I
.1
59e Jaargang.
Zaterdag 5 Kaart 1921.
No. 14564
d
It
7
f 4 Co., ïtt
I
EERSTE BLAD.
FEUILLETON.
N.ï. Mod«-Etablissemant „Seuh"
MARKT 28 TELEF. 131
hecht.
XTieTX’W’S-eii -^.d.^rert@zi.tïe'£>l®.cL toox G-o-czcLsu exx Ox3cxstxelc.exx-
VERSCHUNT DAGELIJKS
Lavendel en Oude Kant
Nouveaqté’s.
irktS4
Fabrieken
•5.
wiTgMSeffflS
ontvangen van ver-
vermakriflldtedsa.
randa te vermridss.
Ons Strafstelsel.
BEHALVE ZON- EN FEESTDAGEN.
1—4 Ht.1. ƒ206. elk. regel meer ƒ0.50.
plombeerde takk*
Redactie: Telef. Interc. 545.
Administratie: Telef. Interc. 82.
Bureau: MARKT 81, GOUDA.
INGEZONDEN MBDEDBEI.INGEN.
aard.
BINNENLAND.
38)
abonnenientei tf
verrok)
nen van
PERKEN
uitvoering, betesi
Dit nummer bestaat uit twee bladen
met inbegrip van de Kindercourant.
moe-
I ven
OOP
i door
SPAARMAN,
Achterkade 251
M
k „STER" en W.L.
een voorwaanlelyk in vrfj-
„ttigkun-
"erdient
...atituut
en voor-
ireidini
!R.
GOUDSCHE COURANT.
oeat
lerk.
vens
dat
is.
>o«t
j en
lateriaal
slakken
ontstaan.
Naar het Engelsch van MYRTLE REED.
Geautoriseerde vertaling van
I. P. WESSELINK-^v. ROSSUM.
(Nadruk verboden.)
DA. V.
lln". Liefdadigheid»-
I, 8 uur.
Nieuwe Schouwburg.
jech-
i wü-
Iemftnd, die haar liefhad.
De zomer liep langzaam ten einde en
eiken nam een beetje van juffrouw
Ainsiie’s krachten mede. Er was riekte,
19» 18
Dagelijks ontvangst van
Zorgvliet) en dat dus een straat naar dezen
raadpensionaris genoemd, een bron zou zijn
van vergissing. Men zei dit op het zelfde
moment, dat een laan op Zorgvliet gedoopt
werd Jacob Catalaan, terwijl er ai in de
stad een straat naar dezen illustren vader
Cats is genoemd.
maar van
batten, te uier zaï
welke richting
>ral dacht. Maar
m Gouden Medaflles. W
EN ROOKER!
;roote NAPOLEON, i
voor slechts 7 eelt!
TIP-POP 4 éenL
noch pijn, het was eenvoudig een udtdoo-
vipg. - v
Carl gang naar de stad om een beroem
den dokter te halen, maar deze schudde
het hoofd. „Hoor scheelt niets”, zeide hy,
„maar ey verlangt niet te leven; maakt
baar zoo gelukkig als ge leunt”
Gedureade eeriMn tyd gtog ze nog als
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal /2.25, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt.
Franco per post per kwartaal 2.76, met Zondagsblad 8.40.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Markt 31, GOUDA,
by onze agenten, den boekhandel en de postkantoren.
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezofgkring):
1—5 regels 1.80, elke regel meer 0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring-
15 regels 1.56, elke regel meer 0.30. Adverteptiën in het Zaterdagnummer 20
bijslag op den prijs.
„Goeden nacht, liefje”, zeide zy, „je wilt
me wel een leus geven, ik het niet?”
Een oogenblik verborg het meisje haar
gelaat in de kanten, daarna ontmoetten
haar lippen elkaar. Ruth beefde .en zij
haastte rich weg en trachtte haar tranen
terug te d_ringen.
De deuren stonden open, maar er werd
geen ander geluid vernomen dan de diepe
eklemhriing van juffrouw Ainslie. Ruth
echter hield een droeve nachtwake, tot de
eerste schemering aanbrak.
HOOF1DSTUK XV1.
we Schouwburg.
riling.
drukkerij
X)N - GOVDA-
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN:
Op de voorpagina 60 hooger.
Gewone advertentiën en ingezonden mededelingen b(j contract tot zeer getedu-
ceerdea prijs. Groots letters en runden worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusachenkomst van zoliode Boekhan
delaren, Advertentiebureau* en onze Agenten.
ivoor het vuur na-
ieHoven riiep, w-
haar had verteld,
tomaten aan hfcn te
boeten inboedel aan
beproefde Wybert
id Sh keelpiK
aamborstig:? Be
zittende slijm de
imhaling? Ver
ma. uw bestaan
et uw toevlucht
it een beproefd
md geneesmid-
fluimen verge-
en Uw luchtwe-
:an maken. De
wordt zeer ge-
nfluenza, griep,
fe hoest, ver-
verkoudheid,
inkhoest, asth-
rts.
lacon van MO
van 550 griunj
1000 gram f6.—.
rbaar. Eischt: ree-
t onze handteel»-
<KER, Rotterdam.
Suiker.
Naar het Corr. Bureau vemwmt, heeft
de N.U.M., met 7 Maart als basisprijs voor
de berekening der heffing, te verbinden aan
de endosseering van vergunningen voor den
uitvoer van suiker als seheepsproviand en
van suiker verwerkt in suikerhoudende goe
deren, andere dan gecondenseerde melk, li
keur, kunsthoning en abdijsiroop, vastge-
steld ƒ42. -
van veq
ter als
»rkt inviuike
dan gecondem
oning en klxly
per 100 K.G.
vaarloofc in de menacben-maatschappy te
doen terbgl-.eeren. En juist by jeugdige mis
dadigers valt de hardheid in het oog om
voor daden in een tyd, dat men nog in min
dere mate zyn verantwoordêlykheid voelt,
iemand het geheele leven te laten boeten
door opsluiting en hem zoo de wan1 weg tot
boete en herstel in het leven dadelyk af te
snijden.
Misschien zou een voorwaanlelyk in vrij
heid stellenjils gratieverleening nuttig kur
nen werken. Over ’t algemeen ver
trouwens de toepassing van dit insl
van voorwaardelijke vwoordeeling
waardelyke invrijheidstelling uitbreiding.
Een meer ingrijpende herziening van oh-
ze strafwetgeving, waarnaar wordt uitge
zien, zou ook hiermee vooral rekening r
ten houden. Maar daarnaast vragen tal
andere verbeteringen de aandacht.
Mr. K.
gewooniyk door het huis, maar gaandeweg
vielen nfo^r van de huiselijke plichten op
de schouders van Ruth. Hepsey kwam el-
ken dag na het ontbijt en laat in den aa-
middqgK Ruth beproefde juffrouw Ainsiie.
eens tot eep rytoertje bver te halen, maar
zij weigerde.
„Neen, liefje”, zed ze glimlachend, ,2k
ben nooit uit geweest en ik ben nu te oud
om te beginnen.”
Buren, die van haar ziekte hoonden,
kwamen hun deelneming betuigen en hulp
aanbieden, maar zy wilde niemand zien,
zelfs niet tante Jane.
Op zekeren avond zat zy alt, geiwiooniyk
aan het hoofd van de tafel, want ay wMde
haar pflaate ris gastvrouw niet «©geven,
ofschoon zy by na mets at na den nraal-
tyd, overviel haar een hevig gevod van
zwakte, „ik weet niet hoe ik ooit boven
zal komen” zei ze angstig, „het lijkt zoo’n
lang eind!”
Winfield droeg haar in zyn armen zoo
zaelyt en gemakkelyk naar boven, als ware
zjj een kind geweest Haar wangen waren
mM een Hos oventogen en haar oogen
srinMKxjen toen hy haar neerzette. „Ik
had niet gedacht dat het zoo gemakkelyk
zou gaan”, zeide rij- -Je arit MÖ-
ven, is het niet, Cari Ik heb niet graag,
dat je heengaat”
,Jk zal zoolang by u biyven ris u wilt
juffrouw^lnriie en Ruth ook. W® kunnen
niet te veel voor u doen.** i
Dien avond, toen'tó
ten en juffrouw Ainsi
tolde Ruth hem. dat 1
haar huls en kleine in
willen nalaten en den
es voor het inca»
Achterstallige en
Vorderingen.
De rwchtogaal zong Vr boven en de ro-
zen uit de Perzische tuinen, ademden hun
geuren er op uit Het maanlicht gaf er He-
toovering aan. Het gprinkei van goud en
zilver om de donkere enfrel» der vrouwen,
de geur van sandelhout en rozen, aller
nam het kleed ’hnaich op- Dichtere her
haalden hun verzok voor het Meed, man
nen knielden er byVa-er om hun geheden
op te zeggen c'tt dm zachte wind die uit
zee opkwam, speri«le ‘tusöchen de draden.
Soms maakte een werkman een fout en
werd hy a-eggezvnÈten. Soms hidden de
gaduidige vinger» voor altijd op met we
ven, en wend een plaats door een ander
ingenomen. 'Soms rngen zjj van de eene
plaats naar de andere, maar het raam
waarop het kteal gespannen )0a». ward
niet geschonden. Zy namen het Heed mede
van berg tot vallei over atroomende rivte-
ren en door het goudkleurige zand van
woeidunen, zelfs naar de diepe Hauw,
wateren die tegen het strand Motsen.
Aandacht»* luisterde juffrouw Aritrièe
naar het verhaal van Winfield.
„De hoefslagen vip Arabische paarden
niet Bedoeïnen, gehuld in hun witte man-
tela, en met hun zwaarden die glineteriton
en al h^t geschitter en de pracht van den
oorlog werd 'in het kleed geweven. Over-
wlmnngatóederep, het gedreun van een
rultereaanvai, het geloof van een sterven
den krijgsman, zelfs de' langzame lodrt
▼an verstegen lege're allee, riles kwam
in dat kleed.
BJUÏVEN UTT DE HOFSTAD.
DXLVH.
Met een variant op een bekend gezegde
zouden wy ris motto voor dezen brief kun
nen nemen de woorden: nood leert bouwen.
Vraagstukken die vroeger niet bestanden
en zelfs niet te verzinnen zouden zijn ge
weest, <erryzen thans. Vroeger was eer een
chronische werkloosheid of slapte in het
bouwbedrijf. Thans zal er een chronische
nood van personeel bestaan, totdat het even
wicht hersteld is en dan zal het een tijdlang
wellicht evenwicht zün. Voor het oogenblik
is het de moeiiykheid hoe er meer gebouwd
kan worden dan met het beschikbare per
soneel mogeiyk is. Men is er daarby op uit
om meer met ongeschoolde krachten te wer
ken en het middel daartoe is het vervangen
van het metselwerk door beton-gieten. Op
een terrein op Schevzzdtigeti worden thsms
op beperkte schaal proeven genomen met
deze gieterij. Eeir paar v«n der gelijke wo
ningen zijn zoo goed als gereed. Mooi rijn
ze niet: ze hebben den vorm van een kubus
met vele gaten er in. Alles is echter van
beton, muren, vloeren en dak. By dezen
bouw, waarvan de bezichtiging inderdaad
belangwekkend is, zUn er drie systemen.
Het éérfe dat het meest eenvoudig is, is het
volledige giet-stelsel. Voor het gansche huis
wordt een houten kisting opgesteld, waarbij
alle openingen voor ramen, dfuren, tmp
en schoorsteen worden uitgespaard. Wan
neer het geheele houten geraamte gèreed is
worden de opengelaten spleten volgegoten
met de beton-massa en klaar is kees. Slechts
twee en een halve dag is noodig voor de
gieterij en binnen zeer korten tijd is het
huis gereed.
De tweede methode bestaat in het gieten
van een ^kelet-vormig huis. Men ïou kun
nen zeggen dat alleen de randen worden ge
goten. De opengebleven ruimte wordt ge
vuld met groote betonsteenen. Dit nadert
dus al weer iets hj^^de metselsysteem.
De derde methode die richting ver
der. Daarby wordt ópgetrokken van
x groote beton-blokken. Hier hebben we dus
het oude stapel-systeemalleen zyn de blok
ken grooter en dus vereischt bet metselen
minder geschooldheid. Het eerste systeem
De publieke opinie had zich met dit etri-
sel geheel vertrouwd gemaakt, omdat zy In
den beschuldigde den schuldige was gaan
zien ep. zich niet doordrongen hield van de
waarheid, dat er omtrent de schuld nog
niets bewezen was, nog niets vaststond en
dus tot zoolang de verdachte als onschul
dige tegeflover de rechtbank stond. Van
het beginsel nu, door dit inquisitoriale stel
sel gehuldigd, is men door de Jongste wij
zigingen afgeweken om tot een gematigd
accusatoir stelsel te komen, waarin den
verdachte meer, den vervolgenden ambte
naar milder rechten worden gewaarborgd.
Een verdere doorvoering van dit nieuwe
beginsel zou ongetwyfeld de rechtsbedoe
ling ten goede komen. Maar daarnaast zou
den ook andere wyzigingen moeten staan.
Zoo verlangt ongetwyfeld het eigenlyke
strafstelsel ook dringend verandering, waar
ons gevangeniswezen en ons strafstelsel «p
menig punt verouderd zijn.
Over een bepaald punt, een bepaalde
straf, waarmee de publieke opinie zich mis
schien van heel onze strafrechtsbedeeliag
het meest heeft bezig gehouden, heeft niet
lang geleden prof. Simons in het Weekblad
van het Recht geschreven over zyn plei
dooi voor afschaffing v»n levenslange ge
vangenisstraf. Er bestaan omtrent het recht
van straffen en de wijze van straffen prfc-
cipieele verschillen, die grootendeels met
godsdienstige overtuigingen en maatachap-
pelyke opvattingen samenhangen. Maar de
vraag, door prof. Simons opgeworpen,
wordt, meen ik, daardoor niet beheersekt.
Het is hier niet de vraag, of de Staat al
dan niet het recht heeft, de straf van le-
islange opsluiting op te leggen, maar <of
opleggen wenscheiyk en rechtvaardig
Dat een dergeiyke straf buitengewoon
hart is, zal jeèler dadelyk moeten erken
nen,. Maar dit behoeft zyn rechtvaardigheid
en wénschelykheid niet uit te sluiten. Het
is maar de vraag, of men naast het eigen
lijke straffen met deze straf het doel berei
ken zal, dat men zich voorstelt. En nu
schynt «Jé practyk daarop ontkennend te
antwoorden.
Mr. Cnopius, die tegenover prof. Simons
voor Jiet behoud der levenslange gevange
nisstraf pleit, verwacht van haar de verzee-
ring. Hy gelooft, dat de gevangene z|ch
van de dingen der wereld zal afkeeren em
tot inkeer en berouw te komen, maar daar
voor zou dan gratie uitgesloten moeten zyn,
omdat door dit vooruitzicht de rust en be
rusting verdwynen.
Ongetwyfeld jg daar wat voor te zeggen.
Maar de practyk leert toch, dat levenslange
gevangenisstraf, die geen enkele hoop en
geen enkel uitzicht meer openlaat, veelal
eer tot verbittering en vertwyfeling en door
de hopeloosheid vtek zelfs tot krankzinnig
heid voert. Alleen de kans om door goed
gedrag eindelyk nooMnisschien vrij te ko
men, maakt de tot levenslang veroordeelden
vaak nog handelbaar. Maar wat vooral ge
wicht in de schaal legt, de levenslange op
sluiting kan voor de maatschappij nooit een
belang hebben. ïfen epkele heel jeugdige
misdadiger uitgezomlérd, zal een gevange
nisstraf van 20 tot'fö jaar voldoende rijn
om misdadigers, oud geworden, geheel ge-
Niet lang geleden nog heeft ons Wet
boek van Strafvordering belangrijke wyzi-
gingen ondergaan door de aanneming van
enkele wyzigingsnovellen, by welke gele
genheid zoowel in Eerste als in.de Tweede
Kamer van verschillende kanten'de wensch
werd uitgesproken naar een meer volledige
herziening niet alleen van dit Wetboek,
ons gansche strafstelsel. De de-
dier zake gevoerd, toonden wel
in welke richting men zich die wyziging
vooral dacht. Maar het publiek buiten de
Kamers heeft van die wenschen maar luttel
notitie genomen. Over ’t algemeen bestaat
er weinig belangstelling voor dit soort
wenschen en dit soort vragen. De publieke
aandacht trekt zich in de laatste jaren zoo
uitsluitend om andere sociale kwesties sa-
1 men, die de verhouding tusschen kapitaal
en arbeid of de levensvoorwaarden de,
minder bedeelde klassen en de algemeene
hygiëne raken, dat men te .vergeten schynt,
dat ook de wyze van straffen door deu
Staat, de vervolging van de misdaad,'kort
om de inrichting van ons gansche strafstel
sel een sociale kwestie van de eerste groot
te is en dat de yryze van zyn oplossing op
ons gansche matschappelijke leven influen
ceert. Dit te vergeten is te meer gevaarlek
in tyden, wanneer het strafstelsel min of
meer verouderd is, zooals dat thans ten on
zent ongetwyfeld het geval is. Men koftit
zelfs niet tot de wyzigingen, die dringend
noodig zyn. En waar de arbeidswetgeving
en de regeling van allerlei andere sociale
aangelegenheden, zoozeer den tyd van den
wetgever in beslag neemt, is ook van de re-
geeringen nauwelyks voorziening in daze
behoefte te wachten, ff
Het verdient daarom te meer Iftf dat deze
regeering voor de jctigste wyziging van
het Wetboek van Strfffvordering tyd heeft
kunnen vinden. Maar net blijft niettemin
noodig op uitbreiding der herziening aan
te dringen.
De thans aangebrachte wyzigingen zyn
niet van ondergeschikten, maar grooten
deels van zeer principieelen aard. Immers
in wezen wordt er gebroken met het prin
cipe, dat in ons Wetboek van Strafvorde
ring tot uitdrukking komt, al wordt dan
dit breken niet ver genoeg doorgevoerd.
Tot nu toe huldigde het Wetboek het zoo
genaamde inquisitoriale stelsel. Dat wil
zeggen, men zag den beschuldigde als den
boef en men trachtte hem op rile mogelijke
manieren en vaak op vrij hardhandige zyn
schuld te'bewyzen. De officieele beschuldi
ger stond niet als geiykberechtigde tegen
over den verdachte, tusschen wie donrech
ters geheel ^partijdig vonnis moesten wï
zen, maar bWhikte over allerhande bizon-
dere middelen en rechten, terwyl de recht
bank ris ’t ware van meetyaf aan zyn zijde
stond.
haar. „Gezegend zy haar lieve hart", zei
Wj teeder, „maar wiy verlangen niet naar
dat riles, wy hebban veel liever haar zelf.”
,4a, dat is zoo”, antwoordde Ruth aan
gedaan.
Tot midden September, ging ze gemak-
keiyk ven haar eigen kamer naar de rit-
kamer. Om de beurt brachten Rott en
Winfield lekkernijen mee, om haar eet
lust op te wekken, teaar ofschoon zjj va»
alles een beetje proefde, en alles zeer proee.
vooral ris Ruth het zelf had bereid, deed
ze het zuchöbaar alleen ten pdeiziere van
hen. Zy lae een beetje, sprak een beetje
en sliep veel. Op zekeren dag vroeg zy
de zware sandelhouten kirt, naast haar
■stoel te trekken en haar den sleutel te gé-
ven^die aejiter een schilderij hing.
„Wil y nu asjeblieft een oogenWikje
weggaan”, vroeg ay met een innemenden
glimlach, jeen heei klein oogenbUkje?”
Hy zrtte de schel op de tafel binnen haar
bereik en verzocht haar te bellen, soodra
zij iets noodig mocht hebben. De uren gin
gen voorby en geen getold wend vernomen,
einddyk ging hy heel stil naar hénnen en
vond haar slapende. De kiri was gesloten
en de sleutel was met te vinden. Hft wist
niet of zU de lust geopend had of riet
Toen zy ontwaakte, liet zy zonder een
woord te spreken toe. dat hö de kant weer
op haar plaats zette.
Soms lazen zy haar wat voor en zy
teisterde geduldig, nu en dan deed zij een
vraag, maar meestal viri ril in slaap.
f Jk wilde”, zeide zy op zekeren dag,
toen rii alleen met Chri waa. ik kon
hooren wat je geactirevep hebt”
„Wei, juffrouw Ainriie”, riv hij ver
haald uit, „de dingen die ik schrijf, zou
den u riet interereeeren, het is niete dan
»tof voor couranten.”
.Ja, dat zou me wel intereseeereri’, ant
woordde zy zocht, „ja wel."
Iets in de manier waarop zü dat tride,
deed tranen in zyn oogen opwri^en.
Zy vond het prettig ris Rutft^ieur haar
borstelde, maar, het was haar grootate ge
not, Winfidld over haar schatten te hoo-
ren spieken. h
„Wil je me veiwlen, cwer het kleed.
Cori, dat over de sandethouten kirt ligt?"
vroeg ze voor den tiwintigsten kwr En
Carl begon opmeyiw:
„Hert w honderden jaren oud en het
kemt uit Permë, ver, var^Vër de zm. De
herdérs bewaakten hun kudden dag en
nacht en bewaarden de fijnste vachten
voor het kleed. Zy maakten kleuren uit.
bloemen en geurige kruiden, tril vreemde
planton, die op de bergtoppen groeien,
waar de moedignten rieehfa jgen dorAea
guan. Na langen tyd, toéMli.^ gereed
waM, went een patroon ontisfiBpen, in den
rond werden symbolen geteemd, waarin
een verborgen beteekemis ligt, die alleen
door de wyatemannen ontcijferd ban
worden'.
Mtannen, vrouwen en kinderen werkten
er aan, diepe stemman zongen onderwtfl
minneliederen, en «ie nin van die melodie
werd in het kleed weergegeven .Vingertjea
van kleine kinderen grepen er. naar en
werden weer loegemaalot. Nochto rik de
vuren' van het dorp waren ontstoken en
de roode weerschijn er op viel, vermemg-
den rito Itetoen- en krijgwangen met den
Nog nimmer is het ons opgehelderd
waarom Joost van den Vondel nog niet de
eer gendbt een straat vernoemd te krijgen,
Tal van mindere góden hebben dat voor
recht al, maar Joost blyft achter. Er zyn
hier ter stede al historische namen gegeven
die met moeite in geschiedenisboeken te
ruggevonden kunnen worden. Men mag wel
een groote uitgave hebben om de kleinere
types er in te vinden. Het schynt ook noo
«Mg te zyn, dat men minstens een flinken tyd
al ter ziele is eer het voorrecht aan de na
gedachtenis te beurt valt. Thorbecke heeft
het nog niet zóó ver weten te brengen
Maar dat komt nog wel. Het geven van na
men is In den Haag opgedragen aan «ten
directeur van het museum en deze schynt
litterair beter op de hoogte dan politiek en
historisch. Vandaar zijn voorliefde voor let
terkundige namen. We krijgen nu o.a. een
Camera Obwura-rtraat. Een grappenmaker
heeft voorgesteld om de beruchte Faber van
Riemsdyk-straat, waar zooveel beroovingen
plaats hebben, om te doopen in Camera
ObscurastraatNiet onverdiensteiyk
verzonnen! Verder komt er e^n Staatok-
straat en Keggeplein. Of er ook een Wau-
ratje-straat komt ia nog niet bekend.
Als er eens een commissie werd ingesteld,
die de gansche vaderlandsche geschiedenis
politiek, litterair en wetenschappelijk eens
doorsnuffelde en alle nog ntet vernoemde
namen byeenhtu-kte, wie weet wat een enor
me voorraad belangrijke en bruikbare na
men er voor den dbg kwgmeri. Den Hung
heeft jaarlyks heel wat namen noodig en
dus is blijvende aanvoer gewenscht.
HAGENAAR.
echter is geheel en al nieuut en lykt den
leek het meest eenvoudig. De ervaring m<
evenwel leeren wat het meest practische
het meest goedkoope is. Voor mi
voor het beton worden gebruikt de i
dte by de vuilverbranding ontstaan. Dit
waardeloos materiaal doet hier goede dien
sten, het is sterk, hygiënisch en absoluut
vry van eiken slechten bh-stof. Den Haag
levert per jaar aan dergelyke slakken e«n
voorraad op, die voldoende I» voor drie h
vier honderd huizen.
Het bouwen met beton heeft sommige
dingen vóór, althans het volledig gegoten
stelsel. De afwerking 'is zeer eenvoudig,
aangezien er zoo goed als geen kalk op de
muren behoeft gesmeerd te worden. Op
iedere plek in den muur kan men een spij
ker slaan, zoodat het getob, dat men in an
dere huizen heeft als men eens wat wand
versiering wil ophangen, bestaat hier niet.
Voor vocht behoeft men niet te vreezen: de
muren zyn zeer poreus en alle vocht zakt
aanstonds, zoodat het gemakkelyk is af te
voeren. Dan hebben deze beton-woningen
voor, dat zij zoo goed als geruischloos zyn,
hetgeen in de muzikale stad den Haag van
veel belang is.
De bouw van eenige bcton-wonlngen is
thans een suort wedstrijd. Verschillende
fabrikanten en de gemeente den Haag ijve
ren tegen elkaar om de beste woning te
leveren. De diverse typen staan vlak by
elkaar, zoodat zü alle onder dezelfde om
standigheden verkeeren. De ervaring moet
nu dus öbrdeelen welke gebreken in het al
gemeen aan deze stelsels zyn verbonden en
welke vóór en nadelen ieder systeem afzon
derlijk heeft Wat het uiteriyk betreft, mag
stellig nog wel eens nader overwogen wor
den, writ daar aan te verbeteren is, want dat
gedeelte is foei-leeiyk.
Omtrent de korten van deze wonlh^n
valt nog niets te zeggen. Een massa-boiw
zou juist hier heel wat goedkooper zyn dan
één model heeft geleerd, omdat dan de in
stallatie meer productief wordt. De kisting
die voor één huis noodig is, zal ongeveer
twintig maal gebruikt kunnen worden, ten
gevolge waarvan de kosten natuurlijk veel
geringer worden, per huis Wel te, verstaan.
Den Haag heeft thans een dr. Kuyper-
straat. De Kanaalstraat, waar dr. Kuyper
van 1901 tot aan z|)n dood heeft gewoond,
is thans naar hem vernoemd. Vroeger is
vaak op herdooping van enkele straten aan
gedrongen, maar dan heette het altyd ón
mogelijk en principieel ongewenocht. Nu
heeft men het argument dat er een Kanaal
straat en een Kanaal weg bestaan, hetgeen
aanleiding gaf tot vergissing. Ten aan zien
van straatnamen is men in den Haag niet
gelukkig. Het ware te wenschen, dat iemand
met meer vernuft dit punt eens leidde. Be
laas Is het namen geven al zóó in de war
dat er niet veel meer aan te repareeren is.
Het lijkt wel of men zelf er geen weg meer
uit weet en maar raak doet. Een typisch
geval hoe men argumenteert. De nieuwe
verbindingsweg abhter het Binnenhof wil
den velen noemen naar Jan de Witt, omdat
deze weg juist leidde naar de befaamde
Plaats. Tegen dat verzoek werd aangevoerd,
dat er al een Jan de Witt-laan bestond (op
l»7