b ier. erf No. moo. I r hinss, y 0.5 56e Jaargang Maandag 7 Januari 1918. ramieer”? VERSCHIJNT DAGELIJKS INOSE. Bureau: MARKT 31, GOUDA. aiwe? 5 Feuilleton. schappy. en exx u^-dTrextexxtxe’bla-d. voor G-q-clqL©. er_ Oaaft-streZacexa.. BEHALVE ZON- EN FEESTDAGEN. DE GELE AFGOD van MACHINES JAM. n gij de Sanguinoae AdministratieTelef. Inters. 82. Redactie t Telef. Interc. 545. i hij. 257 86 infterHfa, (Wordt vervolgd.) lom. Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst delaren, Advertentiebureau* en onze Agenten. Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen by contract tot zeer gereduceer- den prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte. hartelijke ste daar zridle. alles, wanneer (iOlDSCHE COURANT. H. RIDER HAGGARD I dbor Mevr. Storm van LeeuwenKlerk de Reus. (Nadruk verboden.) •enen win- nu ■machines zijn rikaat, dat zich tahre eenw Tom en industrieel andhaafd heeft. onie winkels ïWi verkocht in van ruim 300 par «aeon fl.SO, ihte krijgt, Wee» imaekf Ben ia tweemaal igram) voldoende, an ewUg apder een ziekt ig, maar en t 'Co., Den Haag, lie Apothekers en ’erft nu teekenen len springen, wil te een geweten op na van soliede Boekhan- BXa 291 40 tigen lach, oogen, r 7? gevolg waarschijnlijk van de riekte. Hij was wel bijna voet heel miagen en had' breede sehou- was overigens goed, geproportio- 2 Vanaf den dag dat Vernon je in mijn bracht, is mijn geluk terugge- en te oordeelen naar den glimlach fraai gelaat, geloof ik niet, dat dèt zijl. Jt ZXXL wel eens willen weten, wat voor steenen je oogen _Hn tenminste dlat zou wijze waarop ze van irtterkt Uw bloed, En doordat zij rijpt zij met vaite van vele kwalen ichillend zijn. Voor i tijd der vorming s Sangumote een Mig leer *0 ibletien Len. U- ir zeer udihig uien. n WijdktroHt 29 v. Zeisen; Bqi I. F. Verkade, 'A v. d. Heide; JaF Gennep Over de vredesbemoeiingen in het Oosten kunnen we kort zyn. Zooals gemeld hebben de Russen de onderhandelingen naar Stock holm willen verplaatsen en zich verklaard tegen de Duitsche opvatting inzake Li- thauen en Koerland. Vermeld wordt dat Trotsky persoonlyk nog met de Duitsche gedelegeerden te Brest-Litofsk over een mogelijke verplaatsing naar Stockholm zal confereeren. Algemeen koestert men slechts weinig hoop op een bevredigende schikking. f Het schijnt dat de Duitschers retireeren. De Centrale gedelegeerden hebben althans een telegram aan den Russischen voorzit- ter-gedelegeerden Joffe gezonden, waarin zy er aan herinneren dat zy de door haar opgestelde principes voor den vrede af hankelijk hebben gemaakt van de voor waarde, dat de overige oorlogvoerenden zich binnen tien dagen met deze principes zouden vereenigen en aan de onderfiande- lingen zouden deelnemen. Thans consta- teeren zy, dat een dergelyke verklaring niet van de Entente ontvangen ie. Intusschen worden besprekingen met de Oekraine klaarblykelyk voortgezet. Zonder dat deze echter een bindend karakter heb ben. Opmerkelijk is nog, dat Kamenef, een lid kantoor keerd op je -- nu^al gedaan zou zijn, rijn, denkelijk opalen., t men zeggen naar die r kleur veranderen. En vandaag schitteren ze bijzonder ongewoon; ik herinner mij niet ze ooit zóó gezien te hebben. Ik Op dit oogenb ik werd er aan de deur getikt. Sir Robert deed het licht uit en liep naar het haardvuur terug „Binnen,” zei hij, en terwijl hij sprak werd zijn gelaat weer gevoelloos1 en zon der eenige uitdrukking. De deur ging open, en een klerk trad binnen een indrukwekkende verschijning Srijsi haar, in een gekleede jas die onberispelijk zat en met keurige laarzen aan. F en weinig trad! hij naar voren, en etend daarna eerbiedig te wachten tot zijn chef hem aansprak Een oogenblik lang keek Sir Robert over hem heen, alsof hij niemand zag; dat was zoo een gewoonte ••ti hem. Daarna bleven zijn oogen droo- merig ruaten op den man, en met zijn hel dere stem merkte hij op ed arm is en daar- traag. ibl van blaeke kleur, landvieesch. ■k zijt om te eten, c zijt omtealapen. eens recht verkwikt, wakker wordt. rig moede zijt en sbt van pijn in de len. elbaar of gedrukt Ier dat gij weet ANGUINOSE ge- 265 65 regeld een tijdlang n eetlepel ten worden bevredigd en dat rechtvaardig heid moet worden betracht tegenover allen van Roenieenschen bloede, die dezelfde taal spreken en wier aspiraties uitgaan naar vereenigi/ig. Wij meenen dat dezelfde beginselen ook buiten Europa moeten worden toegepast, ofschoon wij er niets op tegen hebben dat het Turksche rijk met het Turksche ras blijft bestaan, met Constantinope’ als hoofdstad. De verbinding tusschén de Zwarte- en de Middelland sche Zee moet worden geneutraliseerd en ge ïnternationaliseerd en volgens ons oordeel hebben Arabië, Armenië, Mesopotamië en Syrië het recht op erkenning van hun af zonderlijke nationale toestanden. Wat de Duitsche koloniën betreft, dienaangaande heb ik herhaaldelijk ver klaard, dat hierover zal beslist worden op een conferentie en dat dan in de eerste plaats rekening zal worden gehouden met de wenschen en belangen van de inboorlin gen dezer koloniën. De hoofdlijn van het nationale zelfbe- stemmingsrecht voor deze landen is dezelf de als die van het bezette gebied in Europa. Ten slotte moet herstel worden aan gebracht wegens de schending van het internationale recht. De vredes conferentie moet onze zeelieden niet ver geten en de diensten, die zy hebben be wezen en de wreedheden, waaraan zy bloot stonden ter wille van de zaak van de vrij heid, De economische verhoudingen zullen aan het einde van den oorlog uiterst moeilijk zijn, zeide Lloyd George verder en het klonk als een bedreiging toen hij er aan toevoegde, dat eerst de vrienden voor hulp in aanmerking kwamen. Dan vervolgde hij: het verpletterend ge wicht der moderne bewapening, het toene mend kwaad yan den militairen dienst plicht, groote oorlogsvoorbereidingen zyn .slagen voor onze beschaving, waarvoor ieder denkend individu zich moet schamen. Alles wel beschouwd is de oorlog een overblijfsel van we barbaarschheid en juist zooals de wet er in geslaagd is om het ge weld als middel ter oplossing van geschil len tusschén individuen uit den weg te ruimen, zoo moet de wet ook in staat zyn den oorlog af te schaffen als middel ter be slechting van geschillen tusschén de volken. De heiligheid van verdragen moet ge waarborgd, de territoriale regeling vastge steld worden onder goedkeuring van dp be trokkenen. Wy moeten trachten door de instelling van een internationaal lichaam de lasten der bewapening te verminderen en de kans op oorlog te verkleinen. Op deze voorwaarden zal de vrede het Britsche rijk welkom zijn. Tegenover de door de Centralen geuite vredesvoorwaarden by monde van Czernin INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 1—4 regels ƒ1.25, elke regel meer ƒ0.30. Op de voorpagina 50 hooger. het van plan is onzen prospectus scherp te critiseereni „Zool” zeide de chef na een oogenblik gedacht te hebben. „Dat is een ernstige zaak, want nnèn vertrouwt op de Judge, zelfs al heeft deze ’t bij ’t verkeerde eind. Biedt hén dus de advertentie voor de drie dubbele som aan.” „Dat is reeds gedaan, Sir, maar zij blijven weigeren M Sir Robert liep het ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal 1.50, per week 12 cent, met Zondagsblad par kwartaal 2.15, per week 17 cent, overa waar de bezorging per looper geschiedt. Franco per post per kwartaal 1.90, met Zondagsblad 2.55. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons bureau: MARKT 31, GOUDA, by onze agenten, den boekhandel en de postkantoren. ADVERTENTIEPRIJS JJit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring) 15 regels 0.80, elke regel meer ƒ0.15. /an buiten Gouda en dén bezorgkring: 15 regels ƒ,0.95, elke regel meer ƒ0.18. Advertentiën van publieke vermakelijkheden 10 cent per regel. te Brest-Litofsk, heeft thans Lloyd George dus het program der Entente ontvouwd, 'het program van den overwinnaar, die op nationaliteitsgronden gebiedsaf stand van den overwonnene eischt. Een program dat de Centralen evenzoo onaanmelijk zullen verklaren als de Entente dat der Centralen terecht deed. Immers, wat zal Oostenrijk zeggen over de bemoeiingen te zijnen opzichte? De bevolkingen in de Duitsche koloniën wil men het zelfbeschikkingsrecht toeken nen, maar wil de Entente dat óók, waar het zijn eigen koloniën geldt? (We denken slechts aan het Europeesch Ierland, of aan Zuid-Afrika, enz.) VerdeF handhaaft dit progarm teruggave van den Elzas en uitbreiding van Italië. Waarlijk, dit zijn geen woorden, die ons dichter tot den vrede door overleg brengen. Integendeel, het is het parool hooggehou den: door-vechten tot de overwinning is be haald! De Fransche bladen vatten de redevoe ring van Lloyd George algemeen op als een belangrijk en te juister tijd onderno men diplomatieken tegenaanval en zijn van meening, dat daarin de vredesvoorwaarden van4 Groot-Britannië volledig en juist zijn uitgedrukt. De geallieerden zijn nieuwsgie rig naar het antwoord der centrale keizer rijken- en apprecieeren in hooge mate het plechtige woord ten opzichte van Elzas- Lotharing^n. Ze herhalen, dat de stabiliteit van den toekomstigen vréde afhangt van de oplossing der groote moreele problee- men. militaire overtheersching werkelijk in dezen oorlog gestorven was en het ons veel ge makkelijker zou maken om een volledigen democratisöhen vrede met het land te slui ten. Maar daarover heeft ten slotte het Duitsche volk te beslissen. Dan herinnert Lloyd George aan de vraag van president Wilson een jaar gele den, toen Amerika nog neutraal was, gericht tot de oorlogvoerenden om hunne doeleinden aan te geven. Duitschland antwoordde echter niet en ook over België heeft het nooit eenige betrouwbare aandui ding gegeven. De rede van Czernin over de oorlogsdoeleinden op 25 Dec. 1917 te Brest Litofsk achtte spr. zeer vaag. Men heeft gezegd, dat de centrale mogendheden niet van plan zyn zich met geweld meester te maken van eenig ddor hen bezet gebied, of eenige natie te berooven van hare politieke onafhankelijkheid. Het is duidelijk, dat bij na elk schema van verovering en annexa tie kan worden toegepast krachtens een let terlijke uitlegging van zoo’n belofte. Betee- kent het, dat België en Servië, Montenegro en Roemenië even onafhankelijk en vry zul len zijn in het bepalen van hun eigen lot als Duitschland of een andere natie? Wy moeten dat weten, want gelykberech- thgheid onder de naties, kleine zoowel als groote, is een der fundamenteele kwesties, waarvoor Engeland en zijn geallieerden strijden in dezen oorlog. Herstel van de schade, welke is toege bracht aan de Belgische steden en dorpen, alsmede aan de bewoners, is nadrukkelyk verworpen. En de rest van het zoogenaam de aanbod der centrale mogendheden is een byna volkomen weigering van concessies. De wensch tot bescherming der minder heden, voor zoover deze practisch doorvoer- baar is, is de beste schrede in de richting van de vryheid, dien de staatslieden der centralen wagen te uiten. Op één punt zijn zij geheel duidelijk en afdoende; onder geen voorwaarde wil Duitschland afstand doen van zyn eisch tot herstel van al zijn kolo niën. Alle beginselen omtrent het zelfbe schikkingsrecht worden in dit opzicht >met voeten getreden. Het is ónmogelijk aan te nemen, dat eenig stelsel van blyvenden vre de op zulk een grondslag zou kunnen berus ten. Alleen met de lippen de formules „geen annexaties of schadeloosstelling” of „het zelfbeschikkingsrecht” te aanvaarden, heeft geen zin. Komende tot de vredesvoorwaarden der Entente, zeide Lloyd George, dat de eerste eisch is volledig herstel van België en de schadevergoeding voor zyn verwoeste steden en provinciën. Dit is geen eisch tot oorlogsschatting, als Frank rijk in 1871 door Duitschland weid opge legd. Het is geen poging, om de kosten der krij gsoperatien van de eene oorlogvoerende op de andere af te wentelen. Het is niets meer en niets minder dan het verlangen, dat, alvorens er eenige hoop op een blyven den vrede kan bestaan, de groote schending van het publieke recht in Europa zooveel mogelijk moet zjjn te niet gedaan. Dan komt aan de orde het herstel van Servië, Montenegro en de be zette ge.deelten van Frankrijk, Italië en Roemenië. Volledige terugtrekking van vreemde legers en vergoeding van on recht. Met de woorden: Wy zullen de Fransche democratie tot den dood steunen in haar eisch om het onrecht van 1871 weder goed te maken, toen twee pro vincies van Frankrijk werden afgeecheurd” wordt dan aangeduid, dat de Entente blyft staan op haar standpunt: teruggave van Elzas-Lotharingen tegenover het nooit” van von Kühlmann. Over het bezette Russisch gebied en den politieken toestand in dat land wilde spr. het niet hebben, omdat de toestand nog ver ward èn ongeregeld is. Hij betreurde de onderhandelingen door dit rijk over een afzonderlijken vrede ge voerd en gaf als meening dat, met welke phraaen Duitschland Rusland ook moge misleiden, het niet van zins is een der thans bezette provincies of steden van Rusland terug te geven. Spr. vervolgde echter: Wij zullen er trotsdh op zijn dezen oorlog uit Mj.,vechten schouder aan schouder met de nieuwe Rus sische republiek. Dat is ook het geval met Frankrijk, Amerika en Italië. Doch indien de tegenwoordige regeerders van Rusland onafhankelijk van hare geallieerden willen optreden, bezitten wij geen middelen om dat te beletten en de catastrofe te verhinderen, die ongetwijfeld over dat land zal komen. Wij gelooven echter, dat een onafhankelijk Polen, dat alle Poolsche gebieden omvat die verlangen deel er van uit te maken, noodzakelyk is voor de stabiliteit van West- Europa. Ofschoon wy het met Wilson eens zyn, dat het uiteenrukken van Oostenrijk, geen deel uitmaakt van onze oorlogsdoeleinden, meenen wy toch niettemin, dat de zelf- regeering op democratischen grondslag moet worden gewaarborgd aan die Oosten- rijk-Hongaarsche nationaliteiten, welke daar reeds lang vurig naar hebben ver langd. Gebeurt dat niet, dan is het onmo gelijk uit dat gedeelte van Europa de oor zaken te verwijderen, die zoo lang reeds de vrede in Europa bedreigden. Op denzelfden grond meenen wij, dat de logische eischen van Italië naar vereeni- ging van al hun ras- en taalgenooten moe- „Ik geloof niet, dat ik gebeld heb, Jef freys'.” „Neen, Sir Robert,” antwoordde de klerk buigende, alsof hij tegen een vorstelijk personage sprak, maar er is iets met het artikel voor die Cynic.’*’ „Perszaken,” zeidb Sir Robert, zijne wenkbrauwen fronsend. „Je kon nu toch wel zoo langzamerhand weten, dat ik me met dtargelijke kleinigheden niet ophoud Bepraat dat maar met Mr. Champers- Haswell of met majoor Vernon.” „Beiden zijn op dit oogenblik uit, Sir Robert.” „Vooruit dan maar Jeffreysi,” antwoord de het hoofd' van de firma met een onder drukten zucht, „maar wees kort, ik heb het druk.” De klerk boog weer. „De redactie van de „Oynic” heeft ons juist opgebeld over dat artikel dat we gezonden hebben. Ik geloof, dat u het ge zien hebt, Sir, en misschien herinnert u zich nog, hoe het begint en hij be gon te lezen van een getypt vel kopie, dat hij in zijne hand1 hield, en waarboven stond „Maatschappij tot exploitatie van de Saihara”: „Het is -ons nu veroorloofd mede tedee- len, dat het grootsche schema^ dat eene woestijn zal doen veranderen in een gol vende zeel, die den handel draagt van alle naties en daardoor onbewoonde gronden met een talrijke bevolking ®al verrijken' en tot grooten bloei zal doen geraken, breedvoerig is uitgewerkt in zijn noodza kelijke, hoewel saaie financieele ondterdee- len, en welke, b nnen weinige dagen, voor de balfuigetellenden, die het reeds in groote opgewondenheid verwachten, ter inzage ge legd zal worden Deze details zullen we volledig mededoelen in onze volgende ar tikels, en we blijven er nu slechts even bij 0t Istaan om te zeggen dat de basis de zer maatschappij ons treft als zijnde bij zonder soliede en dat wij de uitverkort gelukiwensehen die in de toekomstige eten zullen deelnemen. We willen slechts uitweiden over de nationale en kei zerlijke belangen...” Si Robert sloeg de oogen op met wre velige uitdrukking. f, Hoelang ben je nog van plan me te vervelen met die vervelende en ailedteag- sche reclame, Jeffrey»?” vroeg hij. „Niet langer, Sir Robert. Wij hebben voorgesteld dertig guineas tè betalen om het artikel geplaatst te kr ijgen,) en de kwestie Is, dat de redactie weigert de „na tionale en keizerlijke belangen” op te ne men, wanneer wij er niet twintig guineas bijvoegen.” „Werkelijk Jeffreys? Waarom?” „Omdat, Sir Robert ik zal het u zeggen, omdat u van waarheid' houdt de redacteur van meening ié, dat de Maat schappij tot Exploitatie van de Sahara een nationale en keizerlijke oplichterij is. Hij zegt, dat hij de natie en het keizerrijk er niet dbor zijn hoofdartlkel wil laten inloo- pen onder de vijftig guineas.” Een flauw glimlachje verscheen op Sir Roberts gelaat. „Werkelijk, wil hij dat niet?1! vroeg hij. Ik bewonder zijn bescheidenheid. Als ik in zijn plaats geweest was, had ik meer gevraagd, want de stijl is werkelijk wel wat opgeschroefd. Wel, we zullen er niet meer over praten, geef den kerel wat hij vraagt. Maar Jeffreys, je kwam mij toch zeker niet storen alleen, voor deze nietigheid?” „Neen zeker niet, Sir Robert. Fr is iete bolangrijkers. De Daily Judge weigert niet alleen, wrik artikel ook, te plaatsen, maar zelfs onze advertentiën, en verklaart, dat -- _.r naar den hoek van de kamer, waar het gele voorwerp gehurkt zat op zijn voetstuk, en beschouwde het een wijle, zooals men wel eens een ding bekijkt terwijl men ondertusschen vervuld is van iets anders. ‘Toch scheen het hem een denkbeeld te verschaffen, want hij keek over zijn Schouder en zei „Dat is het eenige! Jeffreys, als ma joor Vernon komt, (toe hem dan mijne groeten, en vraag hem of hij zoo vrién delijk wil zijn, even bij mij te komen.” De klerk boog en verdween even ge-% ruiohloos, als hij was gekomen. „Laat eene kijken,” sprak Sir Robert zacht In zichzelf. „Die oude Jackson, de uitgever van de Judge was een dikke vriend van Vernons vader, de gestorven Sir William Vernon. G. 1. B. Ik geloof, dat hij, jaren geleden, op het punt stond te huwen met diens Zuster,die [echter plotseling stierf of iets dergelijks Dus is de majoor de eenige die misschien ietó van hem gedaan krijgt- He< ergste L echter, dat ik dat jonge mensch niet erg ver trouw. We hebben hem een aandeel in de zaak gegeven omdat hij een gewezen ge- nie-officier is en het land kent, en omdat dat Sahara-échema een idee van hern js en onï verschillende radenen een heel goed idee ook. Maar bij gerft nu teekenen van uit den band te wille veel weten, gaat er Moyd Georg0 over de oorlogsdoeleinden der Entente. - De Duitsch-Russische vredesonder handelingen verloopen. - Gevechtsvoorbereiding in het Westen. - Van de fronten geen nieuws. ONS OVERZICHT. Lloyd George heeft thans ter vervul ling der belofte, onlangs door hem afgelegd om een toespraak te houden over de oor logsdoeleinden voor de afgevaardigden der vakvereenigingen, die thans met den Minis ter van den nationalen hulpdienst de kwes tie betreffende het werven van manschap pen bespreken namens de regeering een verklaring afgelegd, waarin hij begon het goed recht der burgers te erkennen, die ver langen te weten, tot welk doel men om steeds nieuwe offers bij hen aandringt. Na met leiders van verschillende partijen en stroomingen te hebben gecon fereerd, veriieugde het den minister te kun nen verklaren, dat hetgeen hy tot de wereld te zeggen had, over oorlogsdoeleinden en vredesvoorwaarden niet alleen de opinie der regeering, maar die van heel het ryk weergaf. Lloyd George begon dan met er op te wij zen, dat Engeland geen aanvalsoorlog voert tegen het Duitsche volk. Wy moesten zeide hij aan den stryd deelnemen, of toezien, dat Europa ten onder ging en dat de brute kradht triumfeerde over het open bare recht en de internationale gerechtig heid. De vernietiging van Duitschland of het Duitsche volk is nimmer, van den eersten dag van den oortog af tot op heden, een onjÊI. geweeet- Engeland had het nooit gemunt op het Duitsche volk, het wenschte nooit de ont binding van zyn staat of land. Duitschland nam in de wereld een voor name positie in. Het is niet onze wensch of bedoeling, al dus spr., deze positie in de toekomst onze ker te maken of te bederven, maar ze uit de sfeer van hoop en plannen van militaire overtheersching weg te halen en te maken, dat zy al hare kracht wydt aan den grooten en nuttigen arbeid in de wereld. Wy stryden niet om Oostenryk-Hongarye te vernietigen of Turkije te berooven van zyn hoofdstad of van de ryke landstreken in klein-Azië en Thracië, waar hoofdzake lijk menschen van het Turksche ras wonen. Evenmin zyn wij alleen ten strijde getogen om de grondwetatelyke regeering van het Duitsche rijk te niet te doen, hoezeer wij ook de meening zyn toegedaan, dat een mi- litair-autocratische regeering in de 20ste eeuw een gevaarlijk anarchronisme is. Wy zijn van meening, dat de aanneming van een werkelijk democratischen regeerings-. vorm door Duitschland het meest overtui gend bewijs zou z(jn, dat de oude geest van houden, en zoo voorts. Alsof promotors van speculatieve maatschappijen daar tijd voor hadden! Ach, daar is hij.” Sir Robert ging weer aan zijn lessenaar zitten en verzamelde zijne berekeningen op een half velletje postpapier. Op dat oogenblik klonk in de andere kantoren een heldere, hartriijke stem, die iets tegen de klerken daar zridle. Daarna hoorde men een flrnken, stevigen voeitebap, He deur werd geopend, en majoor Alan Vernon trad binnen. Hij was nog een jonge man van twee of drie en dertig jaar, en hem ontbrak dat uiterst robuste en roodachtige in zijne ver schijning, wat zoo dikwijls voorkomt bij Engelsche jongelui van zijn stand en leef tijd. 1 en hevige aanval van zwart-water- koortï, die Hij tijdens zijn diensttijd' in West-Afrika had opgedaan^ en die menig een met een zwakkere constitutie dan hij, het leven gekost zou hebben, had bij heen slechts dien blos van het gelaat doen ver dwijnen en het bleek getint gelaat wat aianter maakte, dan vóór dien tijd. I r was werkelijk iets in zijn voorko men, dat aantrok, een zekere charme. Het was een eerlijk en goed gezicht, roet een eenigwzana erwonderden blik, als dat van iemand die illumes maakt en idealen heeft, die de waarheid zoekt en niet vinden kan’. Zijn charme lag voornamelijk in zijn pret'- tigen lach, en in zijne openhartige, ronde, bruine oogen, die diep in hunne kassen lagen, -- zware lang, ders neerd.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1918 | | pagina 1