GOUDSCHE COURANT Depde IBIad. Gemeenteraad van Gouda. den met de nieuwe regeling komen. M. d. V. De hoer Jongenburgor ontkent dat. Welnu, sis hu dat dun audera weet, moot hu zijn voorstel bo ter motiveeren. Mgn voorstel gaat uit van de ge duchte, dat B. en W. met gewijzigde voorstellen zullen komen, die meer rekening houden mot de wenschen, die ik hier heb geuit. De heer JONQENUUKGUK: M. d. V. Het is van algemeen© bekendheid, dut de rantsoeneering van steenkolen loopt vun I April tot 1 April van het volgende jaar, dat de R. K. D. met de hruudstoffencommissics bozig is de zaak te regelen en dat, in verband met de brsiidstoffenvoorzicuing, de nieuwe regeling mot 1 April bekend moet zijn. Met het oog daarop heeft de Rnud haast de zekerheid, dut wjj i April die nieuwe regeling hebben. Daarom heb ik mu'n voorstel inge diend. De VOORZITTER: Ik vind het gevaurlijk dien toestand te laten doorgaan. De heer VAN GALEN: Het loopt niet over de hoeveelheden steenkohn, waarover wü de beschikking zullen hebben, maar ovdr de prijzen. Weet de lieer Jongenburger, dat wü na 1 April de steenkolen tegen veel loge ren prijs zullen krijgen! Hu kan dat niet zeggen en ik vermoed, dat wü na dien datum even hooge prüzen voor de steenkolen zullen moeten be talen. Daarover loopt het. De heer JONGENBURGER: M. d. V. Ik meen duidelijk genoeg te zün geweest. B. en W. en de Commissie •van büstand voor de Lichtfabrieken zeggen, dat in April de rantsoenen en daarmede de prüzen bepaald moeten zijn. Ik bob doen uitkomen, dat, als wü thans over de rantsoenen en de prüzen gaan sproken, wü dat in April woder zullen moeten doen. En Waar het dus slecht» over één maand gaat, kunnen wü breedvoerige discussies over deze voorstellen vermijden door de zaak een maand uit te stellen. Ik zie het nut niet in om heden midden in den nacht over deze zaak te gaan redepeeren en diezelfde besprekingen over een maand weer te houden. De VOORZITTER: Met het oog op het toenemende tekort van de gasfa briek zou het aanbeveling verdienen, indien de Raad kon besluiten dit voorstel thans aan te nemen. De lieer JONGENBURGER: M. d. V, Mag ik U er op wijzen, dat die hooge steenkolenprijzen reeds over maanden loopen en, waar wü een brief van de Commissie van bijstand voor de Lichtfabrieken hebben, geda teerd 7 Februari j.l., begrüp ik niet lioe B. en W. dien tot 1 Maart hebben kunnen laten liggen, terwgl zü thans zeggen, dat men met de verhooging der gas- en electriciteitsprüzen geen maaftd meer kan wachten. Ik begrüp niet waarom B. en W. dan niet eerder met dit voorstel zün gekomen, waarde brief van de Commissie van büstand reeds dateert van een maand geleden, had dat wel vroeger kunnen ge- beureu. M. d. V. Gij zegt, dat het tekort van de gasfabriek tengevolge van de tegenwoordige prüzen bedraagt 80.000.per jaar of 6000.per maand. Voor deze ééne maand scheelt het dus J 6000.Ik vind het in het bclaug vaii de zaak niet zoo erg, als wü in April tot een definitieve rege ling kunnen komen, te meer en daarop wil ik den nadruk leggen omdat de Raadsleden dan inzage kunnen nomen van de rekeningen van de gasfabriek, want de tekorten van die rekeningen wil ik onder den neus hebben, lk wil weten welke te korten de electriciteit en welke te korten het gas oplevert, terwül wü thans een besluit zouden moeten ne men zonder daaromtrent te zün inge licht. GÜ zegt, M. d. V., dat de Raad de verantwoordelijkheid overneemt, welke gij noemdet. Welnu, ik durf die verantwoordelijkheid op mij te ne men, indien ik voorstel deze zaak tot April uit te stellen. De VOORZITTER: Naar aanlei ding van het betoog van den heer Jongenburger moet ik nog nïet een enkel woord antwoorden. De rekeningen der Lichtfabrieken zün op dit oogenblik nog niet ingeko men, maar de Commissie heeft kun nen beschikken over de cgfere, welke de gasfabriek en de centrale reeds hadden. I)e rekeningen zullen betrek kelijk spoedig daar zijn; daaruit zal geconstateerd kunnen worden het na deelig saldo over 1917, maar z;j zul len geen licht verspreiden over 1918. Voor 1918 hebben wü als basis te ne men de kolenpnjzen zooals zü op dit oogenblik zün, en dan is het een feit, dat de electrisohe centrale, buiten de kolenelauBule om, moet opbrengen 123.000.—, beneden welk bedrag wü bü het tegenwoordig verbruik en de tegenwoordige prüzen verre blüven, on dat do kostprüs van het gas nu 15 oent per M3. bedraagt, terwül er 10 cents betaald wordt. Dit zün de feiten, welke wü onder de oogcu moeten zien on waarin ver andering gebracht moet wonden, hoe onpleisiorig het ook is. lilt den aard der zaak wonlen do prijzen door iedereen, en ook door het Collego van B. en W., liover laag gehouden dua dat ze opgevoerd wotxlen, uuiav er dreigen tekorten en hoe eerder er mididolcu woren heniuind om daarin te voorzien, om te zorgen dat zü or aan het eind van het jaar niet zullen zün, hoe heter het is. Dut is naar ons oordeel dringend noodig. Het voorstel van den hoer Jongen- burger om dit punt aan te liouden, komt in «temming en wordt met 9 te gen 8 stemmen verworpen. TEGEN: do heereti van der Ree, van Hük, van Galon, Knuttel, JJssel- stgn, van der Torren, Muglwgk, van Veen en Hoffman. VOOR: de heeren de Jong, Vinger ling, Donker, Kolün, van der Want, Broekhuizen en Jongenburger. De heer VAN DER WANT: M. d. V. Ingevolge deze beslissing zullen wg thans verplicht zjjfl de voorstel len van II. en W. heden te behnndc- lon, en ik wil nu nog oven terugko men op hetgeen U hebt geoogd. Ik ineen zoo even duidelijk genoeg te hebben laten uitkomen, dat ik niet onwillig ben om menie te werken ten einde tot een goede oplossing te ko men, doch dut ik in geen geval mün stem kan geven aan een oplossing, die volgens nigne beeüfering en vol gens mün inzicht zoo onpractisch en schots en scheef in elkaar zit als deze voorstellen van B. en W. M. d. V. U zegt, en daarop legt U bijzonder den nadruk, dat U niets hebtvernomen van een betere rege ling; maar liet kan U duidelük zün, dat onder de door ntü bedoelde verbe teringen in de eerste plaats wordt verstaan, afgescheiden van de vraag, of inen de ivoorstellen van B. en W. wil accepteeren, dat de basis, waarop de verordening wordt gebouwd, zui ver is,/dat de prijsberekening aan de hand van de practük kan worden na gegaan en dat het klopt, dat die ook rekening houdt niet de verschillende feiten welke ik heb genoemd wat be treft de verhouding van de prgzen van thans en van vroeger en van de prüzen van het gas tegenover die van de electriciteit. Ook was mijn be zwaar, dat het systeem van bezuini ging in de voorstellen van B. en W. is uitgeschakeld. Dit zün de punten, waarom het bü mg' gaat, en ik heb tevens don weg aangegeven, die bewandeld kan wor den om een betere regeling te ver krijgen. Wanneer B. en W. dat doen en dq prijzen zoo stellen, dat zü niet al te bezwarend worden, vooral wat de electriciteit betreft, geloof ik, dat in den Raad wel een meerderheid zal worden gevonden om tot de aanne ming van deze voorstellen mede te werken, maar, zooals zü hier liggen, is het voor mü onmogelük er mün stem aan te geven. Ik had het toege juicht, indien de behandeling van deze voorstellen was uitgesteld; dan hadden B. en W. gelegenheid de zaak op hun gemak te overwegen. Gij hebt zooeven gezegd, dat B. en W. van do gedachte zün uitgegaan, dat aa/n de verbruikers van gas, voor al aan die met groote gezinnen, dat gas zoo goedkoop mogelgk zal wor den verstrekt. Dat is erg mooi, maar hetzelfde kan niet gezegd worden .van het tarief voor de electriciteit. Al zün er nu slechts heel weinig min- dergegoetlen wat nog een groote vraag is die electriciteit gebrui ken, dan is dat geen reden die beide producten op verschillende grondsla gen te tarifieeren. En bovenden, wan neer wü zien, dat bü klimmend ver- brujjk do prijs van het gas stügt, dan vloeit daaruit voort, dat de groote gezinnen in de hoogere prüzen van het gas zullen bgbetalen. Ik meen thans duidelük genoeg te zün geweest, zoodat, gü begrijpt wat ik wil, en wel zult inzien, dat ik, zooals de voorstellen, thans vóór ons liggen, daar tot mün «PÜt beslist te gen moet stemmen. De VOORZITTER: Uw wensch is blijkbaar, dat, wanneer do prijzen van gas en electriciteit verhoogd worden, dat als het ware een onge veer percentsgewijze verhooging zou zün zoowel voor gas als electriciteit. Dat is uit den aard der zaak onmoge lük. De verhooging voor de electrici teit zou bü toeneming van de prüzen der kolen hooger moeten zün, omdat bü de gasfabriek het verlies nog voor een belangrijk deel wordt goed ge maakt door de bijproducten, wat bü de electriciteit ten eenenauale niet het geval is. Daarbü moet alles worden gevonden uit de opbrengst van de electriciteit zelf. En nu kunnen wü do zaak bezien zooals wü willen, er is eenvoudig geen andere redenee ring voor de Commissie van büstand en voor B. en W. te volgen dan deze: hoe groot tekort krijgen wü en hoe zullen wü dat tekort vindenf GÜ «temt niet in, wat litot gas be treft, met het voorgestelde tarief. Dat tarief lukt ons tooli inderdaad zeer logisch, omdat wü aan hen, die zuinig zün, hot gas beneden den kostprüs geven, torwü'l wü tot hen, die meer dan een bepaalde hoeveel heid willen gebruiken, zeggen: gü kunt het krügen, maar op voorwaar de, dat gü een zeker bedrag boven den kostprüs betaalt, met andere woorden bübetaalt, wat de verdere kleinere verbruiker te wei nig betaalt. In dit opzicht begrijp ik uw bezwaar tegen hot voorstel van B. en W. niet en in ieder geval oiji uit de denkbeelden, door U aangegeven, oen plan voor een ta rief op te bouwen, zou mü ojf dit oogemblik niet wel doenlük zün. De heer DONKER: M. d. V. Nu de motie van don heer Jongenburger verworpen is, ineen ik ook nog een enkel woord 4e mogen zeggen. Ik ineen geolwerveerd te hebben, dat gü U straks bü de besprekingen inet eerr enkel woord hebt laten ontvallen, dat in do Commissie over eenigen büslag aan groote gezinnen is gesproken. In het rapport, dat B. eu W. ons voor loggen, staat daarvan eohter geen woord. Gü moet gevoelen, dat het zeer onbillijk is de zaak zoo toe te passen, dat een gas- of electriciteits- verbruiker precies hetzelfde moet be talen. onverschillig of hü met tien dan wel met twee personen in een huis is. Gü kunt opmerken, dat die laatste minder in het verbruik zün, maar dan treft het weer ongelukkig, dat gezinnen met kinderen, waarvan de een moet studeeren en de ander om een ander reden licht noodig heeft, gelükgesteld worden met ge zinnen zonder kinderen. Waar gü zegt, dat het toekennen van een büslag aan groote gezinnen wel in de Commissie is overwogen, maar daarvan niets in het rapport staat, zal ik met genoegen vóór het voorstel van den heer van der Want kunnen stemmen, op grond hiervan dat B. en W. het nog eens kunnen overwegen en hetgeen ik heb opge merkt in hét eerlang te verwachten nieuwe voorstel belichamen. De VOORfüITTERIk doe opmer ken, dat in de vergadering der Com missie door een van de leden de wen- schelgkheid ie uitgesproken, dat ook rekening zou worden gehouden met de groote gezinnen. Dit werd door alle leden der Commissie een zeer mooi denkbeeld geacht, maar het be zwaar was natuurlük, om het in eens in een voorstel om te zetten, vooral omdat wü daartoe eerst moesten na gaan de gezinnen, de inkomens e. d. en er heel wat becijfering noodig was eer wij zouden kunnen weten op weike wüze wü een tarief konden samenstellen, waardoor het dreigend tekort op de exploitatie der -gasfa briek zou kunnen worden gedekt. In verband daarmede is het toen blijven rusten en heeft de Commissie zich in haar geheel vereenigd met dit voorstel, evenwel met de bedoeling wat ik zonder bezwaar kan mededee- len dat wü zorgen, tegen het tgd- stip dat wü een volgend voorstel in gereedheid moeten'brengen, alle ge gevens bgeen te hebben, die ons in staat kunnen stellen de mogelükheid te overwegen of dat zou kunnen. Iu elk geval, waar zooals gezegd dit voorstel waarschijnlijk slechts voor I maand zal zün, meen ik met het oog op de zeer groote tekorten die dreigen te ontstaan en den steeds moeilüker wordenden toestand uwe medewerking te mogen vragen om althans voor Maart deze regeling te verkrijgen. Iu verband met de nieu we voorschriften der Rijks Kolendis- tributie is het eigenlük met zeker heid te zeggen, dat er dan een nader voorstel zal moeten komen. Dan zul len dus over Maart het gas en de electriciteit geleverd worden tegen den gemiddelden kostprüs, en er be staat in geen enkel opzicht reden, waarom het gas en de electriciteit verstrekt zouden worden beneden de prüzen, die zü werkelük aan de fa brieken kosten. De heer DONKER: M. d. V. U zegt, dat het zeer moeilijk was de zaak te regelen en dat het in de Commissie overwogen is, maar als ik mü niet deerlük vergis, dan staat er zoo iets in de verordening, waaron der wü thans leven. Daarom kan ik mü niet indenken, dat het zoo moei lijk te regelen was. Verder nog een %nkel woord over liet bezwaar, dat misschien door Ge deputeerde Staten zou worden aange voerd. Dat is hier nog niet op het tapüt gekomen. Als Gedeputeerde Staten bczwnnr mochten maken tegen het dekken van hot tekort van de Lichtfabrieken door do centrale, laat men hen er dan op wüzen, dat de géhieente van do Lichtfabrieken geprofiteerd heeft, doordat zij do verlichting cadeau heeft goliad. Ik geloof, dat Gedepu teerde Staten met flezo toelichting acooord zullen gaan en andermaal bereid zullen gevonden word.n om het tekort, dat de gemeente hier zal moeten bgpasse^, alsnog te laten doorgaan. De algemeen© beraadslaging wordt gesloten. Do VOORZITTER: Ik stel nu eerst aan do orde punt A: „De Raad der gemeente Gouda; Gezien de voordracht van Burge meester efl Wethouders d.d. 13 Fe bruari 1918 no. I4l 152 en het daarbü overgelegd schrijven der Commissie van Büstand in het beheer der Ge meente-Lichtfabrieken d.d. 7 Febru ari 1918 no. 8 niet bijlagen; besluit: hot verlies, dat de exploitatie der Geanecnte-Lichtfabrióken over het dienstjaar 1917 heeft opgeleverd in totaal bedragende eene som van J 30.000.af te schrijven van de overwaarde der Gasfabriek en deze mitsdien te brengen op een bedrag van p.l. 208.000.— De VOORZITTER: B. on W. bren gen hierin deze wgziging aan, dat vervallen de woorden „en deze mits dien te brengen op een bedrag van pl.m. 208.000.aangezien er eenigo wisseling kan zün in het be drag der overwaarde en tenslotte die woorden toch eigenlük overbodig zün. Het aldus gewijzigd punt A wordt zonder beraadslaging en zonder hoof delijke stemming aangenomen. De VOORZITTER: Punt B wordt door mij aangehouden totdat de be slissing omtrent punt O en D geval len is. Beraadslaging over punt C, lui dende „met tgdelgke buitenwerkingstel- ling van alle tevoren gegolden heb bende verordeningen en besluiten, voor zooverre daarbü, als gevolg der buitengewone tijdsomstandigheden, het electriciteitsverbruik werd be perkt en de prüzen van electrischen stroom werden verhoogd, met ingang van 1 Maart 1918 vast te stellen de navolgende: VERORDENING tot tgdelgke regeling van de electrici teitsprüzen. Artikel 1. De prgzen der electriciteit zullen bedragen: voor liclit 50 cent per K.W.U.; voor kracht (togen dubbel tarief) iu den bezetten tijd 40 cent per K. W.U.; voor kracht (tegen dubbel tarief) in den vrijen tijd 20 ct. per K.W.U.; voor kracht (tegen enkel tarief) 40 cent per K. W. U. „Het tarief voor koken op electri citeit wordt bepaald naar de soort meter, welke in het perceel van! den verbruiker beschikbaar is." De heer KOLIJN: M. d. V. In dit artikel wordt voorgesteld den prijs der electriciteit voor licht te bepalen op 50 cent per K.W.U. Hier is van avond ingekomen een adres van de Win keiiers vereeni ging. Ik kan mü levendig voorstellen, dat verschillen den winkeliers, die voor een niet ge ring deel ook zgn aangewezen op .electriciteit voor winkelverlichting, de schrik om het hart is geslagen en dezen trachten den Raad onder het oog te brengen het lang niet denk beeldig gevaar, dat zü door dezen maatregel zwaar worden gedrukt. Er is hier herhaaldelgk gesproken over de onmogelijkheid om de prgzen lager te stellen en de beslissing daar over is reeds gevallen, zoodat ikerniet meer op terug zal komen, maar zou het niet mogelijk zgn, dat voor de winkeliers een aparte regeling werd getroffen, waardoor zg althans eenigszjns van dien druk werden ont last! Het is een vraag: zou den winke lier, die electriciteit gebruikt voor zgn winkel, niet kunnen worden toe gestaan een zekere hoveelheid voor huiselijk gebruik tegen den gewonen prijs en voor zgn winkelverliohting een lager tarief in rekening kunnen worden gebracht! Dat is werkelük niet ingewikkeldhet is zoo eenvou dig mogelük. Ik vraag dit met te meer vrghekl, omdat toch de laatste maanden van den winkelstand heel wat is gevergd, juist met betrekking tot de verlichting. Die mensohen zgn er als het ware toe gedrongen om zich van electrischen stroom te voor zien, waardoor en waarvoor zg zich groote opofferingen hebben getroost, en nu zü in deze positie zün gekomen, worden zü opnieuw zwaar belast. Daarom zou ik willen voorstellen oin aan do winkeliers voor huisolÜk ge bruik een rantsoen toe to staan tegen den prijs van 50 cent en voér de win kelverliohting den prijs vandeeleetri- citeit te stellen op 25 cent per K.W.U, Do VOORZITTER: Ik wil U daar op antwoorden, dat het heel bezwaar lik is/uw denkbeeld te aanvaarden, omdat op dit oogenblik tan eenen- male niet te overzien is welke de fi- nnnoieele gevolgen daarvan zullen zijn. Het is er om te doeft, dat gevon den wordt het tekort, dat voor de eloctrisoho centrale dreigt, en wan neer wg dus eenerzgds den winkelier willen tegemoet koinon door hem voor zün winkel licht te geven voor 25 cent per K.W.U., dan moet het geen wg daardoor aan inkomsten der ven van anderen worden teruggevon den door eëta hooger tarief, omdat het tekort anders niet te dekken is. Wilt gij, dat, voor het geval voor de maand April een nadere regeling aan de orde mocht worden gesteld, B. en W. zullen overwegen oi' het mogelgk is daarbü het door U aangegeven denkbeeld rekehing te houden, -dan is het College daartoe gaarne bereid, maar met het oog op de omstandig heid, dat op dit oogenblik de finan- cieele gevolgen niet te overzien zgn, zou ik U willen ontraden daarvan thans een voorstel te maken en niet de toezegging, dat wg liet zullen overwogen, genoegen te nemen 1 De heer KOLIJN: M. d. Dan zal ik dat doen en trek ik mjjn voor stel in. De heer DONKER: M.d.V. Ik kan mij absoluut niet vereenigen met een prgs van 50 cent per K.W.U. vóór electriciteit voor licht. U komt 0r telkens op terug, dat wg de finan- cieele gevolgen niet kunnen overzien, maar lk maak mü er niet zoo be nauwd over en de verantwoording daarvan durf ik wel op mg te péinen. Ik stel voor om „50 centVte ver anderen in „40 celR". Het amendement van den heer Donker wordt voldoende ondersteund en maakt mitsdien een onderwerp van beraadslaging uit. De heer DERCKSENM.d.V. Ik kan mg met het amendement van den lieer Donker vereenigen. In aansluiting aan het lieden inge komen adres van de Goudsche Win* keliersvereeniging wil ik er de na druk op leggen dat, als de prgs op 50 cent gesteld wordt, de winkeliers daardoor zeer getroffen zullen wor den. Door de gasrantsoeneering, zoo als die verleden jaar was ingevoerd, zgn die menschen zoer beperkt ge worden in hun gasverbruik en daar door zgn zg als liet ware gedwongen geworden zich bg de electrische cen trale aan te sluiten. Mg zgn gevallen bekend van winkeliers, die, als zij dit voorzien hadden, er volstrekt niet aan zouden gedacht hebben om zich aan te sluiten bg het electrisch kabel net. Ik kan ing er niet mede vereenigen om dien menschen, nu zij noodge dwongen zgn overgegaan tot het ge bruiken van electrisch licht, te dwin gen daarvoor een prgs van 50 cent Cé betalen en daarom zal ik mgn stem geven aan het amendement van den heer Donker. De heer VAN EIJK: M. d. V. In principe ben ik ook niet voor verhoo ging van gas- en electriciteitsprüzen. Zooals ik de vorige maal ook heb ge zegd, de gasfabriek heeft altgd groote winsten gemaakt en die win sten zgn gekomen van de verbrui kers vart het gas. Maar nu zitten wg voor een ander geval. Ik vind dat de discussie over dit onderwerp heden niet zoo belangrijk is. Door geen1 van de heeren tegen standers is eigenlgft aangegeven, hoe wg moeten komen aan de middelen om het dreigend tekort te dekken. Er wordt gezegd: wij zullen het wel we der kunnen afsehrgven en Gedepu teerde Staten zullen het weder goed keuren, maar van U hebben wg ver nomen, M. d. V., dat het, naar uit Uw onderzoek gebleken ie, niet zal toege staan worden. De lieeren die dat ver dedigen, bepleiten dus een zeer zwak ke zaak. Wat de winkeliers betreft, ik vind wat dienaangaande doof de heeren Kolgn en Dercksen is aangevoerd, een zwak argument. Eerst hebben de heeren medege werkt om de winkelsluiting om 8 uur te krijgen, en nu wil ik vragen, of men zich hier mag beroepen op de winkeliers. Wat zullen die in de eer ste maanden gebruiken aan electrici teit! Dat is geen argument bg een zoo ernstige zaak. (Zie verrolg in het Derde Bied). WOENSDAG 13 MAART 1918 STADSEDITIE. Stenografieoti Verslag. Zitting vin Vrijdag t Maart 1918, n.m. V/4 uur. Vsorzlttsr: Burgemeester ULBO J. MIJS. (Vervolg van het Tweede Blad). De VOORZITTER: Ik geef in overweging het punt van de winkel sluiting te laten rusten; dat staat niet in verband met dit voorstel. Er wordt mg in de discussie her haaldelgk tegemoet gevoerd, dat ik steeds terug kom op het nadeelig sal do. Ja, dat doe ik, ik meen dat ie moeten doen *en meen zelfs mün plicht te verzuimen wanneer ik het niet deed. Een bedrijf berust alleen op gëzon- de basis, wanneer het zün eigen kos ten goedmaakt. Nu moge nten het ta rief op een of andere wgze willen verlagen ten einde aan enkele cate gorieën yan personen tegemoet te komen, het noodzakelijk gevolg daar van is, dat er toch nog een tekort blijft, zü het een kleiner tekort, tenzij men andere klassen van personen hooger wil belasten, wat ook woder niet in de bedoeling ligt. Dus waar het tarief zooals het door B. en W. hier wordt aangeboden als het ware het tarief is dat kan dienen om verder een nadeelig saldo te voor komen, daar meen ik nogmaals met aandrang te moeten verzoeken dit niet uit het oog te willen verliezen. De heer KOLIJN: M. d, V. Ik wensch mü even te verklaren vóór het voorstel van den heer Donker en ik wensch dat om de volgende reden te doen. Ik ben namelgk bang, dat bg een prgs van 50 cent per K.W.U. uw eigen berekening zal fa len, want men moet niet vergeten, dat er bg stroomverbruik tal van hulpmiddelen aanwezig zün om het verbruik zeer tot het minimale te be perken. En wanneer nu die prgs zoo hoog wordt gesteld, vrees ik, dat het verbfuif van de contractanten zoo zal dalen, dat wg er niet door zullen komen, maar wanneer volgens het voorstel van den heer Donker de prgs met 10 cent naar beneden wordt ge bracht, dan zullen de menschen, naar ik vermoed, niet zoo terugschrikken als wanneer de prgs van 30 cent op 50 cent wordt gebracht. Waar ik U voorspel, dat uw berekening U uit de hand zal vallen, wensch ik U succes met het voorste] van den heer Don ker. De VOORZITTER: Mgn bereke ningen zgn wel overwogen, ook in de Commissie, zoodat, wanneer gg stemt vóór liet voorstel van den heer Donker, waarin gg volkomen vrg zgt, ik U in overweging geef dat niet te doen om mg een teleurstelling te besparen. De heer JONGENBURGERM. d. V. Ik wensch oven aan te geven waarom ik het voorstel van den lieer Doniker zal steunen. In principe ben ik vóór elk voorstel tot verlaging in verband met hetgeen ik in October hier in het midden heb gebracht en betgeen ik ook thans wil zeggen in antwoord aan den heer Van Egk, die beweerd heeft, dat niemand heeft aangetoond waaruit het tekort moet worden betaald. Ik heb gezegd vrü- wel het vermoeden te hebben, dat het uit het oude potje ook wel kan be taald worden. Kan het niet gg schudt ontkennend met het hoofd, M. d. V. dan heb ik er geen bezwaar tegen, dat het uit den hoofdelgken omslag komt. Dan wordt het be taald door mensohen die het 't best kunnen betalen en dan worden de mensohen, die het niet kunnen mis sen ontlast. Ik wil gaarne meegaan met het idee van B. en W. om ons in die richting te bewegen, maar om den prgs vast te stellen op den kostprgs om elk verlies te derven, daarmede kan ik mü niet vereenigen. In prin cipe wil ik meegaan met elk wgzi- gings- en matigingsvoorstel, dat daaraan eenigezins tegemoet komt. De heer VAN DER REE: M. d. V. Wanneer ik het woord heb gevraagd is het naar aanleiding van hetgeen enkele sprekers hedenavond over gas en electriciteit in het midden hebben gebracht. Den heer Jongenburger wil ik er op wgzen, dat zgn denkbeeld om het tekorte tenslotte ten laste van den hoofdelgken omslag te brengen moeielgk voor uitvoering vatbaar is. Als leden van do Commissie van bü stand voor de Lichtfabrieken weten wg maar al te good, dat de R. K. D. niet zoo gemakkelgk is. Ik heb plaat sen hooren noemen, waar do gemeen teraad een jirgs benedén den kost prgs had aangenomen, terwül de R. K. I). heeft gezegd: dat lieslnit ac- cepteeron wg niet; gg kunt het hand haven, maar dan krügt gü van ons geen steenkolen. Dat zgn geen praat jes, maar feiten De heer DONKER: Amsterdam bedoelt gg. De heer VAN I)ER REE: Neen, ook andere plaatsen. Ook in verband mot de vraag van den heef Van der Want, hoe het komt, dat B. on W. en do Commissie den prüs voor do electriciteit zoo hoog willen stellen, wil ik er oven op wgzen, dat uit de maand- rapporten, welke vóór mü lig gen, vblgkt, dat de prüzen der steenkolen de laatste jaren sterk zgn gestegen. Ik zal ze noemen over ver schillende jaren en dan zullen de hee ren zien, dat de prüzen zeer verschil len. In Januari werd betaald aan brandstoffen: in 1914 1778.—in 1915 1606.in 1916 2416.in 1917 4809.en pas nu op! -in 1918 10.384.t alleen voor de Cen trale. Nu hebben wü in de Commissie gezegd en dat weet de heer Mugl- wijk ook is die prüs niet te verla gen! en de directie heeft ons verze kerd, dat de prgs dien zg voorgesteld haul, de kostprgs was. Willen de heeren dien prgs nu ver minderen gaan, ik voor mg als litl der Commissie draag daarvoor dan geene verantwoordelgkheid, dan moeten de heeren maar weten, hoe het tekort gedekt moet worden. De beraadslaging wordt gesloten. Het amendement van den heer Donker komt in stemming en wordt met 9 tegen 8 stemmen aangenomen. VOOR: de heeren de Jong, Derck sen, Vingerling, Donker, Kolgn, van der Want, Broekhuizen, Hoffman en Jongenburger. TEGEN: de heeren van der Ree, van Eg'k, van Galen, Knuttel, IJs- selstg'n, van der Torren, Muglwgk en van Veen. Het gewgzigd art. 1 wordt zonder hoofdelgke stemming aangenomen. De artikelen 2 en 3 worden achter eenvolgens zonder beraadslaging en zonder hoofdelüke stemming aange nomen. Punt C, in zgn geheel, wordt zon der hoofdelgke stemming aangeno men. In behandeling komt punt D, lui dende „met tgdelgke buitenwerkstelling van alle tevoren gegolden hebbende verordeningen en besluiten, voor zoo verre daarbg, als gevolg der buiten gewone tgdsomstandigheden, het gasverbruik werd beperkt en de gas- prijzen werden verhoogd, met ingang van 1 Maart 1918 vast te stellen de navolgende VERORDENING tot tgdelgke regeling van de gasprg- zen. Artikel 1. De prgzen van het gas zullen be dragen voor metergas, behalve muntgas, bg een verbruik van: 1 tot en met 20 kub. M. 12 oent per kub. M. 21 tot en met 50 kub. M. 16 cent per kub. M. voor elke kub. M. boven de 20. 51 kub. M. en daarboven 20 cent per kub. M. voor elke kub. M. boven de 50. voor muntgas bg een verbruik van: 1 tot en met 20 kub. M. 11 cent per kub. M. 21 tot en met 50 kub. M. 15 cent per kub. M. voor elke kub. M. boven de 20. 51 kub. M. en daarboven 19 cent per. kub. M. voor elke kub. M. boven de 50. voor industriegas 16 cent per kub. M. bg tgdelgk gebruik in slechts voor korten tgd aan te sluiten perceelen, tenten, kramen enz. 25 cent per kub. M." De heer KOLIJN: Ik kan mü niet vereenigen met de prgzen, welke hier voorgesteld worden en stel daarom voor art. 1 aldus te lezen „De prijzen van het gas zullen be dragen voor metergas, behalve muntgas, bü een verbruik van 1 tot en met 25 kub. M. 12 cent per kub. M. 26 tot en met 50 knb. M. 15 cent per kub. M. 51 tot en met 60 kub. M. 20 cent per kub. M. voor eiken kub. M. daarboven 25 oent. voor muntgaa bü een verbruik van: 1 tot en met 25 kub. M. 11 cent por kub. M. 26 tot en met 50 kub. M. 14 oent per kub. M. 51 tot en met 60 kub. 18 cent per kub. M. voor eiken kub. M. daarboven 20 cent. voor industriegas enz. De VOORZITTER: lk moet dade- lgk zeggen, dat bet ipg niet mogelük is om te zeggen wat de finniicioele gevolgen van dit amendement zullen zü", en ik zou willen vragen, of te dien aanzien wellicht door don heer Kolün eeuige berekening gemaakt is. De heer KOLIJN: M. d. V. Ik heb mü wel afgevraagd, of ik voor de cgfers en verhoudingen, welke ik in het voorstel van B. en W. heb gevon den ©enigszins kon aantreffen een be- rekeiiingscüfer. Nu meen ik, dat hiorbg allereerst in aanmerking meet worden geno men de billgkhoid tegenover de ver bruikers. Het was mg eenigszins van ter züde hakend, dat bg de Commisie en bg B. en W. groot bezwaar bestond om te voldoen aan datgene, waarvan gü hedenavond reeds hebt medege deeld, dut wg het bü een nadere re geling wel zullen krggen, n.l. een toe slag naarmate van do gezinsgrootte. Ik gevoelde daarvoor zeer veel, maar omdat mg was medegedeeld, dat on der de tegenwoordige omstandighe den niet voldoende kon worden bere kend wat de toepassing van dat denk beeld zou kosten, zoodat B. en W. met de Commissie zich daarin niet konden vinden, heb ik mg er voor gewacht om met een toeslagvoorstel voor groote gezinnen te komen. Daarom ben ik gegaan tot 25 in plaats van tot 20 M3. Ik meen wer kelijk, dat, wanneer wg tot 25 M3. gingen, dit niet zulk een groot ver schil zou maken. Bovendien is door mg de prgs niet verlaagd, zoodat, wanneer men wil blijven beneden do 25 M3. en men circuleert om de 20 M3., dit al vast, wat het financieele gedeelte betreft, niets kost, waar door oogenblikkelgk verduidelijkt wordt het verdere gedeelte van mgn voorstel, waarbg ik, wanneer men komt boven een zeker quantum, hoo ger ben gegaan. Wanneer men het eene tegenover het andere stelt, zul len zoowel voor het" meter- als voor het muntgas de financieele gevolgen van dien aard zgn, dat tegen mgn voorstel geen bezwaar behoeft te be staan, omdat het alleen degenen treft, die het beter kunnen betalen. De VOORZITTER: Daartegen be staat in het algemeen niet het minste bezwaar, maar de moeielgldieid om een bevredigende regeling te vinden ligt hierin, dat het aantal personen, dat het beter kan betalen gering is in vergelgking het aantal van heil, die het minder goed kunnen betalen. Het voorstel van 'den heer Kol ij n wordt voldoende ondersteund en maakt derhalve een onderwerp van beraadslaging uit. De heer DERCKSEN: M. d. V. Met bet gesprokene door den heer Kolgn kan ik ing geheel vereenigen; alleen wanneer hg komt op den toeslag aan de groote gezinnen, noemt hg dat een bezwaar, dat door mg niet wordt ge deeld. Ik vind het van veel grooter belang, dat gezinnen, waar veel per sonen inwonend zijn dat zün in den regel de arbeidersgezinnen een zekeren toeslag ontvangen en daarom zou ik gaarne als amende ment op het voorstel van den heer Kolgn willen voorstellen om voor ieder inwonend persoon 2 M3. toeslag te geven voor den prgs van 12 cent per M3. Mooht hierdoor een tekort op de rekening der gasfabriek ont staan, dan zou ik dat gaarne gedekt willen zien in den vorup van belas ting, omdat het dan ook weer komt uit de zakken van de burgerij naar draagkracht. De VOORZITTER: Wilt gg zoo vriendelijk zgn uw voorstel sölirifte- lgk in te dienen! De heer DERCKSEN: Zeker, M. d. V. De beraadslaging wordt gesloten. Het voorstel van den heer Kolgn wordt in stemming gebracht en met 9 tegen 8 stemmen aangenomen. VOOR: de heeren de Jong, Derck sen, Vingerling, Donker, Kolgn, Vaii der Want, Broekhuizen, Hoffman en Jongenburger. TEGEN: de heeren Van der Ree, van Egk, van Galen, Knuttel, IJs- selstgn, Van der Torren, Muglwgk en van Veen. De VOORZITTER: Nu kan het voorstel van den heer Dercksen, in dien het ondersteund wordt, los van deze verordening worden behandeld. De beraadslaging Wordt gesloten en het gewijzigd art. 1 zonder hoof delgke stemming aangenomen. IXt nrtikelon 2 tot en met 4 wor den achtereenvolgens zonder lioraad- slagiug en zonder hotofdeltyke stem ming aangenomen, Punt D in zün geheol, wordt zonder hoofdelgke stemming aangenomen. Beraadslaging over punt K, lui de mie: „Burgemeester en Wethouders te machtigen om, bg gebleken noodza- kelgkheid, zoodanige inuutrogelen ten aanzien der gus- en eloetrieiteits- voorziening te treffen als zg zullen wenschelük oordeelen, met dien ver stande, dat eene nadere wijziging der gas- en electriciteitsprüzen de voor afgaande goedkeuring van den Raad behoeft." De heer JONGENBURGER: M. d. V. Houdt deze bepaling in, (fat do rantsoeneering, welke wg in April of later te wachten zullen hebben, aan B. en W. ter regeling wordt overge laten! Daartegen zou ik bezwaar moeten maken. De VOORZITTER: lk kan den lieer Jongenburger dit antwoorden. Het kan zgn, dat er in den loop van de maand Maart voorschriften ko men van de Rgks Kolendistributie, waaraan wg verplioht zouden zgn te voldoen zonder dat hot ons mogelgk was geweest vooraf een Raadsverga dering bgeen te roepen. Alleen met het oog op een dergelük geval hééft deze bepaling ook in vroegeite veror deningen gestaan. Ik geloof niet, dat er conflicten uit kunnen voortkomen. De heer JONGENBITRGER: M. d. V. Ik ben door uw antwoord bevre digd. De beraadslaging wordt gesloten eu punt E zonder hoofdelgke stem ming aangenomen. Beraadslaging over punt B, lui dende „met ingang vun 1 Maart 1918 in te trekken: lo. de bg Raadsbesluit van 5 Octo ber 1917 vastgestelde „Verordening tot regeling van het electriciteitsver bruik en van de electriciteitsprüzen" (Gemeenteblad 1917 no. 281); 2o. de hü Raadsbesluit van 5 Octo ber 1917 vastgestelde „Verordening tot regeling van het gasverbruik en de gasprgzen" Gemeenteblad 1917 no. 280 De heer VAN DER WANT: M. d. V. Punt B is, zooals ik straks heb aangetoond, voor mü een cardinaal punt, waar ik onmogelgk overheen kan stappen. Ik w.il er in geen geval toe mede werken, hoe die verordening ook wordt vastgesteld, dat hot systeem van rantsoeneering komt te verval len. Ik vind, wat nu voorgesteld wordt, een systeem, hetwelk in goen enkel opzicht eerlgk kan genoemd worden en daarom stel ik voor om in lo te doen vervallen de woorden „het electriciteitsverbruik en"; in 2o de woorden „het gasverbruik en"; zoomede in punt C de woorden: „het electriciteitsverbruik werd beperkt en". Mijn amendement heeft dus uit sluitend de strekking om de rantsoe neering, zooals die op dit oogenblik bestaat, te doen voortduren. De VOORZITTER: Door den lieer Dercksen wordt het volgend voorstel gedaan „Voor elk lid van het gezin wordt 2 kub. M. bg gerekend voor den prgs van 12 cent." Het voorstel van den lieer Derck sen wordt voldoende ondersteund en maakt mitsdien een onderwerp van beraadslaging uit. De VOORZITTER: Mag ik van den heer Deroksen de juiste bedoe ling van zün voorstel vernemen! De heer DERCKSEN: M. d. V. De bedoeling van het voorstel is om aan groote gezinnen, die iu den regel het ineest onder de arbeiders aangetrof fen worden, een bgsiag van 2 M3. te geven, a 12 cent per M3., voor ieder inwonend persoon. De VOORZITTER: Het is mü nog niet geheel duidelgk. Aan welke ge zinnen zal die bgsiag gegeven wor den! De heer DERCKSEN Aan alle ge zinnen. De VOORZITTER: Dus ook aan de gezinnen van de nieergegoeden t De heer DERCKSEN: Ja, M. d. V. De heer VAN GALEN: M. d. V. Dat is dunkt mg toch een voorstel, dat in het gebcel niet de bedoeling van den heer .Dercksen weergeeft. Deze wil elk persoon van een gezin tegen 12 cent per M3. 2 M3. gas toe kennen, inaar wg hebben zooeven een amendement van den lieer Kolgn aangenomen, waarbg de prgs van het muntgas is bepaald op 11 cent, en nu zouden die muntgasverbruikers er in het systeem van den heer Derck sen 2 M3. bü krggen, waarvoor zg 12 cent niposten betalen. Bovendien ïgaakt de heer Dercksen geen onder scheid; hü spreekt alleen van groote gezinnen en denkt, dat alleen groote gezinnen Intstaau uit mensohen, die liet 't meest noodig hebben, maar dat zal wel om het even 2ü»- Er zullen gezinnen, die het dubbel on dwars kunnen betalen, ook vau kunnen pro fit eeron. Ik geloof, dat de heer Dercksen iu verhand met hetgeen hü bereiken wil de plank totaal mis slaat. De heer Van der Want wil het be staande rantsoeneerings-systeom la ten voortduren, maar ik geloof, dat dat systeem bü ons, tooals wü bier zitten, weinig sympahie heeft ont moet en hier alleen is ingevoerd op voorschrift van de R. K. D., die wil de, dat gedurende den winter een ze ker gasrantsoen zou worden toege staan. Omdat het eenmaal moest, hebben wü otis bg' dat systeem neer gelegd, maar het lacht inü in hot ge heel niet toe. Breken wü er mede, dan kan ieder gaan verbruiken naar het geen hg noodig heeft. IX) heer DERCKSENM. d. V. Het is mogelgk, dat de heer Van Galen mgn voorstel niet goed begrgpt, niiinr ik stel er tegenover, dat ik zün rodeneering niet goed kan volgen. Hetgeen ik betoog is glashelder, als de heeren het maar ecnigszins willen begrgpen. Mgn bedoeling is voor ieder persoon van een gezin 2 M3. gas als toeslag toe te kennen voor den prgs van 12 cent en dan zullen onge- twgfeld ook gezinnen onder de meer- gegoedeu zgn, die daarvan profitoe ren, maar ik houd vol, dat de groote gezinnen het meest worden gevonden in die kringen, welke het 't meest noodig hebben. De heer VAN EIJK: M. d. V. Wat de heer Dercksen zegt, dat de groot ste gezinnen onder de arbeiders voor komen, gaat niet op, hetgeen kan blgken, als wü eens hier in den Raad rondkgken en nagaan uit welke groo te gezinnen de heeren Dercksen, Vin gerling cn Muijlwijk en ik zün voort gekomen. Ik hoor daar, dat ook de heer Muglwgk tien kinderen heeft. Ziet eens aan, daaruit blgkt, dat de redeneering van den heer Dercksen niet opgaat. De VOORZITTER: Ik wensch te doen opmerken, dat bü de besprekin gen, welke in de Commissie van bü stand voor de lichtfabrieken zgn ge voerd, duidelgk aan het licht is geko men, dat het buitengewoon moeielgk is een voorziening te treffen ten aan zien van gezinnen met een groot aan tal kinderen. Met het oog daarop hebben wg een nadere hestudoering van het vraagstuk toegezegd, zoodra wg van den directeur der Lichtfa brieken voldoende gegevens zullen hebben ontvangen. Bovendien vind ik het op dit oogenblik eenigermate gevaarlijk dien weg op te gaan zon der te weten waar die ons heen leidt en ik zou daarom wel aan den heer Dercksen willen vragen of lig dit' voorstel niet wil aanhouden totdat een nadere regeling aan de, orde' komt. De lieer DERCKSENM A V. Ge hoord het door U gesprokene, ben ik wel genegen dit voorstel terug te ne men, maar op één voorwaarde, n.l. dat, wanneer er een nieuwe regeling komt, er met den geest, welke uit mgn voorstel spreekt, rekening zal wor den gehouden. De VOORZITTER: Ik wil toezeg gen, dat wg zullen streven dat te doen. De heer VAN DER WANT: M. d. V. Mag ik IJ even een vraag stellen! De heeren lachen, maar al wordt het nu een beetje laat, mgn voorstel intrekken met een grapje doe ik toch niet. Wg zgn nu bezig deze zaak te be handelen en dan gaat het niet aan haar voor enkele minuten in de war te sturen. De heer van Galen heeft de zaak op een zeer aardige wgze voor gesteld. Ik geef toe, dat het stelsel van rantsoeneeren ook mg evenmin sympathiek is, maar hü heeft er aan toegevoegd, dat die rantsoeneering ons is opgedrongen door de Rüks Ko lendistributie. Nu is er nog niets van bekend, dat die er in heeft toege stemd, dat wg het rantsoeneerings- systeem opheffen. Ik zou willen vragen, of van de Ilgks Kolendistributie uit den Haag bericht is gekomen, dat wü een ande ren weg mogen bewandelen. Uit- drukkelgk is hier indertijd gezegd, dat, wanneer wg de rantsoeneering zooals zg door de Rüks Kolendistri butie is opgelegd, niet opvolgden, wg geen kolen meer zoudeu ontvangen. Wanneer dus de Ruad uit eigen hoofde een anderen weg inslaat, dan kan ik mij er niet uiede vereenigen. Het idee van den heer van Galen zou bovendien alleen opgaan, als wg zooveel kolen konden gebruiken als

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1918 | | pagina 5