Visitekaarten
Briefpapier
Handelsdrukwerken
Drukkerij A. BRINKMAN ZOON,
MARKT 31.
Voor 1919
Ziet Uw voorraad na van
en vul dien aan voor 1919 bij de
Tel. 82.
N
No. 1»
Fawi
Dmf Uiiti
Nmr
en
bcraadsla-
ging en »nder hoofdeRjke .temming
aaïj^°<roRziTTERru^ m ewcM i
rthXm vm^denOaft«k voor
Redactie t T
VCHi BQÜ
hMT<
«MÜÜ.
ABONNEME
per kwartaal
France per pos
AbMUiementa
by onxe agent
ADVERTEN'
1—5 r»g»l» 1
1—6 rog»!» 1
bedea 12% cent
Huldiging]
bezoekt i
minister
kolen en
daad van
niet 2xk
meest belangrijke v
met de eerugszm
gen tusschen Nede
huldiging van den
den Nexlerlamdsohe
ke gisteren daar p
meldt daarover, di
de huldiging der
ten, Spanje en Ned
head van bijkans d
had.. Zy droeg i
Kardinaal Mercier
De eerste redevc
door baron de Fav»
Senant, <Ue, spreke
de: Wy zijn vere
aan drie vrienden
dankbaarheid der f
Hunne Excellenties
eeni gde Staten, Sp
getuigen zijn gew<
wy hebben onderg
houden «n» «te me<
bipederlyke gevoeU
g|n. Zy hebben on
zoo wreedaardig he
toegewyden en e
leend.
De heer van Vol
intelligent, heeft si
thie veroverd. Hy 1
waardige vertegenv
zoo gracieuse Maje
mina. Al onze bej
weerklank in het 1
spoorden hem aan
brengen. Handig ia
met de gunstige be.
bezettende autorite
me schaal de taliloo
futeeren, welke zié
ijver hadden toever
De koelbloedig bt
gevoerde maatrege
tatie der arbeiders
de nienuehelyke en
by den heer Van V
levendige verontw
heeft dan ook inqt
dividueale protaatai
welke hem door dx
des lands werden i
de grootste wilskra
kan niet tot een andere berekening
komen.
Er koirit bij, dat de cijfers welke
genoemd zijn, uitwazen volgens
die lijst zouden het er 603 personen
zijn dat het aantal personen, die
van de lijst verdwijnen, zal zijn 662.
In elk geval staat toch vast, dat die
662 personen, die van het kohier ver
dwijnen, geen hoogere belasting be
talen dan een bedrag van 75, dat is
gemiddeld ongeveer 2.50. Dus het
bedrag dat aan belasting gederfd
wordt, kan onmogelijk hooger zijn,
zooals ik reeds heb te kennen gege
ven, dan 1400.
Ik geloof dus inderdaad, dat er
niet zoo groot bezwaar is om mijn
voorstel aan te nemen.
De heer IJSSELSTIJN: Ik doe
opmerken, dat de heer Van der Want
zich inderdaad vergist. Het meerde
re, dat afgetrokken moet worden door
hei vflbrstel-van der Ree is reeds af
getrokken. Daarmede is reeds reke
ning gehouden en daardoor komen
wij aan het bedrag van 13.000. Dat
is reeds afgetrokken. Dat wordt er
niet dubbel afgetrokken. De heer van
der Want laat het voorkomen, alsof
wij in het voorstel-van der Ree laten
aftrekken en dan nog eens laten af
trekken volgens zijn voorstel. Daarin
vergist de heer van der Want zich.
Ik wil om den heer van der Want
te overtuigen met alle soorten van
genoegen de cijfers in hun geheel op
noemen; dan krijgt hjj de volle cal
culatie.
De heer VAN DER WANTU hebt
gezegder zijn 164 personen met een
belastbaar inkomen, die van de lijst
moeten afgevoerd worden. Dat kan
volgens mijn voorstel niet bestaan;
want ik stel niet voor om personen
met een belastbaar inkomen van
125 af te voeren. Ik stel alleen voor
personen af te voeren, die een inko
men van minder dan 100 hebben.
De heer IJSSELSTIJN: M.d.V.
De zaak is deze. De heer van der Ree
heeft voorgesteld om af te voeren de
inkomens van 600, dus inkomens,
die 100 meer waren belast dan bij
den bestaanden toestand het geval
was. Dus daarmede werd verkregen,
dat 284 personen met een inkomen
van 100 zouden afvallen. Het voor
stel van den heer van der Want gaat
verder. Dat voert nog 164 personen
met een belastbaar inkomen van
inkomen van 125 van de lijst af.
De heer DONKER: M.d.V. Ik zal
mij niet begeven in het als ik het
zoo noemen mag geharrewar van
cijfers, want ik ben daarop niet voor
bereid. Ik heb de zaak mij zoo inge
dacht.
Zodals de heer IJsselstijn zegt,
hebben wij een flinke stap in de goe
de richting gedaan en nu dienen wij
ons de-vraag te stellen, wien het
voorstel van den heer van der Want
ten goede zou komen. Nu is het mijn
vaste overtuiging, dat het alleen ten
goede zou komen aan de vrijgezellen,
nemdng van het voorstel-van der
Ree,’ die cijfers van mij niet juist
kunnen zijn, maar het ia toch ónmo
gelijk, dat het nadeelig verschil zoo
enorm veel grooter zal zijn. Zelfs
wanneer het aantal personen, die van
de lijst werden afgevoerd, nog groo
ter was dan volgens de berekening
welke ten stadhuize gemaakt is, zou
er nog geen grooter nadeelig saldo
kunnen bestaan dan ten hoogste
1400hoewel ik aanneem, dat mijne
berekening béter bij de werkelijkheid
zal komen.
Het is daarom, dat ik met vrij
moedigheid mijn voorstel nogmaals
durf aanbevelen en dat ik hoop dat
het ook zal worden aangenomen.
De heer IJSSELSTIJN: M.d.V. In
antwoord op hetgeen door den heer
van der Want is gezegd meen ik te
moeten vastleggen, dat deze bereke
ning geheel en al gebaseerd is op het
kohier van 1917. Dit. is aan den heer
Van der Want bekend.
De berekening echter van den heer
v. d. Want wijkt af van de bereke
ning, welke ten stadhuize is gemaakt.
Ik geef toe, dat het in belastingzaken
geen puzzle is om af te ronden en
dat ook in deze eenige afronding
plaats gevonden heeft. Er is bere
kend, dat het voorstel van den heer
van dér Want aan de gemeente zou
kosten een belastbare opbrengst van
een ton. Dat moet zjjnongeveer een
ton. Als men het juist berekent, dan
komt men tot 89.000. Er zijn name
lijk 164 aanslagen met een belastbaar
inkomen van 125, die zouden komen
te vervallen; 266 aanslagen met een
belastbaar inkomen van 150 en 173
aanslagen met een belastbaar inko
men van 175.
Het voorstel van den heer Van
Want doet vervallen dé aanslagen
van 25, van 50 en van 75 boven
het voorstel van den heer Van der
Ree, en die cijfers zijn slechts door
mij genoemd.
Wanneer men nu ziet, dat die 164
aanslagen vertegenwoordigen een
belastbare opbrengst van 20.500,
die 266 aanslagen een belastbare op
brengst van 39.900, en die 173 aan
slagen een belastbare opbrengst van
30.275, dan komt men globaal tot
een bedrag van 89.000.
deraftrek ad 50 per kind komt dat
bedrag niet in aanmerking voor een
gezin met kinderen. Het voorstel van
den heer van der Want zal dus alleen
ten goede komen aan ongehuwden of
daarmede gelijkgestelden. Ik meen
dan ook, dat met het voorstel van B. I
en W., zooals het-nu gewijzigd is, een
flinke stap in de goede richting wordt I
gedaan, en ik zal dan ook zoo vrij zijn
17)
Onwilkkeurig ri<
op Joaohiiu’fa por
lipg week gdsten
haar haaden grep
alsof de woud we
lag, glimlachte, aJ
sproken.; ,.Neeö»
uzejf idet!"
Neen, nu wilde
meer kweika I
Maar bij had
ten hebben. Doch
gelaten stominfag I
zij quitte met Wui
nog niet geheel, wi
ongeroepen komen.
Maar dikwijte w
moedjg Jn zijn d
vonk <Jof gcgloMd-
ijzige kalmte getOK
Verliet Als hij n
terugkwam. Ach, c
ten tijd nog maar
Ecu we«k veriie]
is, want iedereen gevoelt, dat by een
voudige berekening de kosten van
mijn voorstel niet zulk een overwe
gend bezwaar kunnen vormen. Het
komt mjj voor, dat de cijfers door
den heer IJsselstijn genoemd, niet
juist zijn. Hü zegt, dat er 164 perso
nen zijn, die er afvallen, met een be
lastbaar inkomen van 125, 266 per
sonen met een belastbaar inkomen
van 150 en 173 personen met een
belastbaar inkomen van 175. Dat
is juist, volgens die lijst, wel te ver
staan, maar inmiddels is het voor
stel van den heer Van der Ree aan
genomen, en zijn van die personen
reeds 100 afgetrokken. Nu neemt
de heer IJsselstijn voor het belast- I die geen belasting behoeven te beta-
baar inkomen van die 603 personen 1 len tot dat cijfer toe. Wegens den kin-
een globaal bedrag van 100.000, J-J CA 1--J J-*
maar in dit bedrag zit ruim 60.000
die er al van afgegaan is door aan
neming van het voorstel van den
heer Van der Ree. Dus het verschil
dat overblijft door aanneming van
mijn voorstel, vertegenwoordigt
slechts een bedrag van ruim
30.000.
De heeren ontkennen dit, maar ik
gemeente worden geëischt, het voor
stel van den heer Van der Want zul-
len verwerpen. Wy hebben er reeds
meermalen op gewezen hoe groot die
offers zijn, vooral in zake de distri
butie.
Er zijn voorstellen in bewerking,
die enorm veel geld zullen kosten.
Het moet toch opgebracht worden.
Wij weten, dat menschen met kleine
inkomens met moeite rondkomen,
maar dezelfde moeilijkheden open
baren zich in den boezem van de ge
meentelijke huishouding. Vooral moe
ten wij, die gesteld zijn om voor die
belangen te waken en te zorgen, dat
de groote zaak blijft rollen, dat in
ieder geval in het oog houden.
Nogmaals; er vallen een macht
van personen buiten de belasting,
vooral door den aftrek van 50 per
kind, welk bedrag- een verhooging
van het vroégere cijfer met 100
beteekent. Men moet eens tevreden
zijn.
Moch later blijken, dat de gemeen
te minder groote crisis-uitgaven te
doen heeft en dat het maar eenigs-
zins mogelijk is een grooteren aftrek
toe te staan, dan kan de heer Van
der Want er op rekenen als ik dan
althans nog in de gelegenheid zal
zijn daaraan mede te werken dat
ik oen van de eersten zal zijn, die aan
zijn zijde zullen staan. Waar even
wel de financieele toestand van de
gemeente niet rooskleurig is, ontraad
ik ten sterkste het voorstel van den
heer Van der Want aan te nemen.
De heer VAN DER WANT: M.d.
V. Met belangstelling heb ik de rede
van d#ii wethouder van financiën ge
volgd en ik leg er den nadruk op
ik hebvdat reeds meermalen gedaan
dat ik volstrekt niet ontveins, dat
wij te letten hebben op de uitgaven,
welke wij doen, en op de verminde
ring van inkomsten, welke wij tot-
stand brengen. Ik ben echter in de
zen Raad er ook altijd aan gewend
geweest, dat, wanneer een voorstel
aanhangig is, dat men niet met an
dere argumenten kan bestrijden, men
het eenig overblijvend middel ter
hand neemt, namelijk een beroep op
de groote kosten. Ik heb al reeds meer
gezegd, dat ’t een goedkoop argument
-r- is, en ik geloof, dat het vanavond in
Het percentage van toeneming is I het bijzonder een goedkoop argument
eenmaal gesteld op 3dus komt men
met een dergelijk cijfer hooger; mo
ge het dan niet zijn tot een bedrag,
door den gemeenteambtenaar ge
noemd, van 8500, in ieder geval
komt men tot een bedrag van onge
veer 3000.
Verder vergeet de heer Van der
Want, dat door zijn voorstel het ver-
menigvuldigingscijfer omhoog wordt
gebracht en dat daardoor ook het ver
lies aan belastinggeld hooger wordt.
De Raad als zoodanig heeft in zake
de belastingvoorstellen een groote
schrede gedaan. Het voorstel van B.
en W. met betrekking tot den aftrek
van 50 per kind en het voorstel van
den heer Van der Ree kosten in ieder
geval een bedrag van 13.000 aan de
gemeente. Als wij daarmede nog geen
genoegen nemen, zullen er altijd
stemmen in den Raad opgaan, die
steeds meer zullen vragen. Er moet
toch een grens zijn. Wij maken, in
verhouding tot andere gemeenten,
inderdaad met deze wijziging geen
slecht figuur. Ik hoop dus werkelijk,
dat de heeren, die maar al te goed
weten welke groote offers van de
om mljft
deren overeenstemming is I
’'punt III wordt zonder beraadsla
ging en zonder hoofdelijke atemmmg
“Daging over punt IV, lui-
denHet tarief behoorende bij artikel
9 wordt nader vastgesteld als volgt.
Elke 500 belastbaar inkomenbo
ven 11500.— belastbaar mk«m«n
vormt een nieuwe toeneming in dai
zin dezer verordening, terwijl het
percentage voor .die toenemingen
bl'(Zie5hiervoor de betreffende bij-
lageZophpag. 154 van Verslag no.,9
Vaï>e23 VOORZITTER: Het tarief,1,
zooals het is medegedeeld, zal, in ver
Cd met de verwerping van het,
voorstel van den heer van der Want,
1 eentmdWarhge^%"end
I tanginTen met tm belastbaar in-
l'^vTn f 100, terwül w«^nu a-
wijziging zal moetai zjn.
band ^mèt ^d^e^verwerping van het
voorstel van den heer van der Want
der toeneming zal bedragen 3. De be-
dragen der aanslagen kunnen uitge-
'^e'be'raadslaging wordt gesloten.
De VOORZITTER: Wordt er
hoofdelijke stemming over punt I
VeDentaer VAN DER WANT: M.d.
V Ik verlang geen hoofdelijke stem
ming, Xr geacht te worden
de” hoofdelijke stemming aangeno-
alr^gX’s VzlnXrVtt
ging en zond^ hoofdelijke stemming
aaDge°nVOORZITTER: Ik stó voor
alsnog aan de verordening toeito.voe
gen een bepaling, dat W m werKi g
treedt op 1 Januari 191»-
liit voorstel wxirdt zonder beraad
slaging en zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen. j
T)e verordening m naar g
wordt zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
Aan de orde:
u.., voorstel d» Comml».ie voor de
SU.Tverordeolnsentot.udziozd-
meene PoUtie-verordeiung. (No.
Wordt zonder beraadslaging en
zonder hoofdelijke stemming aange-
nomen.
Aan de orde:
De motie van de heeren dr. Hoffman
Muilwijk om aan de Regeering te verzoeken
zoo spoedig mogelijk over te gaan tot wet-
telijke uitvoering van artikel 192 der Grond
wet.
De beraadslaging wordt geopend.
De heer HOFFMAN: M.d.V. De
bedoeling der door ons ingediende
motie is, door den Raad eener be
langrijke gemeente met gemengde
bevolking aan de Regeering een mo-
reelen steun te bieden bij hare voor
nemens tot het inrichten der wette
lijke uitvoering van artikel 192 der
Grondwet.
Door die uitvoering zal o.i. worden
versterkt het gevoel van saamhoorig-
heid der onderscheidene volksdeelen,
in nationaal verband vereend, maar
met behoud der eigen berechtigde
ontwikkeling dier volksdeelen naar
hunne bijzondere levensverhoudingen
en krachtens het beginsel van vrij
heid, dat steeds historisch in ons volk
heeft geleefd.
Door die uitvoering zal ook een
groot volksdeel, dat der bijzondere
onderwijzers en onderwijzeressen;
economisch worden gebaat, zonder
schade voor hunne openbare colle
ga’s.
Wij herinneren er aan, dat reeds
door andere gemeenteraden derge
lijke moties met gelijke zedelijke en
stoffelijke bedoeling zijn aangeno
men.
De heer ÉNUTTEL: M.d.V. Ik
wensch gaarne mijn stem te moti-
veeren. Dit doende spreek ik tevens
namens mijne politieke vrienden.
Wd wenschen te verklaren, dat wy
zullen stemmen voor de motie, inge
diend door de heeren Hoffman en
Mujjlwijk. Wij doen dat, omdat wij
het zeer gewensch achten, dat de sa
larissen van onderwijzers en onder
wijzeressen, dienstbaar bij het bij
zonder onderwijs, op hetzelfde peil
gebracht worden als waarop staan de
salarissen van het onderwijzend per
soneel bij het openbaar onderwijs, en
omdat wij het dringend noodzakelijk
achten dat dit zeer spoedig geschiedt.
(Teekenen van instemming.)
De beraadslaging wordt gesloten
en de motie zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
De VOORZITTER: De motie zal
aan de Regeering worden gezonden.
Aan de orde:
De rekening van het Grondbedrijf over
het jaar 1917.
Wordt zonder beraadslaging en
zonder hoofdelijke stemming goedge
keurd.
Aan de orde:
De verzoeken om ontheffing van de beta
ling van plaatselyke directe belasting naar
het inkomen voor den dienst 1918|1919 met
het desbetreffende voorstel van Burgemee».
ter en Wethouders.
De openbare vergadering gaat over
in eene met gesloten deuren.
Na heropening wordt op deze ont-
heffingsverzoeken beslist overeen
komstig het in besloten vergadering
verhandelde.
Niets meer aan de orde zijnde,
wordt de vergadering door den Voor
zitter gesloten.