad zij op hem toe. haar
oogon boorden hem in het getest. „Nu?”
Haar toon prikkelde hem. Wat hij haar
anders iDteschien niet zoo onverbloemd
gezegd zou hebben, zeide hij haar nu
kort: „Vrouw Lengnick, uw zoon te he
laas geestelijk ziek!”
,,Wa-a-a-t?I' Zijlaohte ongetoovig. Maar
daarna, alsof zij nu pee begréép, wat de
dokter bedoelde, sperde zü de oogen wijd
open: hot harde wit lichtte schril. „Gees
telijk ziek! U bedodtdaannede gek?!”
Luid schreeuwde zij. „Dat te niet
waar! Mijn Paul kfrankrinjug? U weet
er ook niete van evenmin Ms onze
Tempelhofer dokter nee niete!"
Haar gericht was vertrokken, er lag
zulk een uitdrukking vsn smart op, dat