b
ier.
erf
No. moo.
I
r
hinss,
y 0.5
56e Jaargang
Maandag 7 Januari 1918.
ramieer”?
VERSCHIJNT DAGELIJKS
INOSE.
Bureau: MARKT 31, GOUDA.
aiwe? 5
Feuilleton.
schappy.
en
exx u^-dTrextexxtxe’bla-d. voor G-q-clqL©. er_ Oaaft-streZacexa..
BEHALVE ZON- EN FEESTDAGEN.
DE GELE AFGOD
van
MACHINES
JAM.
n
gij de Sanguinoae
AdministratieTelef. Inters. 82.
Redactie t Telef. Interc. 545.
i
hij.
257 86
infterHfa,
(Wordt vervolgd.)
lom.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst
delaren, Advertentiebureau* en onze Agenten.
Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen by contract tot zeer gereduceer-
den prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte.
hartelijke ste
daar zridle.
alles, wanneer
(iOlDSCHE COURANT.
H. RIDER HAGGARD
I dbor
Mevr. Storm van LeeuwenKlerk de Reus.
(Nadruk verboden.)
•enen
win-
nu
■machines zijn
rikaat, dat zich
tahre eenw Tom
en industrieel
andhaafd heeft.
onie winkels
ïWi verkocht in
van ruim 300
par «aeon fl.SO,
ihte krijgt, Wee»
imaekf
Ben ia tweemaal
igram) voldoende,
an ewUg apder
een
ziekt
ig, maar
en
t 'Co.,
Den Haag,
lie Apothekers en
’erft nu teekenen
len springen, wil te
een geweten op na
van soliede Boekhan-
BXa 291 40
tigen lach,
oogen, r
7? gevolg waarschijnlijk van de
riekte. Hij was wel bijna voet
heel miagen en had' breede sehou-
was overigens goed, geproportio-
2
Vanaf den dag dat Vernon je in mijn
bracht, is mijn geluk terugge-
en te oordeelen naar den glimlach
fraai gelaat, geloof ik niet, dat dèt
zijl. Jt ZXXL wel eens
willen weten, wat voor steenen je oogen
_Hn tenminste dlat zou
wijze waarop ze van
irtterkt Uw bloed,
En doordat zij
rijpt zij met vaite
van vele kwalen
ichillend zijn. Voor
i tijd der vorming
s Sangumote een
Mig
leer *0
ibletien
Len. U-
ir zeer
udihig
uien.
n
WijdktroHt 29
v. Zeisen; Bqi
I. F. Verkade, 'A
v. d. Heide; JaF
Gennep
Over de vredesbemoeiingen in het Oosten
kunnen we kort zyn. Zooals gemeld hebben
de Russen de onderhandelingen naar Stock
holm willen verplaatsen en zich verklaard
tegen de Duitsche opvatting inzake Li-
thauen en Koerland. Vermeld wordt dat
Trotsky persoonlyk nog met de Duitsche
gedelegeerden te Brest-Litofsk over een
mogelijke verplaatsing naar Stockholm
zal confereeren. Algemeen koestert men
slechts weinig hoop op een bevredigende
schikking. f
Het schijnt dat de Duitschers retireeren.
De Centrale gedelegeerden hebben althans
een telegram aan den Russischen voorzit-
ter-gedelegeerden Joffe gezonden, waarin
zy er aan herinneren dat zy de door haar
opgestelde principes voor den vrede af
hankelijk hebben gemaakt van de voor
waarde, dat de overige oorlogvoerenden
zich binnen tien dagen met deze principes
zouden vereenigen en aan de onderfiande-
lingen zouden deelnemen. Thans consta-
teeren zy, dat een dergelyke verklaring niet
van de Entente ontvangen ie.
Intusschen worden besprekingen met de
Oekraine klaarblykelyk voortgezet. Zonder
dat deze echter een bindend karakter heb
ben.
Opmerkelijk is nog, dat Kamenef, een lid
kantoor
keerd
op je --
nu^al gedaan zou zijn,
rijn, denkelijk opalen., t
men zeggen naar die r
kleur veranderen. En vandaag schitteren
ze bijzonder ongewoon; ik herinner mij
niet ze ooit zóó gezien te hebben. Ik
Op dit oogenb ik werd er aan de deur
getikt. Sir Robert deed het licht uit en
liep naar het haardvuur terug
„Binnen,” zei hij, en terwijl hij sprak
werd zijn gelaat weer gevoelloos1 en zon
der eenige uitdrukking.
De deur ging open, en een klerk trad
binnen een indrukwekkende verschijning
Srijsi haar, in een gekleede jas die
onberispelijk zat en met keurige laarzen
aan. F en weinig trad! hij naar voren, en
etend daarna eerbiedig te wachten tot zijn
chef hem aansprak Een oogenblik lang
keek Sir Robert over hem heen, alsof hij
niemand zag; dat was zoo een gewoonte
••ti hem. Daarna bleven zijn oogen droo-
merig ruaten op den man, en met zijn hel
dere stem merkte hij op
ed arm is en daar-
traag.
ibl van blaeke kleur,
landvieesch.
■k zijt om te eten,
c zijt omtealapen.
eens recht verkwikt,
wakker wordt.
rig moede zijt en
sbt van pijn in de
len.
elbaar of gedrukt
Ier dat gij weet
ANGUINOSE ge-
265 65
regeld een tijdlang
n eetlepel
ten worden bevredigd en dat rechtvaardig
heid moet worden betracht tegenover allen
van Roenieenschen bloede, die dezelfde taal
spreken en wier aspiraties uitgaan naar
vereenigi/ig.
Wij meenen dat dezelfde beginselen ook
buiten Europa moeten worden toegepast,
ofschoon wij er niets op tegen hebben dat
het Turksche rijk met het Turksche
ras blijft bestaan, met Constantinope’ als
hoofdstad. De verbinding tusschén
de Zwarte- en de Middelland sche
Zee moet worden geneutraliseerd en ge
ïnternationaliseerd en volgens ons oordeel
hebben Arabië, Armenië, Mesopotamië en
Syrië het recht op erkenning van hun af
zonderlijke nationale toestanden.
Wat de Duitsche koloniën betreft,
dienaangaande heb ik herhaaldelijk ver
klaard, dat hierover zal beslist worden op
een conferentie en dat dan in de eerste
plaats rekening zal worden gehouden met
de wenschen en belangen van de inboorlin
gen dezer koloniën.
De hoofdlijn van het nationale zelfbe-
stemmingsrecht voor deze landen is dezelf
de als die van het bezette gebied in
Europa.
Ten slotte moet herstel worden aan
gebracht wegens de schending van het
internationale recht. De vredes
conferentie moet onze zeelieden niet ver
geten en de diensten, die zy hebben be
wezen en de wreedheden, waaraan zy bloot
stonden ter wille van de zaak van de vrij
heid,
De economische verhoudingen
zullen aan het einde van den oorlog uiterst
moeilijk zijn, zeide Lloyd George verder en
het klonk als een bedreiging toen hij er aan
toevoegde, dat eerst de vrienden voor hulp
in aanmerking kwamen.
Dan vervolgde hij: het verpletterend ge
wicht der moderne bewapening, het toene
mend kwaad yan den militairen dienst
plicht, groote oorlogsvoorbereidingen zyn
.slagen voor onze beschaving, waarvoor
ieder denkend individu zich moet schamen.
Alles wel beschouwd is de oorlog een
overblijfsel van we barbaarschheid en juist
zooals de wet er in geslaagd is om het ge
weld als middel ter oplossing van geschil
len tusschén individuen uit den weg te
ruimen, zoo moet de wet ook in staat zyn
den oorlog af te schaffen als middel ter be
slechting van geschillen tusschén de volken.
De heiligheid van verdragen moet ge
waarborgd, de territoriale regeling vastge
steld worden onder goedkeuring van dp be
trokkenen. Wy moeten trachten door de
instelling van een internationaal lichaam
de lasten der bewapening te verminderen
en de kans op oorlog te verkleinen.
Op deze voorwaarden zal de vrede het
Britsche rijk welkom zijn.
Tegenover de door de Centralen geuite
vredesvoorwaarden by monde van Czernin
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 1—4 regels ƒ1.25, elke regel meer ƒ0.30.
Op de voorpagina 50 hooger.
het van plan is onzen prospectus scherp
te critiseereni
„Zool” zeide de chef na een oogenblik
gedacht te hebben. „Dat is een ernstige
zaak, want nnèn vertrouwt op de Judge,
zelfs al heeft deze ’t bij ’t verkeerde eind.
Biedt hén dus de advertentie voor de drie
dubbele som aan.”
„Dat is reeds gedaan, Sir, maar zij
blijven weigeren M
Sir Robert liep
het
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal 1.50, per week 12 cent, met Zondagsblad
par kwartaal 2.15, per week 17 cent, overa waar de bezorging per looper geschiedt.
Franco per post per kwartaal 1.90, met Zondagsblad 2.55.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons bureau: MARKT 31, GOUDA,
by onze agenten, den boekhandel en de postkantoren.
ADVERTENTIEPRIJS JJit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring)
15 regels 0.80, elke regel meer ƒ0.15. /an buiten Gouda en dén bezorgkring: 15
regels ƒ,0.95, elke regel meer ƒ0.18. Advertentiën van publieke vermakelijkheden 10
cent per regel.
te Brest-Litofsk, heeft thans Lloyd George
dus het program der Entente ontvouwd,
'het program van den overwinnaar, die op
nationaliteitsgronden gebiedsaf stand van
den overwonnene eischt. Een program dat
de Centralen evenzoo onaanmelijk zullen
verklaren als de Entente dat der Centralen
terecht deed.
Immers, wat zal Oostenrijk zeggen over
de bemoeiingen te zijnen opzichte?
De bevolkingen in de Duitsche koloniën
wil men het zelfbeschikkingsrecht toeken
nen, maar wil de Entente dat óók, waar
het zijn eigen koloniën geldt? (We denken
slechts aan het Europeesch Ierland, of aan
Zuid-Afrika, enz.)
VerdeF handhaaft dit progarm teruggave
van den Elzas en uitbreiding van Italië.
Waarlijk, dit zijn geen woorden, die ons
dichter tot den vrede door overleg brengen.
Integendeel, het is het parool hooggehou
den: door-vechten tot de overwinning is be
haald!
De Fransche bladen vatten de redevoe
ring van Lloyd George algemeen op als
een belangrijk en te juister tijd onderno
men diplomatieken tegenaanval en zijn van
meening, dat daarin de vredesvoorwaarden
van4 Groot-Britannië volledig en juist zijn
uitgedrukt. De geallieerden zijn nieuwsgie
rig naar het antwoord der centrale keizer
rijken- en apprecieeren in hooge mate het
plechtige woord ten opzichte van Elzas-
Lotharing^n. Ze herhalen, dat de stabiliteit
van den toekomstigen vréde afhangt van
de oplossing der groote moreele problee-
men.
militaire overtheersching werkelijk in dezen
oorlog gestorven was en het ons veel ge
makkelijker zou maken om een volledigen
democratisöhen vrede met het land te slui
ten. Maar daarover heeft ten slotte het
Duitsche volk te beslissen.
Dan herinnert Lloyd George aan de
vraag van president Wilson een jaar gele
den, toen Amerika nog neutraal was,
gericht tot de oorlogvoerenden om hunne
doeleinden aan te geven. Duitschland
antwoordde echter niet en ook over België
heeft het nooit eenige betrouwbare aandui
ding gegeven. De rede van Czernin over de
oorlogsdoeleinden op 25 Dec. 1917 te Brest
Litofsk achtte spr. zeer vaag. Men heeft
gezegd, dat de centrale mogendheden niet
van plan zyn zich met geweld meester te
maken van eenig ddor hen bezet gebied, of
eenige natie te berooven van hare politieke
onafhankelijkheid. Het is duidelijk, dat bij
na elk schema van verovering en annexa
tie kan worden toegepast krachtens een let
terlijke uitlegging van zoo’n belofte. Betee-
kent het, dat België en Servië, Montenegro
en Roemenië even onafhankelijk en vry zul
len zijn in het bepalen van hun eigen lot als
Duitschland of een andere natie?
Wy moeten dat weten, want gelykberech-
thgheid onder de naties, kleine zoowel als
groote, is een der fundamenteele kwesties,
waarvoor Engeland en zijn geallieerden
strijden in dezen oorlog.
Herstel van de schade, welke is toege
bracht aan de Belgische steden en dorpen,
alsmede aan de bewoners, is nadrukkelyk
verworpen. En de rest van het zoogenaam
de aanbod der centrale mogendheden is een
byna volkomen weigering van concessies.
De wensch tot bescherming der minder
heden, voor zoover deze practisch doorvoer-
baar is, is de beste schrede in de richting
van de vryheid, dien de staatslieden der
centralen wagen te uiten. Op één punt zijn
zij geheel duidelijk en afdoende; onder geen
voorwaarde wil Duitschland afstand doen
van zyn eisch tot herstel van al zijn kolo
niën. Alle beginselen omtrent het zelfbe
schikkingsrecht worden in dit opzicht >met
voeten getreden. Het is ónmogelijk aan te
nemen, dat eenig stelsel van blyvenden vre
de op zulk een grondslag zou kunnen berus
ten. Alleen met de lippen de formules „geen
annexaties of schadeloosstelling” of „het
zelfbeschikkingsrecht” te aanvaarden, heeft
geen zin.
Komende tot de vredesvoorwaarden der
Entente, zeide Lloyd George, dat de eerste
eisch is volledig herstel van België
en de schadevergoeding voor zyn
verwoeste steden en provinciën. Dit is
geen eisch tot oorlogsschatting, als Frank
rijk in 1871 door Duitschland weid opge
legd. Het is geen poging, om de kosten der
krij gsoperatien van de eene oorlogvoerende
op de andere af te wentelen. Het is niets
meer en niets minder dan het verlangen,
dat, alvorens er eenige hoop op een blyven
den vrede kan bestaan, de groote schending
van het publieke recht in Europa zooveel
mogelijk moet zjjn te niet gedaan.
Dan komt aan de orde het herstel van
Servië, Montenegro en de be
zette ge.deelten van Frankrijk, Italië
en Roemenië. Volledige terugtrekking van
vreemde legers en vergoeding van on
recht. Met de woorden: Wy zullen de
Fransche democratie tot den dood
steunen in haar eisch om het onrecht van
1871 weder goed te maken, toen twee pro
vincies van Frankrijk werden afgeecheurd”
wordt dan aangeduid, dat de Entente blyft
staan op haar standpunt: teruggave van
Elzas-Lotharingen tegenover het nooit”
van von Kühlmann.
Over het bezette Russisch gebied en den
politieken toestand in dat land wilde spr.
het niet hebben, omdat de toestand nog ver
ward èn ongeregeld is.
Hij betreurde de onderhandelingen door
dit rijk over een afzonderlijken vrede ge
voerd en gaf als meening dat, met welke
phraaen Duitschland Rusland ook moge
misleiden, het niet van zins is een der
thans bezette provincies of steden van
Rusland terug te geven.
Spr. vervolgde echter: Wij zullen er
trotsdh op zijn dezen oorlog uit Mj.,vechten
schouder aan schouder met de nieuwe Rus
sische republiek. Dat is ook het geval met
Frankrijk, Amerika en Italië. Doch indien
de tegenwoordige regeerders van Rusland
onafhankelijk van hare geallieerden willen
optreden, bezitten wij geen middelen om dat
te beletten en de catastrofe te verhinderen,
die ongetwijfeld over dat land zal komen.
Wij gelooven echter, dat een onafhankelijk
Polen, dat alle Poolsche gebieden omvat
die verlangen deel er van uit te maken,
noodzakelyk is voor de stabiliteit van West-
Europa.
Ofschoon wy het met Wilson eens zyn,
dat het uiteenrukken van Oostenrijk, geen
deel uitmaakt van onze oorlogsdoeleinden,
meenen wy toch niettemin, dat de zelf-
regeering op democratischen grondslag
moet worden gewaarborgd aan die Oosten-
rijk-Hongaarsche nationaliteiten, welke
daar reeds lang vurig naar hebben ver
langd. Gebeurt dat niet, dan is het onmo
gelijk uit dat gedeelte van Europa de oor
zaken te verwijderen, die zoo lang reeds de
vrede in Europa bedreigden.
Op denzelfden grond meenen wij, dat de
logische eischen van Italië naar vereeni-
ging van al hun ras- en taalgenooten moe-
„Ik geloof niet, dat ik gebeld heb, Jef
freys'.”
„Neen, Sir Robert,” antwoordde de klerk
buigende, alsof hij tegen een vorstelijk
personage sprak, maar er is iets met
het artikel voor die Cynic.’*’
„Perszaken,” zeidb Sir Robert, zijne
wenkbrauwen fronsend. „Je kon nu toch
wel zoo langzamerhand weten, dat ik me
met dtargelijke kleinigheden niet ophoud
Bepraat dat maar met Mr. Champers-
Haswell of met majoor Vernon.”
„Beiden zijn op dit oogenblik uit, Sir
Robert.”
„Vooruit dan maar Jeffreysi,” antwoord
de het hoofd' van de firma met een onder
drukten zucht, „maar wees kort, ik heb
het druk.”
De klerk boog weer.
„De redactie van de „Oynic” heeft ons
juist opgebeld over dat artikel dat we
gezonden hebben. Ik geloof, dat u het ge
zien hebt, Sir, en misschien herinnert u
zich nog, hoe het begint en hij be
gon te lezen van een getypt vel kopie, dat
hij in zijne hand1 hield, en waarboven
stond „Maatschappij tot exploitatie van de
Saihara”:
„Het is -ons nu veroorloofd mede tedee-
len, dat het grootsche schema^ dat eene
woestijn zal doen veranderen in een gol
vende zeel, die den handel draagt van alle
naties en daardoor onbewoonde gronden
met een talrijke bevolking ®al verrijken'
en tot grooten bloei zal doen geraken,
breedvoerig is uitgewerkt in zijn noodza
kelijke, hoewel saaie financieele ondterdee-
len, en welke, b nnen weinige dagen, voor
de balfuigetellenden, die het reeds in groote
opgewondenheid verwachten, ter inzage ge
legd zal worden Deze details zullen we
volledig mededoelen in onze volgende ar
tikels, en we blijven er nu slechts even
bij 0t Istaan om te zeggen dat de basis de
zer maatschappij ons treft als zijnde bij
zonder soliede en dat wij de uitverkort
gelukiwensehen die in de toekomstige
eten zullen deelnemen. We willen
slechts uitweiden over de nationale en kei
zerlijke belangen...”
Si Robert sloeg de oogen op met wre
velige uitdrukking.
f, Hoelang ben je nog van plan me te
vervelen met die vervelende en ailedteag-
sche reclame, Jeffrey»?” vroeg hij.
„Niet langer, Sir Robert. Wij hebben
voorgesteld dertig guineas tè betalen om
het artikel geplaatst te kr ijgen,) en de
kwestie Is, dat de redactie weigert de „na
tionale en keizerlijke belangen” op te ne
men, wanneer wij er niet twintig guineas
bijvoegen.”
„Werkelijk Jeffreys? Waarom?”
„Omdat, Sir Robert ik zal het u
zeggen, omdat u van waarheid' houdt
de redacteur van meening ié, dat de Maat
schappij tot Exploitatie van de Sahara een
nationale en keizerlijke oplichterij is. Hij
zegt, dat hij de natie en het keizerrijk er
niet dbor zijn hoofdartlkel wil laten inloo-
pen onder de vijftig guineas.”
Een flauw glimlachje verscheen op Sir
Roberts gelaat.
„Werkelijk, wil hij dat niet?1! vroeg
hij. Ik bewonder zijn bescheidenheid. Als
ik in zijn plaats geweest was, had ik
meer gevraagd, want de stijl is werkelijk
wel wat opgeschroefd. Wel, we zullen er
niet meer over praten, geef den kerel wat
hij vraagt. Maar Jeffreys, je kwam mij
toch zeker niet storen alleen, voor deze
nietigheid?”
„Neen zeker niet, Sir Robert. Fr is iete
bolangrijkers. De Daily Judge weigert niet
alleen, wrik artikel ook, te plaatsen, maar
zelfs onze advertentiën, en verklaart, dat
-- _.r naar den hoek van de
kamer, waar het gele voorwerp gehurkt
zat op zijn voetstuk, en beschouwde het
een wijle, zooals men wel eens een ding
bekijkt terwijl men ondertusschen vervuld
is van iets anders. ‘Toch scheen het hem
een denkbeeld te verschaffen, want hij
keek over zijn Schouder en zei
„Dat is het eenige! Jeffreys, als ma
joor Vernon komt, (toe hem dan mijne
groeten, en vraag hem of hij zoo vrién
delijk wil zijn, even bij mij te komen.”
De klerk boog en verdween even ge-%
ruiohloos, als hij was gekomen.
„Laat eene kijken,” sprak Sir Robert
zacht In zichzelf. „Die oude Jackson, de
uitgever van de Judge was een dikke
vriend van Vernons vader, de gestorven
Sir William Vernon. G. 1. B. Ik geloof,
dat hij, jaren geleden, op het punt stond
te huwen met diens Zuster,die [echter
plotseling stierf of iets dergelijks Dus is
de majoor de eenige die misschien ietó van
hem gedaan krijgt- He< ergste L echter,
dat ik dat jonge mensch niet erg ver
trouw. We hebben hem een aandeel in de
zaak gegeven omdat hij een gewezen ge-
nie-officier is en het land kent, en omdat
dat Sahara-échema een idee van hern js
en onï verschillende radenen een heel goed
idee ook. Maar bij gerft nu teekenen van
uit den band te wille
veel weten, gaat er
Moyd Georg0 over de oorlogsdoeleinden der
Entente. - De Duitsch-Russische vredesonder
handelingen verloopen. - Gevechtsvoorbereiding
in het Westen. - Van de fronten geen nieuws.
ONS OVERZICHT.
Lloyd George heeft thans ter vervul
ling der belofte, onlangs door hem afgelegd
om een toespraak te houden over de oor
logsdoeleinden voor de afgevaardigden der
vakvereenigingen, die thans met den Minis
ter van den nationalen hulpdienst de kwes
tie betreffende het werven van manschap
pen bespreken namens de regeering een
verklaring afgelegd, waarin hij begon het
goed recht der burgers te erkennen, die ver
langen te weten, tot welk doel men om
steeds nieuwe offers bij hen aandringt.
Na met leiders van verschillende
partijen en stroomingen te hebben gecon
fereerd, veriieugde het den minister te kun
nen verklaren, dat hetgeen hy tot de wereld
te zeggen had, over oorlogsdoeleinden en
vredesvoorwaarden niet alleen de opinie
der regeering, maar die van heel het ryk
weergaf.
Lloyd George begon dan met er op te wij
zen, dat Engeland geen aanvalsoorlog voert
tegen het Duitsche volk. Wy moesten
zeide hij aan den stryd deelnemen, of
toezien, dat Europa ten onder ging en dat
de brute kradht triumfeerde over het open
bare recht en de internationale gerechtig
heid.
De vernietiging van Duitschland of het
Duitsche volk is nimmer, van den eersten
dag van den oortog af tot op heden, een
onjÊI. geweeet-
Engeland had het nooit gemunt op het
Duitsche volk, het wenschte nooit de ont
binding van zyn staat of land.
Duitschland nam in de wereld een voor
name positie in.
Het is niet onze wensch of bedoeling, al
dus spr., deze positie in de toekomst onze
ker te maken of te bederven, maar ze uit
de sfeer van hoop en plannen van militaire
overtheersching weg te halen en te maken,
dat zy al hare kracht wydt aan den grooten
en nuttigen arbeid in de wereld.
Wy stryden niet om Oostenryk-Hongarye
te vernietigen of Turkije te berooven van
zyn hoofdstad of van de ryke landstreken
in klein-Azië en Thracië, waar hoofdzake
lijk menschen van het Turksche ras wonen.
Evenmin zyn wij alleen ten strijde getogen
om de grondwetatelyke regeering van het
Duitsche rijk te niet te doen, hoezeer wij
ook de meening zyn toegedaan, dat een mi-
litair-autocratische regeering in de 20ste
eeuw een gevaarlijk anarchronisme is. Wy
zijn van meening, dat de aanneming van
een werkelijk democratischen regeerings-.
vorm door Duitschland het meest overtui
gend bewijs zou z(jn, dat de oude geest van
houden, en zoo voorts. Alsof promotors
van speculatieve maatschappijen daar tijd
voor hadden! Ach, daar is hij.”
Sir Robert ging weer aan zijn lessenaar
zitten en verzamelde zijne berekeningen
op een half velletje postpapier. Op dat
oogenblik klonk in de andere kantoren een
heldere, hartriijke stem, die iets tegen de
klerken daar zridle. Daarna hoorde men
een flrnken, stevigen voeitebap, He deur
werd geopend, en majoor Alan Vernon
trad binnen.
Hij was nog een jonge man van twee
of drie en dertig jaar, en hem ontbrak dat
uiterst robuste en roodachtige in zijne ver
schijning, wat zoo dikwijls voorkomt bij
Engelsche jongelui van zijn stand en leef
tijd. 1 en hevige aanval van zwart-water-
koortï, die Hij tijdens zijn diensttijd' in
West-Afrika had opgedaan^ en die menig
een met een zwakkere constitutie dan hij,
het leven gekost zou hebben, had bij heen
slechts dien blos van het gelaat doen ver
dwijnen en het bleek getint gelaat wat
aianter maakte, dan vóór dien tijd.
I r was werkelijk iets in zijn voorko
men, dat aantrok, een zekere charme. Het
was een eerlijk en goed gezicht, roet een
eenigwzana erwonderden blik, als dat van
iemand die illumes maakt en idealen heeft,
die de waarheid zoekt en niet vinden kan’.
Zijn charme lag voornamelijk in zijn pret'-
tigen lach, en in zijne openhartige, ronde,
bruine oogen, die diep in hunne kassen
lagen, --
zware
lang,
ders
neerd.