GOUDSCHE COURANT
Depde IBIad.
Gemeenteraad van Gouda.
den met de nieuwe regeling komen.
M. d. V. De hoer Jongenburgor
ontkent dat. Welnu, sis hu dat dun
audera weet, moot hu zijn voorstel bo
ter motiveeren.
Mgn voorstel gaat uit van de ge
duchte, dat B. en W. met gewijzigde
voorstellen zullen komen, die meer
rekening houden mot de wenschen,
die ik hier heb geuit.
De heer JONQENUUKGUK: M. d.
V. Het is van algemeen© bekendheid,
dut de rantsoeneering van steenkolen
loopt vun I April tot 1 April van het
volgende jaar, dat de R. K. D. met de
hruudstoffencommissics bozig is de
zaak te regelen en dat, in verband
met de brsiidstoffenvoorzicuing, de
nieuwe regeling mot 1 April bekend
moet zijn. Met het oog daarop heeft
de Rnud haast de zekerheid, dut wjj
i April die nieuwe regeling hebben.
Daarom heb ik mu'n voorstel inge
diend.
De VOORZITTER: Ik vind het
gevaurlijk dien toestand te laten
doorgaan.
De heer VAN GALEN: Het loopt
niet over de hoeveelheden steenkohn,
waarover wü de beschikking zullen
hebben, maar ovdr de prijzen. Weet
de lieer Jongenburger, dat wü na 1
April de steenkolen tegen veel loge
ren prijs zullen krijgen! Hu kan dat
niet zeggen en ik vermoed, dat wü
na dien datum even hooge prüzen
voor de steenkolen zullen moeten be
talen. Daarover loopt het.
De heer JONGENBURGER: M. d.
V. Ik meen duidelijk genoeg te zün
geweest. B. en W. en de Commissie
•van büstand voor de Lichtfabrieken
zeggen, dat in April de rantsoenen en
daarmede de prüzen bepaald moeten
zijn. Ik bob doen uitkomen, dat, als
wü thans over de rantsoenen en de
prüzen gaan sproken, wü dat in April
woder zullen moeten doen. En Waar
het dus slecht» over één maand gaat,
kunnen wü breedvoerige discussies
over deze voorstellen vermijden door
de zaak een maand uit te stellen. Ik
zie het nut niet in om heden midden
in den nacht over deze zaak te gaan
redepeeren en diezelfde besprekingen
over een maand weer te houden.
De VOORZITTER: Met het oog op
het toenemende tekort van de gasfa
briek zou het aanbeveling verdienen,
indien de Raad kon besluiten dit
voorstel thans aan te nemen.
De lieer JONGENBURGER: M. d.
V, Mag ik U er op wijzen, dat die
hooge steenkolenprijzen reeds over
maanden loopen en, waar wü een
brief van de Commissie van bijstand
voor de Lichtfabrieken hebben, geda
teerd 7 Februari j.l., begrüp ik niet
lioe B. en W. dien tot 1 Maart hebben
kunnen laten liggen, terwgl zü thans
zeggen, dat men met de verhooging
der gas- en electriciteitsprüzen geen
maaftd meer kan wachten. Ik begrüp
niet waarom B. en W. dan niet eerder
met dit voorstel zün gekomen, waarde
brief van de Commissie van büstand
reeds dateert van een maand geleden,
had dat wel vroeger kunnen ge-
beureu.
M. d. V. Gij zegt, dat het tekort van
de gasfabriek tengevolge van de
tegenwoordige prüzen bedraagt
80.000.per jaar of 6000.per
maand. Voor deze ééne maand scheelt
het dus J 6000.Ik vind het in het
bclaug vaii de zaak niet zoo erg, als
wü in April tot een definitieve rege
ling kunnen komen, te meer en
daarop wil ik den nadruk leggen
omdat de Raadsleden dan inzage
kunnen nomen van de rekeningen
van de gasfabriek, want de tekorten
van die rekeningen wil ik onder den
neus hebben, lk wil weten welke te
korten de electriciteit en welke te
korten het gas oplevert, terwül wü
thans een besluit zouden moeten ne
men zonder daaromtrent te zün inge
licht.
GÜ zegt, M. d. V., dat de Raad de
verantwoordelijkheid overneemt,
welke gij noemdet. Welnu, ik durf
die verantwoordelijkheid op mij te ne
men, indien ik voorstel deze zaak tot
April uit te stellen.
De VOORZITTER: Naar aanlei
ding van het betoog van den heer
Jongenburger moet ik nog nïet een
enkel woord antwoorden.
De rekeningen der Lichtfabrieken
zün op dit oogenblik nog niet ingeko
men, maar de Commissie heeft kun
nen beschikken over de cgfere, welke
de gasfabriek en de centrale reeds
hadden. I)e rekeningen zullen betrek
kelijk spoedig daar zijn; daaruit zal
geconstateerd kunnen worden het na
deelig saldo over 1917, maar z;j zul
len geen licht verspreiden over 1918.
Voor 1918 hebben wü als basis te ne
men de kolenpnjzen zooals zü op dit
oogenblik zün, en dan is het een feit,
dat de electrisohe centrale, buiten de
kolenelauBule om, moet opbrengen
123.000.—, beneden welk bedrag wü
bü het tegenwoordig verbruik en de
tegenwoordige prüzen verre blüven,
on dat do kostprüs van het gas nu 15
oent per M3. bedraagt, terwül er 10
cents betaald wordt.
Dit zün de feiten, welke wü onder
de oogcu moeten zien on waarin ver
andering gebracht moet wonden, hoe
onpleisiorig het ook is. lilt den aard
der zaak wonlen do prijzen door
iedereen, en ook door het Collego van
B. en W., liover laag gehouden dua
dat ze opgevoerd wotxlen, uuiav er
dreigen tekorten en hoe eerder er
mididolcu woren heniuind om daarin
te voorzien, om te zorgen dat zü or
aan het eind van het jaar niet zullen
zün, hoe heter het is. Dut is naar ons
oordeel dringend noodig.
Het voorstel van den hoer Jongen-
burger om dit punt aan te liouden,
komt in «temming en wordt met 9 te
gen 8 stemmen verworpen.
TEGEN: do heereti van der Ree,
van Hük, van Galon, Knuttel, JJssel-
stgn, van der Torren, Muglwgk, van
Veen en Hoffman.
VOOR: de heeren de Jong, Vinger
ling, Donker, Kolün, van der Want,
Broekhuizen en Jongenburger.
De heer VAN DER WANT: M. d.
V. Ingevolge deze beslissing zullen
wg thans verplicht zjjfl de voorstel
len van II. en W. heden te behnndc-
lon, en ik wil nu nog oven terugko
men op hetgeen U hebt geoogd.
Ik ineen zoo even duidelijk genoeg
te hebben laten uitkomen, dat ik niet
onwillig ben om menie te werken ten
einde tot een goede oplossing te ko
men, doch dut ik in geen geval mün
stem kan geven aan een oplossing,
die volgens nigne beeüfering en vol
gens mün inzicht zoo onpractisch en
schots en scheef in elkaar zit als deze
voorstellen van B. en W.
M. d. V. U zegt, en daarop legt U
bijzonder den nadruk, dat U niets
hebtvernomen van een betere rege
ling; maar liet kan U duidelük zün,
dat onder de door ntü bedoelde verbe
teringen in de eerste plaats wordt
verstaan, afgescheiden van de vraag,
of inen de ivoorstellen van B. en W.
wil accepteeren, dat de basis, waarop
de verordening wordt gebouwd, zui
ver is,/dat de prijsberekening aan de
hand van de practük kan worden na
gegaan en dat het klopt, dat die ook
rekening houdt niet de verschillende
feiten welke ik heb genoemd wat be
treft de verhouding van de prgzen
van thans en van vroeger en van de
prüzen van het gas tegenover die van
de electriciteit. Ook was mijn be
zwaar, dat het systeem van bezuini
ging in de voorstellen van B. en W.
is uitgeschakeld.
Dit zün de punten, waarom het bü
mg' gaat, en ik heb tevens don weg
aangegeven, die bewandeld kan wor
den om een betere regeling te ver
krijgen.
Wanneer B. en W. dat doen en dq
prijzen zoo stellen, dat zü niet al te
bezwarend worden, vooral wat de
electriciteit betreft, geloof ik, dat in
den Raad wel een meerderheid zal
worden gevonden om tot de aanne
ming van deze voorstellen mede te
werken, maar, zooals zü hier liggen,
is het voor mü onmogelük er mün
stem aan te geven. Ik had het toege
juicht, indien de behandeling van
deze voorstellen was uitgesteld; dan
hadden B. en W. gelegenheid de zaak
op hun gemak te overwegen.
Gij hebt zooeven gezegd, dat B. en
W. van do gedachte zün uitgegaan,
dat aa/n de verbruikers van gas, voor
al aan die met groote gezinnen, dat
gas zoo goedkoop mogelgk zal wor
den verstrekt. Dat is erg mooi, maar
hetzelfde kan niet gezegd worden
.van het tarief voor de electriciteit.
Al zün er nu slechts heel weinig min-
dergegoetlen wat nog een groote
vraag is die electriciteit gebrui
ken, dan is dat geen reden die beide
producten op verschillende grondsla
gen te tarifieeren. En bovenden, wan
neer wü zien, dat bü klimmend ver-
brujjk do prijs van het gas stügt, dan
vloeit daaruit voort, dat de groote
gezinnen in de hoogere prüzen van
het gas zullen bgbetalen.
Ik meen thans duidelük genoeg te
zün geweest, zoodat, gü begrijpt wat
ik wil, en wel zult inzien, dat ik,
zooals de voorstellen, thans vóór ons
liggen, daar tot mün «PÜt beslist te
gen moet stemmen.
De VOORZITTER: Uw wensch is
blijkbaar, dat, wanneer do prijzen
van gas en electriciteit verhoogd
worden, dat als het ware een onge
veer percentsgewijze verhooging zou
zün zoowel voor gas als electriciteit.
Dat is uit den aard der zaak onmoge
lük. De verhooging voor de electrici
teit zou bü toeneming van de prüzen
der kolen hooger moeten zün, omdat
bü de gasfabriek het verlies nog voor
een belangrijk deel wordt goed ge
maakt door de bijproducten, wat bü
de electriciteit ten eenenauale niet het
geval is. Daarbü moet alles worden
gevonden uit de opbrengst van de
electriciteit zelf. En nu kunnen wü
do zaak bezien zooals wü willen, er
is eenvoudig geen andere redenee
ring voor de Commissie van büstand
en voor B. en W. te volgen dan deze:
hoe groot tekort krijgen wü en hoe
zullen wü dat tekort vindenf
GÜ «temt niet in, wat litot gas be
treft, met het voorgestelde tarief.
Dat tarief lukt ons tooli inderdaad
zeer logisch, omdat wü aan hen, die
zuinig zün, hot gas beneden den
kostprüs geven, torwü'l wü tot hen,
die meer dan een bepaalde hoeveel
heid willen gebruiken, zeggen: gü
kunt het krügen, maar op voorwaar
de, dat gü een zeker bedrag boven
den kostprüs betaalt, met andere
woorden bübetaalt, wat de verdere
kleinere verbruiker te wei
nig betaalt. In dit opzicht
begrijp ik uw bezwaar tegen hot
voorstel van B. en W. niet en in ieder
geval oiji uit de denkbeelden, door
U aangegeven, oen plan voor een ta
rief op te bouwen, zou mü ojf dit
oogemblik niet wel doenlük zün.
De heer DONKER: M. d. V. Nu de
motie van don heer Jongenburger
verworpen is, ineen ik ook nog een
enkel woord 4e mogen zeggen. Ik
ineen geolwerveerd te hebben, dat gü
U straks bü de besprekingen inet eerr
enkel woord hebt laten ontvallen, dat
in do Commissie over eenigen büslag
aan groote gezinnen is gesproken. In
het rapport, dat B. eu W. ons voor
loggen, staat daarvan eohter geen
woord. Gü moet gevoelen, dat het
zeer onbillijk is de zaak zoo toe te
passen, dat een gas- of electriciteits-
verbruiker precies hetzelfde moet be
talen. onverschillig of hü met tien
dan wel met twee personen in een
huis is. Gü kunt opmerken, dat die
laatste minder in het verbruik zün,
maar dan treft het weer ongelukkig,
dat gezinnen met kinderen, waarvan
de een moet studeeren en de ander
om een ander reden licht noodig
heeft, gelükgesteld worden met ge
zinnen zonder kinderen.
Waar gü zegt, dat het toekennen
van een büslag aan groote gezinnen
wel in de Commissie is overwogen,
maar daarvan niets in het rapport
staat, zal ik met genoegen vóór het
voorstel van den heer van der Want
kunnen stemmen, op grond hiervan
dat B. en W. het nog eens kunnen
overwegen en hetgeen ik heb opge
merkt in hét eerlang te verwachten
nieuwe voorstel belichamen.
De VOORfüITTERIk doe opmer
ken, dat in de vergadering der Com
missie door een van de leden de wen-
schelgkheid ie uitgesproken, dat ook
rekening zou worden gehouden met
de groote gezinnen. Dit werd door
alle leden der Commissie een zeer
mooi denkbeeld geacht, maar het be
zwaar was natuurlük, om het in eens
in een voorstel om te zetten, vooral
omdat wü daartoe eerst moesten na
gaan de gezinnen, de inkomens e. d.
en er heel wat becijfering noodig
was eer wij zouden kunnen weten op
weike wüze wü een tarief konden
samenstellen, waardoor het dreigend
tekort op de exploitatie der -gasfa
briek zou kunnen worden gedekt.
In verband daarmede is het toen
blijven rusten en heeft de Commissie
zich in haar geheel vereenigd met dit
voorstel, evenwel met de bedoeling
wat ik zonder bezwaar kan mededee-
len dat wü zorgen, tegen het tgd-
stip dat wü een volgend voorstel in
gereedheid moeten'brengen, alle ge
gevens bgeen te hebben, die ons in
staat kunnen stellen de mogelükheid
te overwegen of dat zou kunnen.
Iu elk geval, waar zooals gezegd
dit voorstel waarschijnlijk slechts
voor I maand zal zün, meen ik met
het oog op de zeer groote tekorten
die dreigen te ontstaan en den steeds
moeilüker wordenden toestand uwe
medewerking te mogen vragen om
althans voor Maart deze regeling te
verkrijgen. Iu verband met de nieu
we voorschriften der Rijks Kolendis-
tributie is het eigenlük met zeker
heid te zeggen, dat er dan een nader
voorstel zal moeten komen. Dan zul
len dus over Maart het gas en de
electriciteit geleverd worden tegen
den gemiddelden kostprüs, en er be
staat in geen enkel opzicht reden,
waarom het gas en de electriciteit
verstrekt zouden worden beneden de
prüzen, die zü werkelük aan de fa
brieken kosten.
De heer DONKER: M. d. V. U
zegt, dat het zeer moeilijk was de
zaak te regelen en dat het in de
Commissie overwogen is, maar als ik
mü niet deerlük vergis, dan staat er
zoo iets in de verordening, waaron
der wü thans leven. Daarom kan ik
mü niet indenken, dat het zoo moei
lijk te regelen was.
Verder nog een %nkel woord over
liet bezwaar, dat misschien door Ge
deputeerde Staten zou worden aange
voerd. Dat is hier nog niet op het
tapüt gekomen.
Als Gedeputeerde Staten bczwnnr
mochten maken tegen het dekken
van hot tekort van de Lichtfabrieken
door do centrale, laat men hen er dan
op wüzen, dat de géhieente van do
Lichtfabrieken geprofiteerd heeft,
doordat zij do verlichting cadeau
heeft goliad. Ik geloof, dat Gedepu
teerde Staten met flezo toelichting
acooord zullen gaan en andermaal
bereid zullen gevonden word.n om
het tekort, dat de gemeente hier zal
moeten bgpasse^, alsnog te laten
doorgaan.
De algemeen© beraadslaging wordt
gesloten.
Do VOORZITTER: Ik stel nu eerst
aan do orde punt A:
„De Raad der gemeente Gouda;
Gezien de voordracht van Burge
meester efl Wethouders d.d. 13 Fe
bruari 1918 no. I4l 152 en het daarbü
overgelegd schrijven der Commissie
van Büstand in het beheer der Ge
meente-Lichtfabrieken d.d. 7 Febru
ari 1918 no. 8 niet bijlagen;
besluit:
hot verlies, dat de exploitatie
der Geanecnte-Lichtfabrióken over
het dienstjaar 1917 heeft opgeleverd
in totaal bedragende eene som van
J 30.000.af te schrijven van de
overwaarde der Gasfabriek en deze
mitsdien te brengen op een bedrag
van p.l. 208.000.—
De VOORZITTER: B. on W. bren
gen hierin deze wgziging aan, dat
vervallen de woorden „en deze mits
dien te brengen op een bedrag van
pl.m. 208.000.aangezien er
eenigo wisseling kan zün in het be
drag der overwaarde en tenslotte
die woorden toch eigenlük overbodig
zün.
Het aldus gewijzigd punt A wordt
zonder beraadslaging en zonder hoof
delijke stemming aangenomen.
De VOORZITTER: Punt B wordt
door mij aangehouden totdat de be
slissing omtrent punt O en D geval
len is.
Beraadslaging over punt C, lui
dende
„met tgdelgke buitenwerkingstel-
ling van alle tevoren gegolden heb
bende verordeningen en besluiten,
voor zooverre daarbü, als gevolg der
buitengewone tijdsomstandigheden,
het electriciteitsverbruik werd be
perkt en de prüzen van electrischen
stroom werden verhoogd, met ingang
van 1 Maart 1918 vast te stellen de
navolgende:
VERORDENING tot tgdelgke
regeling van de electrici
teitsprüzen.
Artikel 1.
De prgzen der electriciteit zullen
bedragen:
voor liclit 50 cent per K.W.U.;
voor kracht (togen dubbel tarief)
iu den bezetten tijd 40 cent per K.
W.U.;
voor kracht (tegen dubbel tarief)
in den vrijen tijd 20 ct. per K.W.U.;
voor kracht (tegen enkel tarief) 40
cent per K. W. U.
„Het tarief voor koken op electri
citeit wordt bepaald naar de soort
meter, welke in het perceel van! den
verbruiker beschikbaar is."
De heer KOLIJN: M. d. V. In dit
artikel wordt voorgesteld den prijs
der electriciteit voor licht te bepalen
op 50 cent per K.W.U. Hier is van
avond ingekomen een adres van de
Win keiiers vereeni ging. Ik kan mü
levendig voorstellen, dat verschillen
den winkeliers, die voor een niet ge
ring deel ook zgn aangewezen op
.electriciteit voor winkelverlichting,
de schrik om het hart is geslagen en
dezen trachten den Raad onder het
oog te brengen het lang niet denk
beeldig gevaar, dat zü door dezen
maatregel zwaar worden gedrukt.
Er is hier herhaaldelgk gesproken
over de onmogelijkheid om de prgzen
lager te stellen en de beslissing daar
over is reeds gevallen, zoodat ikerniet
meer op terug zal komen, maar zou
het niet mogelijk zgn, dat voor de
winkeliers een aparte regeling werd
getroffen, waardoor zg althans
eenigszjns van dien druk werden ont
last!
Het is een vraag: zou den winke
lier, die electriciteit gebruikt voor
zgn winkel, niet kunnen worden toe
gestaan een zekere hoveelheid voor
huiselijk gebruik tegen den gewonen
prijs en voor zgn winkelverliohting
een lager tarief in rekening kunnen
worden gebracht! Dat is werkelük
niet ingewikkeldhet is zoo eenvou
dig mogelük. Ik vraag dit met te
meer vrghekl, omdat toch de laatste
maanden van den winkelstand heel
wat is gevergd, juist met betrekking
tot de verlichting. Die mensohen zgn
er als het ware toe gedrongen om
zich van electrischen stroom te voor
zien, waardoor en waarvoor zg zich
groote opofferingen hebben getroost,
en nu zü in deze positie zün gekomen,
worden zü opnieuw zwaar belast.
Daarom zou ik willen voorstellen oin
aan do winkeliers voor huisolÜk ge
bruik een rantsoen toe to staan tegen
den prijs van 50 cent en voér de win
kelverliohting den prijs vandeeleetri-
citeit te stellen op 25 cent per K.W.U,
Do VOORZITTER: Ik wil U daar
op antwoorden, dat het heel bezwaar
lik is/uw denkbeeld te aanvaarden,
omdat op dit oogenblik tan eenen-
male niet te overzien is welke de fi-
nnnoieele gevolgen daarvan zullen
zijn. Het is er om te doeft, dat gevon
den wordt het tekort, dat voor de
eloctrisoho centrale dreigt, en wan
neer wg dus eenerzgds den winkelier
willen tegemoet koinon door hem
voor zün winkel licht te geven voor
25 cent per K.W.U., dan moet het
geen wg daardoor aan inkomsten der
ven van anderen worden teruggevon
den door eëta hooger tarief, omdat het
tekort anders niet te dekken is. Wilt
gij, dat, voor het geval voor de
maand April een nadere regeling aan
de orde mocht worden gesteld, B. en
W. zullen overwegen oi' het mogelgk
is daarbü het door U aangegeven
denkbeeld rekehing te houden, -dan
is het College daartoe gaarne bereid,
maar met het oog op de omstandig
heid, dat op dit oogenblik de finan-
cieele gevolgen niet te overzien zgn,
zou ik U willen ontraden daarvan
thans een voorstel te maken en niet
de toezegging, dat wg liet zullen
overwogen, genoegen te nemen 1
De heer KOLIJN: M. d. Dan
zal ik dat doen en trek ik mjjn voor
stel in.
De heer DONKER: M.d.V. Ik kan
mij absoluut niet vereenigen met een
prgs van 50 cent per K.W.U. vóór
electriciteit voor licht. U komt 0r
telkens op terug, dat wg de finan-
cieele gevolgen niet kunnen overzien,
maar lk maak mü er niet zoo be
nauwd over en de verantwoording
daarvan durf ik wel op mg te péinen.
Ik stel voor om „50 centVte ver
anderen in „40 celR".
Het amendement van den heer
Donker wordt voldoende ondersteund
en maakt mitsdien een onderwerp
van beraadslaging uit.
De heer DERCKSENM.d.V. Ik
kan mg met het amendement van den
lieer Donker vereenigen.
In aansluiting aan het lieden inge
komen adres van de Goudsche Win*
keliersvereeniging wil ik er de na
druk op leggen dat, als de prgs op
50 cent gesteld wordt, de winkeliers
daardoor zeer getroffen zullen wor
den. Door de gasrantsoeneering, zoo
als die verleden jaar was ingevoerd,
zgn die menschen zoer beperkt ge
worden in hun gasverbruik en daar
door zgn zg als liet ware gedwongen
geworden zich bg de electrische cen
trale aan te sluiten. Mg zgn gevallen
bekend van winkeliers, die, als zij dit
voorzien hadden, er volstrekt niet
aan zouden gedacht hebben om zich
aan te sluiten bg het electrisch kabel
net.
Ik kan ing er niet mede vereenigen
om dien menschen, nu zij noodge
dwongen zgn overgegaan tot het ge
bruiken van electrisch licht, te dwin
gen daarvoor een prgs van 50 cent
Cé betalen en daarom zal ik mgn stem
geven aan het amendement van den
heer Donker.
De heer VAN EIJK: M. d. V. In
principe ben ik ook niet voor verhoo
ging van gas- en electriciteitsprüzen.
Zooals ik de vorige maal ook heb ge
zegd, de gasfabriek heeft altgd
groote winsten gemaakt en die win
sten zgn gekomen van de verbrui
kers vart het gas. Maar nu zitten wg
voor een ander geval.
Ik vind dat de discussie over dit
onderwerp heden niet zoo belangrijk
is. Door geen1 van de heeren tegen
standers is eigenlgft aangegeven, hoe
wg moeten komen aan de middelen
om het dreigend tekort te dekken. Er
wordt gezegd: wij zullen het wel we
der kunnen afsehrgven en Gedepu
teerde Staten zullen het weder goed
keuren, maar van U hebben wg ver
nomen, M. d. V., dat het, naar uit Uw
onderzoek gebleken ie, niet zal toege
staan worden. De lieeren die dat ver
dedigen, bepleiten dus een zeer zwak
ke zaak.
Wat de winkeliers betreft, ik vind
wat dienaangaande doof de heeren
Kolgn en Dercksen is aangevoerd,
een zwak argument.
Eerst hebben de heeren medege
werkt om de winkelsluiting om 8 uur
te krijgen, en nu wil ik vragen, of
men zich hier mag beroepen op de
winkeliers. Wat zullen die in de eer
ste maanden gebruiken aan electrici
teit! Dat is geen argument bg een
zoo ernstige zaak.
(Zie verrolg in het Derde Bied).
WOENSDAG 13 MAART 1918
STADSEDITIE.
Stenografieoti Verslag.
Zitting vin Vrijdag t Maart 1918,
n.m. V/4 uur.
Vsorzlttsr: Burgemeester ULBO J. MIJS.
(Vervolg van het Tweede Blad).
De VOORZITTER: Ik geef in
overweging het punt van de winkel
sluiting te laten rusten; dat staat
niet in verband met dit voorstel.
Er wordt mg in de discussie her
haaldelgk tegemoet gevoerd, dat ik
steeds terug kom op het nadeelig sal
do. Ja, dat doe ik, ik meen dat ie
moeten doen *en meen zelfs mün
plicht te verzuimen wanneer ik het
niet deed.
Een bedrijf berust alleen op gëzon-
de basis, wanneer het zün eigen kos
ten goedmaakt. Nu moge nten het ta
rief op een of andere wgze willen
verlagen ten einde aan enkele cate
gorieën yan personen tegemoet te
komen, het noodzakelijk gevolg daar
van is, dat er toch nog een tekort
blijft, zü het een kleiner tekort, tenzij
men andere klassen van personen
hooger wil belasten, wat ook woder
niet in de bedoeling ligt.
Dus waar het tarief zooals het door
B. en W. hier wordt aangeboden als
het ware het tarief is dat kan dienen
om verder een nadeelig saldo te voor
komen, daar meen ik nogmaals met
aandrang te moeten verzoeken dit
niet uit het oog te willen verliezen.
De heer KOLIJN: M. d, V. Ik
wensch mü even te verklaren vóór
het voorstel van den heer Donker en
ik wensch dat om de volgende
reden te doen. Ik ben namelgk bang,
dat bg een prgs van 50 cent per
K.W.U. uw eigen berekening zal fa
len, want men moet niet vergeten,
dat er bg stroomverbruik tal van
hulpmiddelen aanwezig zün om het
verbruik zeer tot het minimale te be
perken. En wanneer nu die prgs zoo
hoog wordt gesteld, vrees ik, dat het
verbfuif van de contractanten zoo
zal dalen, dat wg er niet door zullen
komen, maar wanneer volgens het
voorstel van den heer Donker de prgs
met 10 cent naar beneden wordt ge
bracht, dan zullen de menschen, naar
ik vermoed, niet zoo terugschrikken
als wanneer de prgs van 30 cent op
50 cent wordt gebracht. Waar ik U
voorspel, dat uw berekening U uit de
hand zal vallen, wensch ik U succes
met het voorste] van den heer Don
ker.
De VOORZITTER: Mgn bereke
ningen zgn wel overwogen, ook in
de Commissie, zoodat, wanneer gg
stemt vóór liet voorstel van den heer
Donker, waarin gg volkomen vrg
zgt, ik U in overweging geef dat niet
te doen om mg een teleurstelling te
besparen.
De heer JONGENBURGERM. d.
V. Ik wensch oven aan te geven
waarom ik het voorstel van den
lieer Doniker zal steunen. In principe
ben ik vóór elk voorstel tot verlaging
in verband met hetgeen ik in October
hier in het midden heb gebracht en
betgeen ik ook thans wil zeggen in
antwoord aan den heer Van Egk, die
beweerd heeft, dat niemand heeft
aangetoond waaruit het tekort moet
worden betaald. Ik heb gezegd vrü-
wel het vermoeden te hebben, dat het
uit het oude potje ook wel kan be
taald worden. Kan het niet gg
schudt ontkennend met het hoofd, M.
d. V. dan heb ik er geen bezwaar
tegen, dat het uit den hoofdelgken
omslag komt. Dan wordt het be
taald door mensohen die het 't best
kunnen betalen en dan worden de
mensohen, die het niet kunnen mis
sen ontlast. Ik wil gaarne meegaan
met het idee van B. en W. om ons in
die richting te bewegen, maar om den
prgs vast te stellen op den kostprgs
om elk verlies te derven, daarmede
kan ik mü niet vereenigen. In prin
cipe wil ik meegaan met elk wgzi-
gings- en matigingsvoorstel, dat
daaraan eenigezins tegemoet komt.
De heer VAN DER REE: M. d. V.
Wanneer ik het woord heb gevraagd
is het naar aanleiding van hetgeen
enkele sprekers hedenavond over gas
en electriciteit in het midden hebben
gebracht.
Den heer Jongenburger wil ik er
op wgzen, dat zgn denkbeeld om het
tekorte tenslotte ten laste van den
hoofdelgken omslag te brengen
moeielgk voor uitvoering vatbaar is.
Als leden van do Commissie van bü
stand voor de Lichtfabrieken weten
wg maar al te good, dat de R. K. D.
niet zoo gemakkelgk is. Ik heb plaat
sen hooren noemen, waar do gemeen
teraad een jirgs benedén den kost
prgs had aangenomen, terwül de R.
K. I). heeft gezegd: dat lieslnit ac-
cepteeron wg niet; gg kunt het hand
haven, maar dan krügt gü van ons
geen steenkolen. Dat zgn geen praat
jes, maar feiten
De heer DONKER: Amsterdam
bedoelt gg.
De heer VAN I)ER REE: Neen,
ook andere plaatsen.
Ook in verband mot de vraag van
den heef Van der Want, hoe het
komt, dat B. on W. en do Commissie
den prüs voor do electriciteit zoo
hoog willen stellen, wil ik er
oven op wgzen, dat uit de maand-
rapporten, welke vóór mü lig
gen, vblgkt, dat de prüzen der
steenkolen de laatste jaren sterk zgn
gestegen. Ik zal ze noemen over ver
schillende jaren en dan zullen de hee
ren zien, dat de prüzen zeer verschil
len. In Januari werd betaald aan
brandstoffen: in 1914 1778.—in
1915 1606.in 1916 2416.in
1917 4809.en pas nu op! -in
1918 10.384.t alleen voor de Cen
trale. Nu hebben wü in de Commissie
gezegd en dat weet de heer Mugl-
wijk ook is die prüs niet te verla
gen! en de directie heeft ons verze
kerd, dat de prgs dien zg voorgesteld
haul, de kostprgs was.
Willen de heeren dien prgs nu ver
minderen gaan, ik voor mg als litl
der Commissie draag daarvoor dan
geene verantwoordelgkheid, dan
moeten de heeren maar weten, hoe
het tekort gedekt moet worden.
De beraadslaging wordt gesloten.
Het amendement van den heer
Donker komt in stemming en wordt
met 9 tegen 8 stemmen aangenomen.
VOOR: de heeren de Jong, Derck
sen, Vingerling, Donker, Kolgn, van
der Want, Broekhuizen, Hoffman en
Jongenburger.
TEGEN: de heeren van der Ree,
van Eg'k, van Galen, Knuttel, IJs-
selstg'n, van der Torren, Muglwgk en
van Veen.
Het gewgzigd art. 1 wordt zonder
hoofdelgke stemming aangenomen.
De artikelen 2 en 3 worden achter
eenvolgens zonder beraadslaging en
zonder hoofdelüke stemming aange
nomen.
Punt C, in zgn geheel, wordt zon
der hoofdelgke stemming aangeno
men.
In behandeling komt punt D, lui
dende
„met tgdelgke buitenwerkstelling
van alle tevoren gegolden hebbende
verordeningen en besluiten, voor zoo
verre daarbg, als gevolg der buiten
gewone tgdsomstandigheden, het
gasverbruik werd beperkt en de gas-
prijzen werden verhoogd, met ingang
van 1 Maart 1918 vast te stellen de
navolgende
VERORDENING tot tgdelgke
regeling van de gasprg-
zen.
Artikel 1.
De prgzen van het gas zullen be
dragen
voor metergas, behalve muntgas,
bg een verbruik van:
1 tot en met 20 kub. M. 12 oent
per kub. M.
21 tot en met 50 kub. M. 16 cent
per kub. M. voor elke kub. M. boven
de 20.
51 kub. M. en daarboven 20 cent
per kub. M. voor elke kub. M. boven
de 50.
voor muntgas bg een verbruik
van:
1 tot en met 20 kub. M. 11 cent per
kub. M.
21 tot en met 50 kub. M. 15 cent
per kub. M. voor elke kub. M. boven
de 20.
51 kub. M. en daarboven 19 cent
per. kub. M. voor elke kub. M. boven
de 50.
voor industriegas 16 cent per kub.
M.
bg tgdelgk gebruik in slechts voor
korten tgd aan te sluiten perceelen,
tenten, kramen enz. 25 cent per kub.
M."
De heer KOLIJN: Ik kan mü niet
vereenigen met de prgzen, welke hier
voorgesteld worden en stel daarom
voor art. 1 aldus te lezen
„De prijzen van het gas zullen be
dragen
voor metergas, behalve muntgas,
bü een verbruik van
1 tot en met 25 kub. M. 12 cent per
kub. M.
26 tot en met 50 knb. M. 15 cent
per kub. M.
51 tot en met 60 kub. M. 20 cent
per kub. M.
voor eiken kub. M. daarboven 25
oent.
voor muntgaa bü een verbruik
van:
1 tot en met 25 kub. M. 11 cent por
kub. M.
26 tot en met 50 kub. M. 14 oent
per kub. M.
51 tot en met 60 kub. 18 cent per
kub. M.
voor eiken kub. M. daarboven 20
cent.
voor industriegas enz.
De VOORZITTER: lk moet dade-
lgk zeggen, dat bet ipg niet mogelük
is om te zeggen wat de finniicioele
gevolgen van dit amendement zullen
zü", en ik zou willen vragen, of te
dien aanzien wellicht door don heer
Kolün eeuige berekening gemaakt is.
De heer KOLIJN: M. d. V. Ik heb
mü wel afgevraagd, of ik voor de
cgfers en verhoudingen, welke ik in
het voorstel van B. en W. heb gevon
den ©enigszins kon aantreffen een be-
rekeiiingscüfer.
Nu meen ik, dat hiorbg allereerst
in aanmerking meet worden geno
men de billgkhoid tegenover de ver
bruikers.
Het was mg eenigszins van ter
züde hakend, dat bg de Commisie en
bg B. en W. groot bezwaar bestond
om te voldoen aan datgene, waarvan
gü hedenavond reeds hebt medege
deeld, dut wg het bü een nadere re
geling wel zullen krggen, n.l. een toe
slag naarmate van do gezinsgrootte.
Ik gevoelde daarvoor zeer veel, maar
omdat mg was medegedeeld, dat on
der de tegenwoordige omstandighe
den niet voldoende kon worden bere
kend wat de toepassing van dat denk
beeld zou kosten, zoodat B. en W.
met de Commissie zich daarin niet
konden vinden, heb ik mg er voor
gewacht om met een toeslagvoorstel
voor groote gezinnen te komen.
Daarom ben ik gegaan tot 25 in
plaats van tot 20 M3. Ik meen wer
kelijk, dat, wanneer wg tot 25 M3.
gingen, dit niet zulk een groot ver
schil zou maken. Bovendien is door
mg de prgs niet verlaagd, zoodat,
wanneer men wil blijven beneden do
25 M3. en men circuleert om de 20
M3., dit al vast, wat het financieele
gedeelte betreft, niets kost, waar
door oogenblikkelgk verduidelijkt
wordt het verdere gedeelte van mgn
voorstel, waarbg ik, wanneer men
komt boven een zeker quantum, hoo
ger ben gegaan. Wanneer men het
eene tegenover het andere stelt, zul
len zoowel voor het" meter- als voor
het muntgas de financieele gevolgen
van dien aard zgn, dat tegen mgn
voorstel geen bezwaar behoeft te be
staan, omdat het alleen degenen
treft, die het beter kunnen betalen.
De VOORZITTER: Daartegen be
staat in het algemeen niet het minste
bezwaar, maar de moeielgldieid om
een bevredigende regeling te vinden
ligt hierin, dat het aantal personen,
dat het beter kan betalen gering is in
vergelgking het aantal van heil, die
het minder goed kunnen betalen.
Het voorstel van 'den heer Kol ij n
wordt voldoende ondersteund en
maakt derhalve een onderwerp van
beraadslaging uit.
De heer DERCKSEN: M. d. V. Met
bet gesprokene door den heer Kolgn
kan ik ing geheel vereenigen; alleen
wanneer hg komt op den toeslag aan
de groote gezinnen, noemt hg dat een
bezwaar, dat door mg niet wordt ge
deeld. Ik vind het van veel grooter
belang, dat gezinnen, waar veel per
sonen inwonend zijn dat zün in
den regel de arbeidersgezinnen
een zekeren toeslag ontvangen en
daarom zou ik gaarne als amende
ment op het voorstel van den heer
Kolgn willen voorstellen om voor
ieder inwonend persoon 2 M3. toeslag
te geven voor den prgs van 12 cent
per M3. Mooht hierdoor een tekort
op de rekening der gasfabriek ont
staan, dan zou ik dat gaarne gedekt
willen zien in den vorup van belas
ting, omdat het dan ook weer komt
uit de zakken van de burgerij naar
draagkracht.
De VOORZITTER: Wilt gg zoo
vriendelijk zgn uw voorstel sölirifte-
lgk in te dienen!
De heer DERCKSEN: Zeker, M.
d. V.
De beraadslaging wordt gesloten.
Het voorstel van den heer Kolgn
wordt in stemming gebracht en met
9 tegen 8 stemmen aangenomen.
VOOR: de heeren de Jong, Derck
sen, Vingerling, Donker, Kolgn, Vaii
der Want, Broekhuizen, Hoffman en
Jongenburger.
TEGEN: de heeren Van der Ree,
van Egk, van Galen, Knuttel, IJs-
selstgn, Van der Torren, Muglwgk en
van Veen.
De VOORZITTER: Nu kan het
voorstel van den heer Dercksen, in
dien het ondersteund wordt, los van
deze verordening worden behandeld.
De beraadslaging Wordt gesloten
en het gewijzigd art. 1 zonder hoof
delgke stemming aangenomen.
IXt nrtikelon 2 tot en met 4 wor
den achtereenvolgens zonder lioraad-
slagiug en zonder hotofdeltyke stem
ming aangenomen,
Punt D in zün geheol, wordt zonder
hoofdelgke stemming aangenomen.
Beraadslaging over punt K, lui
de mie:
„Burgemeester en Wethouders te
machtigen om, bg gebleken noodza-
kelgkheid, zoodanige inuutrogelen
ten aanzien der gus- en eloetrieiteits-
voorziening te treffen als zg zullen
wenschelük oordeelen, met dien ver
stande, dat eene nadere wijziging der
gas- en electriciteitsprüzen de voor
afgaande goedkeuring van den Raad
behoeft."
De heer JONGENBURGER: M. d.
V. Houdt deze bepaling in, (fat do
rantsoeneering, welke wg in April of
later te wachten zullen hebben, aan
B. en W. ter regeling wordt overge
laten! Daartegen zou ik bezwaar
moeten maken.
De VOORZITTER: lk kan den
lieer Jongenburger dit antwoorden.
Het kan zgn, dat er in den loop van
de maand Maart voorschriften ko
men van de Rgks Kolendistributie,
waaraan wg verplioht zouden zgn te
voldoen zonder dat hot ons mogelgk
was geweest vooraf een Raadsverga
dering bgeen te roepen. Alleen met
het oog op een dergelük geval hééft
deze bepaling ook in vroegeite veror
deningen gestaan.
Ik geloof niet, dat er conflicten
uit kunnen voortkomen.
De heer JONGENBITRGER: M. d.
V. Ik ben door uw antwoord bevre
digd.
De beraadslaging wordt gesloten
eu punt E zonder hoofdelgke stem
ming aangenomen.
Beraadslaging over punt B, lui
dende
„met ingang vun 1 Maart 1918 in
te trekken:
lo. de bg Raadsbesluit van 5 Octo
ber 1917 vastgestelde „Verordening
tot regeling van het electriciteitsver
bruik en van de electriciteitsprüzen"
(Gemeenteblad 1917 no. 281);
2o. de hü Raadsbesluit van 5 Octo
ber 1917 vastgestelde „Verordening
tot regeling van het gasverbruik en
de gasprgzen" Gemeenteblad 1917
no. 280
De heer VAN DER WANT: M. d.
V. Punt B is, zooals ik straks heb
aangetoond, voor mü een cardinaal
punt, waar ik onmogelgk overheen
kan stappen.
Ik w.il er in geen geval toe mede
werken, hoe die verordening ook
wordt vastgesteld, dat hot systeem
van rantsoeneering komt te verval
len. Ik vind, wat nu voorgesteld
wordt, een systeem, hetwelk in goen
enkel opzicht eerlgk kan genoemd
worden en daarom stel ik voor om
in lo te doen vervallen de woorden
„het electriciteitsverbruik en"; in
2o de woorden „het gasverbruik en";
zoomede in punt C de woorden: „het
electriciteitsverbruik werd beperkt
en".
Mijn amendement heeft dus uit
sluitend de strekking om de rantsoe
neering, zooals die op dit oogenblik
bestaat, te doen voortduren.
De VOORZITTER: Door den lieer
Dercksen wordt het volgend voorstel
gedaan
„Voor elk lid van het gezin wordt
2 kub. M. bg gerekend voor den prgs
van 12 cent."
Het voorstel van den lieer Derck
sen wordt voldoende ondersteund en
maakt mitsdien een onderwerp van
beraadslaging uit.
De VOORZITTER: Mag ik van
den heer Deroksen de juiste bedoe
ling van zün voorstel vernemen!
De heer DERCKSEN: M. d. V. De
bedoeling van het voorstel is om aan
groote gezinnen, die iu den regel het
ineest onder de arbeiders aangetrof
fen worden, een bgsiag van 2 M3. te
geven, a 12 cent per M3., voor ieder
inwonend persoon.
De VOORZITTER: Het is mü nog
niet geheel duidelgk. Aan welke ge
zinnen zal die bgsiag gegeven wor
den!
De heer DERCKSEN Aan alle ge
zinnen.
De VOORZITTER: Dus ook aan
de gezinnen van de nieergegoeden t
De heer DERCKSEN: Ja, M. d. V.
De heer VAN GALEN: M. d. V.
Dat is dunkt mg toch een voorstel,
dat in het gebcel niet de bedoeling
van den heer .Dercksen weergeeft.
Deze wil elk persoon van een gezin
tegen 12 cent per M3. 2 M3. gas toe
kennen, inaar wg hebben zooeven een
amendement van den lieer Kolgn
aangenomen, waarbg de prgs van
het muntgas is bepaald op 11 cent, en
nu zouden die muntgasverbruikers er
in het systeem van den heer Derck
sen 2 M3. bü krggen, waarvoor zg 12
cent niposten betalen. Bovendien
ïgaakt de heer Dercksen geen onder
scheid; hü spreekt alleen van groote
gezinnen en denkt, dat alleen groote
gezinnen Intstaau uit mensohen, die
liet 't meest noodig hebben, maar dat
zal wel om het even 2ü»- Er zullen
gezinnen, die het dubbel on dwars
kunnen betalen, ook vau kunnen pro
fit eeron. Ik geloof, dat de heer
Dercksen iu verhand met hetgeen hü
bereiken wil de plank totaal mis
slaat.
De heer Van der Want wil het be
staande rantsoeneerings-systeom la
ten voortduren, maar ik geloof, dat
dat systeem bü ons, tooals wü bier
zitten, weinig sympahie heeft ont
moet en hier alleen is ingevoerd op
voorschrift van de R. K. D., die wil
de, dat gedurende den winter een ze
ker gasrantsoen zou worden toege
staan. Omdat het eenmaal moest,
hebben wü otis bg' dat systeem neer
gelegd, maar het lacht inü in hot ge
heel niet toe. Breken wü er mede, dan
kan ieder gaan verbruiken naar het
geen hg noodig heeft.
IX) heer DERCKSENM. d. V. Het
is mogelgk, dat de heer Van Galen
mgn voorstel niet goed begrgpt,
niiinr ik stel er tegenover, dat ik zün
rodeneering niet goed kan volgen.
Hetgeen ik betoog is glashelder, als
de heeren het maar ecnigszins willen
begrgpen. Mgn bedoeling is voor
ieder persoon van een gezin 2 M3. gas
als toeslag toe te kennen voor den
prgs van 12 cent en dan zullen onge-
twgfeld ook gezinnen onder de meer-
gegoedeu zgn, die daarvan profitoe
ren, maar ik houd vol, dat de groote
gezinnen het meest worden gevonden
in die kringen, welke het 't meest
noodig hebben.
De heer VAN EIJK: M. d. V. Wat
de heer Dercksen zegt, dat de groot
ste gezinnen onder de arbeiders voor
komen, gaat niet op, hetgeen kan
blgken, als wü eens hier in den Raad
rondkgken en nagaan uit welke groo
te gezinnen de heeren Dercksen, Vin
gerling cn Muijlwijk en ik zün voort
gekomen. Ik hoor daar, dat ook de
heer Muglwgk tien kinderen heeft.
Ziet eens aan, daaruit blgkt, dat de
redeneering van den heer Dercksen
niet opgaat.
De VOORZITTER: Ik wensch te
doen opmerken, dat bü de besprekin
gen, welke in de Commissie van bü
stand voor de lichtfabrieken zgn ge
voerd, duidelgk aan het licht is geko
men, dat het buitengewoon moeielgk
is een voorziening te treffen ten aan
zien van gezinnen met een groot aan
tal kinderen. Met het oog daarop
hebben wg een nadere hestudoering
van het vraagstuk toegezegd, zoodra
wg van den directeur der Lichtfa
brieken voldoende gegevens zullen
hebben ontvangen. Bovendien vind
ik het op dit oogenblik eenigermate
gevaarlijk dien weg op te gaan zon
der te weten waar die ons heen leidt
en ik zou daarom wel aan den heer
Dercksen willen vragen of lig dit'
voorstel niet wil aanhouden totdat
een nadere regeling aan de, orde'
komt.
De lieer DERCKSENM A V. Ge
hoord het door U gesprokene, ben ik
wel genegen dit voorstel terug te ne
men, maar op één voorwaarde, n.l.
dat, wanneer er een nieuwe regeling
komt, er met den geest, welke uit mgn
voorstel spreekt, rekening zal wor
den gehouden.
De VOORZITTER: Ik wil toezeg
gen, dat wg zullen streven dat te
doen.
De heer VAN DER WANT: M. d.
V. Mag ik IJ even een vraag stellen!
De heeren lachen, maar al wordt
het nu een beetje laat, mgn voorstel
intrekken met een grapje doe ik toch
niet.
Wg zgn nu bezig deze zaak te be
handelen en dan gaat het niet aan
haar voor enkele minuten in de war
te sturen. De heer van Galen heeft de
zaak op een zeer aardige wgze voor
gesteld. Ik geef toe, dat het stelsel
van rantsoeneeren ook mg evenmin
sympathiek is, maar hü heeft er aan
toegevoegd, dat die rantsoeneering
ons is opgedrongen door de Rüks Ko
lendistributie. Nu is er nog niets van
bekend, dat die er in heeft toege
stemd, dat wg het rantsoeneerings-
systeem opheffen.
Ik zou willen vragen, of van de
Ilgks Kolendistributie uit den Haag
bericht is gekomen, dat wü een ande
ren weg mogen bewandelen. Uit-
drukkelgk is hier indertijd gezegd,
dat, wanneer wg de rantsoeneering
zooals zg door de Rüks Kolendistri
butie is opgelegd, niet opvolgden, wg
geen kolen meer zoudeu ontvangen.
Wanneer dus de Ruad uit eigen
hoofde een anderen weg inslaat, dan
kan ik mij er niet uiede vereenigen.
Het idee van den heer van Galen
zou bovendien alleen opgaan, als wg
zooveel kolen konden gebruiken als