Blad.
nin-lilom
>erf
L_
DUIN.
DE OORLOG.
13075.
i Haar
Gouda.
Feuilleton.
i
oker
XTie,vx"Ws- eax taötad.Trextexxtie’bleid. voox Q-otxlqLsl en. Óxxxstxelcexi..
VERSCHIJNT DAGELIJKS BEHALVE ZON- EN FEESTDAGEN.
tzagen 1S”11
den
t, De Gletschervrouw.
Bureau: MARKT 31, GOUDA.
Vrijdag 19 April 1918.
57e Jaargang.
AdministratieTelef. Inters. 82.
Redactie Telef. Interc. 545.
Flacon.
Zeeland,
Oreryael
124
beken
HECHT.
het
aanbid, aou ik geen God hebben. Ik zal
IOA.
„rmakelbkbadM,
u. aawda ts
4
i elichen
uden vd,
voer het
venaree.
abonnementen
en aangenomen
Gewone advertentiën an ingebonden mededeelingen by contract tot zeer gereduceer-
den prtfi. Groote letter» en randen worden >erekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tuMcbankoenst van «oliede Boekhan
delaren, Advertentiebureau» en onze Agenten.
arend se-
aan kaar
:eMc van
>ad Baar
slechte onderwijzeres
door k'nderen omringd
EER,
QS.TIUAT M
tong het
it gebruik
tabletten;
mgenaam
tegeltfker-
»udbeden
(en daar-
Tukkarf
na. - Mk.
wurmen gelijkt; het la de tot tja
“Crcid van den laauten dag, van don
taaie. 8 u. Ledng
voor dar Vtmü-
en Beweging.
(j geregeld «dig
mtvangen van ver-
‘SÜ
Hut
<oko"
k «o.
S&
nooit
■itea-
Volgens een telegram uit Abö heeft de
Roode Garde thans ook Salo, Nystad, Rühi-
maeki en Lathis verloren. De Duitsche troe
pen hebben zich met Mannerheim's leger
vereenigd, zoodot nu geheel Zuid-Weeteiyic
Finland bevrijd is.
In Vlaanderen en aan het gevechtsfront
aan de Leie is de toestand onveranderd. Ten
Noord-Westen van Moreuil mislukten
krachtige aanvallen der Franschen. Aldus
het laatste Duitsche legerbericht dat er op
neek.
Een proef
pze waar
(iOlDSCHE COIRAVT.
hebbesj
i vandaag,
roglat of
<0" van
als voor-
veraehll.
II
oeistot
la klieren
da Haar-
ralleo.
idat men
ft men
ten wryft
e richting
Opmerkelijk is thans een»’ Reuterbericht
uit Jxmden dat ntn«4. «an eon wij
ziging in het Enigelsche kabinet, waar Lord
Derby plotseling als Minister von Oorlog
moet zijn af getreden om als gezant naar
Parijs te gaan, terwijl Lord Milner
zijn plaats als Minister van Oorlog kwam
innemen. Een ministerwisseling even onver
wacht als opvallend.
Lord Afred Milner had reeds sedert 1913
zitting in het oorlogskabinet, echter zon
der portefeuille.
Sedert het begin van den oorlog presi
deerde hy een der vele in Engeland inge
stelde commissies, die wèl de bevoegdheid
hadden advies te geven, doch niet tot het
treffen van maatregelen. Hij ook was een
der genen, die in 1914 reeds met een lang-
durigen oorlog rekening hielden.
In het Hoogerhuis heeft hij zich herhaal
delijk een fel tegenstander der liberalen be
toond. Dat hem op dit oogenblik dan ook
de posit van minister van Oorlog wordt
toevertrouwd, duidt nu niet bepaald op een
meegaande regeert ngs poli tick. Het kon wel
eens hard tegen hard gaan.
Lord Milner is thans 64 jaar, hy is n.l.
in 1854 te Bonn, in Duiteehland ge
boren, Na in Duitschland en vervolgens
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaaf 1.59, per week 12 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.15, per week 17 cent, overa waar de bezorging per looper geschiedt.
Franco per post per kwartaal 1.90, met Zondagsblad 245.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons bureau: MARKT 31, GOUDA,
b|j onze agenten, den boekhandel en de po tkantoren.
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en o istreken (behoorende tot den bezorgkring)
1—5 regels ƒ0.80, elke regel meer ƒ0.15, Van buiten Gouda en den bezorgkring: 1—5’
regels 0.95, elke regel meer 0.18. Advw entiën van publieke vermakelijkheden 10
cent per regel.
in Engeland te hebben gestudeerd, wijdde
htf zich aan de journalistiek en werd mede
werker aan de „Pall Mall Gazette".
Na vier jaar aan de „Pali Mali" ge
werkt te hebben, begon hy zich aan de poli
tiek te wijden, stelde zich candidaat voor
Harrow, maar leed een leeljjk échec.
In 1887 werd hij particulier secretaris
van den kanselier van de schatkist Goschen,
om in 1889 door dezen tot onderstaats
secretaris van Financiën in Egypte be
noemd te wonden, welke functie hij 4 jaar
bekleedde. Na dan nog 5 jaren in Enge
land werkzaam te z|jn geweest, droeg
Chamberlain hem het ambt van gouverneur
van Kaap de Goede Hoop en van high-com-
missioner van Zuid-Afrika op. Zijn positie
werd hier ten laatste evenwel zeer moeilijk
en 2 April 1905 keerde hij naar Engeland
terug, opgevolgd door lord Salbom.
2669 33
schijnt te duiden, dat ook in de operatiën in
dit gevechtsvak een pauze gaat intreden.
De oorlogscorrespondent van de „Köln.
Ztg." bevestigt dezen indruk als hy schryft:
,jJnze aanval gaat voort, ofschoon ook hier,
evenals by het groote Zuidelijke offensief
het tijdstip is aangebroken, waarop de
onstuimig doorgezette opmarsch langza
mer wordt, en zijn natuurlijke pauze noo-
dig heeft, om de treinon-afdeelingen voor
waarts te brengen over de lange en moeilij
ke wegen, die in het gebied der Leie dub
bel moeilijk zijn."
Over de hevige tallooze offers vergende
gevechten der laatste dagen wordt van
Fransche zijde gemeld, hoe de Duitscherz
gisteren na hevige artillerie-voorbereiding
opnieuw een krachtige poging over een
front van 20 kilometer in de richting van
Yperen ondernemen, welke door krachtige
verdediging en tegenaanvallen geen resul
taat kon opleveren. Wederzijds wordt ech
ter den nadruk gelegd op de geweldige ver
liezen.
De helft van de Duitsche divisies, die aan
het Westelijk front beschikbaar zijn is,
naar men gelooft, reeds in den strijd ge
bracht, die toch pas 28 dagen duurt, zonder
dat de Engelsche troepen gescheiden zijn, of
een beslissing gevallen ie. „Men kan zich
afvragen of het resultaat wel tegen de
krachtsinspanning opweegt en of de Duit-
schere het wel kunnen uithouden tot de ont-
knooping welke zy verwachten," zoo be
sluit dit overzicht.
Naar het Dultsch
van
RICHARD VOÖZ
met autorisatie bewerkt door
J. P. WESSEL INK-VAN ROS8UM.
(Nadruk verboden.)
een
om
mij haten, vreezen zij mij; want zij zijn
zwakker dan ik."
„Gij zljt sterkI”
„En waardoor ben ik da.?”
Waardoor....”
„Gij zijt de «enige mensch, die
moest weten."
„Omdat ik u ken.”
„Omdat gij hetzelfde zljt.'*
„Hetzelfde als gij
Ik ben een eenzaam mensch.”
„Dan zou Ik een
zijn. Ik moet
zijn.”
„Ook uw kracht bestaat in de diepe
eenzaamheid mwer ziel. Die houdt ge
voor u zelf. Aan de kinderen geeft ge
slechte een klein deel van uw wezemf'
Alsof zij zich ernstig moest verzetten,
aan 94vo Courtien gelijk te zijn, riep
het mefeje
„Het moet mijn beste deel zijn, hetgeen
Ik aan de kinderen geefl"
Door de in verroeste scharnieren han
gende houten deur treden de twee het
kerkhof binnen, dezen doodentuln der Al
penwildernis. Zij stonden op dezelfde
plaats, waar, op de bekroonde schilderij
van den Engadlner schilde», het graf van
hun den God toonen!”
Ook dezen keer uitte de onderwijzeres
van Maloja het veelzeggende, kleine woord
eenvoudig en alsof het vanzelf sprak, daar
bij ook ditmaal even plechtig als een
credo. Courtien ging voort, uit het diepst
zijner ziel te spreken. De hartstochte
lijkheid zijner gevoelens beefde in zijn
stem, vlamde In zijn blik.
„Uit de diepte ben ik opgestegen over
sneeuwvelden en gletechers tot de toppen.
Zoo eenzaam en trotach bouwde niemand
zich ooit een woning. Er is op aarde
geen koninklijke^ woning - de adelaars
als mijn buren, als gezellen de winden,
de wolken en de sterren. Wat ik daarbo
ven beleef, geeft ik weer. Ik schilder wat
ik zie, zooah ik het zie. Zij mteken-
het pasgehuwde g«estcnpaar zich opende:
van de bruid zonder krans en van don
bruidegom met de doodelijke wonde op
hot voorhoofd Malra Mara en Sivo
Courtion. Het lag mot de hoofden naarde
kerk en liet ineer van Maloja, met de
voeten naar het zonnige, verrukkelijke
zuiden gekeerd: naar het in zachte schoon
heid prijkende Bergell.
Meegesleept door de macht van het
oogenblik, waagde Maira te vragen naar
het nieuwe, groote geheimzinnige werk
van Courtien, waaraan hij reeds twee zo
mers in zijn Alpenwoning schilderde -
hoog boven den Maloja, op een rotseiland
oen zoogenaamde Isola, te midden der
gletscherzee, die mei verstijfde golfslagen
de toppen van den Monte della Disgrazin
omspoelt.
„Mijn nieuwe werk? Het te mijn le
venswerk. Gij zult het zien.”
„Ik mag tot u komen?”
„Op den dag, als ik u roep.. Gij al
leen moqgt tot mij komen! Van alte men-
sahen slecht gij! De eenzame tet den
eenzame.”
Een rilling ging door haar heen. Er
zou een dag komen, waarop hij haar zou
roepen; zij de eenige, die bij hem zou
mogen blijven; altijd, altijd, tot aan het
doodsuur! Zij de eenige, de eenzame bij
den eenzame.,.. Maar zelfs haar «tem
dwong zij tot kalmte, toen zij vroeg
„Wanneer zal uw schilderij gereed zijn?”
„Gereed? Misschien over een jaar, mis
schien over vijf, zes jaar. Mis achten nooit!
„Uw levenswerk nooit gereed? Dan
blijft uw leven zelf onvoltooid.”
Nu klonk er angst uit de rustig, vrou-
wes;em. Nadenkend en langzaam gal
nen mijwant zij zien -met hun oogen en
hun geest, welke een geest der diepte is.
Op mijn schilderij laat ik de bergen van
den Engadin zich verheffen; ik laat de
luchten van den Engadin rondom de toppen
blauw worden, de zon van den Engadin
schitteren. Zij zijn niet in staat, het na
te doen, en omdat zij het niet kunnen,
ben ik voor hen een, die storm brengt,
revolutionnair, een oproermaker. Daar-
haten zij mij. Maar evenzeer als zij
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 1—4 regel» ƒ145, elk* regel moor ƒ949.
Op de voorpagina 50 hoogen
10
Dat was een troostelooze en tegelijk
heerlijke plaats: troosteloos door haar
verwaarloozing, haar verlatenheid - heer
lijk door haar eenzaamheid1 en plechtig
heid Het was een groene plek, door een
brokkelenden muur omheind, geheel be
groeid met jeneverst-ruiken en Alpenrozen,
met «enige vermolmde, zwarte kruisen en
wegzinkende grafsteenen, te midden van
de glinsterende pracht van sneeuwtoppen
en gletechers.
Beiden hadden op deze plaats dezelfde
gedachte. Ze betrof die twee schilderijen
J«n Sivo Courtien: „Bet doodenvolk van
Maloja". Het eerste beeld, in kinderlijk
“pol, op de hardbevroren sneeuwvlakte ge-
«Jhetei, het eerste bewuste werk van den
jongen kunstenaar, de openbaring van een
h^^toehteWk bewonderd, h&rtetoch-
telijk afgekeurd en ten slotte met den
prijs bekroond. De ziel van het meisje
X b,-i deze herinnering aan het verleden
T 8ti^en troks kunnen trillen dooreen
•«I, groot geluk: „Gij hebt hem op dm
og getracht! En die weg voert tot do
tot den top!” Zij had echter nooit
Een beschouwing over dp lersohe kwestie. - Een
wijziging in het Engelsphe Kabinet; lord Milner
minister van oorlog. - Burian aan het woord. -
Aan hot Westelijk fron|. De strijd in Finland.
ONS OVSHUCHT.
ke houding tegenover het gevaar en ver
schenen in openlbare vergaderingen op de
zelfde tribunes. De conscriptie zou de ler-
sche katholieken vermoedelyk daartegen
vereenigd vinden en Quebec heeft getoond,
hoe moeilyk het is om dienstplicht door te
zetten, wanneer het heele volk daar niets
van wil weten (behalve de liberalen, die het
recht van het lersche volk om een natie te
zjjn erkennen, maar er erg mee inzaten om
de schade, die naar ze voorzagen daarmee
aan Engeland’s moreele positie zou \vorden
toegepast).
Het is mogelük, dat berichten uit Ierland
de regeering deden aarzelen in haar wille
keurige handelwyae, doch klaarblijkelijk
was zy zelf van meet af aan ten opzichte
van de dienstplicht-politiek verdeeld. De
eerste aanwijzing, die het publiek daarvan
kreeg, was toen, kort na Lloyd George’s
eerste rede, Duke, de staats-secretaris voor
Ierland, een conservatief, doch die heeft
geleerd het Home Rule-standpunt te waar-
deeren, zeilde, dat hij persoonlyk verheugd
zou zyn om een parlement te Dublin te
aanschouwen, nog vóór dat één enkele re-
cruut door den dienstplicht was opgeroe
pen. Het was in deze richting, dat een com
promis werd gedacht Lloyd George heeft
niet duldeiyik verklaard, dat de dienstpiicnt
zal wonden uitgesteld, totdat Home Rule
is ingevoerd, doch de meening in het Parle
ment is, dat dit het resultaat van zyn laat
ste uiteenzetting ia. Nadpt George heeft
toegegeven, dat de dienstplicht niet aan het
rapport der lersche conventie kan beant
woorden, wordt het ónmogelijk voor hem
geacht om dezen uit te voeren, indien Home
Rule niet eerst tot stand komt.
In Ulster, waar de oude oppositie tegen
Home Rule geenszins is opgegeven, be
staat groote onrust over de ontwikkeling
der gebeurtenissen. De onbuigzame Engel
sche conservatieven, de Morning Post, on
der de nieuwsbladen, Carson, Lord Salis
bury, generaal Page Croft, onder de poli
tici, varen uit tegen het immoreele ver
band dat de regeering tusschen de beide
maatregelen heeft gelegd, welke zy als ge
heel onafhankelijk van elkaar beschouwen.
Doch er is een gewichtig element in de
conservatieve party, die de Home Rule-
schikking als een inleiding bot den dienst
plicht bepleit.
De oppositie in den boezem der regee
ring tegen de oorspronkelijke politiek is
Bij de aanvaarding van zyn ambt heeft
de nieuwe Oostenrtfksdhe minister van bui-
tenlandsche zaken, Burian, een toe
spraak tot de ambtenaren van zijn departe
ment gehouden, waarin hy o.a. verklaarde,
dat zijn politiek hetzelfde doel zal hebben
als die van Czernin, nJ. om trouw aan het
bondgenootschap met Düitschland den oor
log voort te zetten zoolang de houding der
Entente sulks noodzakelyk maakt. „Daar
bij", zoo zeide hij, „zullen wy echter niet den
weg uit hetoog verliezen, dien Czemin afleg
de by zijn vredeswerk. Vast aaneengesloten
met onpe bondgenooten zullen wij dezen
oorlog tot een gelukkig einde brengen."
In een telegram aan den Duitechen Rijks-
kanselier, waarin Burian zijn benoeming
meedeelde, verzoekt hij van dezen hetzelfde
vertrouwen te mogen genieten als zjjn voor-
ganger en verklaart, dat hy de handhaving
van het verbond met Duitschland z(jn voor-
naamsten plicht acht. Ten slotte spreekt
hij de hoop uit, dat een rechtvaardige en
eervolle vrede binnen niet te ver verwjjder-
1 de toekomst tot stand moge komen.
Naar aanleiding van het keizerlijk af-
scheidsschryven aan Czernin, zegt het
1 „Fremdenblatt” o.a. het volgende:
„De volkeren van Oostenryk-Hongarije
weten nu, dat de wisseling van personen
geen wisseling van stelsel beteekent. Het
is begrijpelijk, dat h$t aftreden van den uit-
1 nemenden staatsman In wijde kringen ten
zeerste wondt betreurd, doch ’s keizers
schrijven is een waarborg, dat de koers,
dien Czemin insloeg, niet zal worden ge
wijzigd. Dit document verjaagt alle be
zorgdheid, die door de minister-wisseling
was te voorschijn geroepen en verijdelt alle
pogingen een wig tusschen ons en Duitsch
land te drijven.”
GEMENGD OORLOGSNIEUWS.
Steeds meer slachtoffers.
Naar verluidt neemt Canada krachtige
maatregelen tot aanvulling der geallieerde
strijdkrachten. De bepalingen betreffende
vrijstelling worden herzien en gedeeltelijk
ongeldig verklaard. Besprekingen hebben
plaats, ten dioel hebbende dienstplicht op
te leggen aan in Canada verblijf houden
de vreemdelingen.
Een oorlogsmuseum.
De Britsohe regeering is voornemens
een groot en indrukwekkend' museum te
bouwen voor het onderbrengen van de na
tionale verzameling van oorlogsrelieken.
Het museum zal een der merkwaardigste
gebouwen van Europa worden.
Do bealtesiDg berust bij het oorlogfikabi-
net, maar reeds zijn belangrijke stappen
ondernomen.
Een Belglsah wapenfeit.
In een overzicht van de krijgsbedrijven
op het door de Britten bezette front In
Waar in dit stadium de lersche
kwestie zoo van belang is, willen w(j
daarover, ter nadere verduidelijking, nog
een en ander ontleenen aan een particulier
telegram uit Londen aan de N. R. Ct. Er
blijkt daaruit, dat de toestand eenigszins
verbitterd is, sinds de redevoering van den
eersten minister, Dinsdag 1.1., waarin hy er
zooals wy deden uitkomen den nadruk
op legde dat de dienstplicht niet alléén kan
worden ingevoerd, doch van een Home Ru-
le-regeering vergezeld moet gaan, en te
kennen gaf dat de regeering haar gereed-
zynde Home Rule-voorstellen als oorlogs
maatregelen zal beschouwen en aftreden
zal indien zy niet worden aanvaard. Dit
toch beduidt inderdaad een aanzienlijke wij
ziging in de houding van den eersten minis
ter sedert zyn redevoering van de afgeloó-
pen week, waarin hy den dienstplicht voor
Ierland aankondigde. De toon van den pre
mier kon tóen de Ieren kwetsen; hy legde
den nadruk op de afwezigheid yan verband
tusschen het Home Rule-wetsontwerp, dat
hij tegelykertyd indiende en den dienst
plicht. Elk moest naar zyn verdiensten wor-
Ih-A den beoordeeld. Dit werd door de nationa-
r* listen en verscheiden liberalen zóó opgevat
dat, nadat de dienstplicht zou zyn aange
nomen, de conservatieve elementen in het
Huis en de regeering het Home Rule-ont-
werp zouden zien te doen stranden.
In Ierland werd ieder in tegenstelling
met de Home Rule-belofte door de kwestie
van dienstplicht in beslag genomen en uit
alle verslagen kan blyken, dat de toestand
dreigend is. De conscriptie is een lastig
ding om in elke gemeente toe te passen, die
de oude traditie van vrijwillige dienstne
ming huldigt. Indien ze in 1916 in Engeland
zonder wanordelijkheden werd ingesteld,
kwam dit doordat de openbare meening in
haar geheel innig van de noodzakelykheid
van eén krachtige oorlogvoering overtuigd
was, terwyl de leiding van de hachelyke on
derneming in de handen van een zoo by
uitstek behoedzaam en geduldig staatsman
als Asquith berustte. In Ierland daarente
gen is het nationaal gevoel en dat is
sterk en zelfs overprikkeld voor het
oogenblik tegen Engeland gericht en onver
schillig tegenover den oorlog.
Verzet tegen den dienstplicht kon dan
ook niet uitblyven. Sinn Feiners en nationa
listen legden opeens hun geschillen by,
overlegden omtrent een gemeenschappely-
gestyfd en omvatte weldra alle liberalen
en arbeidersleiders in het ministerie. Deze
stonden erop, dat Home Rule als oorlogs
maatregel zou worden doorgezet en als
noodzakelyk gevolg van conscriptie voor
Ierland. Daaruit sproot voort, dat George
van positie veranderde. De eerste-minister
is in zulke gevallen opmerkelijk verander-
lyk.
De vraag is nu: zal de openbare meening
in Ierland of liever: zal het gematigde
deel daarvan, want de Sinn Feiners zullen
niet zoo makkelyk gepaaid Worden be
reid zyn om Home Rule te aanvaarden en
daaiwoor met dienstplicht betalen Dit zal
vermoedelyk grootelyks afhangen van de
soort van Home Rule die de regeering zal
voorstellen.
Indien de nationalisten geen kans zien
om het regeertngsontwerp over Home Rule
te steunen zal de regeering haar lot niet
daaraan verbinden. De bedreiging met ont
slag is alleen tegen het Heerenhuis
gericht, waar de conservatieven het ont
werp natuurlyk zouden kunnen verwerpen.
Ingeval de nationalisten uit Ierland te-
rugkeeren zy zyn gisteren allen uit Lon
den vertrokken daar het Lagerhuis met het
ontwerp op het manschapamateriaal klaar
is met het vaste besluit om de Home
Rule-<iienstplicht afspraak te verwerpen,
zal intusschen alles weer op losse schroe
ven staan.
De kwestie der legervereterking moet
dan ook wel kritiek zyn dat de regeering
zich al deze te voorziene moeilykheden op
den hals heeft gehaald.
Courtien ten antwoord
„Het zal voltooid worden."
.„Omdat gij het voltooien wilt.. Hebt
gij uw echildarij reedh eeu mum» gege
ven
„Alpentragedie.
„Het klinkt grootech."
„Het is grootach IV
Zy verzocht hem, haar het onderwerp
te beschrijven. En hij vertelde, op het
kerkhof van Maloja, op dezelfde plaats,
waar zijn geweldige fantasie voor hen
beiden, die in het leven elkaar niet zou
den toebehooren, het gemeenschappelijk
graf had bereid. Tot haar «prekende, sprak
hij eigenlijk slechte tot zteh zelf
„Een reusachtig doekt Michel Angelo
zou er pleizier In gehad hebben en het
als een willen wand hebben beschouwd.
De tragedie der Alpen van den Engadin,
Maloja-treurspel: de wereld daar o«nhoog,
waar geen menachengeelacht woont. Het
is een wereld, waar het menschengeelacht,
als het met moeite omhoog kruipt, op
wurmen geBjkt; het te de tot ija gewor-
den wereld -
ondergang des heelals.
,.Het is een nacht met volle maan, de
storm brutea Hij drijft een onweer voor
zich uit, scheurt nevelen uit de kloven,
jjiagt ze naar de toppen, langs denman.
aan zichzelf gedacht, zij zou nooil aan
zichzelf denken. Dat zij zijn ernstige help
ster was geweest, die zijn eerste kunste
naarsschreden had geleld, viel ook Sivo
Courtien niet in, die nooit aan anderen,
slechts aan zichzelf dacht, of beter ge
zegd altijd slechts aan zijn kunst, want
die was hij zelf. Maar de anders zoo
gesloten man werd door zijn gedachten
bewogen, over zich zelf te spreken, tot
het meisje, wier mond geen woord van
liefde kon zeggen
„Zij willen mij niet Ik ben hun te
zonderling, te afgetrokken. Ik beu een
eenzame. Iemand, die niets met hen ge-
mee heeft, niets gemeen met de kudde.
Zij haten mij en zouden mij het liefst
uit de wereld helpen. Ik ben voor hen
een stormvogel een revolutionnair, een
oproermaker. Omdat Ik hun afgoden niet
I Wo dt vervolgd/,
4-.—- - "«B—