gevraagd No. 14626 Zaterdag 21 lei 1921 60e Jaargang. I It Mr 5 e EERSTE BLAD. k Wit ons 1- L ÏOOPS strsit 31. 1- FEUILLETON. DE ROODE ZEE. n. i zst: XTien^^-s-e3^_uiik.d.-v“extezxtïe',bleLca.-v-oorGrOTxd.su en. Cmstrsksn. Parlement. 14 regels ƒ2.05, elke regel meer ƒ0.50. Redactie: Telef. Interc. 545. BureauM A R K T 31, GOUDA. Administratie: Telef. Interc. 82. Dit nummer bestaat uit twee bladen HAGENAAR. BINNENLAND. 2531 500 na «roringe C-^O MEI. A. moeder!” Minna begon ledenvergadering (Wbrdt vervolgd.) Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen by contract tot zeer gereda- ceerden prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte. Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van «oliede Boekhan delaren, Advertentiebureaux en onze Agenten. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: Op de voorpagina 50 hooger. cursus oefening van E.H.B.O. lebouw Concordia >nd van Kaaspro- Koman van CLARA VIEBIG. met autorisatie vertaald door Mevr. J. P. WESSELINK—v. ROSSUM. Nadru'k verbod en goregeM «dig itvaaeea van ver- vennakriUkted* inda te vermelde» geen (het- 8- voudigen hoofdstraf strf kan wordt Mr. DresseL ten ingediends om de geringer straffen (tot t^ den) waardoor nog v- bii den politierechter zuil voorts om ven zich t politierechter te verzettten. Het wetsontwerp is reeds. GOI IkSCIl E COIRAYT. BEHALVE ZON- EN FEESTDAGEN. ■reeniging f verscho- _ts Is ge- bij een vyftal straten :ün ge- rjjderd, niet i be- wiyziging te hebben ondergaan, afgedaan, op de eindstemming na, waarna de Kamer aich heeft, bezig gehouden met het ont werp toCTavoermg van de Kinderrechter en van de onder-itoezlcht-steHing van mui- derjaaiigen. Daarin is men Wijven steken. Ned. Bond van Hui»- en GreMdeigenarea en Bouwkundigen. Den 25en Mei a.s. zal in den Haag een congres worden gehouden v*n den Nederl. Bond van Huis- en Grondeigenaren en Bouwkundigen. waar de »ecre- 2559 40 hoop, doffe gelatenheid. „Het is precies hetzelfde, of je een week vroeger van hon ger omklemt of later: verhongeren moeten wy toch allen!" ■ukkarij JN - GOUDA. Patrimonium. Het Nederlandsch werkliedenverbond ..Patrimonium” houdt 31 Mei en 1 Juni te Arnhem zijn 38ste Algemeen» Jaarverga dering. zy: ,,De laatste wisseling van het jaar tij dens den oorlog!” ZU schrok reeds: was het werkdlik de laatste wisseling van het jaar’ Wie stond daar borg voor’ De keizer? De legenlei- ding? De ryikakanseiier? De ministers? Steeds nieuwe mannen, nieuwe naman. Nooit was er zooveel wisseling geweest in hooge ambten. Onruetig keken de veratan- dige oogen der vrouw rond: waa dan niet eindelijk de rechte man te vinden? Dfc eene, de eenige’ In geduchte liet allen aan haar geestesoog voorbijgaan. De an deren. de vijanden, hadden toch den eene. den eenige, die hun lot bestuurde. mocht het ten tarnde of ten goede zyn daar was een man, die aan het roer stond en dat onverschrokken vasthield. Hebben wy er dan niet zoo een, zoo een eenige? Zy dwong zich verder te lezen. „De vyand, die naar het aantal de •taric- Hte ia, heeft de consequenties getrokken, die uit dan toeatand van den oorlog volg den. Het mislukken der Engelsche aanval len in Vlaanderen en het ineenstorten van Italië moest de Russen er volkomen van overtuigen, dat z(j er niet op tarnden reke nen, hun eigen nederlagen door de over- winmngen der Bondgenooten goed te ma ken. Wy zyn nog niet op het hoogtepunt, nog is de trots der hkwelschen. da haat der Eranschen. de aanmatiging der Ame rikanen niet gebroken, maar wij zien den. top reeds stralen in den zonneglans van den vrede. werk. Bedryvjge huisvrouwen schepten met lepels in kannen en kruiken. Qm mee te bakken wias het nog heel best en ook om op het brood der kinderen te smeren; die aten nog heel wat anders- Een grysaard bedacht zich niet lang, hy had geen lepel en kan, hy schepte terwijl hy steunend bukte, met ayn pet; de oude soldatenpiet, die de kleinzoon zyn grootvader had na gelaten. Minna wtas op zij gedrongen, de jongens «waren sterker; maar nu had. zij toch een (plaatsje veroverd. Zy likt^ en slikte: o, zoo heerly'k zoet. Haar mond was geheel (bcsm'eerd, het puntje van haar neus was Ibruin, haar boezelaar toonde van voren een goot. Haar blonde haren hingen ver over haar gezichtje, toen zy zich hurkend nog diepen- vooroverboog. Zy was warm en och, plotseling was er niets meer! Hoe zjj ook likte, niets oneer dan het naakte pla veisel. Münna stond op, alsof zy uit een droom ontwaakte. Haar jurk was vuil geworden, doornat tot op haar knieën. Eensklaps wend zy< bang: vrouw Müller zou schel den; en nu greep zij naar haar mandje; het was al lang van haar arm gegleden! Het mandje was er nog, op zy gevallen lag het, maar de kaarten, de groene, de gele, de witte en de rose, die waren weg. „Als je ze verliest, dan moet je honger lijden. „Moeder, moeder!” Minna begon luid te weenen. Waarom huilt de kleine zoo? De kaar ten verloren? „Troost je, kleintje”, zei een vrouw, wier holle wangen het zeer bijzon dere stempel van de ellende van den tjjd droegen: verbetenheid» koppigfheid, waa- op liaar schoot lag. Weer een nieuwjaar! Een koude huivering overviel haar. En toch was het otn haar heen warm en ge zellig. Er was iets ouderwetsch aan deze ver trekken, iets overgebleven van ouders en grootoudere. Misschien waren z|j juist daarom mooi. De zichtbare slinger vam de verguldeni pendule op den schoorsteenman tel slingerde even bedrijvig als hij het voor honderd en meer jaren voor de familie had gedaan; rjpg steeds wa> de fijne glazen stolp, die over het kostbare uurwerk was (gezet, dezelfde; met voorzichtige hand had elke eigenares de stof zelf afgenomen, nooit hadden ruwe vingere van dienstbo den er aan mogen raken. Bortretten van voorouders in breede vergulde lijsten ke ken van de muren neer op de ronde tafel, de pluche sofa en de stoelen op hooge «pooten. De verstandig uitetende heer in lichtblauw firak met het witte haar, dat lang neerhing op den kraag, en de blonde vrouw met de laag uitgesmeden japon met het korte lijfje, die de smalle roode sjaal bevallig om die blankr schouders droeg, hadden eens uit de kopjes met de smalle vergulde randjes gedronken, die de vrouw van den generaal als een schat achter glas bewaarde. „Vit vriendschap” „Uit lief de" „Souvenir” och, zij waren ge lukkiger geweest, de overgrootvader, de overgrootmoeder! De zevenjarige oorlog, vrijheidsoorlogen zy waren tot vriende- iyüe sagen geworden. Wat waren vroeger oorlogen geweest? Nieto vergeleken by deze! Met een zucht keek de vrouw van dien generaal naar de portretten. Daarna tas In het Nieuwsblad werd, het geval met het van de kar gevallen vat en de opge likte stroop humoristisch verhaald, was dat niet heel grappig? Maar Henmine van Voigt lachte niet mee. Was het al *zóó treu rig met de voedselvoorziening? Een on aangenaam gevoel overviel haar. Wat zou er van komen, als de oorlog nog langer duurde Haar man schreef, dat er nog geen einde aan te zien was. Wiat bazuinen de couran ten van hoopvolle vooruitzichten, vam vre de, Waarnaar men zoo vurig verlangde, wiaanop men hoopte, als op een zaligheid, och, en dien men zoo noodig, zoo bitter nodig had daarvoor behoefde men de oogen slechte open te houden over vrede spraken zij niet mee. Wel werd er geju beld over ongehoorde overwinningen in I«talië; aan een steeds kritieker wondende verhouding tusschen Japan en Anne rik* wenden allerhande gunstige gevolgtrekkin gen vastgeknoopt; over vergeef ache aan vallen der Engedschen In Vlaanderen en over het onoverwinlijke verweer der Duit- schers wenden vele woonden geschreven; de wapenstilstand aan het Oostelyk front had een einde gemaakt aan den twee-fron- ten-oorlog; al haar kracht kon nu de ge niale legerleiding aan hei Westen geven; de U -booten veegden den Oceaan schoon en toch geen einde. ^jeuwjaaradag ’171" Met enrtyroi bl* keek Hermine von Volgt in de courant, die VERSCHIJNT DAGELIJKS ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, met,Zondagsblad per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per lov per geschiedt. Franco per post per kwartaal 3.15, met Zondagsblad 3.80. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Markt 31, GOUDA, bij onze agenten, den boekhandel en de postkantoren. ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring) 1—5 regels ƒ1.30, elke regel meer ƒ0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring: 1—5 regels 1.55, elke regel meer 0.30. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20 bijslag op den prys. dat mee doet en meedeelt in de bewieroo- king. Ontegenzeggelyk is de verandering in het maatschapelijk leven die deze gemoedelijke instellingen verdreef, niet in alle optichten te prijzen. Er zyn andere geneugten voor in de plaats gekomen die waarlik van veel minder allooi z|jn we denken aan de voetbai-matchen maar men kan nu een maal de ontwikkelingsgeschiedenis niet dwingen, zelfs niet leiden. Men kan er hoog stens over treuren of over juichen al naar eigen stemming. 10) Zij had in lang niete zoets geproefd; de suiker, die men per maand kreeg, had vrouw Müller by het koken noodig, en er werd ook van in de koffie gedaan. iMimna stond peinzend en verlangend met haar mandje aan den arm. Een wagen kwam ratelend nader, het vuil spatte naar alle kanten. De koetsier, een ternauwernood volwassen jongen, sloeg onverstandig het paard, dat met de hoe ven op de steenen sloeg, zoodat de von ken er uit vlogen, vaten en kisten schud- üen en schokten daar rolde een vat van den wagen. Krak! Het vat was vermolmd, brak, de inlhoud stroomde over de straat. Waar kwamen o<p eens zoo gauw al de kinderen vandaan? En ook de volwasse nen? Dat was stroop, heerlijke stroop! Waar plassen water tusschen het hobbe lig plaveisel hadden gelegen, waren nu plassen van stroop. Wat deed het er toe, dat er voeten geloopen, wagens gereden hadden, paardevijgen gevallen waren? Een jongen knielde neer, een andere stiet hem weg: ,4aat my ook eens”. Weldra was er getwist aan den gang, de kinderen vochten met ëflkaar. En terwijl de kleinen r‘°K kibbelden, waren de gaooton al aan het Op audiëntie bij de Koningin. De correspondent van het „Hbld." te Pa rijs meldt: Honry Bordeaux doet in „Monde Illuatré" uitvoerig en in uiterst sympathieke termed gesteld, verslag van zyn ontvangst in audiëntie door Koningin Wilhelmina. De Koningin sprak allereerst over Savoye, dat zij zich zoo goed herinnerde uit haar kin derjaren, vroeg vervolgens naar Falliéres, wierts attentie tijden» haar bezoek in 1912 een aantal dichter» en artjzten og/een soi- réc aan het Elyaée te vereenigen, haar zoo getroffen had, en vertelde daarna van Ju liana en van het onderwijs dat deze kreeg. De prinse» heeft groot verlangen naar ken nis. Zy leert thans Latijn en zou ook Grieksch willen leeren. Vervolgens sprak de Koningin uitvoerig over de Fransche „chansons de geste”, en de verschillende „cycles” uit de njiddeleeuwen. Bordeaux kent die goed. „Tijden» den oorlog”, schrijft hü, „heb ik dikwijls gewedijverd met generaal Maud’huy in het citeeren van deze heroïeke gedichten, want de generaal is er een hartstochtelijk liefhebber en kenner van. Ik had niet ver wacht, dat m|jn kennis mij nog eens in dit Hollandsche paleis zou dienen om mij niet al te zeer de mindere te toonen naast de kennis van een Koningin, die des te beter op de hoogte is van onze oude literatuur, aangezien ze er haar Prinsen van Oranje in terugvindt. Zoo is een uur voorbijgegaan,” besluit Boixleaux, ponder dat ik er mij van bewust ben, verbaasd en aangenaam getrof fen als ik ben, hier, en dat op deze lippen, een zoo volledige kennis aan te treffen van onze literatuur. En beter nog: een zoo ge voelige sympathie, uit deze kennis zelf voort gekomen.” dat de Kamer een verstandiic- besluit heeft genomen. Ondanks het zeer ongiunstitre Voorloo- piige Verslag der Kamer over het ..Hiad-ie- me-maar”-wetje heeft de Minister van Bin- nenlandsche Zaken ziin voorstel niet irwre- trokiken, doch met grooten spoed ziin Me morie v«an Antwoord ineediend. Wilde men zijn doel by eventueele aanneming van het wetje bereiken, d-i. de toelating van den alcoholistezwerver tot den Raad belet ten, dan was groote spoed noodig. met het oog op de voorgenomen biieen-roeping van den nieuwen Amsterdamschen Gemeente raad. Dan moest het wet ie deze week be handeld worden. Het reglement van orde (art. 88) dat in het algemeen vijf dagen eischt tusschen het uütbrensren van het eindverslag en de openbare behandeling, voorniet echter in sooededschende gevallen, in welke van dezen termijn kan worden afgeweken en zelfs de tiid van behande ling onmiddeldjik na de voorlezing van het e'ndversag kan worden bepaald. De voorzitter wilde zijnerzijds Voorstel tot spoedbehandeling doen geen begrijpelijk was. daar de Coonmissle Van Rappiorteuns zich daartegen verzet zou hebben), doch bracht de vraag slechts ter sprake. De Commissie verklaarde later bij monde van dr. Beumer, dat zij het wetje „nilet binnen zoo korten termijn” (vilde behandelen, doch los van de Amsiter- damsche verkiezing... Een tegenover den Minister vriéndelijker vorm om het wette verloren te doen gaan, ware kwalijk denk baar. doch de socialisten maakten zich warm voor afdoening (de communist van Rave- steyn toonde door zijn aandrang om het Reglement van Orde te handhaven, dat hii niet wist wat dit inlhield) en ten slotte werd de vraag, of het wetteke reeds deze week zou worden behandeld, met 34 tegen 80 ontkennend beantwoord. Van de 34 te genstanders van spoedbehandeiing behoor den een 20. wuo. die vooraiüter. tot de Rechterzijde. .PiractiBch gesproken doet dit besluit weinig ter zake. De verwerping stond der mate vast, dat het individu, dat er door geweerd moest wonden, zeker van ziin zaak kan zijn. De Regeering heeft een ontwerp inge diend om gedurende 5 jaar aan de Hol- iand-Zuid-Afnika-liin 1 mjllioen ’s laars voionschot te geven. Het is, na vrii lang durig débat, met 51 tegen 25 stemmen goedgekeurd,. De Minister heeft ziin voorstel krach tig verdedigd en de heeren Treub en Bon- gaerts hebben hem warm gesteund. De so cialist van der Waerden moge deze stoom vaartlijn „uiltaichtioos” (brrr!) noemen, zóó is zoo véél uitgekreten zij ’t dan in beter Nederlandsch dat later de trots van Landen en volken werd. In 1907 stelde Minister Veegens (een o«nverdacht vriizin- nig-dbmocraat. n’en dépflaise dien heer Teenstra. die het voorstel als protectionis tisch bestreed' en daarbij mr. Treub ap plompe wyize te lijf ging) een soortgelijk subsidie voor: de Meine booties, die op Zuid-Amerika voeren ziin thans door zee- kasteelen vervangen en ook de Java-Ghina- 'Japanlifn is met subsidie op de been ge holpen. Hier zijn noodzakeliike uitzonde ringen, die den regel bevestigen, dat onze scheepvaart op eigen beenen staat. Mr. Treub kon er met reden op wii®en. dat hier van protectie te spréken, misleidend ie. Bij protectie denkt men aan belemme ring van het iintemationaal verkeer, hier wordt dit iuist .bevorderd. Hier gaan de ideëele en materieele belangen hand aan hand. Uiit internationaal, zoowel als uit com mercieel oogpunt mag men constateeren. BRIEVEN UIT DE HOFSTAD. DLVII. De Pinksterdagen zyn zonder veel bijzon derheden verloopen. In geweldige drommen zyn de buitenmenschen naar den Haag en Scheveningen gestroomd, waar ondanks het niet al te gunstige weer de drukte groot en opgewekt was. Het had zich mooier laten aanzien dan de beide dagen ons tenslotte hebben gebracht. Den eerstena dag vocht de zon voortdurend met de wolken en in den namiddag toen de wind yrjj snel van het Zuiden naar het Noordeh liep, kwamen dik ke mist-golven uit zee drijven, die een kille atmosfeer schiepen, juist dus wat we aan het strand niet moeten hebben. Het is een eigenaardig verschijnsel deze vliegende mist te zien aankomen en neerstrijken op het duin. De gezichtseinder wordt plotseling tot een vyftig meter ingekort. Dikwijls her stelt de toestand zich weer onmiddellyk, want als een wolk dryft de mist weg en eerst eenige oogenblikken later komt een tweede vlaag opzetten. In de maand Mei doet dit verschijnsel zich meer voor, waar schijnlijk als gevolg van het groote verschil in temperatuur op het land en boven de zee. Onmiddellyk daalt de temperatuur een flink stuk en wie niet bedacht is op deze grilligheid en niet onmiddellyk een jas aan trekt, zou spoedig onaangename gevolgen van deze verkilling ondervinden. Den tweeden dag had de zon een gemak- kelyker stryd. Een krachtige Noordweste- wind joeg alle wolken weg maar stoorde zelf in belangrijke mate het verblijf aan zee. Diezelfde wind droogt het zand spoedig en dryft het dan met kracht voort. Het is als of het zand met duizend fijne puntjes steekt en wie lang deze mishandeling moet onder gaan, voelt de huid licht ontsteken. Aan de verschillende strandgedeelten was het beide dagen ondanks de minder gunstige weersgesteldheid zeer druk. Men heeft het er nu eenmaal op gezet en alleen een he vige regenbui kan alle pret bederven. Den tweeden Pinksterdag trekt vooral het Westland naar den Haag. De fiets heeft de zen trek in niet geringe mate bevorderd; zelfs begint de motorfiets zich blijkbaar al een aardige plaats in dezen hoek van het land te veroveren. Het was wel merkwaardig, dat de beide veranderde tramlynen die juist 15 Mei in werking moesten gaan, geen van beiden ge reed waren. Ieder particulier zou alles op alles zetten om op zulke dagen gereed te zijn; alleen een gemeentebestuur is in staat om precies niet gereed te zyn. Hier treft de tram-maatschappij geen blaam, want de aanleg der banen is het werk der gemeente. Het zou juist met de Pinksterdagen een prachtige gelegenheid geweest zyn om de beteekenis van deze veranderingen te con- stateeren, want van’te voren is niet gemak- Het. wetsontwerp Vereenvoudiigiiine van de rechtspleging in lichte strafzaken is principieel gunstig- ontvangen, voomaJ ten aanziien van de voorgestelide vereenivoudli- giing der kantoingierechtsprocedu're. ter wijl sommigen tegenover het instituut van den politierechter nog ietwat aarzelend staan. De Minister stelt invoering van een poiitierechter voor in zaken van een- aard, waarbij geen zwaardere dan 6 maanden gevangends- •den opgelegd* jlhuyis had hierop amencLemen- .proef te nemen bjj ten hoogste 3 maan- i van de strafzaken nullen belanden en i den beklaagde het recht te ge- tegen het terechtstaan voor dien van Militair -Het was het werk van Professor van der Hoeven. Thans stelde die Regeering voor dit Wetboek in te voeren, 't Gaat niet vliAr. maar er moest nog heel wat geschieden eer het zoover ikon komen. De rechtspleging voor Land en Zeemacht moest herzien worden: het burgerlijke procesrecht moest veranderd en dat alles kost natuurlijk veel tiid. Ijve rige commissies hebben naarstig gearbeid en thans was ddn het moment gekomen om het wetboek in te voeren. <De invoeringswet is tenslotte, na wat algemeene beschouwingen en een mislukt socialistisch amendement om de miflitaire rechtspraak in te krimpen, met de stem men der socialisten tegen, aangenomen. TWEEDE KAMER. Militair strafrecht. Nederland-Zuid- Afrik*. „Had-je>me-ma*r’’. Vereen voudiging bij lichte strafzaken. Geen spoor van eenige crisis valt in de (Kamer te bespeuren. Minister de Vries «rust in de Ardennen en wie weet valt hem daar niet een nieuw artikel 7 voor de Grondbelasting in. Onderwijl werkt de Kamer lustig haar agenda af, waarop allereerst eenige mili taire ontwerpen prijkten. In 1903 is het Wetboek Strafrecht tot stand gébracht. kelyk na te gaan wat het effect is van een dergelijke verandering. Het nieuwe vervoermiddel, de dertig per- soons-auto, die voor één gulden een tocht van een uur maakt door de stad, heeft het ook druk gehad. Een tochtje met dezen open wagen ia inderdaad heel aardig, vooral voor hen die in kort bestek eens een kykje op verschillende wyken van den Haag willen krijgen. Zij die slechts korten tijd hier ver toeven, wagen zich niet licht van de hoofde wegen af: het zyn altijd dezelfde beziens waardigheden, die de eer van een bezoek deelachtig worden. Daarnaast zyn er nog andere, die een be zoek dubbel en dwars waard zijn. Wie zal het borstbeeld van Richard Hol gaan bezich tigen? Het is maar een voorbeeld. Verleden Zaterdag is het puikje der Haagsche zan gers „in huldigende stoete” naar dit een voudige beeld opgegaan. Drie en twintig jaar heeft Richard Hol de Koninklijke Zang- vereeniging Cecilia geleid, van ’78 tot 1901. Bij gelegenheid van het 90-jarig bestaan dezer zangvereeniging gevoelde men zich gedrongen ook Hol te huldigen. In eenige liederen werd uiting gegeven aan de dank baarheid voor hetgeen Richard Hol voor de vereeniging en de zangkunst is geweest. Het beeld van dezen oud-leider der ver: *-*~ staat op het Stadhoudersplein, half len in een plantsoentje. Deze plaati kozen omdat ze ligt die naai- Haagsche toonkunstenaars zl noemd. Het verband is nogal verwi,- maar de bedoelingis goed. Zelfs is nog i een straat naar Hol genoemd. Voor de naming van straten z|jn we nog altijd op een zonderlingen weg, maar als we daarvan eens een oogenblik afraken, komt Hol aan de beurt. Men moet niet vergeten dat in de jaren, die deze musicus de vereeniging Ce cilia leidde, de toeetand in de residentie heel anders was. In '78 telde den Haag nauwe lijks honderdduizend zielen en toen was een dergeljjke vereeniging een ding van betee- kenis in de stad. Thans zullen er duizenden zijn die nimmer de muzikale talenten van deze vereeniging hebben gehoord en mis schien zijn er ook velen die van de gansche vereeniging niet Jiebben gehoord. In 1881 toen deze zanglustige vereeniging werd opp gericht telde den Haag nog niet ten volle vijftig duizend zielen en dus moet toen het feit der oprichting een evenement geweest zyn. Eigenlijk is zoo’n vereeniging nu uit den tijd, want er wordt de goe-gemeente zooveel zangkunst aangeboden en de ver heffing der hooge kunst, de verguizing der amateurs prestaties is zoo groot, dat men er nog verstomd van staat, dat in den Haag eenige honderden den moed hebben om te zingen en te blijven zingen te midden van die honderden beroepszangers en zangeres sen. In vroeger tijden bestonden er tal van tooneelvereenigingen van amateurs. Er zyn er nog wel over maar veel te beduiden heb ben ze niet meer. Het beroepstooneel heeft ze te ver achter zich gelaten dan dat ze nog als „kunst” kunnen worden beschouwd. Men gaat er niet meer naar kijken, behalve dan op een vrijkaart van nichtje of neefje

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1921 | | pagina 1