I EN aiming II 1 II ll 60e Jaargang. Zaterdag 1 October 1921. No. 14740 ril 1 EERSTE BLAD. ■C F umml FEUILLETON. SP 'I I ll ZSrie-yx'W-s-exx-^cS.^rextexi.tïe'bleLcL-Troox Gr-o-cxeLa- ©xx Cxxxstxe3r.exx.. f Kantoortje te gedeelte^ der LEVEN BOVEN ONZE KRACHT. DE PRIMADONNA. »hol -I MODEP RAATJE. VERSCHIJNT DAGELIJKS BEHALVE ZON- EN FEESTDAGEN. 1—4 regel» ƒ2.05, elke regel meer ƒ0.50 Si» Redactie Telef. Interc. 545. Bureau: MARKT 31, GOUDA. Administratie: Telef. Interc. 82. Dit nummer bestaat uit twee bladen i I 4878 400 487» 60 lG S OCT. HAGENAAR. geloof me, 4 acten. Iets bljion- Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen by contract tot zeer geredu ceerden pr(j». Groote letter» en randen worden berekend naar plaatsruimte. Advertentiën kunnen worden ingezonden door tuzzchenkomat van soiled* Boekhan delaren, Advertentiebureaus en onze Agenten. e kinderen 'aan. Wanneer INGEZONDEN MEDHDEEL1NGEN: Op de voorpagina 50 hooger. in Tafel», stoelen» |en, leer ameuble- ‘ublementen, Club- irty wollen deken», 29.50 de ze». Com- neublementen ƒ98, NE KOOPJES. 14 K, - bovenhui», iby de Schiekade, RDAJf. GOUDSCHE COURANT. rrovte stad is ..ergelyke in laten onmo- groote e’s die hadden opgeladen eenvreemden man, i het toeft en, te ittely- jeug- 'üedde Vvy zeiden reeds, dat minister De Geer geen nieuwe belastingen wil opleggen. Ge héél waar is dit niet. L. Exc. wil de 5 müli- oen van de aanhangige wyziging der zegel- belastiug in de wacht steepen en eveuzoo de 20 millioen uit de Grondbelasting, waarom- 1 trent hy met de Staten-Generaal tot over- eenstemming hoopt te komen. Intusschen zullen deze 20 millioen op zyn vroegst in 1023 in de schatkist kunnen vloeien. Vöor het jaar 1922 is dus een ongedekt te kort op de gewone uitgaven van 48—20% (er komen namelyk 15% uit het Leenings- ïonds voor den gewonen dienst beschikbaar) is 27% millioen, een bedrag, dat niet onover komelijk zou schynen, indien de ontvang sten, gelyk vroeger zoo vaak geschiedde, overvoorzichtig waren geraamd. Wij geloo- ven echter, dat de Minister in zyn beschou wingen en ramingen eer aan «jen optimisti- schen kant is geweest, een optimisme, dat men in 't algemeen aan den beheerder onzer Staatsfinanciën kan benijden, Joch dat wy niet kunnen deelen, terwijl het ons weinig geschikt lykt om het volk en zyn vertegen woordigers in het Parlement ervan te door dringen, dat het snoeimes er onbarmhartig in moet worden gezet. Voor ditmaal mogen we er nog even op wyzen, dat de raming voor het jaar 1921 op den gewonen dienst een tekort liet van ruim 90 millioen, waarbij reeds door suppletoire (gewone-) uitgaven-aanvragen 16 millioen is gekomen; totaal 106 millioen. Intusschen zullen ook de middelen de raming niet on belangrijk overtreffen, de Minister hoopt zelfs met een kleine 50 millioen. Het tekort op den gewonen dienst over het loopende jaar zou dan nog 55 a 60 millioen beloopen, een bedrag, dat al evenmin reden tot op timisme geeft. Neen, het vooruitzicht blijft o.i. somber! m haar waar Een zat Onder het juicht, paarden waren uitgespannen een regen van goud en edelsteenen neer gedaald was... reed naar huis, eenzaam, met droeve gedachten, in haar kleine bur gerlijke woning, waarin ze zioh nooit thuis voelde, naar een altijd terechtwyzenden man, naar een kind, dat heerschxücht en nayver van haar verwijderd hielden, naar allerlei zorgen, die zijn Alwin Maurer’s familie haar nog zat in de auto van die— ALwiin Maurer streek zich opgewonden dcor zijn hier en daar reeds grijzend haar. Hy. had den blik van den man opgevangen, toen hij Karla in de auto geholpen had en ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, met Zondagsblad per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt. Franco per post per kwartaal 8.15, met Zondagsblad 8.80. Abonnementen worde» dagelijks aangenomen aan ons Bureau: Markt 31, GOUDA, Dij onze agenten, den boekhandel en de postkantoren. ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring 15 regels ƒ1.30, elke regel meer ƒ0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring: 15 regels 1.55, elke regel meer 0.30. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20 bijslag op den prijs. Liefdadigheids-advertentiën de helft van den prys. Er is geen zekerder middel om de genegenheid van anderen fe win nen, dan zelf de zijne te geven. ROUSSEAU. j- en ongeMfoon stil. Zelfs Frits zinh nu niet aan haar met zyn pla- Bolkel was beleefd, beperkte zijn i tot het noodigste, en trok haast baar dte wenkbrauwen op, als Bick'. zyn hand greep. Hy droomde van paleizen en moest oplettend luisteren, als zijn schoonmoeder hem de voordaelen opsomde ▼an de door haar gebeeurde wooing met javraagd 10 s onder no. 4870 Bu- JRANT, Markt 81. Het is een genoegen zich ditmaal in de millioenennota en by behoorende stukken te verdiepen. Uit de nota van minister De Geer spreekt niet alleen een eigen stijl, er spreekt ook een welgevestigde overtuiging uit. Wy heb ben weer een Minister van Financiën, die er verstand van heeft en die van gleden wille is. Wij zijn in groote financieele moeilijkhe den geraakt en minister De Geer geeft daar over een beschouwing ten beste, die mis schien als een clementie pleiten voor zyn voorganger bedoeld is, doch die o. i. de ergst denkbare afkeuring van diens beleid in houdt. Wy zyn, zegt minister De Geer, als volk in den toestand geraakt van te leven boven onze kracht. De Minister van Finan ciën, onder wiens beleid dit kon geschieden, staat o.i. hiermede geoordeeld en de verde diging, dat het boven onze kracht leven eerst aan den dag treedt nu het middelen- accres tot staan komt en in zijn tegendeel verkeert, moge voor minister De Vries een vriendelijkheid zijn, de Ilegeering had kun nen en moeten gevoelen, dat het mis ging en steeds harder mis ging; het „onuitputte- lyk lijkend middelenaccrès der voorafgegane jaren” moest immers in korten tijd omslaan en bovendien werden de uitgaven, op welke bij eventueel decrès der middelen ver mindering uitgesloten was, even zwaar, neen nog zwaarder uitgezet dan het midde lenaccrès als gevolg van de abnormale „Hochkonjunktur”. Minister De Geer helpt zelf uit den droom wie onze zorgvolle financieele positie aan de abnormale crisisuitgaven zou willen toe- schryven. De rekening is eenvoudig: van de ruim 2100 millioen crisisuitgaven is 880 mil lioen betaald uit crisisheffingen (Oorlogs- winstbelasting en aanvankelijk ook de Ver- dedigingsbelastingen); blyft 1220 millioen, waarvoor geleend is en waarvan rente en aflossing uit het Leeningsfonds 1914 worden betaald, welk fonds leeft van opcenten op verscheidene belastingen, tezamen een klei ne 100 millioen ’s jaars. Wanneer er nu eens géén crisislasten waren en toch de genoem de extra-heffingen waren ingevoerd een geval, dat de Minister terecht vry ondenk baar noemt dan zou dus een kleine 100 millioen meer voor den gewonen dienst be schikbaar zyn. Dat lykt een aardig bedrag en de voorstanders van een heffing-in-eens, die intusschen slechts de helft van de 1220 millioen „ineens” wilden heffen, zullen, haar blik, zoo vertrouwend en dankbaar en stralend-.Neen, neen, wie het goed meen- ue raakte er niet aan nooit En nu eerst dacht hy weer aan Bicki Maar die wias toch nog zoo tn^ze was Adèle’s dochter -- Zich eruOj>g uczvrgd over haar maken, dat hoefde hy zeker met--, een kleine liefdesmart. Hy trok de huisdeur achter zich dicht heel zacht. Als Adèle te heftig tegen het kind werd, dan--- dan was hy er ook nog Maar het was heel stil in de gang. Hy luisterde aan de deur van Bicki’s kamer, hooide zacht, verstikt gesnik en destem van zyn vrouw. „Wees toch verstandig alles komt in orde -- waar ben ik dan voor? Alles komt terecht-., dat bezorg ik well’’ Toen vloog er een glimlach over Jlin over zijn gezicht. Zoo ongeveer zou eens Adèle’s moeder ook wel gesproken hebben. Het bleef altyd het oude liedje--- Over Bicki hoefde hy zich met bezorgd te majcen! Zes weken na dezen avond zou Bicki Bo- do’s vrouw worden. Ze had er niet veel naar gevraagd boe dezen ommekeer tot stand was gekomen - Misschien had ze in haar hart nooit een anderen afioop ver wacht-. - Ze was drie dagen erg ziek ge weest dat had hij zeker gehoord en was gekomen, om zyn onrecht goed te maken. Bicki geloofde nog aan het romantische van ziek-zyn! Bodo Bölkel sprak niet te gen en haar moeder liet haar in haar waan. Alwin Maurer plaatste een a- j ._vr een cursus tot hulp bij het eindexamen. Adèle wilde twee jongens in pension ne men. Er kwam nu mets van het alleen blywo met haari man en xe kreeg weer naar de Uit het Duitsch van Olga Wohlbruch, met autorisatie vertaald door Mevr. J. P. WESSELINK—v. ROSSUM. (Nadruk verboden.) steeds weer vergetend hoeveel schade het ai- schepen van de bovenste laag vermogen voor het vloeien der belastingen zou heooen opgeleverd, zoon bedrag (of de heiit ei van) niet versmaden. Doch hoe ontnuchte rend zegt minister De Geer over dit veron- dergestelde allergunstigste geval: „Aldoan- de bate zou dit waarschynlyk niet gebracht hebben. Het uitgavenaccrès ware er vlot over heen gespoeld”. De Minister wijst dan op het verloop van het jaar 1920: de ge wone ontvangsten gingen toen de raming met niet minder dan ruim 184 millioen te bo ven, maar het tekort, geraamd op 46 milli oen, bleef toch nog 16 millioen, doordat de gewone uitgaven, die in 1918 nog slechts 333 millioen en in 1919 bijna 439 millioen beliepen, in 1920 op 601 millioen sprongen. Conclusie van den nieuwen Minister is dan ook: „Hoe snel ook de toename der ontvang sten in de laatste jaren was, de uitgaven hajdden haar steeds spelend in.” Is dit „spe- len|d’’ niet kostelyk ipe Staat moet dus bekrimpen, het gemid delde inkomen per gezin is in ons land reeds niet bijster groot, gemiddeld betaalt de Ne- derlandsche burger reeds ‘35 pct. van zyn inkomen aan belastingen, de meer gelukkige natuurlijk een hooger, soms zelfs zeer be- langryk hooger percentage, maar gemiddeld betalen de Nederlanders voor wie eens de tiende penning een schrikbeeld was reeds ruim één derde van hun inkomen aan Staat, Provincie en Gemeente; wie alleen inkomen uit arbeid heeft, kan zich verheugen over het denkbeeld, dat hij twee dagen per week voor de belastingen werkt! Minister De Geer wil ons dan ook niet nóg zwaarder belasten. Z. Exc. meent, dat van een aanzienlyke opvoering der geza menlijke publieke lasten in de toekomst nauwelijks meer sprake kan zijn en neigt tot de nieening, dat de grens der gezamen lijk op te leggen belastingen welhaast be reikt is. Dat is ministerieel-voorzichtig uit gedrukt; wy zouden geneigd zyn het ietwat vierkanter uit te drukken: de belastingen zyn reeds te hoog en moeten omlaag, coute que coute! Wil men weer tot besparing ko men, tot zuinig leven en tot uitroeiing van het fatale denkbeeld, dat het toch niet geeft of men al hard werkt, daar de fiscus u toch uitperst als een citroen, dan zal men, zonder uit den weg te gaan voor het ge schreeuw van reactie, moedig moeten stre ven naar vermindering van belastingen, 'n politiek, die ten. slotte in ons aller belang zal zyn, ook al zal het niet ontbreken aan te genwerking van hen, die in de „royale” ja ren van minister De Vries onder den gouden regen kwamen te staan en die zeker hard zullen vechten voor wat hen in 's lands be lang zou moeten worden afgenomen. meer werk maar met behulp van Ernst kon nu de nieuwe woning worden inge- richt. Karla had haar man de opbrengst van vier gastvoorateUingen in Leipzig en twee in Hamburg overhandigd voor Bricki. Er kwam nu niet veel van de zomeront- spanning, die ze zeer noodig had, ze waldt> zich tevreden stellen met een verblyf van drie weken in een klein badplaatsje aan de Oostzee. n zal wel gaan”, zei ze. Altmann was zeer ontroerd. „Lieve Karla lieveling als het niet zoo ernstig was zou ik nooit hebben toegestaan, dat er nog meer van je werd gevergd Maar, nietwaar, als het onze eigen familie betreft een voor al len, allen voor een— daar heb ik me altyd aan gehouden, en dat willen we ook ver der zoo volhouden.” Ze knikte haastig, kleunde, maakte een af werende beweging. ,J», ja, natuurlyk-maar zeg het niet aan Alwin die vindft het p.'inlyic...” Louise stond er op, dat men het bruids paar met de ouders tie dineeren vroeg. „Als je het noodig vindt—” zei Knrla. Veel was haar ook pünlüX- maar ze waagde het niet te zeggen. Alles ging ge- makkelijker, dan ze gedacht had. Bicki was gelulT waag geryi woon drie kamers. Frits vond zyn zwager „kranig”. Die had haar op de handen. Het vrouwenhuis houden thuis was hem alalug niet beval len. Hy zou Bicki wel klem t-nl Een paar dagen voor de brul 10ft kwam Adele, die telephomsch vernomen had, dat. Karla nog op de repe’titoe was, haar daar^ halen. Zy zag er druk en geheimzinnig uit. „Hoor eons, Karla, ik heb een ver zoekje.” Karla was zeer moe. „Ja, Adele zeg het maar... t” Ondanks haar moeheid, 66) In zyn auto redten Alwin Maurer, Karla Konig en Bicki naar de Motzstrasse. Karja tad den arm om Bicki heengeslagen en liet de heete tranen op haar kanten, op bet prachtig goudlbordiuursel van haar wit zijden kleed vallen. «Wat is er gebuerd— wiat is er toch 'met het kind?” vroeg Alwin Maurer. Karla wenkte afwerend en zoo smee- kend was de uitdrukking van haar mooie bruine oogen, dat hy begreep. Hy werd nog iets bleeker. En hy dacht, hoe vreemd het was, dtut alles in huis aan hem voorbij- teefde, dat levens beslist werden, zonder d»t hy ook maar vermoedde, hoe zyn naas te bterekkingen er de hand in hadden— Dreigend als een oordeel stond Adèle in de voorkamer. Bevend van toorn boos aardig barstte ze uit: »Zoo, zoo-., mejuffrouw amuseert zich een dbg als vandaag? Dat is toch— aarzelde, toen ze Bicki’s geaicht zag. stapte ze vol gens haar gewoonte vlug voort, i zandkleurig tailormade costuum, een WJtte battisten blouse uitkwam, vlugge, eenvoudige voorjaarshoed schuin op haar donkere haar. ioopen ruischte de zyden voering, en haar gouden taschje met de vele aanhangsels, het geschenk van een Duitse he kolonie in Brazilië, blonk m de warme zonnestralen. Wat i» ze opgepoetst dacht Adele Een klein beetje afgunst Lag er altijd op den bodem van haar ziel op alles wat J^o- ven haar uiUbak. „Nu dan. Maar je woord op, dat bet onder ons tweeën blyft?” jj, „Zeker m(jn woord er on.” Karla kon een glimlach niet onderdruk ken over het geheim onder eerewoord tus- uchen Adèle en haar. Maar toen Adèle haar verzoek uitsprak, kortaf ei schond, kleurde Karla. Het was werkelijk geen kleinigheid I Ze zou Gaudlitz ,Je kent hem immers zoo goed" ze zou Gaudliti Bodo Bólkal als zelfstandig bouwmeester aanbevelen. (Wprdt varvelcd.l Langere rokken. Emdelyk is de revolutie tot stand geko men in het Moderyk, de omwenteling, waar op door velen met smart gewacht werd: de weder-intrede van langere rokken. Heel dik» wyls werd deze voorspeld en op modepla ten afgebeeld, zelfs drong zy tol enkele eta lages door, maar verder? Daar hield het altyd by op, de rokken schenen maar steed* korter te worden, zoadat men zich ang stig afvroeg wanneer ze daarmee op zouden houden. Maar nu, eindelyk, hebben vrijwel alle nieuwe wintermodellen langere rokken; 15 a 20 c.M. van den grond, dus nog ruim voetvrjj. Zien dragon heb ik ze evenwel ■JHSJBBHi Nu nu—” „Wees lief voor haar— Adèle- .o Alwin Maurer bracht Karla auto terug. „Wil je me niet zeggen—” Karla schudde haar hoofd, maar zc zag bleek en doodelyk vermoeid. „Wat is hier te zeggen beste Alwdn— De een treft het vroeger, de andere Later verdriet en tranen schynen er wel altyd mee samen te hangen en wie het goed meent, beroert het niet!’ Aliwin Maurer was in den laatsten tijd een goed luisteraar geworden. Verschrikt keken zyn oogen uit zyn wat opgezet, grauwbleek gezicht ,J£arla!” Ze wikkelde zich steviger in haar pels en liet zich in het donker van de auto val len. Langzaam, met die>p gebogen hoofd, besteeg hij de trap weer. Daar reed ze iw heen, de groote Karla Konig, die duizenden pas hadden toege- de groote primadonna, wien de en op waen BRIEVEN UIT DE HOFSTAD. DLXXVI. Het is al niets nieuws meer dat de vrouw een taak wordt opgedragen by de polite. Zij heeft al op vele plaatsen een functie ge kregen en de ervaring heeft geleerd, dat zy er een goeden werkkring kan hebben en met succes kan arbeiden. De politie komt helaas ook met vrouwen in aanraking en het ligt dus voor de hand, dat zy zelf tracht vrou- welijke hulp te verkrijgen. Het zullen altyd slechts enkele posten zijn, waarvoor het be ter is een vrouw aan te wyzen, zoodat het altijd wel mogelyk zal zyn daarvoor een goede functionaris te vinden. Thans heeft de politie hier ter stede haar personeel met twee vrouwelijke krachten uitgebreid, die speciale aandacht zullen wij den aan het toezicht op de jeugd. De afzon derlijke organisatie van de kinderpolitie vindt hierin haar begin. Men zal zich her inneren dat de instelling van een afzonder lijken kinderrechter eerst onlangs haar be slag heeft gekregen. Het is de algemeene In nauw verband met dit algemeene vraagstuk van de kinderen op straat, staat dat van de schoolgaande kinderen in de va- cantie. Ook dit is serieus nog nimmer aan gepakt, al heeft men in de laatste jaren zich uitge&loofd om eenige leiding te geven aan dit deel van de jeugd in de acute om standigheden. Gelyk we reeds zeiden is hot instituut van vrouweljjke krachten by de politie niet nieuw in ons land, alhoewel het in hot bui tenland reeds veel verdere uitbreiding heeft gekregen. In Engeland heeft men de vrou- welijke mspetceur reeds het uniform gege ven, Het is volkomen gelyk aan dut van den mannelyken collega, alleen is de paytelon vervangen door een nauwe korte rek. Het is niet enkel fysieke kracht die voor de functionneering van de politie noodig is. In de laatste jaren is ook in ons land aan de politie herhaaldelyk werk opgedragen, dut van geheel anderen aard is dan de bewaring der orde op de openbare straat en den re- cherche-dienst. Wel degelyk is «laurby werk dat binnen de sfeer vun vrouwelijke kroch ten valt. Hier echter dient men er zorgvul dig rekening mee te houden dat het een beroep is, «.Lat de volle toewyding eischt, juist dus datgene waaraan het bl^kens de algemeene ervaring zoo heel veel vrouwen mangelt. Het zal moeieiyk, zoo niet onmo- gelyk zyn, meisjes voor deze dienstvakken op te leiden en het ligt du» voor de hand, dat men zal trachten uit verwante functies geschikte vrouwen over te brengen naar de politie gelijk thans in Den Haag is geschied. De ervaring zal hier natuurlyk de beste leermeesteresse zyn en juist daarom is de eerste stap op dezen weg de belangrijkste. De invoering van dezen nieuwen dienst is waarschijnlyk wel een der daden vun den nieuwen hoofdcommissaris, die al heel wat heeft gereorganiseenl. Tot nog toe geeft hy daarby bl(jk van goed inzicht. De hervor ming van de verkeerspolitie zoowel als van de contröle op straat levert goede resulta ten <zp. De veiligheid op onze straten.^ grooter geworden; Nog steeds echter zwer ven clubjes bwlutoars rond en het lijkt wel als of daartegönTAog niet met alle mocht wordt opgetreden. Het staat wel vost dat de rywiel-diefstallen, <iie nog dagelijks voor komen door dit soort parasieten worden ge pleegd. Het zuiver houden van een grov alleen mogelyk wanneer men der; dividuen het verblyf op de stjat gelyk maakt, ook al wandeleiPdie dames en heeren schijnbaar voor hun genoegen wat rond. bedoeling om alles wat de Staat doet ten aanzien van het verwaarloosde kind en kind, dat een «trengere opvoeding beh< dan zijn ouders in staat zyn te gever centrali see ren. Het is altijd een bespot», ke fout geweest dat de berechting van j* dige personen op dezelfde wyze geschiedde als die van de volwassenen. Voor deze laat sten is ons strafstelsel al verre van schit terend maar voor de jongeren deugt het heelemaal niet. De beide vrouwen die thans tot inspecteur van politie zyn benoemd, zyn pleegzusters, die op het gebied der kinderverzorging ge lijk deze thans hun terrein wordt, reeds haar sporen hebben verdiend. Het is ons niet geheel duidelijk in welke richting z\j haar arbeid zullen verrichten. We hebben •erlijk gezegd, geen overzicht over het ar beidsveld maar dat er 'n veld is waarop nut tig werk verricht kan worden, is wel zeker. Er loopen hier niet zooveel schooiertjes langs de straat als in Rotterdam en in Am sterdam het geval is, maar dat is o.a. hier aan te danken, dat Den Haag zijn bevol king waaruit deze klasse van boefjes wor den gerecruteerd, op één of twee punten ge concentreerd heeft. Slechts wanneer men in nauwe aanraking komt met die centra van de bevolking ziet men dat het daar te wen- schen overlaat. Ws zijn ten opzichte van staatsbemoeiing met de opvoeding der jeugd sceptisch ge stemd maar dat neemt niet weg dat wy de nieuwe instelling met ingenomenheid toe juichen en gaarne hopen dat eindelijk de weg gevonden zal z(jn die tot krachtige be strijding van de tuchteloosheid der jeugd leidt. Het vraagstuk van de jeugd in de g steden is één van die eeuwige puzzleL wel nimmer een oplossing zullen vinden. Het is zelfs de vraag of zy die kunnen vin den want het zal nooit mogelyk zijn de elementen weg te nemen die slecht op de jeugd werken, omdat die elementen de di recte gevolgen zijn van het groote stads leven. Het opéén gepakt wonen is de bron van veel ellende en het is niet mogelyk daaraan een einde te maken. De vraag is wel eens gesteld of het niet wenschelyk wa re dat een bepaald uur werd gesteld na het welk de kinderen van een bepaalden leeftijd niet meer op straat mogen zyn. Het is meer dan ergerlijk dat kinderen zelfs beneden tien jaar 's avonds door de winkelstraten slenteren. Evengoed als er leerplicht is. kan de Staat den plicht opleggen, dat te jeugdige kinderen niet alleen langs de straat gaan. Wanneer bepaald werd dat na zeven uur ’s avond» kinderen beneden den leeftijd van acht jaar, na acht uur beneden den leeft»1 van tien jaar en na negen uur beneden den leeftijd van zestien jaar niet meer op de openbare straat mogen vertoe ven tenzyn onder onmiddellyk toezicht van de ouders, zou er al heel wat gewonnen zyn. Eenig nadeel staat daartegenover niet, want alle ouders die het wel meenen met hun kinderen zullen tegen deze maatrege len geen bezwaar hebben en zij zullen hen geen moeilijkheden, bezorgen. Een enkele maal gebeurt het dat 's avonds door de wij ken der beter gesitueerden kinderen rond wandelen, die <xf bedelen, of er op uit zijn om op andere v"’ze zich iets te veroveren. Het is onmogelijk daaraan iets te doen ten- zy de ouders in overtreding z(jn door het enkele feit dat de kinderen op dat uur nog op straat zijn.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1921 | | pagina 1