No. 14656
60e Jaargang.
roente
enendiial 21.
Zaterdag 25 Juni 1921
e Fabrieken
1715.
Icohol
res voor
sen.
T.
FEUILLETON.
DE ROODE ZEE.
;ing thuis bezorgd.
OPSTELTEN
Z^Txe-o.^xrs-ezx^xd.-vextezxtie'bleud.-voox G-otzcS.®- exx ©aaxstxelcexx.
ENEN-, NIER
ZIEKTEN,
fAK, afdoend middel te-
n p. b. 1.75, 6 b. 9.50.
w middel niet gebruikt
operatie onvermijdelijk
EERSTE BLAD.
BKHALVK ZON- IN FEESTDAGEN.
1—4 refill /IM, .Ike regel mrer ƒ0AO.
Redactie: TeleL latere. 545.
Bureau: MARKT SI, GOUDA.
Admlnlatnitle: Tele/. latere. «2.
Dit nummer bestaat uit twee bladen
BINNENLAND.
(otterdam.
door
907*40
34
geplombeerde zakken.
egen Gouden Medailles.
n
n
n
voel
HOOFDSTUK XI.
met geslepen Spie-
goed als 600 nieuwe
Café- en Leestafels,
Winkelgoederen, bjj
8089 40
foede
t aan
*t de vier Japansche
a vier uur tjjds door-
INGRZONDEN MSDED RELINGEN:
Op de voorpagina 50 hooger.
lerk „STER” en W.L.
te.
EPHOON 120.
ICH
F
G0UD8CHE COURANT
3e Orgel
Janskerk.
VERSCHIJNT DAGELIJKS
Roman van CLARA VIEBIG.
met autorisatie vertaald door
Mevr. J. P. WESSELINK—v. ROSSUM.
(Nadruk verboden.)
jlbespeling itt
Bk» wti geregeld
zouten ontvangen van ver
eerten. vermakaUlttaj*.
juist danste en zich heit hof liet maken,
lag haar broer, haar knappe Jochen, bloe
dend op Franschen bodem! Een onverge
lijkelijke ontzetting vervulde haar. In ver
gelijking daarmee was de dood van me
vrouw Sdebenrat niets. Zij had den treu-
menden echtgenoot en de weenende kinde
ren afgehaald. Het halve dorp had zich
langs den weg, die naar het station leddde,
opgesteld; niet alleen de badgasten, ook de
inwoners. Menig oog, door tranen verblind,
keek den langzaam daarheenrollenden wa
gen na: Jammer van deze vroolyke vrouw,
deze mooie vrouw, deze lieve moeder der
kinderen. Er werden gebeden gepreveld,
het was een gebeurtenis, waarin allen deel
namen.
Maar Jochen, ach, was zoo eenzaam,
zoo verlaten gestorven! Zou moeder niets,
niets naders er over gehoord hebben?
Het telegram zei zoo weinig.
Het was laat in den middag, toen Anne-
Wiarie het stadje aan den Lahn bereikte,
waar haar moeder woonde. De Dom van
Limburg lag in avondgloed. Zijn indruk
kende, groote steenmassa weerspiegelde
zich in de rivier; rondom de torens speel
den nog gouden zonlichten; zjjn omtrek
schemerde reeds in de schaduwen.
De jonge vrouw was geheel uitgeput; de
reis was moeilijk geweest; er heerschte
een onrust op de lijnen, die het treinver
keer verwarde. Er waren zooveel menschen
onderweg; vooral vrouwen met pakjes en
angstige kinderen, ook vrouwen met som
bere gezichten; dat moesten vluchtelingen
zijn maar waarom dan vluchtelingen?
Allee was toch nog zeker en goed; alleen
Jochen was gevallen.
Ontslag Gemeenteraadslid.
De heer S. de Wolf (8D.A.P.) heeft
ontslag genomen als lid van den gemeen
teraad van Amsterdam. In diens plaats
zal door het hoofdstembureau worden be
noemd de heer Jan van Zutfen.
Geneesmiddelen.
moeilijke tijden tegemoet
dient dus ook hier de middelei,
die onze tegenweer tegen deze
succesvoller maken. Het zijn i_.
de middelen, die over het algei
kunnen doen. Vermeerderde insj
doelmatiger exploitatie. Voor de
len zeker onze boeren uit eigen
wel zorgt
wetenschi
ring gi
Het
er be
komen
Advertentiüa kunnen worden ingezonden door tusachenkomst van «oliede Boekhan
delaren. Advertentiebureaux en onze Agenten.
Want
volge
verbeterii
slotte in
als deze
Mevrouw ven Loea-
begreep zy het stet „T«-
rug? Mfln zo4a
Zuster Katinka knikte.
„De kanonnen werden onbruikbaar ge
mankt, da manschappen trokken ach terug
in het caisM>n(>aric. Daar heb ik Jochen
ook vpor de laatste maal geeproken.”
(Wonit vervolgd.)
>nae agenda te vesiueïdea
rehe Drukkerij
ZOON GOUDA. I
„Het is goed, dat je komt", zei mevrouw
von Lossberg en ontving den kus van haar
dochter zonder een zichtbaar teeken van
ontroering. „Deze juffrouw komt my van
Jochen’s laatste ©ogenblikken vertellen. Ik
verzoek u, ga voort." Zij stekte haar doch
ter niet voor.
Een verlegenheid overviel Annemarie.
Hoe zou zy zich tegenover deze gedragen?
Het liefst» zou haar om den hals zjjn
gevallen. Zü wist toch, hoeveel Jochen
van haar had gehouden; maar de koelheid
en stijfheid van haar moeder hielden haar
er van terug.
„Ik heb het u reeds gezegd, mevrouw,
de achtste Augustus wm ontzettend. De
enzen hebben niet meer stand kunnen hou
den. Aan den weg Amiens-Roye ontzag
gelijke massa's tanks."
„Tanks? Waarom hebben zü niet moer
stand kunnen houden?” De officiersvrouw
barstte tea. Een verontwaardigde bics
kwam op haar bleek, door smart verwron
gen gelaat: Lafaards!”
De andere sprak kalm venter, alsof zü
die tusachenwwping niet had gehoond. „De
geheele voorste infanterie wan weg
dood overioopen gevangen. De veid-
artilerie stond geheel MMtder dekking. Zij
moesten tem
beng Mi dit,
zy wm geknakt en lag met richoelf over
hoop.
Dralend stond zü voor hot kleine
huis in het kromme straatje in de scha
duw van den Dom, waar haar moeder ge
lijkvloers woonde. Van den drempel zag
men als van een uitkijktoren aan het eind
van het straatje de rivier. Waar was hier
dan toch een bel? In haar opwinding vond
Annemarie er geen. De deur, ouderwetsch,
als van honderd jaar geleden; „daarop een
klopper. Het was alles doodetil. Niet eens
een kat sloop door het straatje, slechts een
paar vleermuizen begonnen geluidloos te
fladderen. als het graf”, dacht Anne-
marie. Hoe ongelukkig moest men zijn, al?
men zich hiermee tevreden liet stellen!
Een huivering doorvoer de jonge vrouw.
Zü dnikte tegen de deur, die meegaf. Zü
stond in een donker portaal. Nu hoorde zü
stemmen. De eebe stom sprak diep en vol,
met een weeken alttoon; zü kende die niet
Maar nu sprak haar moeder. Het klonk
hard.
De dochter klopte op de kamerdeur;
haar kloppen werd niet gehoord; zü trad
binnen. Daar zat haar moeder op de oude
paardenharen sofa, die voor de kinderen
altijd het paard geweest was, van 1 weik
zij op- en afstegen op hun wilde ritten.
Mevrouw von Lossberg zat stijf recht
op. Op den stoel tegenover haar, met den
rug naar de deur, zat iemand in verpleeg-
eterscostuum; een vol gelaat met loerende
zwarte oogen wondde zich om naar de bfa-
newtredende.
Het ging als een schok door Annemarie
heen: dan kon slechte Katinka sü*». da ge
liefde van haar broer.
Gewone advertenttön «n ingezonden mededaelingen b|j contract tot zeer geredu
ceerde© prijs. Groote letters an randen worden berekend naar plaatsruimte.
JEDJOENG, tegen nier-
(niersteen-gruis) pei
b. ƒ12.50.
gebruik van Uw Be
voel ik mij een heel an-
Annemarie had als een vluchtelinge de
plaats verlaten, waarin zjj vergeten had,
dat het nog oorio^ was. Een telegram van
mevrouw von Loseberg was bij vergissing
naar haar schoonouders gestuurd, nu pas
bereikte het haar hier „Jochen gesneu
veld, den achtsten Augustus bij Vellere-
Bretonoent.”
Het was nu reeds acht dagen geileden.
Annemarie gedroeg zich als een waanzin
nige. Terwyl zü had gelachen en geschertst
**t mijnheer Thiessen in zijn mooien
**o, Moezel op en Moezel af had gereden
en ver de bergen op, terwijl misschien
Terwijl de oorlog haar slechts van verre
had toegefluisterd het gedonder van het
front, daar dreunde haar nu bulderend in
de oor en: Jochen dood. In een halve wr-
dooving had zij zich van haer naar daar
laten stooten. Zjj had bjjna spijt, dat zij
het aanbod van mynheer Thiessen niet had
aangenomen: die had haar in zün auto
naar Limburg willen rijden. Maar wat zou
moeder daar wel van gezegd hebben En
ondanks alles stond hy toch te ver van
haar af; in zulke oogenblikken had zü hem
liever niet by zich. IA, ja, die zou zü nu
wel by zich wollen hebben, maar die was
reeds thuis. Het had niet willen vlotten
tusschen haar; er was iets vreemds geko
men tjusschen hun beiden. lili schepte geen
genoegen in hetgeen haar genoegen deed.
Dansen? Neen. En ook de autotochten,
waartoe mijnheer Thiessen, die wel wist
hoe het behoorde, haar als vanzelf spre
kend had uitgenoodigd, maakte Lili niet
mee. „Laten we naar huis reizen”, had
Lili verzocht, als Annemarie op zulk een
autotocht tot laat in den avond uitbleef.
„Kom, laten we vertrekken, ik smeek je!”
,Jk denk er niet aan!” Annemarie had
zich Losgemaakt en het hoofd in den nek
geworpen.
Nu zou het gezelschap van Lili haar veel
waard zijn geweest Zü voelde eenigen
schroom voor haar moeder. Als die maar
niet te veel jammerde! En nog een ande
ren schroom: dien voor zichzelf.
Wat was zjj toch een lichtzinnig, genot
zuchtig schepsel! In het geheel niet ge
schapen voor leed. Anderen droegen het
veel waardiger.
Eten deernis met zictaaif overviel haar.
NIRAN, blaasziekten,
nljjke, druppelsgewijze
P. b. 2.25, 6 b./12.50.
komt thans in grootere
dan vroeger, terwyl het
troebel is.
ie aanhalingen werden
len door de gebruikers
lesmiddelen.
op elke bus de naam:
R IMPORT COMP.,
I, Postbus 101.
r bjj Apothekers en
ir niet gelieve men zich
tot THE IMP. COMP.
44S6 37
A®2'™E‘,®i3>SPRUS: per kworta*1 F2-26' Wr WMk 17 cent, met ZondacibUd
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt
Franco per post per kwartaal ƒ8.15, met Zondagsblad ƒ3.80.
Abonnementen worden dageljjks aangenomen aan ons Bureau: Markt 31, GOUDA,
nu onze agenten, den boekhandel en de postkantoren.
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring)
1-5 regels ƒ1.80, elke regel meer ƒ0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring:
1—5 regels 1.55, elke regel meer ƒ0.80. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20
bijslag op den prijs. Liefdadigheids-advertentiën de helft van den prfls.
GENDA.
jc. De Réunie. Lezing met
fd. Gouda E.H.B.O.
Joc. „Ons Genoegen" Con-
orps 3e Regiment Huraren
ïring Onderstandscommi?-
org. 3 uur n.m. Gebouw
it 118.
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD.
DLXII.
Het bezoek van de Japansche prinsen
heeft niet bizonder veel aandacht getrokken,
misschien wel even weinig als de Kabinets
crisis, waar ook zeer geringe belangstelling
voor bestaat, ’t Is wel eigenaardig, dat in
Amsterdam en in Rotterdam zeer veel aan
dacht is geschonken aan het verblyf der
prinsen daar ter plaatse en dat den Haag
het om eens een populaire uitdrukking te
bezigen langs zyn kouwe kleeren heeft
laten afzakken.
Wjj hebben aan dit keizerljjk bezoek een
interessant uitstapje te danken, n.l. een
autotochtje, dat wjj met
journalisten maakten. In
De weerwraak van Holland.
De Belgische „Standaard” schrüft:
Een heel bedenkelüke zaak.
Op de foor aan de Zuidstation wordt veel
Hol land ache chocolade gegeten. Een redac
teur van de „Nation Beige" heeft ge»i®n,
dat men een atuk koopen kan voor fr. 0.25.
Op alle kramen ia er van die chocolade te
winnen aan een spotgoedkoop prüaje. En
heel filosophisch volgt dan de zedeles: „Het
is een inval van chocolade, een onverteerba
re weerwraak van 1830".
Ten minste weten wij nu waaraan ons te
houden. De Hollanders nemen him wraak
met onze maag kapot te maken, dank zü
hun chocolade. Wjj vestigen hierop de aan
dacht van de regeering en wjj verhopen, dat
het leger van den zoetwaterkapitein Hen-
nebicq en van maarschalk Neuray ons te
gen dezen inval zullen weten te beveiligen.
Er bestaat nochtans een uitstekend recept
tegen indigestie: een paar glaasjes water
uit de Wielingen of een scheutje water uit
den Rün werkt onfeilbaar. Voor sommige
journalisten die 10den aan gezwollen hoofd
is het zelfs onmisbaar.
kruisten we de stad en de omstreken en
kregen wjj nog eens een overzicht van al de
heerlijkheden van den Haag. Het maakte op
de vier gasten een grooten indruk, al het
geen zü zagen en voor hun doen zü zün
zeer zwijgzaam gaven zü daarvan op
harteljjke wjjze bl0k. ’t Eerst ging de tocht
naar de Ridderzaal, die helaas met zün
overdekte stoelen niet dien majestueuzen in
druk maakt als men mocht verwachten. Wat
is dat toch eigenlek voor een bespottelük-
heid om alles af te dekken, zoodat het een
huis in den schoonmaaktüd ijjkt!
De vergaderzaal van de Eerste Kamer viel
zeer bjj de Japanners in den smaak, nu is
deze zaal zeer mooi vooral als er geen Ka
merleden in züb- Het is en bljjft altijd eeu
wig jammer, dat de tribunes en de banken
het geheel zoo ontsieren. Wanneer zal de
zaal als monument blüven en verlost worden
van al wat het leeljjk maakt?
In het Mauritsnuis waren het de Rem
brandt’s en de Stier van Potter, die vooral
de bewondering wekten in ’t Gemeentemu
seum werd het Hollandsch en Chineesch
aardewerk bezichtigd.
Daarna ving de auto-tocht aan door de
stad, door Zorgvliet en Duinoord naar Sche-
veningsche haven. De duinen en ons typisch
strand verrasten de Japanners zeer. Dit na
tuurbeeld wykt zoo zéér af van hetgeen zü
in hun land plegen te zien, dat zü V°1 bewon
dering en verbazing waren. Eveneens trof
hen de aanblik van de waterpartü in de
Scheveningsche Boschjes, gelijk trouwens
met deze bizonder mooie boschjes in het al
gemeen ook het geval was. Vooral trof hen
de omvang van hetgeen zjj zagen. Hun in
druk van Holland vóór zjj er kwamen was
waarschjjnlyk wel die van zeer microsco
pisch klein is, dat je moeite hebt om binnen
de grenzen van het land te blüven.
Door het Haagsche Bosch, dat in volle
pracht was, ging het langs den breeden
Leidschen weg naar het park Oud-Wasse
naar, langs het kasteel waar prins Kan in
logeerde en vervolgens langs een omweg
door de mooiste lanen naar de duinen van
Mejjendel. Meüendel is een dood-gewona
boerderij midden in de duinen gelegen, maar
zoo schilderachtig en zoo bizonder van kleur
en omgeving, dat alleen een tocht daarheen
de moeite loont. In de laatste jaren-zjjn in
dit gedeelte van de duinen tal van smalle
straatwegen aangelegd, waarbü het wel de
bedoeling zal zün om een Villapark te vor
men, zóó echter dat het karakter van het
duinlandschap zoo min mogeljjk wordt aan
getast. Het is thans een buitengewoon
mooie tocht te midden van de duinen die
hier gedeeltelyk zün begroeid en gedeelte-
lük het oorspronkelük karakter nog onge
rept behielden. Als duinlandschap is dit deel
werkelük onvergeljjkeljjk. Zelden of nooit
is het mogeljjk zoo door de duinen te dwa
len zonder het doodelük-vermoeiende wan
delen in het mulle zand.
Van de duinen leidde de tocht naar de
uitspanning „De Kievit”. Dit is een zeer
moderne, in Engelschen trant gebouwde uit
spanning. Oorspronkelük was het een een
voudige boerderij, met een melkschenkerü
er bjj en dit heeft zich langzamerhand uit
gebreid tot een volledig restaurant. Een
40)
„Hoe maakt de jongen het, myn lieve
Rudi?” Zjj geloofde plotseling ontzettend
naar het kind te verlangen, altjjd verlangd
te hebben. Zü lachte en schreide door el
kaar. „Ik ben overgelukkig dat je gekomen
bent; ik heb den geheelen dag al op je ge
wacht. Ik voel me heelemaal ziek. Iemand
heeft zich hier van het leven beroofd. Hoe
kan men tot zoo iets komen h$t maakt
mjj beangst!”
dan vroeger. Het is dus wel zeker, dat hü
geneigd zal zjjn te luisteren, wanneer door
wetenschap en landbouworganisaties in ver
band met de tijdsomstandigheden, wier uit
werking hü«immers aan den lyve gaat voe
len, meer dan ooit op veredeling van vee
en gewas; waarop reeds zoo herhaaldelyk de
aandacht wordt gevestigd, wordt aangedron
gen. Merkwaardige resultaten zjjn hier door
kruising en keuze reeds gekregen en de we
tenschappelijke uitkomsten geven daarby
dadeljjk praktisch nut. Inzake veredeling
van het paard en het rund en ook op het
.gebied der zaadteolt heeft ons land al een
goeden naam. Maar er kan nog veel meer
gebeuren en er zjjn nog belangrijke vond
sten te boeken. Zy kunnen nog meer uit on
zen bodem halen. Dat is te doen door ver
meerderde inspanning, maar ook door ver
betering in kwaliteit. De menschheid heeft
deze vermeerderde opbrengst noodig, maar
ook de boer, nu de tyd, dat hy gemakkelyk
veel geld verdienen kon, voorby is. Hy heeft
dus alle middelen aan te pakken, die de op
brengst van zyn bedryf kunnen vermeerde
ren. En juist door veredeling zyn in dit op
zicht al .verrassende resultaten bereikt. Een
treffend voorbeeld levert wel de ervaring,
met een onlangs in Amerika gevonden nieu
we carwe-variéteit opgedaan. Zy is gewon
nen uit een enkele 'aar in 1906 uit een veld
met Turksche tarwe gekozen. In 1914 werd
zij eerst in de praktyk verbouwd en het
vorig jaar reeds op groote schaal. De naam
is Kanred-tarwe. Ze is sterker dan de ge
bruikelijke soorten en geeft dus minder ge
vaar voor mislukte oogst. En men berekent,
dat door invoering van deze tarwe de tarwe
oogst over geheel Amerika met 25 tot 40
millioen bushels zal kunnen stijgen. Dat is
zeker wel de moeite waard en toont, wat
men met veredeling en doelmatig gebruik
van den grond nog zal kunnen winnen. De
wetenschap heeft hierby haar voorlichting
te geven. Daarvoor is onderzoek noodig en
voortdurende studie, wat geld kost. Maar
met het oog op het belang van de zaak mag
onze regeering, wanneer het noodig is, daar
in met haar hulp niet achterblyven. Het is
het belang van onzen boerenstand, van on
zen landbouw en dus ook van ons land. Maar
het is in wijdere strekking ook het belang
der wereld, wanneer hier en elders, ook
langs dezen weg getracht wordt in haar al
gemeen tekort te voorzien. K.
lier ooi
35 Cent
26
ALFSOEHAKT 45
VORST 21
naai gaanadan.
20 0108
schat van bloemen is hier aanwezig en de
Japanners die doi-veel van bloemen houden,
waren er opgetogen over.
Nauwelijks was het gezelschap gezeten of
het strijkje zette het Japansche volkslied in,
een verrassing die de journalisten zoo ver
van hun vaderland zichtbaar ontroerde. Ze
verhieven zich dadelyk en luisterden met
ontbloot hoofd en onbewegeiyk-strak staan
de het lied aan. Het Japansche volkslied
heeft iets plechtigs, ’t klinkt ons als een
psalm, maar het ietwat weemoedige past
geheel en al bÜ het rustige en gesloten ka
rakter van den Japanner. Zü zün niet wel
bespraakt. Gedeeltelijk is dit misschien te
wyten aan de moeite, die zü hadden om zich
uit te drukken. Het Engelsch dat zü spra
ken, was dikwijls onverstaanbaar. Hun ken
nis van die taal, de eenige buiten het Ja-
pansch, die zü kenden was blijkbaar niet
groqt. Zü vertelden slechts te hooi en te
gras iets over Japansche toestanden, maar
het was te onsamenhangend om een over
zicht te geven. Zü vertelden dat één der
bladen in Japan een half millioen lezers had
en dat er niet minder dan tweehonderd
journalisten *an verbonden zijn. Dit zün cy*
fers die voor Holland haast ongelooflijk
zün.
In hun manier van doen, weken zü niets
van de Westerlingen af. Hun kleed ing was
als die van ons allen, hun gewoonten voor
zoover die op te merken waren verschilden
niets van de qnze. Zy vertelden ook wel het
een en ander van de krachtige werking der
westersche invloeden op hun land. Zoo is er
in Tokio een hieuw gebouw in aanbouw voor
de huisvesting der Regeering en daarbij
wordt grootendeels de Westersche stül ge
volgd. Trouwens de reis van de beide prin
sen is op zich zelf reeds een verschünsel van
Westerschen „stül" en de komst van een
groepje journalisten duidt er niet minder
op, dat men het befaamde isolement daar
ginds gaat prüs geven en dat men
lang in stelt in nauwer contact te
met de Westersche beschaving.
Echter zal de taal altyd een beletsel blü
ven. Wanneer er iets is dat wy op dezen
tocht met Japansche journalisten weer ge
voeld hebben, dan is het de dwaasheid van
de talen. Waai*lük, het is toch zoo dringend
noodig, dat er eenheid komt en dat er eén
taal zjj waarin ieder zich kan uitdrukken.
Wü «ijn nooit bewonderaars geweest van
Esperanto, maar de grondgedachte dat ieder
beschaafd mensch een zelfde taal zal spre
ken is volmaakt juist. Is er zoo dikwyls ge
zegd, dat ieder geschil een misverstand is.
Hoevele geschillen zouden dan wel te voor
komen zün, indien door het taalverschil
geen verkeerd begrip kan ontstaan. Het was
uiterst moeilük de Japansche journalisten
het een en ander te verklaren en uit te leg
gen: hoeveel beter en meer gestegen indruk
en kennis zouden zü van Holland hebben ge
kregen, indien het taalverschil niet had be
staan. De Hollanders hebben voor dat zü in
verschillende talen thuis zyn. Zou dat wel
licht de reden zü»» waarom juist zü zooveel
beter inzicht hebben in de toestanden en het
zieleleven van andere volken?
HAGENAAR.
Varmaerderlng van productie
en veredeling van vee en gewas.
Het wordt ook den hardnekkigsten opti
mist met den dag duidelijker, dat we nog
heel wat werk zullen hebben, alvorens we
ons oeconomisch leven weer in orde en op
het peil van voor den oorlog gebracht heb
ben. Die oorlog heeft een te radicale ver
woesting teweeg gebracht, dan dat we ze
zoo spoedig als voor ons allen noodig is,
weer zouden kunnen herstellen. Bovendien
is er een tekort aan vrjjwel alles, welk te
kort door de bestaande ontreddering slechts
langzaam kan worden aangevuld. Maar de
nadeelen, uit dit tekort voortvloeiende, wor
den niet gedeeltelijk vergoed door prjjssty-
ging. Integendeel, de ontredderde toestand
van Europa en de verminderde koopkracht,
die er een gevolg van is, veroorzaken op ve
lerlei gebied een prijsdaling, die velen pro
ducenten noodlottig moet worden. Het eeni
ge, dat ons tégtenover deze onloochenbare
feiten te doen staat, is vermindering van in
spanning. We moeten trachten den oecono-
mischen wagen zoo snel mogeljjk weer in
het goede spoor te brengen en tevens het
tekort aan te vullen, waaronder de wereld
Ijjdt, door sterke opvoering der productie.
Dat laatste kunnen we doen door vermeer
dering, maar ook door verbetering, die dan
indirect vermeerdering wordt. Het zal niet
alleen de menschenmaatschappjj, maar ook
rechtstreeks ons zelven ten goede komen.
deze vermeerderde productie tenge-
van vermeerderde inspanning of van
ing der hoedanigheid zal ons ten
de concurrentie, die juist in^jjden
zoo bizonder fel kan zyn, een be
sliste voorsprong geven en ons zoodoende
de moeilykheden helpen overwinnen, die ons
en oiïs bedrijfsleven bedreigen.
Dit geldt eigenlijk voor elk bedryf, maar
niet het minst zéker ook voor het landbouw
bedrijf. Het schynt wel zoo goed als zeker,
dat niet alleen in tuin- en landbouw, maar
ook in het veebedrijf, waarin nog het langst
de hooge pryzen zich handhaven, door scher
pere buitenlandsche concurrentie en wel
licht snelle daling van pryzen, ook ons volk
gaat. En men
„elen te zoeken,
tegenweer tegen deze bedreiging
1 »r maken. Het zyn feitelyk dezelf
den, die over het algemeen dienst
spanning en
eerste zul-
aandrift
jen. Voor de laatste kunnen ze by
lap en theoretische kennis ter lee-
jaan.
is al lang geleden, dat onze boeren
van de wetenschappelijke bemoeiingen met
hun bedryf niet wilden hooren. Zelfs in de
meest achterlyke streken begint de tegenzin
daartegen steeds meer te verdwynen. De
landbouwscholen trekken van overal leerlin
gen, de cursussen wonden druk bezocht en
de boerenstand leest over zyn bedrijf meer
Penaioenregelinir voor ambtenaren.
De heer Van Stapele c.a. hebben eenige
amendementen op dit wetsontwerp inge
diend.
De bedoeling ia o. m., het mogelyk te
maken, het bestaande recht voor de ambte
naren om zich na ontslag het recht op pen
sioen voor weduwen en weesen te blijven
verzekeren, te handhaven.
Waar de op-wachtgeld-stelling steeds een
gevolg is van overwegingen van Overheid*- g
belang, achten de voorstellers het billük,
dat de daaraan voor betrokkenen verbonden
nadeelige gevolgen tot den duur van het
dienstverband blyven beperkt en niet tot na
de pensionneering worden uitgestrekt.
Voorts zü de voorstellers van meening,
dat nu het recht op premievrü pensioen
door de wet wordt vastgelegd, heffing van
bijdragen anders dan voor Inkoop in de
daarvoor aangewezen gevallen, niet behoort
te worden toegelaten.
Vertier wordt overwogen, dat er verschil
lende betrekkingen wèl tot den 60-jarlgen,
doch moeilük tot den 65-jarigen leeftüd
kunnen worden vervuld.
Een der amendementen bedoelt het recht
op uitgesteld pensioen ook te verleenen aan
hen die vrijwillig, na het in de wet bepaal
de aantal jaren, den dienst verlaten.
De bedoeling is ook om verkregen rech
ten te eerbiedigen en nadrukkelük vast te
stellen, dat een vrijwillig aangegane verze
kering met de Overheid niet eenzijdig kan
worden te niet gedaan.