l I 9 P BUIS ibacht. I. OF onzekerheid. lSr5.te’VX-nw <*- texx -ritodLto’teorétaxi.'Ki.te'blgudL voox m skex Ozxugin?taJK*3cx. Zaterdag 12 April 1012. •Se Jaargang. BEHALVE ZON- EN FEESTDAGEN. u Bureau: MARKT 31, GOUDA. tien coeien eien H 1 I j imer kbank. I I 100 Blad. Feuilleton. CINDERELLA. VERSOHUNT DAGELIJKS 1 A4mi»i«tratM i Talaf. latwe. 82. I 1675 ï84 geen Do waK „JaT, mi hM wor- het zijn F 1918: 3.882.060- I 3.877.350.— I 0.004.700.- I 0.557.810.87 y»*» fa ftfafa MARKT U. OOÜIU. wnfafa» OiihrirMniii tet fai >nwt>ih>): InwrfMJtlty) Wtm G«fa 4u tmonrbüw: ‘lOWfaUfc tm pobUfa nnuMtlk» MrnftL Adrutfafa ta fet Z>M4m«w 20 fafa» °v fa - Redactie t T«lcf. Inters. 545. o b nnrwi. UN kat Patoto* vrataato <Bi J. B W »r VLM» BMML fBM vratoto».) king van één kwartier op Maandag j.l. was in haar soort een aristocratische geste, waarin macht en zelfbewustheid tevens minachting en hoovaardigheid sprak. In Haagfichea stijl. Een echte gentian*» die zich in zij» eer getast acht, staat ook oen oegenMik stil, rolt met de oogen, ziet met souvereine min-» achting néér op dengene die hem af fronteerde en gaat dan weer verder. Precies zoo deed het personeel van de Haagsche tram. Het bleef ook even staan, zag het publiek minachtend aait en de tramdirectie nog meer, haalde den neus op en reed verder. Men kon nu weten dat Jan Conducteur en Plet Wagenbestuurder boos zijn en er het blikken trommeltje respectievelijk den kruk bij neer leggen als zij niet spoe dig hun zin krijgen. Wanneer deze mi nutenstakingen in de mode komen, kan het leven vol verrassingen worden. Reeds hoorde ik dezer dagen een dienstbode den bakker, die wat iaat was, toeroepen of hij soms een kwar tier had stilgestaan om te staken. Straks zien wij een lijkstaatsie plot seling op de straat halt houden, omdat de dragers even demonstreeren willen; blijven de politie-agenten een kwartier lang stokstijf staan met hun oogen dicht om ook te laten zien dat zij net kunnen. Zoo zal het wel aardig wor den op straat. In den ouden tijd wareni er menschen die hun vroomheid wilden: laten zien, en die daarom ep de hoeken» der straten blijven staan om te bidden. De solidariteit van de vakvereeniging: wordt op dezelfde wijze „beleden Naar wij vernamen hebben alle de partementsambtenaren als protest te- Dit nummer bftrtMluirtwee bl«det| en twee bijvoegsels. De wurald staal op ’t oogeoblik iix fcet teekaa van de omekwhaid. Meq weel niet wat hot waidcn wil, waarop het zal lüttoopan met de» vrede, in. Rusland, ia Duitschlaod ea elders. Dq geweldige oorlog heelt de wereld ui ij hare voegen gelicht, de gansche ma- chiaerie doen schokken en gedeeltelijk! tot stilstand gebracht, gedeeltelijk on- regelmatig en anders doen loopen dam men hpt gewoon was. Thans zijn de pogingen weer begon-, nen om alles opnieuw op den ouden* dreef te helpen. Maar de geweldige we-» reldgebeurtenissen hebben te veel vant het oudé weggeslagen. Precies zooals het eens geweest is* zal het nooit meer worden, dat voeltj men wel. Maar hoe zal het dan wor den? Veranderen doet de wereld altijdl en voortdurend. Maar die veranderin-» Sfi» komen geleidelijk en daardooq nauwelijks merkbaar; men groeit er als, 'i ware in. De schokken van den laat-» sten tijd hebben echter een plotselinge* wijziging gebracht in het gansche we-, reld- en levensbeeld en ze zijn nog be-, zig hup jnvlod te doen gelden. En datj laatste juist brengt de onzekerheid., Thaós is veel npg bezig te veranderen* en te worden. t Hoe zal nu de toestand zich sfabili-. aeeren? Pftarovar tast men nog in het| onzekere zoolang de berichten nog niet; uitgewerkt zijn en nog nauwelijks de richting te bepalen is, waarin zij zich; verder zullen bewegen. En het is dezes onzekerheid, die op heel ons leven dien vorlammenden invloed uitoefent, die< overal ep lp alles merkbaar is. Achter’ al wat we doen, staat voortdurend de gedachte, dat ons werk wellicht noo- deloos en nutteloos is, omdat straks een plotseling wereldgebeuren, een in-, grijpende wijziging in de levensverhou dingen al het tot stand gebrachte als overbodig weg kan vagen. Dezelfde afwachtende houding, die] het zieleven nog voor een deel in haar i verlammende greep gevangen houdt, j kenmerkt eigenlijk ons geheele leven. Dat is vn gevolg daarvan, dat we niet weten, zelfs bij benadering niet syJiaudMC. aa> fa kwl U» De deur w» eveoeeoe ouMoieu. Een onder ben naderde om hem ie hel- pu. wr hu «hl «fa enkel tafaafa hij bom u» Mi nun do klM mu blo. fajd «faUuld ia 14 witte leden. Dau leghi hij het iu«e maiage neer. En far Hitt «Ij w dan huldigen da» Nadal Dweid ha paud uw hu w had «faafa Iwfaa HU DM> fa gxatkelfa terug, neon een beitel uit rUn fa au op eg don Steen dar Stteliaga beitelde hij, JUB dulUMjk «te M. «leenhouwer de Whwten - niMlanaat heb Ik «egaal» i HESTER STIRLING, vrouw vaa Datvid Sttalln» noon ran Adelend, gaMomn 20 Maart IK. ouJ 17 jiar. fafa» ailmfalfa m tifaMfa MtafailM* Ml Hfafa M «aa mttf eearta prflu. Oma. tettera ag nade. mtda. i irihi.i mm pteateraM. AdnrteMifa haam, werd» te«rn;Mni deer >u.ehMte«iat TM aetteda Baatt» Mam, AdnrtMtttebuHMx m «mo AgeMa» ïDE to Berg- nens VRIJDAG as voormiddag! I aan de Bouw» door deu heer snedenberg om st openbaar te Overloopen, 4 met lammeren, wagen, Tuigen, en Melkerij- ironder Wring’, pers, Kuipen, Slieten, Palen INGEZONDEN MEDEDEEUNGENi K-4 ragnto l.H. «Uw <w«l /«JA Op de roorpe«ina 60 hooger. 85) Zij ging» wilde niet geweerd den, en ze zeggen, (oiaehoon zij oocB <M dat «rite toe», late Hestor hem niet gesmeekt W, Vavid BUrteg «j» eiea» moeder de draar sou haNto» gTnjgntd 2eti jonge ding «deal dien dag In de witen v^» IMWd hij Kat rallen randt» atheaur, da meUnlMP atondap ia de straat sdl om .na— het. woeaen vauden Merken man te luisteren Daarna sloot hij de deur en geleidde rif*/ moeda» naar bat begin va» de op. rijtoaa «ai. u in hrar amm. Verder »•- d*. M atat gran» daw «enddo hij toch •at, da lara in naar dm MiarijBwer. haa Hke» koos hij hout uit; want hij waa- aNjd haad^g met het g.-reedMhap ra kuirataart» ging M met planken op zij» •ehouder. Reu. hooide deu geheel— naeht he«go> kdt« vaa ham we». Maar tegen dra ooh» tend, wra aüea at«, soodat al) toepas ■tng luisterden, want dj vreeaden, dat hu* V— - A rarsejmen»g neea eo» eeee geoMMae ons vr; 4e toél als de voortzetting vao het heden eg kuimen dug in grow omtrekken haaf weten kmmen, wat de toekomst vag beeld ep ulkticht bepalen. En daarnaar riebton we immers onze inspanning, onze werkzaamheden, heel de gang van ops leven. Want in die toekomst, met in het heden, moet al wat wc doen en denken zijn uitwerking hebben en zijn gevolgen doen zien. Willen de resultaten dus ?ijn, zooala ze die bedoelen, daa moeten ze zich bij benadering althans een beeld van die toekomst kunnen vormen. Zoolang wq dat niet voor ons hebben, tast al onq werkqn in het ijle. En hpt weten van velqn, dat die thans in bijzondere mate het geval is, bracht ons m afwachting en verlamt onze energie. Het is in wezen een gewaarwording, die telkens, schqon dan minder sterk, het leven der menschbeid en van den enkelen mensch belemmert, en onzeker maakt. Want immers we kennen nooit de toekomst. En het is dan natuurlijk, dat er telkens tijden van onzekerheid waarin we niets goed weten, naar wel ken kant ong te richten. In het grootn leven der menschheid, waarvan de ge schiedenis vertélt, zijn dergelijke peri oden duidelijk verwijsbaar, maar ook) wij zelven kennen ze allen in ons eigen; leven, leder oogenblik als ’Lware, 22" a ginne een aardige afwisseling Zijn, hoewel het misschien spoedig gaat vervelen. Thans leven wij in afwachting van de beslissing inzake de tram, of die a.s. Maandag zal stilstaan of zal rijden. De fietsen zullen van de week wei eens nageziea worden. Misschien wordt be paald, dat de staking aNeen doorgaat bij slecht weer! Bij goed weer is het niet aio’n straf om ie wandelen en voelt het publiek het niet zoo aan den Mjve. Het lijkt ons niet onwaarschijnlijk, dat het echter niet zóóver zal komen, want de directie zal wel eieren voor haar geld kiezen. Bovendien dreigt het gevaar dat het gansche bedrijf stopgezet wordt en dan heeft de ge meente krachtens de concessie het recht van naasting van het gansche be drijf. Indien dat het resultaat van een staking zou zijn, zou het niet kwaad zijn, want dan waren de Hagenaars metéén de bron van narigheid kwijt. Overigens fleurt de lente het Haag je weer op. Overal bot het jonge le ven uit en ware het slechts dat de lang verbelde vrede eindelijk geteekend ware, dan zouden wij een aangename zomer tegemoet gaan. Van de bad plaats vernemen wij nog niets bijzon ders noch of daar al veel besproken Is voor het seizoen, noch of er slapte heerscht. Waarschijnlijk zal dit jaar de towrtimd weHets anders zijn dan tot nu toe het geval was. Gedurende de oorlogsjaren was het wel heel druk ofS de badplaats, maar het was een ge heel ander publiek dan vroeger het geval was. De beruchte O.-W.’er* had den er hun aandeel in en het waren voorts vele rijke Duitschers die tijdelijk op school trachtten te komen aan de met al te overladen tafel van de Ne- derlandsche gastvrijheid. Wat vooral trof was de afwezigheid van de Amerikaansche toeristen. Niet onmogelijk is het, dat zij thans in groo- ten getale zullen komen indien zij al thans ook gelegenheid krijgen om de gevechtsterreinen in België te bezoeken De Wijze Raad van vieren te Versailles verpraat den besten tijd en indien het geen diplomaten waren die daar praten maar handelslui, zou het einde al lang bereikt zijn en zouden ook andere moeilijkheden niet zoo blijven aanhou den. Het is nu vooral de handeldrijvende middenstand die klaagt. Algemeen E* daarna wendde hij toch ai oa ging naar zija plaato tn de kerk. Oianbeo» je grootvader oen hardvarhtif num wm met oen hart ah ateon, wu hij reebL vaardig naar het licht dat hem schonken- „En word vader nooit teniggeaien voor dat hij grootje en mij kwam opzoeten?” vroeg Uetoer, wise Wook gelaat ea tril lende Bppen verrieden hoe ontroerd zij wae. Ja», aooak meestal het gevat b, waa baar eerate vraag nog zeer alle- daagpoh. „Mra Mg oi boorde nooit weer iato vao Imm, mijn meiage.' En toen hij to- rog\ranb gjief hij nimw-r naardakprk ot tot «n', waar naato de vrouw iljner UeMe. de man lag, <fcen hij ab vader abt langer ate rader erkende." „Ik weet*', zei Under met betotohsM, „waarom hij nlat ging.” „Waarom F*‘ vrosg Ma^iy. ..OnMm Mj haar IMhed!” bevw, omdat hij hem hrafte,” vertotardo Mega „Gij ’ty( weawi toom, gij EMrilng'a vau Ariot&ad Gil houdt uw afkeer nog tot ver over het graf” „Dra ben ik er stoter van, Mec^.dai Ut gaa» rara Shrttng ben’*, sel Reetdr een wton’g Pochende, „ik geoof.dat zo* EBto ToqAtahan zou kunne» rargevra” n Ml. Natuurlijk, we keaoea dal immars ook, dat we niet weten, ist nooit, maar we zien haar hoe we de toekoaist ten opzicht van dat ftuMt witte». Naar die toekomst, moniIs we «tie wenachen of weten, rich ten we wee daden. En dte daden wor den onzeker, het nemen van een beslis sing, het doen van een keuce wordt moeilijk, zoodra we de toekomst, de lijn van ons leven, ’t zij we die zelf moeten trekken of de omstandigheden hem voor ons aangeuoti, niet duidelijk voor oaa zien. Het is de verteoabeling van onzen blik in het leven, die ons onzeker maakt. Hoe duidelijker we den *weg van ons leven voor ons uit zien, des te zekerder zal onze houding zijn. En het zyn daarom juist vooral die menschen, die zich door bedenkingen over ande ren, door zorg of liefde of medelijden voor anderen niet laten beïnvloeden, die bet zekerst gaan en wier houding het sekerat schijnt. Want het is alleen hun eigen weg, dien zij gaan en alleen hun eigen wH, hun eigen belang dat hun den weg wijst. Het is alleen die eene stem, waar naar zij luisteren. Daarom is het niet altijd eu niet in alle opzichten een prij- zanswaardige eigenschap, steeds zeker tq zijn van den te volgen weg. Juist i meuBchen die allerlei overwegingen la ten gelden, die dieper zien*in het leven en ruimer om zich heen en ten deele r anderer geluk verantwoorde lijk achten, weifeterr vaanlang omtrent den te volgen weg. Maar deze onze kerheid heeft, waaruit ook voortgeko men, altijd iets pijnlijks, omdat ze be lemmerend werkt op onze levenswerk zaamheid en afmattend tevens. Het is dit afmattende, dit angst', afwachtande, dat thans de menschbeic in bijzondere mate ondergaat in ^en onzekerheid, waartegen iedere indivi dueel wil machteloos staat en die gansch ons huidig leven met ineenstor ting te bedreigen schijnt. Slechts een spoedige oplossing kan de rust terug schenken, die alle intensieve werk zaamheid van nature noodig heeft. staan we voor beslissingen en we ne men die zaak zonder dat we het zelfi merken, als werktuiglijk, soms ook na* langere of kortere weifelingen. Maar» dqn een meer, den ander minder,, toch ieder mensch gebeurt het telkensi ww, dat hij aarzelend en onzeker als* op een kruispunt van veel wegem blijft staan. En dat is dan, wanneer hij zich: omtrent de naderende toekomst, voor- zoover de materie, waarin hij te be slissen heeft daarin tot uitdrukking komt, geen vast beeld kan vormen en die beslissing daarop oen grooten in-, vloed kan oefenen. Dat kan gebeuren in gewichtige en in nietige aangele genheden, maar altijd zal het zijn» om dat met betrekking tot die aangelegen heid hem de toekomst niet helder voor oogen staat. Dat onzekere van de toe komst is echter niet altijd en niet en kel het gevolg van de gebeurtenissen buiten ons om, het kan óok zijn oor- j zaak hebben in onzen wil. Wanneer we niet weten wat we willen, dan is MinCVBN UIT BV BOTOTAD. CCCCLXIX. De tram houdt natuurlijk alle aan dacht gespannfen. Het personeel tracht eêfl’ wit voetje te krijgen bij het pu bliek evenals het dat in 1914 bij de staking had. Zelfs neemt het in zijn da den een aristocratisch air aan. De sta- itig gen de trage behandeling van het; eids duurte-ontwerp in de Tweede Kamer besloten gezamenlijk éénmaal allen op; tijd op hun bureau te komen! Het lijkt een grapje maar het is zoo. Als iemand wil demonstreeren, moet hij iets extra-ordinairs doen, pre cies het tegenovergestelde van het geen hij gewoonlijk doet. Welnu daar om hebben de ambtenaren als extra-' ordinaire demonstratie besloten een maal allen op tijd te komen. Dat zah een interessant gezicht zijn de optocht van ambtenaren voor de deur van de departementsgebouwen. be gemeenteraad zou óp die wijze t wel eens bij wijze van demonstratie zijn agenda kunnen afdoen en eens één keer niets uitstellen. Al dat gedemonstreer zal in den be- - ^twijfald zou tij er over hooren »pre- kou. Ea somnügon vreesden, dal ee» noord het gavplg zou worden. Waatmeu ztode, dat de oude Arlolond (zoo noemde men je grootvader) haar dit denxoidcr zov >>vton ueioen en In het Mrmea*raC»oa doen bewavra En andaren voorspelden, Alt David dan raker teru^teeren onsijn vader naersahitoen sou. Enkelen dedaa ♦r een eed op, dat zij hem nacbte over het kerkhot todden zien alulpea of zioh neerworpen in da natte anrauar vaa het graf zijner vrouw. Maar ik waet niet of dat waar wa» of nlat. volgenoen Zondag wa» er era groote nmnigta in de kerk ot Kever op het kerkhof,, want ntanand «Lng naar Uraan, dia het koa natouu. Zij wrahora op dra (wutoa Arioiand. Hij wa» een omJoritog;. eu uo» nooit wra het voor- gttMMn <ht Uj waabtoel Laat ima hij da atraat af, «to een voornaam beer op zij» iMtoia paard rijAmda. HU ateog af'bij tot tok raa <te kerk ra fat aija paard- aaa een ItMotA Hij trad Mmrazonder toU te vtara of op «te mearabra aeht te geve», liep bij Itnf—am ra btoaraii naar de tand ie- ktoder. De deur wa» weer geatotan, tot Slot ton» er ara. Maar de ineeriptie wra nog raamt ra heMer. Hij ra« be< mo nument aan ra ha do woerden ''twsehei- deoa keeran over. En oMoon er velen waren, die zijn fntaat gvtetooejen, kon- dra eti ra ntete «p ooftft«e. Einde lijk «prak Mj iMfraara ra bedaard ate hal. ware tet zlahzaH„JnT, ral hg „bte la toar recht I Ik omkra tot»< Met te tetnr M*t r Daajna ging hij heen. Niemand zag hvni vertrekken. Hij U«t zijn huto zoo- ala het rtoiM. De huur werd tot den laatteten deg be.aa’d. Het hulwaad, dat hij toeat werd niet aangeraakt Itehula- beer, Mae Derwadt va» toi peetkantoor, kreeg na een Jaar en era dag hethuh- rato voor zijar ««toto Nieto werd ara* geroerd, behalve de klteraa en eenpMer kleine sieraden die op den haard wer den verbracd- Zij vonden de totoopenv» kinderKteertjea en kleine rokje», die zij berig was te maken voor haar bezoeking Gods, - maar nieto andere dan tot Jonge ding had toebehoord En ieder radde, dat er dra volgenden Zondag als de oude SWtf.ng naar do tork zra gaan m» heftig tooneel sou wwasD itoto» htf tol npwtottt tan Os had, dat ze niet onder woorden, wilden brengen- Dapr bleef hu dasra ra twee iwtohri gera bi ste» warden geopend, geep Heb. ontotoken, evenmin steeg een rrakwofc dra rahrarriera uit. Hij nam g^ftU voedsel ra zij bqpnften er reeds v»n te spreken de deur opra te breken. Toen hot er op aan kwam, dorst man in ’t dorp het te doen. Maar op den morgen van den darden dag, toen de manneti naar hun werk gingen, «agra «ij, dat Dadd een boe- WBWlgBB geteidde, eei» plank wa» er dMtor» over hera gelegd en daarop be driet mat era wit itora, era ktat. David had zijta beste kleeren aan, dia hij ge dragen had, toen hij voor opzichter te Drumfem leerde. En toen hij de dorp straat afging liepen vrouwen naar het vewter om het sombere schouwspel te zfien en de mannen stonden met de pet in de fiknd, terwijl David Stottng, de zoon en erfgenaam van ACrfoland voor bij om zijn doodo te begraven. Mum- zij toodra er eren goed Rietlijn gpweMt, zoo webüg aandatto «ohonkhij hun. Zij durfden niet heel dfchthij ko men maar evenals het volk in den bij- to’ vrigto» ril VM» WW. En toen zij aan tot kerkhof kwamen, keken zij rand naar een graf maar za gen er geenavramto wa» het gras vertreden. Dav|d Stirling zag naar rechte noch Hnks en liep regelrecht door naar den grooten graikdder der Stirlings wan Arioiand. Toen aagen zij die hat dichtst K’ stands», dat tot ijzen» tok waag», ofato ra tot rito ari rij» grimkra IBILAIR waar- Tafels en het- ;op zal worden t verkoop afge- B0. 1543 46 (|(II INHE COURANT. 4^*J**",N*'j**BB’ l*mrt»4 f 24», per ™k N «M, «4 &n3a«Aiai taMtMlfMO, MrrnU «t «Mt, <»mH WMr 4. k-M-, p« Iwp* Mm. PT BWt W InMUfl n»* - - AtotoNtototo tovrito toge X-4 U*. «fa FM11 r 1-4 1^4 1JB. aft, RM1 mwr ZMtt A< bed» «H fa< parn0L I

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1919 | | pagina 1