ES
Zaterdag 30 Juli 1921.
No. 14686
60e Jaargang.
OOP.
*nante
miming!!
EERSTE BLAD.
FEUILLETON.
i e I
XTie-cu-ws-ezx-^.d.’Trertexxtie'Blei.cS.’voor G-oxzcLsu e:xx Oaacxstxelcezx.
rburg-Loge
WE y»IIKT
SLUITERS
DE PRIMADONNA.
Militaire dienstweigering.
iuda 1921.
VERSCHIJNT DAGELIJKS
1^4 r«t»l /MO-
4RG1E MORRIS.
Redactie: Telef. Interc. 545.
Bur«ui:MARKT 31, GOUDA.
Administratie: Telef. Interc. 82.
Dit nummer bestaat uit twee binden
LACHEN!
[AU.
vorden vergoed.
lame Onderneming.
ii)
van
4 AUGUSTUS:
HMA.
gesmeten
•en atakker
jenanle, zon en warmte
4 en koude anderxyds
INGEZONDEN MEDEDKELINGENi
Op de voorpagina 50 hooger.
Gewone advertentita en ingezonden mededeelingen by contract tot aeer geredu-
ceerden pry*. Groote letten en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiön kunnen worden ingezonden door tuaacheakomat van «oliede Boekhan
delaren, Advertentiebureau* en onze Agenten.
fUM voor een be-
lioscoop „GOUDA
zun,
ten-
im-, so
elling.
in Tafels, stoelen,
yen, Jeer ameuble-
leublementen, Club-
artij wollen dekens,
F 29.50 de zes. Com-
meublementen ƒ98.
)NE KOOPJES.
44 b., bovenhuis,
abij de Schiekade,
1RDAM.
G0UD8CHE COURANT
BEHALVE ZON- SN FEESTDAGEN.
AUGUSTUS
n te 8 aar
Successtuk
bedreven van
fdl
t en Front-loge
hoogd met sted.
3481 100
ranaf 6 uur.
urf te Amsterdam.
os stellen,
levensbe-
dat de
spoedig
blijven
olpt niet
ieltl
in wanhoop uw I
oesten door die I
«MA
:hitis
IEKTEN
IDE HOEST
■t gu dén niet I
veelgeprezen
ir o o p
nezing verloopt I
dat gij dat uit-
OOP kan u hel- I
1.90, ƒ3.60 en I
handteekeningI
Rotterdam,
crygbaar.
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt
Franco per post per kwartaal ƒ3.15, met Zondagsblad ƒ3.80.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Markt 31, GOUDA,
Dtf onze agenten, den boekhandel en de postkantoren.
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoor en de tot den bezorgkring):
1—5 regels ƒ1.80, elke regel meer ƒ0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring:
1—5 regels 1.55, elke regel meer 0.30. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20
bjjslag op den prijs. Liefdadigheids-advertentiën de helft van den prijs.
Uit het Duitach van Olga Wohibruch,
met autorisatie vertaald door
Mevr. J. P. WESSELLNK—v. ROSSUM.
(Nadruk verboden.)
Daarom wachtte hij het antwoord in het
geheel niet af, maar sprak verder met zijn
eusters over Louise’s betrekking in het
huis der Engel sche familie en over het toe
komstig beroep van zijn neef Frits.
„Ik moest den jongen van morgen mores
ieeren op Spaansche manier”, zei dokter
Maurer. „Zou je gelooven, dat de veertien
jarige bengel oude schoolboeken heeft ver
kwanseld om sigaretten te koopen?”
Karla lachte plotseling.
Altmann keek haar verbaasd en verwij
tend aan.
„Wat is daar voor vroolijks aan?"
(Dokter Maurer was anders in zijn waar
digheid als paedagogg licht geraakt, maar
hij was niet ongevoelig voor het bekoor
lijke lachje en de mooie, glinsterende tan
den van zijn jonge schoonzuster.
„Vind je misschien, dat het in orde ia?”
Hb glimlachte onwillekeurig, boog zich
I van Tante Piet.
Blank en Bruin.
in den Plantage-
ZEN” opgevoerd,
n FILARSKI en
Ié Zoon.
J.
ersoonlijk optre-
Goed lezen is jegens het boek een
zelfde vorm van wellevendheid als
goed toehooren is, ten aanzien van
dengeen- die tot u spreekt.
schaamte, dat zij geen enkel handwerkje
kende, ook haar naaien was niet fameus.
,jAAs ik maïr eerst geld verdien, dan
neem ik een verstelnaaister.”
Adèle trok haar mondhoeken in. Een ge
trouwde vrouw, die van „verdienen” sprak,
beleedigde al haar beginselen. Als de ar
me Enrst in dit onzalig huwelijk in he
mels naam maar mot elk gevoel voor fat
soen en betaunelükheden verloor.
Altmann greep zijn vrouw onder de kin.
„Zij is nog een kleise wilde”, zei hij ver-
goelyzend.
Karla werd boos. Wat hadden die allen
op haar te zeggen!
„Waarom ben ik een wilde?”
Dokter Maurer gaf het sein tot opslaan.
„Kinderen, kalm. Boos zyn na tafel be
zorgt roede vlekken in het gelaat”
Er werd koffie in de huiskamer gebrjcht,
bier en sigaren voor de heeren.
„O ja, het is waar ook, je rookt aiet",
zei Ai-wm tot zijn zwager en stak met ge
not een sigaar aan.
„Wil je niet een beetje zangen, Karla?"
vroeg Louise Altmann.
Karla keek naar haar man. „Alsjeblieft
niet” schenen haar oogen te zeggen. Zü
was werkelijk niet in een stemming. De
stjjf tegen den muur geschoven bruin plu
chen meubelen, de strakke zwart zyden ja
ponnen en de rechte wenkbrauwen schenen
een onoverwinnelijke vijandigheid uit te
stralen.
,4a, natuurlijk, aing een beetje, moedig
de AlWin Maurer aan.
Een paar aardige, wanne tonen moest
sb, naar haar lachen te oordeelen, wel in
tch hebben .Zelf zong hij graag, was oen
genumen tijd lid van een mannenzaagver-
eenaging geweest, en ging dikwijls met
Louise z^unann mee naar concerten, waar
voor de familie waar in betrekking was,
haar nu en dan de plaatsen afstond.
,Jk kan vanavond niet zu<sn- Neen- -
werkelijk niet-
Men nam het op als de gewone aanstel
lerij en sloeg er verder gsen acht op. Al
win Maurer nam het album en de beide
vazen met kunstbloemen van de awwrte
piano.
„Zal ik de kaarsen aansteken?*
JNeea! Het gas brandt hetóer genoeg*
Hij blies Karla den rook van xjjn Mgaar
in het gezicht, zonder dat hij het merkte.
,Jk wil immers niet singen”, zeide sfl.
Hoe loon haar man haar dwingen! Dat
had zb nooit hom gedacht nooit
Hftj tikte even tegen de piano. Zoo sou
hu ook een hond hebben geroepen. Alwfn
Maurer bladerde in do geel geworden mu
ziek. Hier ontbrak do eerste bladzijde, fkar
de laatste.
,Jk zue, dat onze voorraad vernieuwd
moet worden. Maar daar - Schubert
Vrouwen, Liefde on Loven hm! wat zou
jo daar vin zoggoa?”
Karla was geen liederen-sangres. Haar
stom was meer* berekend op groote, om-
vangrjjke aria’s uit do opera.
„Neen, geen liederen, daar houd ik niet
van."
,4e houdt aiet van Schubert?"
Louise Altmann sloeg haar oogen ten
hemel. Dat was een mooie zangeres! Arme
Ernst, hb had zich wat op den hals ge
haald!
Prof. dr. H. Baviaek. f.
Zooals wy gisteren reeds meldden is
prof, dr H. Bavinck in 66-jarigen ouder
dom, na heel tang lyden, ontslapen.
Zbn voornaamste beteekenis beeft zeker
wel gelegen op het terrein van de theolo
gie. Maar ook oop velerlei ander gebied
was hu een voorman.
Reeds jong, in 1882, hoogleraar te Kam
pen geworden, werd hij, 20 jaar later, be
noemd aan d» Vrije Univenritatt.
Zyn belangstelling voor hot onderwijs
bepaalde zich niet tot de hoogeechool. Over
paedagogisehe vraagstukken heeft hb veel
geschreven, in boeken en tijdschriftartike
len, van het „christelijk onderwas” was hb
de geeztelijke leider; voor heel het gebied
van het Nederlandsch onderwijs heeft hQ
veel gedaan als voorzitter van den Onder
wijsraad. Ook ah Eerste Kamerlid, al
raakten zijn redevoeringen menig terrein,
heeft hij toch zich speciaal op het gebied
van de school bewogen. fit
In Bavinck verliezen wb een van onze
beste redenaars, die zoowd, wanneer hot
ging over wetenedhappelbko als over
staatkundige vraagstukken, over theologie
j||o over opvoeding of over het vrouwen
vraagstuk de kringen van geleerden en in-
gewaden evengoed vermocht te boeien als
de scharen van eenvoudigen die eamen-
stroomden om hem te hooren op anü-revo-
lutiomaire landdagen, of „schooldagen",
zooals die in vroegere jaren zooveel wer
den georganiseerd.
Dr. llavitnck is vele jaren lid, en tydena
het mimetene-Kuyper, voorzitter geweest
van het Centraal-Comitë van Anti-Revo
lutionaire kiesvereenigingen.
Van 1911 af was hb lid der Eerste Ka
mer voor Zuid-Holland, sinds 1906 had hy
zitting in de Academie van Wetenschap
pen.
0, ƒ24.50, ƒ32.50,
naf 12.50. Nog
BINNENLAND.
De Koningin op de Veiuwe.
Sedert ongeveer een woek vertoeft, naar
wb in do Msb. Icoon, de Koningin, meestal
vorgoaeld von Pnnsos Juliana, bjjna dago-
Hjks te Gardoren, ten einde achildoMtuk-
jes te maken van de op do velden aldaar
op echooven staande rogge, waarbb H. M.
vaak mot do eenvoudige bewoners, die eono
naar het schilderen koenen kbken, o«a
praatje mankt.
Dezer dagen verzocht de Koningin oen
landbouwer, die oen vracht rogge van kot
land had gehaald, oven stil te houden, Om
eon kiekje te kunnen nemen. De goede ziei
aeide echter ^giion tied te Mn”, on rood
door. JCn als ik u dan eens een rbkodaal-
der geef”, hernam do hem onbekende dame,
en toen had <ms boertje tyd dn overrtond!
over de tafel en merkte daarby op, dat z(j
heel mooie, jonge, bruine oogen had.
„Beheerech je wat”, fluisterde Altmann
etreng.
Ze streed nog altjjd met den lach, die
haar deed schokken, als een boosaardig
protest tegen al de stijfheid van deze tafel.
„U moet het mjj niet kwalijk nemen,
maar zooals—
„Alwin”, zei dokter Maurer haar voor.
,4a, toen Alwin vertelde, dat zijn jon
gen boeken verkwanseld heeft om sigaret
ten te koopen, moest ik aan mijn vereer
ders denken. Weet je nog wel, Ernst, de
kleine Korbach? Hij bracht mjj elke week
bonbons aan den ingang van den schouw
burg. Ik wist maar niet, hoe hjj aan het
geld er voor kwam, wist ook niet hoe hjj
heette; totdat hjj op een avond ik was
verkouden en hoestte en de regisseur ver
zocht het publiek toegevend te zjjn met
Idninepoeders en ouwels kwam, den vol
gen dag een flesch Ekneerwater hjj mijn
hospita afgaf en den derden dag ncinus-
pillen—"
Ze schudde weer van het lachen en dok
ter Maurer, de strenge paedagoog, stemde
er mee m.
„Zeker een apothekerszoon?"
Karla knikte.
„Ja, dertien jaar was het kereltje. Hjj
zat 's avonds als ik zong, in de engelenbak
en deed wat hu kon om mjj zijn Liefde te
toonen—
„Weerzinwekkend”, zei Louise Altmann.
„Ontzettend. Ja, de schouwburg -", zei
Adèle.
Dokter streek met zjjn hadd door zjjn
haar. „Nu, de Jongen zal ook wel zijn pak
slaag hebben gekregen.*
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD.
DLXVII.
Het is niet een bizonder aangename zomer
dien wb doonnaken. Al hebben we niet te
klagen over regenbuien en koude, het is toch
niet je ware. In vroeger jaren werd het aan-
De beweging, die ten gunste van den
dienstweigeraar Groenendaal op touw ge
zet is, heeft de kwestie der militaire dienst
weigering weer actueel en van bizondere
beteekenis gemaakt. Niet alleen in kringen,
waar men met de dienstweigering sympa
thiseert, maar ook elders maakt men zich
over deze zaak warm. Wordt gevangenis
straf- door velen een te harden maat
regel geacht, men voelt anderzijds,
dat de Staat op een dergeljjke wei
gering maar niet zoo zonder meet met
een ontslaan van den dienstplicht kan
antwoorden. En waar men geen prin-
cipiëele oplossing te vinden weet, zoekt
men door vervanging van den eigenlijken
militairen dienst door hospitaaldienst, Roo-
de Kruis-dienst, burgerlijken dienstplicht
en dergeljjke de zaak te regelen. Een
dergeljjke -regeling kan echter alleen dienst
doen, zoolang het aantal dienstweigeraars
zich niet beduidend uitbreidt, niet zoozeer
omdat men dan voor een grooter aantal
niet gemakkeljjk altijd een andr emplooi
zal vinden, maar omdat anders het gevaar
ontstaat, dat de staat geen voldoend aan
tal manschappen krjjgt voor een leger, dat
die staat noodzakeljjk acht.
Op dit laatste komt het feiteiyk aan. En
het komt mjj voor, dat men de zaak op
het juiste plan zet en in de zaak eerst het
juiste inzicht krjjgt, wanneer men deze
zjjde der kwestie in het juiste licht stelt en
van de behoefte van den staat bjj zjjn re-
deneeringen uitgaat. Want de kwestie der
dienstweigering staat niet geheel op zich
zelf en is ook, voorzoover de staat ermee
te maken heeft, geen ethische kwestie,
maar behoort tot die vraagstukken, die de
verhouding tusschen staat en onderdaan,
gemeenschap en individu raken.
Men zegt zoo gemakkeljjk, dat de staat
ons niet dwingen mag iets tegen onze
overtuiging te doen, maar geeft zich, zoo
sprekende, gewoonlijk weinig rekenschap
van de beteekenis en draagwijdte dezer
woorden. We zyn het er allemaal vrijwel
over eens, dat de staat zooveel mogeljjk de
persoonlijke overtuiging en de individueele
vrijheid moet laten. Maar het zit hem juist
in dat „zooveel mogeiyk”. En. we kunnen
het er evengoed allemaal over eens zijn, dat
een staat en zelfs een samenleving zonder
uitgebreide en intense beperking der indivi
dueele vrijheid niet bestaanbaar zjjn. Want
niet alleen de staat, maar ook de mensche-
lijke samenleving bestaat alleen door onder
werping van het individu aan den wil der
die ook een openlucht-vermaak vormden,
vooral wanneer ue jeugd de gelegenheid had
ze by te wonen. Vvanauer dia exercities van
wege het aleente weer algexast werden, werd
van den toren van de gioote kerk de vlag
uitgestoken. Het gerucht verspreidde zich
dan onmiddeltyk wei door de stad, dat de
oeiemng met doorging. Up die wyze zou
men de voorstellingen van het openlucht
theater eventueel kunnen aihuiten. De tele-
ioon kan dagrby precies als by de brand
weer, goede diensten vernenten. Misschiet
was het op deze wyze mogelyk in ons grillig
kiunaat de opemucht-voorstellingen gere
geld aan den gang te houden.
De omgeving waarin „Les Romanesques"
gegeven wordt is op zich zeil zeer roman-
ustn en voor dit stuk dat geheel in de par
ken speelt, uitermate gescnikt. Er syn met
veel stukken die zich daarvoor zou goed
ieenen. Vvie weet hoe spoedig er Uuuu een
Nederlandsch 'Looneelscnryver op staat, die
een nieuw stuk speciaal voor de open lucht
schrytt. Misschien is het mogelyk er één te
maken, dat in het bizonder by regenachtig
weer gespeeld kan worden. Men kan dan op
het laatste moment nog beslissen, welk stuk
er zal gaan, gelet op de weersgesteldheid.
Men kan zich tegenwoordig al tegen
.slecht weer verzekeren. Binnenkort heelt
‘een groot turaleest plaats en hst ia bekend,
dat een Verzekenngsmaatschappy dat feest
heeft willen assureeren tegen de gevolgen
van slecht weer. Wanneer er op dien feest
dag 5 m.M. regen valt zal een bepaalde som
worden uitgekerd ter dekking van het even
tueels tekort in de kas. De daarvoor te be
talen premie bedraagt 7Mi van het even
tueel te ontvangen bedrag. De leiders van
het feest syn niet op de aanbieding der as
surantie mgeguan, zy hopen op hun goed
gesternte en op de voortduring der droogte.
Ais ze nu maar niet „bedrogen" uitkomen.
We willen ditmaal even wijzen op een
tentoonstelling van schilderijen die geduren
de de maand Augustus in „Fulchn" wordt
gehouden. Het is een heel slechte tijd voor
schilders omdat er haast niet gekocht wordt
en vele artisten zyn door den nood gedwon
gen verre beneden de waarde te v^rkoopen.
Nu organiseert men een tentoonstelling
waarop schilderijen hangen, die elk voor
driehonderd gulden te koop zyn. De meeste
zyn veel meer waard. Wie daar koopt weet,
dat hjj iets goeds kuopt en dat hy de schil
ders helpt. Men kan niet bedrogen
want de beste leiders controleeren de
toonstelling.
Wie dus hart heeft voor onze schilder
kunst en de artisten die het heel moeiiyk
hebben, wil steunen, grjjpe deze gelegen
heid aan, om de kunst te helpen. Men ver-
hesUdaaibu niets, want het gekochte schil-
dersfiik heeft altyd minstens des waarde
die er thans voor betaald is. Het iz zelfs een
geldbelegging die lang niet de slechtste is.
Aangezien tal van zeer bekwame schilders
hierby mede exposeeren, kan later blyken
iets heel waardevols te bezitten.
Men wage ook dit kansje.
HAGENAAR.
„Dat hoop ik", bracht Adèle snel in het
midden.
,4 e hebt den vader toch op de hoogte
gebracht?"
Karia knikte vergenoegd.
„Zeker. Ik heb den jongen by de hand
genomen en ben met hem naar zyn vader
gegaan. En toen d.e van »laan sprak, heb
ik hem verzocht, dat niet te doen en heb
toen wat voor hem gezongen. Korbach was
zeer muzikaal nietwaar? We hebben
byna een uur samen muziek gemaakt. Ten
slotte hebben we het duet uit de Carmen
gezongen, de jongen heeft ons begeleid-
het was prachtig 1 Van slaan w-as natuur-
iylk gene sprake meer, en met Kerstmis
heeft mynheer Korbach my een reis-apo-
theek gezonden. Ontzettend practisch.
Ernst gebruikt die ook heel, graag.
Karla kwam k». De zusters wisselden
een blik, waarin stond te lezen ,x>nmoge-
lyk.” Karis was ónmogelijk in elk geval
in hun burgerlyken kring.
Adèle dacht ook aan haar kennissen; de
vrouw van den leeraar. Wagner, de vrouw
den Conrector Lange, de vrouw van
het lid van de Rekenkamer Florian; neen,
met den besten wil konden zü Karia niét
aan de dames voorstellen.
,Jland.-werk je wel eens?” vroeg sjj, met
een laatste poging, om een ernstige eigen
schap in haar schoonzuster te ontdJkken.
„Karia heeft er tot nu toe weinig tyd
voor gehad”, zei Altmann, waarna hü zich
met een plotseling gewekte hoop tot zün
vrouw wendde: ,jOf heb je misschien
toch-?"
Het was te vergeven. Hü was nog slechte
eenige maanden getrouwd.
Maar neen, Karia bekende zonder eenige
meerderheid. In de samenleving spreekt die
wil zich uit in de publieke opinie en in al
lerlei door die publieke opinie gesanctio
neerde vormen en gewoonten, volstrekter
nog in den vorm van het leven, waartegen
men zich alleen op straffe van het onder
gaan van allerlei oeconomisch kwaad, van
het lyden van gebrek en armoede en on
geluk verzetten kan. En in den staat, die
zelf een openbaring van den wil der ge
meenschap is, wordt die wil door wetten en
besluiten dringend aan de minderheid opge
legd. Bjj dat opleggen is de staat feiteljjk
onbeperkt. Zyn eigen belang is de eenige
richtsnoer en wat dat belang is en wat het
eischt, bepaalt ten slotte in de praktyk al
leen de wil dierzelfde meerderheid. Wel zal
hü, voorzoover mogelyk met het individu,
met z^n behoeften, zün overtuiging en zjjn
vrijheid rekening houden, omdat het wel
varen van het individu ook op zün eigen
toestand inwerkt en dus ook voor hem van
belang is. Maar hoever dat mogelyk is, be
paalt hü ten slotte weer zelf.
Zoolang we nu blüven binnen de grenzen
van de erkenning van den staat, zoolang we
dus geen anarchist zün, hebben we ons
aan deze bepaling bereidwillig te onder
werpen. Alleen het ontkennen van den staat
zou ons daarvan voor ons zelf kunnen vry-
maken. Maar de staat zelf heeft daarmee
niet te maken. Hy heeft enkel onderwer
ping te eischen en uit kracht van dien eisch
vraagt hy van ons, dat we niet moorden,
niet stelen, belasting betalen, by het bou
wen van onze huizen zekere regelen in acht
nemen, onze kinderen naar school sturen
ensoldaat worden. Omdat hü in zün
belang een leger noodig acht, wil hü, dat
we soldaat worden. We kunnen het daarmee
niet eens zyn, evenmin als met de leer
plicht of met bouwverordeningen en belas
tingwetten. Maar zoo we op grond van dit
niet eens zün, weigeren aan de eischen van
den staat te voldoen, dan moeten we de
straf maar dragen, die daarop zit. Daar zit
nu eenmaal niets anders op. Was het an
ders en kon ieder voor zich uitmaken, aan
welke eischen van den stó'at hy^jvel, aan
welke hü niet wilde voldoen, dan viel
dat zal ieder inzien na korter of lan
ger tüd de staat uit mekaar. Alleen wan
neer zich zooveel menschen tegen den
staatseisch verzetten, dat die eisch niet lan
ger den wil der meerderheid is, dan heeft
de staat dien eisch te laten vallen, of liever
vervalt hy vanzelf, omdat^een minderheids-
regeering op den duur niet kan bestaan.
gename en het onaangenanle, zon en warmte
eenerzyds, regen, wind en koude anderzyds
min ox meer geiykelyk over de zomermaan
den verdeeld. Maar nu is dat hoeiemaal met.
Al maanden is het droog, maar het is een
droogte die zelfs aan ds zee met aangenaam
aandoet. Bovendien waait het gedurig
krachtig, neigt het naar veiandering, maar
die blyit voor alsnog uit. Men kan ook
van het goede te veel krygen.
Eén ding hebben wy in den Haag voor:
in de straten stuift het niet, dank zü de
goede inrichting der gemeentéreimgiag die
geregeld voor een voldoende besproeiing
zorgt. Over dezen tak van geméentedienst
hebben wy trouwens nimmer te kragen. Dis
u wel duur maar goed ingericht. Vooral
treft het dat deze dienst modern is en blyit.
Het ophalen van het hkis-aival gescluedt
snel en ordelik. De niéuwe auto-wageiis
die daarvoor gebruikt worden zyn volgens
de beste systemen gebouwd en met zeer veel
vernuft ingericht. In deze tyden ondervin
den wy daarvan het groote nut. De geschie
denis leert dat tyden van droogte aiiyd ty
den van ernstige ziekten^ van epidemien zyn
geworden. Het gemis aan goed water is voor
het leven van den mensch even noodlottig
als voor dat van de planten. Sedert de voor
ziening met drinkwater goed is geworden,
zün de epidemiën verdreven en onbegrüpe-
lyk is het voor de mensehen in de steden
hoe men ton plattelande ds groote beteeke
nis van een goede waterleiding nog maar
steeds niet in die mate schijnt in te zien
als wenschelyk is. Wel lezen we thans dat in
enkele kleinere gemeenten nu tot den aanleg
wordt besloten en hst is ts hopen,
herinnering aan deze tyden niet te i
vervaagd maar dat ze zal levendig
totdat de waterleiding er-is.
Wy beseffen in de stad dikw^ls niet het
voordeel en hst gerief van de groote en be
langrijke instellingen, doch thans nu we el
ders, waar deze niet bestaan, het getob en
de misère zien, komt het besef van het
voordeel wel over oys. Gemis aan water
lyks ons wel het ergste dat gebeuren kan.
Buiten licht kan-men het nog 'n poos
maar het water is een onmisbaar 1.
standdeel.
Het is opmerkelük hoe het verbiyf in de
openlucht reeds meer gewaardeerd wordt.
Daarmede valt samen allerlei feesten en
vertooningen in de vrüe natuur. Pas zyn de
openlucht-voorstellingen op het buitengoed
Marlot geëindigd of elders vangen ze weer
aan. Jammer is, dat we al te ver moeten rei
zen om er te komen. Wassenaar, waar de
voorstellingen van „Les Romanesques” wor
den gegeven, heeft helaas nog geen beste
verbinding met den Haag en toch trekt het
openlucht-spel al aardig.
Hoe veel te meer zou dit het geval zyn
als het eens midden in den Haag op Zorg
vliet byvoorbeeld, plaats had, Natuurlyk is
zoo'n openluchttheater in ons land met zün
wispelturig klimaat erg riskant, maar juist
daarom ware het wel gewenscht, dat de fris-
sche lucht-schouwburg dicht bü was.
Uit mün jeugd herinnerden we ons de
exercities van de wereldberoemde schuttery,
(Wbrdt varvolfd.)