j-h4
No. 14628
6üo Jaareanr,
Dinsdag 24 Mei 1921.
i
I J
73 76
2>:rﮓ^-"ws-exL-(£^.d.-v-ertezxti@,BlsLd-,voor G-o“ccd.SL exx ©xxxstx@iE.oxL.
i
,65» s
I
i s *-a s
i s
1
I
2
I
FEUILLETON.
DE ROODE ZEE.
JDGEEST
S 7~ S
12433 1«&
i-as&SX
8
1 IS SS
s ,3,g
i Siss
"I
Duitsche inval in Opper-Silezië.
VERSCHIJNT DAGELIJKS
J
1—4 regels ƒ2.05, elke regel meer ƒ0.10.
Redactie: Telef. Interc. 545.
Bureau: MARKT 31, GOUDA.
Administratie: Telef. Interc. 82.
12522
ook boter?”
Wordt verrolgd.)
Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen bü contract tot zeer geredu-
ceerden prys. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van aoliede Boekhan
delaren, Advertentiebureaux en onze Agenten.
van de
is ver-
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN
Op de voorpagina 50 hooger.
5
16827
16034
17570
74
92
17683
igen. Het ge-
s gevolg van
Schreien wilde
ireien; niemand
LOOP
n door
I. SPAARMAN,
Achterkade 253.
D.
heb-
rf-
uls
►onnementen od
«genomen voor
‘rkenwoud»».
ehterbrock dn»»r
*sche. Stnlwfik.
33
60
1403
1504
1745
1851
1907
2026
25
16311
;c4iö
46
83
84
86
94
01
34
17532
17722
17838
17918
21
71
18058
90
18136
1SU4
185B
18815
18743
18819
19002
19147
60
86
19210
79
20126
20223
2G3M
20654
81
20831
20931
zien,
Deze
ge"“
M».
Wijt"1
Wt—
hem
oogen en I
kan aanzit
"•oroordeeld
Vegen» zijn
uitetel van
meatiewet,
vroegere
Roman van CLARA VIEBIG.
met autorisatie vertaald door
Mevr. J. P. WESSBUNK—v. ROSSUM.
(Nadruk verboden.)
NDA.
urskamer van de Re-
meente, ingang Raam.
50 nummert ten
iris A. G. MULIE.
3 Mei 192L
2
2
5
ra
19
B
fer» gevallen dan in eenige
Ook in deze zoekt men de
len tevergeefs.
75 1X805
91 St<
135
39 i:
86
29 tl
35 20002
50 K
“7 49
9 U
fiOUDSCHE COURANT.
BEHALVE ZON* EN FEESTDAGEN.
80 12203
21 ,2317 14706 68
94 54 15006 17570
63 27
daar ging zü telken* heen,
ztf, zonder ophouden schi
moest zeggen: „Schrei niet, troost u!” Ala
haar tranen op den grafheuvel vloeiden,
voelde zijn zich dichter bjj haar zoon. De
dooiende sneeuw zoog het heete vocht op len
het drong tot hem door, het druppelde warm
op zijn borst. Hij lag daar beneden toch zoo
köud, deze jonge man, wiens leven zij ge
koesterd had! Deze kleine jongen, die in
de schemeruren op haar schoot had geze
ten, zijn hoofdje tegen haar aangJeleund
en zich dan liet vertellen van Hans en
Grietje en Roodkapje. Hij snikte het uit,
ale de booze wolf het lieve Roodkapje op
at; hij lachte en klapte in zijn handjes als
de groene jager kwam en den butk open
sneed van den slapenden wolf. Wat was
hij liefteMig! Hij verschafte haar gel uk-
ealig» oogenblikken. Eiken dag ging zü
met hem wandelen en plukte hü bloemen
voor haar: „Allemaal voor u, moeder!" Met
atralewle oogen keek hij haar dan aan.
ZÜA Heine armen sloeg hij om haar heen
en tank teeder haar hoofd naar zich toe
en wilde haar niet loslaten, als hij zich
over zyn bedje boog om hem een nachtkus
te geven. Hedwig zag den zoon als hei
kind, als den kleinen jongen, die haar zoo
veel vreugde had geschonken. Toen behoor
de hij haar, haar alleen. Alles wat daarna
kwam, al de laatete jaren waren vergeten.
Vandaag bracht de moeder de eerste
sneeuwklokjes naar het graf; nu was het
omgekeerd, vroeger luid het kind haar de
eerste gebracht. Zij strooide de klokjes
over <ten heuvel: de kmte *X1 weer ont
waken, alles doen ontwaken, hij ontwaakte
niet meer.
ir. Gebouw Concordia,
r ««nd van Kaaspro-
niël, cursus oefening
den van E.H.B.O.
1 Drukkerij
ZOON GO<üA.
Langzaam liep zij terug naar het plant
poen, dat het kerkhof van de voorstad
scheidde. Door de zon bestraald lag de
weg Voor haar; een veel te vroeg ontwaakt
insect kroop langzaam nog half in winter
slaap voor haar voeten. Zij voelde zich
vermoeid, uRgaput; de zwoele lucht matte
haar nog meer Af. Er kon nu gebeuren
wat wilde, het liet haar onverschillig. Een
grooter leed kon haar niet meer treffen.
Bestond er eigenlijk nog een grootere
smart?
Daar was een bank. Zij moest gaan zét
ten. Ze sloot d^oogen; toen zij ze weer
opende, schrikte zij. Er zat iemand naast
haar. Een dame, evenals zü in den rouw*.
Dat was tegenuioondig niets bijzonders. Er
waren er zooveel m den rouw, maar de
cogen, die nu vluchtig langs haar heen
gleden, hadden iet* dal haar opviel. „E«
Liidenagenoot”, dacht Hedw». Zü wendde
den blik weer af. Zou die ook haar «toon In
den oorlog verloren hebben? Er lag iets
onnoemlijk treurig» m deze donkere oogen.
„Is uw zoon ook gevallen?" Zü vroeg
bet zacht.
„Alün man is gestorven."
HAtwig dacht plotseling aan haar goe
den man. Als zy die niet meer had!
tn den oorlog zou de echtgenoot van
<teze dame wel niet zijn gevallen. Daar
voor moest hü te oud zün geweest. Zij
bet een deelnemend „Ol" hoeren. Verder
zei zü niets meer, de andere ook niet;
ieder keek voor zich op den grond «n
boorde met .de punt van haar parasol ga
ten in het «and.
10903 a
5 tl
38 20202
41 33 1
49 71
17009 20»
M
er meer slachtoffers
maand te voren, i
oplossing tot hed(
eene ledenvergadering
m.
l wü «N««M
3401
92
3510
0649 -
0662 78
0954 14452
57 14502
1003 38
50 18131
56 18414
14830
15061
82
15364
81 1861
15645 1874
62 1831
15700 1P~
2367 60
Ï441 15841
56 16287
2682 16336
»Ho»b»«r.
I 47 28 15920 j&joo
11010 37 38 y
le. erkenning van Egypte als een onaf-
hankelyken Staat, buiten- cn binnenlantlsch.
2e. Afschaffing van het Engelsche pro
tectoraat niet alleen voor wat betreft de be
trekkingen tusschen Egypte en Engelawl,
maar ook tusschen Egypte en alle antlers
mogendheden.
3e. Aanneming van de Egyptische amen-
48 86
54 89
79 99
14 94 14151
51 11858 61 -■ w
91 85 142114 2 a»? I
97 11908 68 10903
flauw zou vallen. Wat zeiden zij nog meer?
Het was of zü verlangend was. Maar zü
hoonde den keteinghandelaar met de keu-
keukenmeid onderhandelen.
„Hebt ge
Altijd.”
;„HK>e diuur?”
„Vier en twintig mark.’’
„En eieren?”
„Heel versche, één mark vijftig per stuk.
Boter, eieren, worst, spek, ge behoeft me
slechts te schryven. Maar in een gesloten
brief; er wordt dlromanels op gelet. Ze
hebben my al eens voor vierduizend mark
aan wiaren ontnomen. Maar nu met meer!"
Hij lachte. „Iedereen krygt handigheid in
het heimelyk koopen.”
„lik niet.” Hermine von Voigt vermande
zich. Ze aeide kort: „Pak maar gerust in,
ik neem niete.”
„Nu, dan op een anderen keer.” De ket
ting handelaar nam het niet kwalijk. Kalm
legde hü zyn gans weer in den handkof
fer. „Dan gaan we een deur verder. Het
lid van de Rekenkamer hiernaast zou haar
o zoo graag voor zyn zieke vrouw genomen
hebben. Hy had er by na om geschreid,
maar hü had er het geld niet voor."
Met een „tot weerziens, dames!” ging
hij langzaam de deur uit.
Wat wtas dat? Mevrouw von Voigt bleef
staan, terwjjl alleriei tegenstrydige ge
dachten haar overvielen. Het oude lid van
de Rekenkamer, ginds, zou ze graag ge
kocht hebben voor zyn zieke vrouw; hü had
alleen zooveel geld niet zü zelf be
schouwde het als haar plicht niet te kno
pen. „Hoe dom”, had de sluikhandetaar
eegd; «es van die dkire ganzen was hü hier
62 13701 76 54
66 3 16223 «j
18908
19118
19247
19305
ittn is»
u. ■ui
57 41 82
tÓ- 90 98
n 12023 14459
93 12104 14524
21 27 47
26 44 63
32 91 98 38 2MM
12 12316 78 59
21 17 14705 68 20610
84 43 70 74 51
5
3 4 2
31 40 96 57
1766 12916 16766 7|
19510
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal ƒ2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt.
Franco per post per kwartaal ƒ3.15, met Zondagsblad ƒ3.80.
Abonnementen worden dagelyks aangenomen aan ons Bureau: Markt 31, GOUDA,
by onze agenten, j|en boekhandel en de postkantoren.
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den hezorgkring)
1—5 regels ƒ1.30, elke regel meer 0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring:
1—5 regels 1.55, elke regel meer ƒ0.30. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20
byslag op den prijs.
12)
Zooals daar de keukenmeid bezig was in
de keuken! De mouwen had zü boven haar
gevulde armen opgestroopt en met de
handigheid van een operateur trok zij op
de wit geschuurde- keukentafel de vet
kwabben uit de eene gans na de andere;
de borststukken werden gelardeerd, lever
pasteien gemaakt daarvan hield haar
"rader bij®OTïder veel. Die waren er altijd
°P zyn jachtdiners. En wat rook het ge
kruid! Naar honing, naar kaneel, citroen,
kiuidnagiel, naar de lekkere peperkoeken,
die Uesje met Kerstmis bakte. Op Oude
jaarsavond waren er altijd Berliner bollen,
ra** boschbessen of aardbeidemnarmelade
Bevuld, in zuiveren reuzel gebakken; de
t®ür zweefde uit de groote keuken in het
tous-terradn de breede trap op naar de
woonvertrekken. Onafscheidely’k was hü
W feestelijke gelegenheden, van vroolyke
van behaaglyk genieten, van on-
tefcorgde tüden, van de tevredenheid eh
het voille genot van gelukkiger vredesjaren.
Wermjne voekfe plotseling een heimwee
®n een sterk verlangen. Zy werd duazedig
de gans, de agns! Zy moest gaan zit-
wn. Een gevoel van honger overviel haar
°Peene, een innerlyke leegte, alsof zü
s S .‘"“3
941 13209 88
90 «.t. 74381 »C.
t, 8889 1 90. 572
1H17
n«t f ij --
abonnementen op
op één middag kwijtgeraakt by den
schoenlapper in den kelder was er gebra
den varkensvleesch anderen krabden
begeerig de straatsteenen af welk een
tegenstelling! De ambtenaar was armer
dan de proletariër, beschaving en onbe
schaafdheid, voordeel en vooroordeelen,
denkbeelden, meeningen, standen, alles ont
wrichtte deze oorlog. En ook de opvatting
van recht en onrecht. Als een chaos gaap
te het nieuwe jaaf haar tegen.
In den loodzwaren slaap van tfien nacht,
.in benauwende droomen, werd Hermtne von
Voigt vervolgd door zee ganzen. Zij wan
delden, reeds zonder hun witte vederbos,
vroolyk snaterend, vet en welgemoed over
de straat. De menschen rukten de deuren
open, wenkten hen en heetten hen aller
vriendelijkst welkom. En op dezelfde straat,
voor dezelfde deuren, lagen menschen in
den modder en verslonden, wat zij daar
vonden. l
Zou het werfcelyk weer iroorjaar worden
Men had gedurende den langen winter ge.
heel vergeten daaraan te gelooven; men
was nauwelyks meer in' staat tot hoopvol
verwachten. Aan het front steeds hetzelfde:
nu eens een stuk loopgraaf verloren, dan
weer een genomen, daarna het veroverde
weer opgegeven, om er op een andere jplaats
weer een te nemen. Voortdurend heen en
weer. Altijd dezelfde berichten. Ze stomp
ten af, de dagen kropen langzaam voorbü
en toch gingen zy snel.
Was het mogelyk, vertoonden zich ginds
aan den struik de eerste kleine loten, die
men slechts zien kon, als men scherp keek
En de stralen van de Februarizon schenen
zacht en zoel.
Hedwig Berthold! kwam van het kerkhof,
Het wispelturige lot speelt individuen en
regeeringen soms vreemde parten, het stoort
zich niet aan de beste bedoelingen, integen
deel, dryft daar soms wreed den spot mee
Dat heeft de Duitsche rykakanseliei- onder
vonden, want op denzelfden dag, waarop hy
te Parüs een nota deed overhandigen, waar
in het streven der Duitsche regeering om
het optreden van vrijwilligers in Opper-Si-
lezië tegen te gaan, werd uiteengezet, kwa
men daar berichten in betreffende verwoede
aanvallen der Duitschers in hei bezette of
tewel opstands-gebied.
De zaak zit zoo. De Fransche gezant te
Berlyn heeft Donderdag een nota aan den
Rykskanselier overhandigd, waarin het heet
dat de maatregelen tegen de vorming van
vrykorpsen en het zenden van vrywilligers
en van wapens naar Opper-Silezië te laat
getroffen zyn, zoodat er thans reeds een
aantal gewapende korpsen in Opper-gilezië
aangekomen zijn. De toestand maakte een
strenge afsluiting van de grens tusschen
Opper-Silezië en het overig Duitschland
noodzakelyk. De Poolsche regeering heeft
dien eisch ook reeds gesteld te .Berlyn.
De nota dringt er dan nog op aan, dat
de Ryksbank bevel zal krygen de noodige
gelden voor de betaling der achterstallige
loonen naar Opper-Silezië over te maken,
zonder daar eenige voorwaarden aan vast
te knoopen. Mochten de loonen nog langer
onbetaald blyven aldus de nota dan
zou de Duitsche regeering zich slechts zeer
moeilyk kunnen verdedigen tegenover het
verwyt, dat zy de anarchie in Opper-Silezië
in de hand werkt.
De Duitsche regeering heeft zich gehaast
hierop te antwoorden o.a. door de verschil
lende door de Duitsche regeering getroffen
maatregelen tegen de vorming van vrü-
scharen op Duitsch gebied en hun overtocht
naar het Opper-Silezische gebied aan te
halen.
Iets heel anders echter is de kwestie van
de zelfverdediging der Opper-Sileziërs zelf.
Deze worden door de Franschen geenszins
tegen de Poolsche overvallen’ beschermd.
Op de organisatie tot zelfverdediging, wel
ke daar ontstaan is, kan de Duitsche re
geering geen invloed uitoefenen.
De veiligheidsweer ter bewaking
grenzen van het plebiscietsgebied
sterkt.
De Poolsche regeering heeft misschien
wel een ^fcrordening uitgevaardigd over de
sluiting der grenzen tusschen Polen en Op
per-Silezië, maar in werkelykheid is die
grens niet gesloten. Soldaten en oproerlin
gen kunnen haar overschrijden. Zoo zijn
er in den nacht van Vrydag op Zaterdag
b.v. in het nog onder intergeallieerd toe-
12901 15616
16 75 49 26
27 13342 03
30 46 64 U
92 66 16026 61
IHB3 13432 41 n
8 38 46 18473
18 76 87 83
38 13501 90 18509
11242 8 93 j
51 35 16116 18673
85 56 27 W
95 13617 36 «033
11319 75 46 40
45 84 47 67
47 88 53 yj
49 JJ2 61 18828
3
2 11417 3»
12 46 70
50 80 16311
74 89 164U
73 13832
81 48
96 61
99 13915
,5£ ^165??^
11641 78 18 96
43 82 21 19545
46 14004 31 54
50 25 64 91
Siei!1^
93 82 67 64
11723 85 96 19719
16721 38
Gisteren is te Leipzig het proces tegen de
Duitsche oorlogsmisdadiger*! begonnen on
der voorzitterschap van dr. Schmidt. De eer
ste beklaagde is de vroegere onderofficier
Karl Heynen uit Barmen, die beschuldigd
wordt van mishandeling van gevangenen in
het kamp te Heme.
Hü is daarvoor reeds in 1916 vei
door den krygsraad te Münster. We,
overigens goed gedrag kreeg hü u
straf, die hy ook later, door de ami
niet Behoefde te ondergaan. Dit
proces verklaart waarom juist hü de eerste
is, die wordt gehoord.
Naar bekend is, betreft het hier 46 proel
gevallen, door de entente aangewezen. Al
het ryksgerecht deze gevallen naar genoe
gen der entente behandelt, zal deze waar-
schynlyk goedkeuren, dat het rjjksgerecht
ook alle andere gevallen afdoet.
Wegens het vroegere proces kon men van
het geval-Heynen het eerst alle noodige
stukken byeenkrügen. Beklaagde erkent ten
deele de ten laste gelegde feiten. De ka
pitein had gezegd: Gy zorgt, dat zü wer
ken, hoe gy dat gedaan krügt is jouw zaak.
Reeds den eersten dag bleek, dat de Engel-
schen niet wilden werken, omdat zü aldus
den oorlog zouden helpen verlengen.
De president, in een blykbaar streven om
objectief te zün en beklaagde niet te ont
maakte het beklaagde heel moeilyk.
schetste hoe hü moest zorgen, dat de
gevangenen, die niet werken wilden, toch
verkten en erkent, dat dit op handtastelyke
'Üze geschiedde. Als büvoorbeeld een zün
rerkpak niet wilde aantrekken, trojehü het
aan, enz. Daarbü kwamen^Jauwe
builen voor. Beklaagde, wien men
ien, dat zyn lichaamskracht onge
meen groot is, ontkende daarbü van de ge
weerkolf of anderszins gebruik te hebben
gemaakt.
Samenvattend kan men zeggen, dat de ge-
heele terechtstelling een ietwat pjjnlyken in
druk maakt, meldt de N. R. Ct. Als toe
hoorder wordt men bevangen door een ge
voel alsof men een vivisectie büwoonde.
Deze beklaagde heeft wellicht straf ver
dient, maar hü staat tot de eigenlüke oor
logsmisdadigers slechts in de verhouding
van het werktuig, waarmee de misdaad werd
gepleegd. Hü voelt zich ook werktuig. Hü
is soldaat, maar het ideaal van Kipling. Hy
vraagt niet waarom en zoo beantwoordt hy
slechts aan de militaire opvoeding, die hü
had gehad..Hy zal nu moeten boeten voor
de zonden van een stelsel, voor de zonden
van een tydperk, terwyl hy slechts een
droppel was, voortgedreven in den grootep
vloed. Het internationale karakter van dit
proces, dat zich openbaart in de aanwezig
heid der Engelsche getuigen, blijft slecht»
van theoretisch belang. De groote gedachte,
dat de verantwoorde! üken voor de ellende
van vyf jaren meijschenmoord zouden te
rechtstaan, daar komt voorloopig niets van
terecht. Slechts worden eenige zielige indi
viduen het offer van de toevallige omstan
digheid, dat juist voor hun gevallen het ma
teriaal der beschuldiging en de getuigen
aanwezig zün, zoodat hunne berechting in
technisch opzicht practisch uitvoerbaar is.
China, dat officieel nog uityd in oorlog
was met Duitschland, laat alle vyandighe-
den varen, Den 20en Mei is te Peking een
Chineesch-Duitsche overeenkomst getee-
kend, welke dienen moet als grondslag voor
het afzonderlijk vredesverdrag tusschen bei
de landen. De overeenkomst herstelt de han-
delsbetrekkingen volgens het beginael der
wederkeerigheid en bepaalt, dat Duitschland
alle verplichtingen op zich neemt, die voor
dat land jegens China uit het verdrag van
Versailles voortvloeien. Van haar kant zal
de Chineesche regeering den verkoop van de
de in beslag genomen Duitsche eigendom
men staken, den opbrengst van het reed»
verkochte terugbetalen en de bepalingen
nopens den handel met den vüand intrekken.
De rykapresident benoemde den gezant
van Duitschland te Den Haag dr. Rosen tot
rüksminister van Buiteniandache Zaken en
onthief den rykakanseiier van de tydelyka
waarneming van de» «functie.
In Egypte is het woelig. Gisteren waren
er al relletjes te Cairo gemeld en die hebben
blijkbaar aanstekelijk gewerkt. Ook te
Atexandrië ia het onrustig. Het gerucht, dat
Grieken een inlander zouden hebben gedood,
heeft de verontwaardiging tegen de Grieken
en de andere Europeanen gaande gemaakt.
Er zouden tallooze dooden en gewonden
zün. Benden braken in in de uitstalkasten
van de Europeesche winkels. De Europeanen
vroegen vergunning om zichzelven te mogim
beschermen. Geweervuur houdt van alle zij
den aan. Studenten en andere inlanders de
den aanvallen op de Europeanen. Tallooze
gebouwen züh in brand gestoken.
Naar gemeld wordt, zün vyf Europeanen
gedood en twee en zeventig gewond.
«Het dooden van den inlander moge de
aanleiding tot deze gebeurtenissen zyn ge
weest, de oorzaak iz stellig veel dieper ge
legen. In de eerste plaats zün ze gericht te
gen de huidige regeering. Deze regeering,
wairin Adly Pasja Yeghen de eerste-mim»»-
ter is, is, zooais men weet door den Engel-
•chen hoogen commissaris uangesteid en
kan geenszins als een vertegenwoordiging
van de Egyptische regeering beschouwd
worden. Althans, de Egyptenaren weigeren
ze daarvoor te houden.
De onmiddellüke aanleiding tot de relle
tjes is het bekend worden van de namen der
leden van de Egyptische delegatie, die de
zer dagen naar Londen gaat om besprekin
gen te voeren over Milner’s rapport. Aan
het hoofd dier delegatie zal de eerste-mi-
nister zelf staan. In een brief van hem aan
den sultan verklaart hü «ich by de bespre
kingen aan de drie volgende punten te hou
den:
le. erkennii
ken om de grens van Opper-Silezië over te
trekken.
Hier doet zich dus een dergelük geval
voor als destüds by de werving van het
leger voor generaal Haller, waar de Duit
sche regeering zich ook officieel tegen ver
zette, doch die ze toch niet kon tegengaan.
Te Parys wil men nu wel aan den goeden
trouw van den rykskanselier gelooven, doch
constateert daarbij dat hü den toestand niet
meer volkomen beheerscht. Wat juist is.
Volgens een Poolsch bericht zyn Zaterdag
de Duitschers van drie zyden een offensief
begonnen tegen de opstandelingen in Op
per-Silezië, welk offensief ais ’t begin van
een gecontreerden aanval op het industrie
gebied kan worden beschouwd. De Duit
schers dankten hun aanvankelyk succes aan
de zware artillerie over welke technische
middelen de opstandelingen niet beschikken.
De Polen laten zich zelve intusschen ook
niet onbetuigd. Verscheidene Duitsche be
richten gewagen van versterkingen, die ze
aanvoeren, terwyl ze dagelyks aanvallen
ondernemen.
Tot nu toe hebben vdornamelyk I tali aan-
sche troepen gepoogd het zaakje op te
knappen, thans zyn ook Engelsche strijd
machten in actie gekomen.
Nadat Zondag te Lóslau wederom een
trein passeerde met geregelde Poolsche
troepen en de Polen begonnen waren een
spoorlyn van Loslau tot de grens aan te
leggen, vereenigden zich Zondag de Enten-
te-»utoriteiten om een zuiveringsactie op
touw te zetten.
De leiding berustte by den Engelschen
majoor Beating. By een omsingelende aan-
valsbeweging werd de Annaberg, in het dis
trict Kosel, 400 M. hoog en tevens de hoog
ste in Opper-Silezië, met sterke strijdkrach
ten genomen. De Annaberg was 3 weken
door de Polen bezet en werd door artillerie
gesteund. De berg besHstTegèlükertyd over
meerdere spoorwegverbindingen. De Polen
werden teruggedreven en verloren drie ka
nonnen. Tegelükertyd werd ten N.O. van
den Annaberg het belangrüke strategische
punt Groszstein genomen.
Nieuwe Engelsche troepen zullen naar
Opper-Silezië worden gezonden.
Naar de Temps uit Londen verneemt,
heeft de Duitsche zaakgelastigde te Parü»
aan de Fransche regeering voorgesteld om
4 bataljons infanterie naar Opper-Silezië te
zenden voor het herstel der orde. Het kan
er zelfs aan toevoegen, dat dit besluit van
het Britsche kabinet met vreugde door de
Quai d’Orsay is begroet. Het betreft hier
de terugzending van de troepen die de En
gelsche regeering wegens de mynwerkers-
staking uit Opper-Silezië had teruggeroe
pen.
Van deze troepen zal aanstonds gebruik
worden) gemaakt.
Lloyd George toont dus wat 't zwaarst is,
het zwaarst te willen laten weg
vaar voor ongeregeldheden als o_
de münwerkersstaking schijnt ook wel zoo
goed als geweken, al is men nog steeds
zoekende naar de oplossing. Misschien zul
len nu ook aan Ierland onttrokken troepen
worden teruggestuurd. Sinn Fein oefent een
waar schrikbewind en de laatste maand zyn
Een Fiansch verwijt aan de Duitsche regeering. Het Duitsche verweer.
Alle pogingen in ’t werk gesteld tegen vorming der vrijwilligerscorpsen.
Inval der Duitschers. Engelsche troepen in den strijd. Britsche
versterkingen-China en Duitschland. Dr. Rosen minister van Bui-
tenlandsche Zaken. Ongeregeldheden in Egypte. De orde in Portugal
hersteld.
ONS OVERZICHT.
zicht staande district Kreuzburg 250 a 300
Polen over de grens gekomen en hebben het
plaatsje Kostau aangevallen.
De Duitsche regeering is het eens met
de bewering in de Fransche nota, volgens
welke de intergeallieerde commissie alleen
verantwoordelük is voor de handhaving der
orde in het plebiscietsgebied. Die thans
heerschende anarchie staat echter volkomen
in tegenstelling met de omstandigheden,
waaronder de voorzitter der intergeallieerde
commissie in Februari 1920 zyn ambt aan
vaardde. Het herstel der rust is geen kwes
tie van de hervatting van den arbeid, zoo-
als de Fransche nota het voorstelt. De op
stand in Opper-Silezië is een uitsluitend po
litieke toestand tegen de bepalingen van het
vredesverdrag. Het lyden der ongelukkige
bevolking is ontzettend.
De Duitsche regeering is in beginsel be
reid door het zenden van levensmiddelen en
geld den toestand te helpen verbeteren. Het
is echter onmogelyk de noodige waarborgen
te krygen dat het geld niet in handen der
insurgenten zal vallen.
De Duitsche regeering zoo eindigt de
nota wil nog steeds de hoop niet opge
ven, dat de intergeallieerde commissie er in
slagen zal de orde te herstellen en de be
volking van het juk der Poolsche insurgen
ten te bevrüden.
Nu wil 't geval, als boven reeds aange
geven, dat op den dag dat dit antwoord ont
vangen werd, den geallieerden de berichten
ter oordJBhjnen over den Duitschen inval
in Opper-Silezië op een frontlyn, die gaat
langs Grossel, Stribinau en Krempa.
Duitsche troepen die aan dezen aanval
ben deelgenomen, behooren, naar men te
Parys weet te vertellen, tot vrykorpsen
waarvan de intergeallieerde commissie de
vorming had bericht. Deze afdeelingen zyn
grootendeels samengesteld uit Hamburgers,
Wurtemburgers en soldaten van het oude
Baltische corps, benevens een kleine groep
Sileziërs. Al deze vrywilligers zyn voor het
meerendeel menschen zonder werk, die uit
de groote steden van het Ryk komen, aan
getrokken door de premie van 50 mark per
dag en de hoop op buit. De aanwerving van
deze vrijwilligers heeft openbaar plaats ge
had te Berlyn in kasteel Bellevue, waar of
ficieel het centraal bureau is gevestigd van
de bonden der Sileziërs die trouw zyn ge
bleven aan het vaderland, en te Breslau1
waar een filiaal is van dezelfde organisatie.
Het transport van al deze huurlingen is
gratis geschied, zy zün eerst gericht naar
Breslau en vandaar gezonden naar het
kamp van Brieg, waar zy gewapend werden.
Vandaar zyn zy te voet op 15 Mei vertrok-
1927
151 7432
1272 20482
58 7445 <663 14239 1493
,57» 16925 19301
X -* tt>0eu oekH
081 12770
827 12807
>766 1«-
94 13025
Kt6 90--
61 13288 17081 72
J015 13479 17232 19852
t-0 13390 17™
1333 14107 11
55
99 11
14318
45