irmg.
fs
'O
No. 13402.
Zaterdag 20 Mei 1917.
56e Jaargang.
ïedtng.
VERSCHIJNT DAGELIJKS
BEHALVE ZON- EN FEESTDAGEN.
Telefoon Interc. 82.
Telefoon Interc. 82.
Eerste Blad.
Feuilleton.
iaden.
DAM.
iMHSlsai
Zijn Engelsche Vrouw.
ETi@-o.-ws- exx -A.cLwertexLti@"bl@-cL voor G-oiolcIsl en Ozxxstxelcexx.
ng
BERICHT.
Maandag 2*" Pinkster
dag zal dit blad niet
verschijnen.
Pinkstarboodschap.
Uitgevers A. BRINKMAN ZOON.
r«g«b f 1-05. «Ik* ra*rl aaer I OJS.
•aat
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
11
240
vast
CEN.
1431 128
14
1X3-
n» Genoegen-
(W«* TCmlM)
en
Bouw- en Woning-
Bcommtede Armen-
Naar het Duiteteh door RUDOLF STRATZ.
Geautoriseerde Uitgave, gewerkt door
Mevr J. P. WES61LINK—VAN RO88UM.
(Nadruk verboden.)
ielat<
onze agenten, den boekhandel
ADVERTENTIEPRIJS. I
1—5 regel* f 0.55, elke i
dese tegen twee berekend,
regel meer f 0.15-
INGEZONDEN MKDEDERL1NGKN
Op de voorpagina dubbel tarieL
Gewone adverteatiln ea mgeeoodea me^odeeliagOB M t—tratt tot Mer girvdnaaifdia
prij» Groot* latter* ea rende* naar plaataraigue
KLEINE ADVEKTKNTlftN aanvrage* e* ■■■h..*»*-bilfifcffc dtea^e<WM<
koop en verkoop, huw en verboer. 1—S reggla f 0.25 elke regal aaerv S oral M) v*er*M-
betaling. Maximum grootte 10 rpgeh SevijSMauBen 5 caM.
Gou. Zwngvmw-
ilk oren.
(iOIIDSCHE COURANT.
3
het Univentiteitspark uit.
graasde er op. In het
jrt- en
van
klei-
poitriciérsge-
behooren. „Wij
en dut de courant
nieuw. J
hand w<
snoeid kunnen worden in gemeen overleg
tot een beperkt aantal soldaten, het geld
dat noodig was voor hun onderhoud komt
het volk ten goede.
En als wij verder gijn, veel verder, zoadat
we objectiever staan tegenover het gebeu
ren van nu, als we waardeeren kunnen de
nieuwe vindingen die het resultaat zijn van
deze kommervolle tijden en begrepen dat
alleen de oorlog het volk bewuster maakt!
dan de vrede het in tientallen jaren deed,
dan zullen wy misschien gaan begrepen
dat deze oorlog noodig was; maar geen
offer zal ons dan te groot z#n om den zon
duurgekochten vrede te behouden.
geheel
is het
graatkneler gebruikt. Hier
zulk een reuzen rijkdom...
do enkeling!”
“1* «l« men h«4 zich bij
het du* wel niet met
aan
eo het klei-
Londen. El-
ontdekking.
atetand tiw-
je in het
Wildings.
Irukkerij
JOON Goud*
loopgraven die ópstaan en slapen gaan bij
kanongebulder, de vrouwen thuis die alleen
staan in haar duizend zorgen, zij allen hun
keren naar vrede en hun roepen klinkt uit
boven het oorlogsrumoer.
Geef ons den vrede!
Machteloos zijn wij. Amerika, de machtig
ste der neutralen, trok het zwaard om door
oorlog tot vrede te komen. Moet zóó de op
lossing gezocht worden?
Wij gelooven het niet; toch zijn er die
deze richting aarzelend volgen, die reeds de
vriendschapsbanden hebben verbroken en
straks wellicht mee zullen strijden tegen het
Duitsche rijk: China, Brazilië, Cuba, Hondu-
ras, Liberia, Nicaragua en Guatemala. Hun
invloed zal in dezen oorlog niet zoo groot
zijn. Maar voor den vrede kan van hen niets
worden verwacht.
Het verlangen naar rust wordt onder
drukt door een machtige minderheid, die
het volk tot voortzetting dwingt onder
schoone leuzen en klinkende beloften. Zij
wil de tegenpartij op de knieën dwingen,
alsof niet de geschiedenis leert dat zoo’n
vrede de kern in zich draagt voor een nieu
wen oorlog.
Neen, wij bepleiten een vrede door ver
gelijk, een vrede die het volk evengoed laat
spreken als de regeering, een vrede die als
basis kan dienen voor een gezonde ontwik
keling van het wereldverkeer, den handel en
industrie van alle landen. Er zijn menschen
die niet aan dezen vrede willen gelooven
omdat er altijd oorlog zal en moet zijn, naar
hun beweren. Wij, jongeren, doen niet mee
aan dit fatalisme, al kunnen we naar het
ideaal van een eeuwigen vrede alleen maar
streven en er voor werken; want deze oorlog
is voor de vroeger op hun beschaving en
kennis pratgaande menschen zoo bescha
mend dat zij niet met recht een
duurzamen vrede kunnen beloven. Maar
anderzijds moet en kan de ellende van dezen
oorlog baren een sterke, hoog boven de vol
keren staanden vrede, die een waarborg
draagt voor een groote toekomst.
Het is merkwaardig dat tot nu toe de
toestand van beide partijen zeo evenwichtig
blijft dat een vergelijk alleen de oplos
sing brengen kan. Want al is niet te ontken
nen dat de Engelsche partij al meer aan
hangers krijgt en toeneemt in kracht, ter
wijl die van de Duitsche merkbaar afneemt,
de ujtputting van het volk aan beide zijden
is een factor waarmede dient rekening te
worden gehouden.
Toch is, voor wie ooren heeft, de lucht vol
vredesmuziek. Dat Duitschland niet klaar
zjjn eischen stelde is een goed teeken, dunkt
ons, want de reden waarom dit niet gedaan
werd kan geen andere zijn dan dat de re
ar mandor op aan.
'n VenmeM man. deze eohrijvt
jongelui hier, reizen van uit Oxford de
Wereld om, schieten tijgers, rijden op oli
fanten, kennen op onzen leeftijd, de vier
worekldecden door eigen aanschouwen.
En bij ons in Gottingen of zoo verdoen
zo tijd» en gezondheid met bief drink en,
Houden ze bieravonden, drinken. En na
drie setneetero proppen ze er de gobruD
kelljke juristerij in. In als zij «ten los*
'ten wonden ap Iwt werkelijk leven»
blameeren zij on» oouw wat erg...
Daaraan doe ik liever niet mee!”
Helmut Merker hadi maar half gelui»-
tml. Steeds waren zijn gedachten bij
T^Zeg «w, je hebt
niet vertoond! bij do
wd?” vroeg hij.
„Noen!” :i“i_9
vjroegere Duitschers te leeran kennen, die
**1 ben door en
den 1hiitwhen
in het land ie
Daar verdwijnt
„Zoo krankzinnig als men L
ons voomtrtt. het du* wri niet
hen.” zei Helmut Merker, denkende
het Maine kantoor in de City
na huis in het w enten van
gvnlijk verheugde hem deze
Het wa» toch goed, als de t
seheu hem en Edïth niet te ontzaglijk
wan. Hij dacht anders smijten zij mij
oi.goii.-n h« hul» u»t. rt... En 4» vonï
toj d» «.dndn» reo*. MÜtootloHjfc.
hij nW dongaijko vwwnoWngw. npooldo.
Naart heen antwoordde de neef Ja
over ,1..
mij 4" jongunannen Mer kauw uU nnllc
«■n omgeving kW(„ wwr lenig.
Voor lien ta <1M «oo onwel6mr<*««i u.
tuigwg b.-.-ii <fe lieve Ood h« heeM en
de niNiKhheU niMhKewl voor h« n.
raok ven h« i .«ol«*e volk grofcopeFf
Hot gmt Min t, gordt zy ,|jn m(jn
waarde... lud... lui tot In het buitemmo-
Vokhan!... orervokkan. Zlj^
len neti nfet verroeren dan Mleen bijd*
«porti...
HIJ »ui rijn hoed en vengwekfe ilm
nM <toor do oubrwetoebe «reien en
OW ha auuon. Unnl verhle-
v™ MM»0 omelingerdo <takra
O loHega>ouw«i. waarvnn rik ma nM>
binnaiplMai. p.rk™
«tl kldno «led vormde
ABONNBMBNTSrBUS per keuiMl l 1.25, p« «eek 10 rem. me, Zood.gmUd
kwartaal f 1.75, per week 14 cent, overal waar de beaorging per looper geschiedt. Franco
per post per kwartaal I 1.50. met Zondagsblad f 2.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan on* bureau Mauv 31. Gouda, bij
onze agenten, den boekhandel en de postkantoren.
ADVERTENTIEPRIJS i Uit Gouda en omstreken (beboerende tot den bezorgkring)
regel m*er f 0.10. Bij drie achtereenvolgende plaatsingen worden
Van buiten Gouda ea den bezorgkring: 1—5 regels f 0.80. elke
n Vera»<sU4 ma», deze schrijver. Maar
dom wae hij aiet. Want in hel Ualate
artikel «uhijtrf hij reed» te hebben ge
leerd wat hij veertien dngien vroeger nog
ndet wint, n.l. dat men gewoon te de waar
de vaat een blad te oordeelen naar het
nieuw», en dat een bericht, boe nietig
ook een dag vroeger B*etgede<4d| in wdk
opzicht tikt „vroeger” hedoetói wordt zegt
hij niet, maar waarschijnlijk wil bijzeg
gen vroeger dau een andere courant)
schatten waard fca.
„Wondi-rachoone vertalen van rt'taoch-
ten en ontiiwetingeu, van aanspraken en
eerebogen. van dektest en verblntenlMSen
van vonden en aanzienlijken koddig te
do deftig» toon, waarop deve nietigheden
worden mecgedeeld', men zoude aohler ge
looven. dat de ateliers ernstig geloofden
Ten^ eerste hel) ik geen lu-4
- -o„--«-«mu kvmuvbi, me
net niet meer zijn. Ik Lett door en door
Pruis en Dultajber!”
„Ik ook!”
„Nu. dat te te tapen! Ten tweede: zul- I
Ke menschen ak< de Wildings hier kun
nen in het gehesti niet meer taxeeren wie
Oneer bij hen komt! Ze lieoordeelen nog
altijd met een maatstaf uit den tijd der
postkoetsen. Iedereen hier. Voor ben blij-
Ven wij nog altijd de arme DutaohA ne
ven en God weet, dat wij het in lang
niet meer zijn; Nu... en deee laatthinken-
held verdraag ik jutet van bloedverwan
ten hot minst!”
„Eigcntijk iutb je gelijk!” zei de lui
tenant een beetje gedrukt. Hij herinnerde
zich de ontvangst, <Me tan iu de CRV
wa« te beurt gevallen.
„Urteter een», zijn deze Wil-
(Engs werkelijk zoo rük?”
„Zij hebUm natuurlij geid! Veelgeld!
Volgens onze begrippen! Het komt er
maar op aan of men den Engetecheu of
O. mannen die daar kijft in blinden haat,
om macht, om eer, om voordeel en gewin,
gij dooft de achoonheid onxer waereld uit
in uw vervloekte, dwase misverstanden.
Al» zinneloosen gaat gij nu te keer
en smeekt Gods hulp voor uw gerechte taak—
maar 't ia de duivel van verderf en dood
de duivel van don waan die u besielt
tiet wat ge hebt gedaan I
(Van Eeden, „De Heks van Haarlem").
Is dit niet het heerlijke feest van den
vrede?
Om ons heen zien wü den tooi van de jon
ge lente in volle pracht; de rykbebloemde hoo
rnen wuiven in den wind, en van bloeiende
velden waaien ons zoete geuren tegemoet
Alles brengt bloemen aan voor het groote
feest van den vrede.
Alleen de natuur verandert niet, omdat zy
sterft en weer jong wordt opnieuw buiten
den wil der menschen. Waar oorlog kwam
is zij verminkt, gedood. Over de oorlogsvel
den strijkt alleen de verwarmende gloed
van de zon, die menschen niet bereiken kun
nen. Verder zijn de akkers door granaten
omploegd, zjjn de boomen geveld, is de bo
dem bedekt met lichamen van aan den oor
logsgod geofferde jonge mannen, en in den
wind ruikt ge den adem van den dood.
De góden sloegen de menschen met waan
zin; de roode oorlogsvlam laait overal op
en haar helle gloed brand door de menschen-
oogen in menschenzielen en maakt redeloos.
De mannen trekken op met door haat ver
wrongen trekken, de liefde voor het schoone
is verdwenen, eerbied voor wat anderen
schiepen vergeten, de vriendschap is dood;
steeds grooter wordt het aantal der oorlog
voerende landen, steeds grooter de inspan
ning, steeds grooter de offers aan men-
schenlevens, aan stedenschoon. Duitschland,
Oostenrjjk-Hongarjje, Turkije en Bulgarije
strijden met Engeland, Frankrijk, Rusland,
België, Portugal, Italië, Servië, Roemenië,
Montenegro, Japan en Amerika en nog is de
lijst niet gesloten.
De zonen van deze landen zjjn gesneu
veld en zullen sneuvelen bjj duizenden tege
lijk; voor al deze volken is het feest van
den vrede een bespotting. De mannen in de
Uit de Goudtohe Getohiedeni».
Uit c u d e bladen.
Verleden week hadden we over dó
korte gilorie van het „Nieuw»- en Adver
tentieblad der stad Gouda”; hot Ishensch
vermakelijk de hoofdar tik ids die, naar
Ik voor mij geloof, noodkreten waren
te lezen. Het eerste heet „Do Belofto
on daarin wordt de invloed der dagbla
den in het liohl gosield'. Nixlurland 14
weer achterlijk, zegt de schrijver, en volgt
ook hierin slechte van verre den stroom
Maar zelfs in Nederland treft het dat
men „ongevoelig een en vrijeren toon be
gint to verdragen, dat heftige oppositie
zich zeiftt in zekeren bijval verheugt”
(in het nummer van 23 Juni I-a-
ten wij den schrijver even mogen citee-
ren, want wat ea* nu volgt te kostelijk
„Geen wonder, dat van alle kanten
nieuwe dagbladen ontstaan, diie, min of
meer belangrijk, van dc«e of gene kleur,
lezers vinden en invloed! krijgen; zoo
ook ontstond! het Gouiteotatweekblad dat
wel niet veel beloofde, maar
ook ‘waarlijk niet veel gege
ven heeft.*)
Onbeduidend en onbelangrijk bleof hel
in engen kring beperkt Sommigen be
weerden dat het diood geboren. wa«
en slechts op die begrafenis
wachtte.*) Anderen daarentegen dal
let te vroeg in do wereld gekomen was
en nu oen tijdperk van doffe wezenloos
heid e» votetuwkte slaperigheid moest
doorstaan, oiu dan eerst op te leven, te
groeijen en te bloei jen.
Een naetiw btad te een middel ter weg
neming eener ziekelijke nieuwsgierigheid,
het Goudtata blad wa« tot heden een
tamoiopattech (I) middel en wel om door
het minimum van nieuws de kwaal
te geneaan.
De kuur te niet gelukt, de ruime d o-
4 i s zijn niet verdrongen, niemand
schafte de nieuws11) re nigion de
kranten af om den wil van het
nieuwsdervend Goudsche blad Dit be
wijst wel niet» tegen dë doelmatigheid
der gienoeswtjzo maar voed tegen de doel
treffendheid!."’
Wal een prachtige dosis humor beak
deae schrijver. Hij wtet niet dat nieuws
toen reeds voor een courant een levens-
geering de Jonkerparjj, die nog steeds van
veroveringen droomt, niet wil grieven en de
schjjn op zich laden dat zij de sociaal-demo-
craten steunt. Maar als het Russische leger
weer vooruit gaat dringen en daarmee d«
reeds al verdwijnende hoop dat de Russische
republiek tot een afzonderlijken vrede be
reid is voorgoed verdwijnt, zal ook bjj de
Jonkerpartij de bereidheid tot onderhande
len in Franschen geest grooter worden.
Wjj zeiden, in Franschen geest. Want dit
is wel vry zeker dat Elza» Lotharingen op
de nieuwe kaart weer bjj Frankrijk behoort,
geheel of gedeeltelijk; een andere oplossing
zou zijn dat het zelfbestuur kreeg. Maar dat
Duitschland het behouden zal gelooven we
niet. Waarschijnlijk zal dit,elders gebied in
ruil krijgen, waarmee het tevreden kan zijn.
Ribot, de Fransche minister-president
heeft in dien geest gesproken, d.w.z. wat
den Elzas betreft en het was minister Cecil
die namens de Engelsche regeering juist in
de afgeloopen week voor het eerst
sprak over ruiling van gebied.
Misschien zou Duitschland daarvoor te
vinden zijn. Maar dan is er nog de kwestie
van de schadevergoedingen. Want de geal
lieerden eischen volledig herstel van België
en Servië, de door den oorlog verwoeste
landen, en dat kan, dunkt ons, niet andere
dan ten koste van de ruïneering van de
Duitsche financiën.
Toch werkt de vredesgedachte door, toch
wint zjj overal veld. De socialisten probee-
ren de International» nieuwArnnm in te bla
zen; of het hun gelukken zal is een andere
zaak, want de Fransche en de Engelsche
socialisten zijn niet op het Stockholmer con
gres, en de Amerikanen evenmin. De regee-
ringen staan dat niet toe: de machtige min
derheid, die den vrede vreest als zij niet
door haar is gedecreteerd.
De kerk erkende haar onmacht in dezen
Volkerenkryg; thans lijkt het of ook door
haar pogingen W’orden gedaan om te behou
den wat nog te redden valt. Het heet dat de
nieuwe nuntius te München op reis is met
brieven van den paus aan keizer Wilhelm en
den koning van Beieren. Zoo schijnt het of
de wereldbrand gaat uitdooven, om plaats
te laten voor de rust, den vrede.
Dan is de toekomst aan ons, jongeren, wien
dit wereldgebeuren veel heeft geleerd. De
democratie, in dezen oorlog wonderlijk ge
groeid, zal nieuwe verhoudingen van macht
scheppen, waarbij de overheersching van
het eene volk door het andere zal ophouden
te bstaan. Reeds gaf Rusland Polen vrij
heid, Engeland zal het Ierland doen.
En het volk zal hebben het recht van
meespreken als het geldt de vraag van oor
log of vrede, de groote legers zullen be-
koopvaardij. Dal is alle»...”
„len ding begrijp ik niet goed!” zei
de jeugdige patriciër. „Je moeder heeft
toch indertijd een huwedijkagift gekregen,
in overeenstemming met de verhoudingen,
waarin wij leven. Al bezaten wij des
tijds lang niet zooveel ate nu. het moet
tóch tul heel wat zijn geweest!”
Luitenant Merker haalde de stokouders
op.
„Ik heb toeh immers nog een derden
broer!” zei hij. Dat uitwas heet Hugo.
Waar hij eigenlijk uitliangt weten de gó
den. Het i» te tapen ginxte in Amerika.
Aan dien heeft mama vrijwel alles be
steed. En alles voor niets. Eenvoudig
weggesmeten! Weg met verlies I
„Ach zoo! Nu... zoo ongeveer heeft
mijn vader het zich ook voorgeeteld....
Dus... je komt dus eens naar Frank
fort, neef!”
Helmut Merker antwoordde niet. Op
zijn tong zweefde„Neen. Ate arme
bloedverwant mag ik niet op den Boeken-
hetaer Straatweg komen. Daarvoor moet
men tijk zijn. Rijk word ik nooit in ntijn
leven. Of 't moest zijn door een huwe
lijk!... Al» ik daar dan met mijn vrouw
vertiebijn...”
Fn op diat oogenblik... het wa» bela
chelijk... zijn hart... hij verschrikte over
zijn eigen inval... zag hij in den geest
deze vrouw voor zich. Lang, slank, en
blond, onbezorgd', met bi) de sport be-
taorende beweeglijke schouders, lachend,
zoodat de gezonde witte tanden glinster
den, een paar zomersproeten in het be
koor lijke gelaat... Edit Wildtngt... om
Godswil... Fn plotseling: Ja... Waarom
niet? Fn dan weer: Ach onzin...
Hij wendde opgewonden het hoofd af
i keek het raam uit. Ver strekten zich
oeroude boomen en groene weidevlak-
voorw aarde wa», en dat de courant la
ter de „ztekelijke nieuwsgierigheid" dik
wijls zou to de hand werken. Maar hij
belooft meer nieuwe, au teven» een po
litiek vertoog. Deao man, spaart zijn
landg««M>olen niet. 11*4 gaai al maar door
van dik hout zaagt men planken. Hij
vindt het niet noodig dat zijn blad een
staatkundige kleur zal a&nneiiMti ,,en hot
g4<aJ veigtooien dier bladen welke met
hunne aanmerkingen bedilzucht en onte
vredenheid opwekken en de zoo vreedza
mo mis slaperige Hollanders tot een oon-
sfilutionet'l teven trachten te doen ont
waken."
Do oouranton die toen het meest tel
den, Arnhemmer, llandelablad en Tijdge
noot wontai Qtok over den hekel gritaald.
Het Handetelilad, zegt do Goudtahe «oh rij
ver. te die ware nationale krant, een
beeld van do volksopinie, groot In ro
domontade, in fla&uwhe«d. In vleijpril en
incoitecxjuentio zal bet trote alle beecidm-
plng gelezen worden dioOr eik, die een
vaderlandBch hart in den boeoeu» draagt.
Heden wit, morgen zwart, liberaal of
serviel, voóhouden, of schikken, .alfa» voegt
zioh in zoodanige gepeupel politiek; voor
haar Inwwnek de Avondbotk* met al zijne
hooge ondersteuning. Zij handhaafde zich
in hel tazlt der welverdiende toejui
ching.”
Alzoo elk voik krijgt de krant die
het verdient, volgen» den schrijver, en
hij inapt zijn laaidgenooien op een go-
weldlge manier.
Het te niet te verwonderen dut men
het blaadje niet steunde en zonder gwwe-
tttHwroegtog liet kelderen. Del ral de
redaotaur ntet zoo heel org gevonden heb
ben, want ia een ander artikel, getiteld:
„Het nul der dagbladen” verklaart hij
dat M lezen vaa dagbladen een tel een
behoefte geworden wedde te, dlo welis
waar in ons n»aawctappolijk leven thute
behoort, maar tod» zonder wezenlijk na
deel „dloor eeniigo andere beaigheld zoude
kunnen vervangen worden*.”
Maar nu krijgen de dame» oen voeg.
„De vrouwe», wier ualuurlijke Mohrandw-
hedd zoo dikwerf sdierper ziet dan de
deftige wi|lhei<l der mannen, hebbea. ook
hier luit boete deed gekozen en l«xe» b(j
voorkeur do ad\-ertentiën.” En ot dit niet
vrou-
lezen
Iran*
Hij was een paar jaar jonger dan Hel
mut Merker... goed gebouwd on onberis
pelijk gekleed', met een langwerpig, ver-
standïg gelaat, en dto koele nieuw-Dult-
sche zekerheid van een jongen man
goodton huize. Want hot waö geen
nigheid tot het Frankforter
slacht der Wildings te v
zijn toch voile neven!"
Do andcro sbhraapte zijn keel.
„Nu, juist daarom kunnen wij er zon
der omwegen over spreken! Je weet zoo
goed al» ik, dat wij in andere kringen
vorkeeren en jo familie het huwelijk van
mijn moeder nooit heeft kunnen goedkeu
ren. Mijn vader heelt het eindelijk tot
rector aan een gymna/tium gebracht! Hij
was een gezien man. Maar wat te dat
vergeleken met u!... Gij met uw utillioe-
nen en den nieuwen Prutetechen adel en
je vader Ilandeteraad' en...”
„God, dat is toch allee maar uitertijkl,”
„Wij daarentegen Slaan ons net even
tjes met fatsoen dtoor het leven. Ik ben
wel luitenant, maar met een vervloekt
kleine toelage, die mijn moeder en mijn
broer mij kunnen geven. Die te chemi
cus. Mijn andere broer officier bij de
ten van het Univeredeitspark uit. Taan
grof wild graasde er op. In hot ver
schiet «port- en speelplaatsen van aller-
handen aard, daarachter de waterspegel
van do Theems met de sclnritenhuizen.
Aan den anderen kant zag men, dloor de
studeer- en staaipkamer heen de binnen
plaats van de univerelteit... een droöm
der middeleeuwen... schemerachtige kruis
gangen, hooge spitsbogen, bonte kerkra
men, klimop tegen oeroude muren... oen
plechtig zwijgen van het verleden over
dezo Mtilto en leegte. Want do studenten
waren allo weg met de Paaachvacanlic'.
Alleen do jonge Duitechor, die de reis
naar de geboorteplaat» te ver had ge
vonden, was gebleven*. Buiten zat een
groote Angorakat zich o*p het kietzel in
de zon te koesteren. Ook van dit dier
góng een voorname rust uit. Het wa»
hier alle» half ate ia een klooster, half
als op het slot van een lood... een eer
biedwaardige rooit der eeuwen over
alle».
„En drie zulke kamers als jij hebt heeft
ieder hier aan de undvenriteit f’
„lader.”
„En je zegt, dat er bij de veertig van
zulke oollegegóbouwen in Oxford zijn?"
„Ja. I n in Cambridge ook!”
„En je komt hier natuurlijk in hetge-
lieel niet toe met ie Ceoil-Rhodwibeur»?’'
Wolfgang von Wilding lachte.
„Neen...! Ik heb ruim het dubbel© of
driedubbele nooddg! I n da» doe ik zoo
mln mogelijk aan sport! Want andtors..."
Hij brak af en voegde er ernstiger aan
toe: „Ik heb mij zelf aangegeven! Ik
wilde naar hier! Juif* als jong diplo
maat. Daar ben ik een witte raaf. Want
in Duitschland was ik geen corpslid I
Ik heb nooit gevoeld votor die bierplas-
aerij in onze kldno universiteUen. De
len."
dame» oen voeg.
nu krijgc
wen, wL,
dikwerf scherper ziet den
hier tat boete dtd gekozen en lozt
voorkeur de advertentiën.” En ol c
genoeg te wijd hij even later de
wen aan ate de lozers die alles
wat sensationeel is, of 't waax te
w* aan.