Jank
lank
4
IRIUS
4 IC
79.
S’TEÜWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
Dn roman van een studente.
Maandag 10 October 1921.
Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
CA
i
GOUDA.
Iris Pagan
sren
I
aken.
EEDIHfi
gaar.
ir
60* Jaargang
sding,
>nder voor»
IERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, NIEUWER
LEUK a. d. IJ., OUDERKERK a. d. U., OUDEWATER, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz.
FEUILLETON.
I
EERSTE BLAD.
lo 14747
airdingin.
INGZAKEN
JDIHGEN
EN
BUITENLAND.
i
Wi
1478 28
JSKOOP.
Regen-
110 120
i
60
beginsel ven alle deugd,
4
I
i
.1
55
n Gummi
wil de inheemsche spin
in staat stellen om te kun-
r met
reien
Ik nu
ieton-
•02—80
DA”
N 613
iM.
4163 30
aag
ind.
3 October
M
Ikant
Giidl
.4
m Moffen
ien derde
»_75_te
:0 25 30
beroemde
a Fabriek
goedkoop.
I, volledig
ooie eiken
gebruikte
i model*
1.868.159.—
3.828.844—
1.417.884—
moeten
i opgezegd»
toran tl:
Leerdam.
4476 60
GUI IISIHE till K t\T.
bede, dat
ig van
int heeft in deze
rtelijke en vriend-
Britsche ’Indische nationalisten voorts gericht op het ver-:
/ord^-nn °Of wer^el’jken van twee andere doeleinden, die den
oreren, laatsten tijd in telkens meerdere mate het In
dische publiek bezig houden. Ten eerste is Indie
Is 8 uur
4480 80
ie, leidt iemand als dr. Helmuth v.
privaat-docent aan de Berljjnsche
universiteit, af uit het feit, dat Gandhi en an
dere leiders der nationale beweging positie heb-
ben gekozen tegen de Moplah’s. Genoemde ge-
l leerde, in een artikel in de Deutsche Allg. Ztg.,
wijst er op, dat toch in elk geval do opstand
i der Moplah’s kenmerkend is voor de opgewon-
den stemming, die heden ten dago een groot
i deel der bevolking van 't' Gangesschiereiland
bezielt. Zelfs een zoo gematigd en vredelievend
van Mohammedaansche fanatici, dat
Moed is een
pok van geluk.
ADVERTENTIEPRIJSi Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bezorgkring)i
1—5 regels 1.30, elke regel meer 0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring»
15 regels 1.55, elke regel meer 0.80. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20
bijslag op den prijs. Liefdadigheids-advertentiën de helft van den prijs.
INGEZONDEN MEDEDEELINGENj 1—4 regels ƒ2.05, elke regel meer ƒ0.50. Op
de voorpagina 50 hooger.
Gewone advertentiën en ingezonden mededeellngen bij contract tot neer gerednceer-
den prijs. Grooto letters en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van sollede boekhan
delaren, Advertentiebureaux en onze Agenten en moeten daags vóór de plaatsing
aan het Bureau zijn ingekomen, teneinde van opname verzekerd te zijn.
achter de struiken, naderden zachte, aarzx
lende schreden op het knarsende kiezel
zandZachtjes, zachtjes, nauwelijk»
merkbaar kwamen zij naderbij
Nu hielden de schreden op. De consul
keerde zich om. Over zijn verweerd, scherp
geteekend gelaat vloog een glimlach. „01*
was al wat hij langzaam en op vergenoeg
den toon zei4e.
Het was een alleraardigst tafereeltje, zoo-»
als Erna Bauernfeind onder de witte bloei
ende boomen aarzelend midden in den tuin
stond en om zich heen keek. Eerst had zij
voor, aan de huisdeur gebeld doch er,
had zich niemand vertoond dan een kolos
sale grijze dog, die geeuwend den hoek om
kwam en haar den terugweg naar de straat
afsneed.
De heer des huizes ging naar haar toe.
Zij herkende den professor van het portret
en zelfs in dit oogenblik van verwarring viel
het haar op, hoe hij, evenals de meeste Duit-
sche geleerden, uiterlijk zoo weinig ver
schilde van andere menschen, die ook eer
vollen baard en een lorgnet dragen, en geei»
bijzondere waarde hechten aan bijzaken h
hun kleeding en hun geheele voorkomen. Al»
men niet wist, wie hij was, had men het hen»
zeker niet aangezien
Zij vatte moed.
„Ik vraag u wel excuus, professor!* leid»
zij snel en zonder op te kijken. „Maar vóél»
deed niemand open en toen kwam de hond..,
ik wilde eigenlijk gaarne een visite ma,-
ken
W.
Geheel zijn goedig gezicht lachte; hij
dronk zijn glas ledig en streek over zijn
grijzen knevel.
Zijn buurman, de door de tropische zon
bruingebrande consul, met donkere haren
en oögen, en een schraal, ziekelijk voor
komen, het gevolg van een langdurig ver
blijf onder den evenaar, knikte peinzend.
„Je hebt volkomen gelijkI” zeide hij. „Als
men zoolang in zijn leven gelukkig geweest
is als jij, dan zijn alle goede dagen, die nog
komen, zuivere winst. Maar zie m ij nu eens
aanl Ik heb het nooit zoo goed gehad. Ik
heb nooit een vrouw gehad. Dat is nu een
maal zoo: als je zoo in de vrije wereld
rondzwerft, nu hier, dan daar, zonder tehuis
of rust dan schiet het huwelijk er van
zelf bij In! Ik heb de aansluiting gemist.
En dan sta je daar met je een-en-vijftig
jaren en een zieke lever, en ziet de dagen
naderen, waarin je geen behagen hebt, en
ziet achter je al het bonte speelgoed, waar
mee men den tijd verdreven heeft geis
ha’s en moesmées, en hoe al die bruine en
gele dames heeten en misschien ook een
paar blanke avontuurtjes er bij ik bedoel
ernstige, die je onder zeven zegelen houdt
maar de uitkomst blijft nul! Alles rook
en damp en voor alles te laat. Je bent alleen,
je blijft alleen, je zal alleen sterven!"
Beiden zwegen.
Ook de derde, de geleerde, sprak niet. Hij
vreesde verkeerd verstaan te zullen worden.
In zijn jeugd had hij met de twee anderen
gedronken engeboemeld. Nu lag er een
wereld tusschen hem en hen. Twee goede
alledaagioh» metwehen. Hij had bet gewe* kon zijn.
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ225, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal ƒ2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging Ver looper geschiedt
Franco per post per kwartaal ƒ8.15, met Zondagsblad ƒ8.80.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 81, GOUDA*
♦ij onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren.
Onze bureaux zyn dagelijks geopend van 9—6 uur.j Administratie TeL Int 82;
Redactie TeL 545.
door
RUDOLPH STRATZ
uit het Duitsch door
Mevrouw A. E. NUIJS-POSTHUMUS.
7 -
Bij de laatste woorden glimlachte hij
•ven.
„3oo gaat het in het leven. Altijd anders,
dan men denkt! Toen mijn vrouw mij ver
baten had, twee jaar geleden toen had
ik niet vee! pleizier meer in het leven. Alles
was mij onverschillig. Toen heb ik gedacht:
fi,Pak je boeltje op en neem je ontslag en
jtruip in een hoekje, totdat je tijd daar is!”
'En toen ik nu mijn ontslag had, heeft de
herinnering aan onzen vroolijken studenten
tijd mij naar Heidelberg getrokken. Alleen
bm den tijd door te komen, heb ik mij weer
als student laten inschrijven, En het is merk
waardigIk begin weer jong te worden!
ik woon drie trappen hoog op een studen-
’’tenkamertje tusschen andere studenten, ik
(pen mijne dictaten als de vlijtigste van al-
J«n, op het college zie ik frissche, jonge ge
dichten om mij heen Kortom: mijn leven
heeft nog een nazopierj En in twee semesters
flenk Ik doktor te jvorden!"
anti-alcoholbeweging. Deze heeft niet alleen een
hygiënischen en religieusen t
Islam en de meeste Hindoesche secten verbie
den het gebruiken van geestrijke dranken), manr
ook een nationalen: de handel in alcohol in
eiken vorm is een monopolie van den staat, die
er aanzienlijke baten van trekt, die hem op deze
wijze onttrokken zullen worden. Belai
deze ma tigheidsbe weging acht de schrijver
't artikel in de D. Z. „-_.O_2.122^._.
boycot tegen alle waren, die niet „svadeshi",
niet in Indië zijn vervaardigd. Deze beweging
richt zich in de eerste plaats tegen de Engelsche
katoennijverheid en
nerij en weverij weer
tevens een systeem van economische garanties dementen
voor, die belichaamd worden in overeenkom- niets te maken heeft met de algemeen-Indische buitengewonen achteruitgang
sten, welke onder directe of indirecte controle nationale actie, leidt iemand als dr. Helmuth
van den Volkenbond uitgevoerd zullen worden Glasenapp,
en ten doel hebben belemmering van noodzake- «Diversiteit, af uit het feit, dat Gandhi
lijke bedrijven, als licht- en krachtvoorziening
en het transportwezen, te vermijden.
De beur» te^Manolieater.
In de rede, die hij Zaterdag hield bij de.
opening van de nieuwd beurs te Manchester,
bracht de Engelsche koning warme hulde aan
dx uitstekenden moed en de volharding van hen,
die het denkbeeld hadden opgevat een kanaal
voor de scheepvaart naar Manchester aan te leg
gen en deze onderneming tot een voorspoedig
einde gebracht hadden. De snelle ontwikkeling
van den handel van Manchester gedurende de
laatste 30 jaren, die eene nieuwe beurs nood"-
zakelijk heeft gemaakt, moet rechtstreeks wor
den toegeschreven aan het feit, dat gedurende
die periode het kanaal de in het binnenland ge
legen stad veranderd heeft in eene zeehaven van
groot belang. Het is, voegde Z. M. er bij, een
goed voorteeken voor de toekomst van den
Britschen handel, dat hpt aantal der leden en
der transacties van de beurs van Manchester in
zoo hooge mate zijn toegenomen. Ik boed den
leden mijn welgemeende gelukwenschen aan
met de gelukkige noodzakelijkheid dezer jong
ste vergrooting van eene instelling, die reeds zoo
vele malen vergroot en uitgebreid is geworden.
Ik hoop van harte, dat wij dit kunnen opvatten
als een aanwijzing, dat de onderbreking van den
normalen loop van den handel, die door den oor
log was veroorzaakt, thans tot een einde komt
en dat de handelswereld van Manchester spoe
dig weer de verbroken draden zijner economi
sche ontwikkeling zal kunnen opnemen. De
voornaamste industrie van Lancashire ontvangt
al haar grondstoffen uit het buitenland en ziet
uit naar overzeesche markten, om een groot deel
van haar afgewerkte producten te koopen. Het
tis een eigenaardig vriwffójnsd van de afhanke
lijkheid der Britsche eilanden van den buiten-
ilandschen handel en van den intei nationalen
aard van het zakenverkeer, hetwelk het onmo
gelijk maakt voor een groote fabrieks- of han-
delsgemeenschap, geïsoleerd of zelfgenoegzaam
te leven. Het is mijn ernstige hoop en
de voortdurend toenemende ontwikkeling
den handel, die zijn middel pur
beurs, moge dienen, om de hart
schappelijke betrekkingen tusschen het Britsche
volk en de overzeesche volken, die
handelsbanden vereenigd zijn, te bevorderen.
De opstand In Brltsch-Indlë. ro
Het heeft er allen schijn van, dat het onlangs tegenwoordig het terrein van een uitgebreide
van Engelsche zijde gelanceerde bericht, als zou k-rt-r‘—- k—-1-4
de opstand der Moplah’s zijn verloopen en der
halve een eind gekomen aan de onlusten in|
Britsch-Indië, wel wat al te voorbarig is ge
weest; de toestand, naar verluidt, is den laatsten
tijd juist nog meer verscherpt. De rebellie wil
men in hoofdzaak beschouwen als het gevolg
der propaganda van 't pan-islamisme en ten be
wijze wordt dan aangevoerd, dat de Moplah’s
niet alleen met geweld van wapenen zich ver
zetten tegen de Europeanen, maar evenzeer te
gen de Hindoes. Van de zijde der Moplah’s zou
zelfs over zijn gegaan tot het gedwongen be-
keeren tot den godsdienst van den profeet. En
dat men te doen heeft met een afzonderlijk on-
OVERZICHT.
D« afaoheidlnc van West-Prulaen
▼an het Duheohe RUk.
’n Voormalig Pruisisch ambtenaar uit de aan
Polen afgestane gebieden, de gewezen landraad
▼an Jarotschin, Robert Coester, publiceert bij de
Bitgeverazaak Georg Stilke te Berlijn een histo-
kfeche beschouwing over de afscheiding van
|w est-Pruisen Posen van Pruisen en van ’t
Duitsche rijk. Coester tracht den loop der ge
beurtenissen en de oorzaken van ’t Duitsche
échec, dat den Polen het gebied reeds voor de
beslissing door de vredesconferentie in handen
•peelde nuchter en zonder vooringenomenheid
uiteen te zetten. Hij vermijdt elke hatelijkheid
•n wel in die mate, dat hij 't noodig oordeelt
En de voorrede het verwijt bij voorbaat af te
wijzen, dat hij pro-Poolsch gezind is. Hij ver
klaart, dat de Duitsche politieke beschouwer met
name tot taak heeft de zwakheden der Duitsche
positie en de van Duitsche zijde gemaakte fou
ten aan te wijzen, daar 't besef van deze gebre
ken en vergissingen voor het Duitsche volk van
grootste belang is.
Als de voornaamste oorzaak van 't Duitsche
échec beschouwt Coester het feit, dat de revo
lutie, die in West-Pruisen-Posen evenals 4n alle
andere deelen van 't rijk op de militair-politieke
Ineenstorting volgde, van Duitsche zijde in na
tionaal opzicht indifferent, zonder fut en
tonder doel was, van Poolsche zijde daarente
gen energiek, gedisciplineerd en doelbewust. Hij
toont aan, dat de Poolsche voormannen der
revolutie in de soldatenraden, volkomen in te
genstelling met hun Duitsche kameraden, van
uen beginne af aan de s o c i a a l~revolutlonalre
gezichtspunten en belangen aan de natio
n a a l~revolutionaire volkomen ondergeschikt
maakten. Van n proletarische belangengemeen
schap tusschen Poolsche en Duitsche soldaten,
•chrijft Coester, was nauwlijks sprake. Buiten
gewoon karakteristiek voor de overwegend en
Ondubbelzinnig nationale houding der Polen is
«en gesprek van den Pruisischen minister Ernst
ïnet een Poolsch soldaat in Dec. 1918, hetwelk-
’door Coester wordt weergegeven. Toen Ernst
den Poolschen soldaat er op wees, dat hem de
Duitsche arbeider toch nader moest staan dan
'de Poolsche magnaat, antwoordde de soldaat
„Maar de magnaat spreekt Poolsch.”
Tengevolge van de nationale apathie en doel
loosheid der Duitsche groepen, die door de re
volutie uiterlijken invloed hadden verworven,
kostte het den Polen maar weinig moeite in het
bestuur der provincies stap voor stap nieuwe
posities te veroveren en het gebied van 't ver
keer met het centraal gezag van Pruisen en
Van 't rijk af te snijden. Daarbij kwam, dat het
♦umerieke militaire overwicht der Polen telkens
'duidelijker aan den dag trad; zij konden hun
grachten eenigermate concentreeren, terwijl de
JDuitsche soldaten geen vast aaneengesloten
geheel vormden. Ook de „Heimatschutzorgani-
••tion" bracht maar kleine en versnipperde
heeft hierop volgens Glasenapp onlangs nog
gewezen, toen hij in do hem zeer na slaande
Modern Review van Calcutta schreef:
„Azië is tegenwoordig het continent der on
derdrukte persoonlijkheid. Van een atmosfeer
der onderdrukking kan men slechts een explosie
verwachten. De overweldigde menschheid van
't Oosten kan op den druk van buiten slechts
op deze eenige natuurlijke wijze reageeren." En
volgens schrijver wordt de geneigdheid tot on
lusten onbetwistbaar ook door de tegenwoor
dige slechte economische toestanden versterkt:
volgens een telegram van den vice-koning d.d.
9 Sept, is de moesson bijna geheel uitgebleven.
Het gebrek aan regen geeft aanleiding tot be
zorgdheid; er moesten daarom verstrekkende
voorzorgsmaatregelen tegen den hongersnood
worden genomen.
Ondertusschen wordt bij voortduring propa-
gande gevoerd voor den „Svaraj”, voor de Indi
sche zelfregeering. Het aantal personen, die het
witte Ghandhi-hoofddeksel dragen en daardoor
ook uiterlijk laten zien, dat zij behooren tot de
door M. K. Gandhi geleide non-coopera-
t i o n s-beweging, moet den laatsten tijd niet
onaanzienlijk zijn toegenomen. Bovenal in Bom
bay schijnt heden ten dage dit uiterlijk waar
neembare blijk van Gandhi-gezindheid door het
fantsoen geboden te zijn. Zoo moet het Gandhi
gelukt zijn tot 1 Juli do som van 8.100.000
roepien voor zijn z.g. Tiluk-fonds bijeen te bren
gen en ondertusscheh heet het, dat dit bedrag
reeds tot meer dan 10 mil Hoen roepien (dus
momenteel meer dan 300 millioen Mark) is ge
klommen. Bovenal wordt dit geld gebruikt voor
de uitbreiding en uitvoering van den boycot
van alle Engelsche regeeringsinstellingen en het
stichten van nationale scholen en instituten.
Volgens Von Glasenapp is het streven van de
^lt »6BB»r liMtaat alt Z hladBi.
5974 30
i eh arbeid. Daarom was er zoo weinig heer-
lijkheid in. Niet het leeren het vergeten is
i de kunst van het leven. Die kunst heb ik
i nooit verstaan. At wat ik aan den weg vond,
i heb ik opgenomen, en nauwgezet meege-
dragen roem, wetenschap, huiselijk ge
luk, alles! Nu ik vijftig jaar ben, heb
ik zooveel schatten verzameld, dat ik een
arm man ben.”
„Ik geloof, dat je ons wilt beetnemen!”
zeide de majoor min of meer* verbijsterd.
Hij keek den consul aan, doch deze stem
de met den professor in.
„Daar heb je gelijk aan: vijf-en-twlnttg
jaren moest men kunnen teruggaan! Al mijn
domheden deed ik nogmaals zoo nauw
gezet mogelijk één voor één maar dc
verstandige dingen niet! Daar heeft een
jiiensch later altijd spijt van
„Te laatf” zeide de professor kortaf.
„Herfst, vrienden, herfst, h,erfstl Niets aan
te doen, herfst! Om ons heen is het weer
lente, in het Neckardal bloeien de boomen
alles als vroeger maar wij zijn daar
aan ontgroeid mannen in de beste jaren,
die niet meer de goede jaren zijn. Ons
lachen de kleine kinderen, mijn kleinzoon
tjes, uit, met ai onze wijsheid, eq in Heidel
berg dragen onze zonen onze gekleurde
mutsen van vroeger, en ten slotte is toch
alles voor niets! Ja, als de jeugd weder
keerde
Nu zwegen zij weer. De rookwolkjes van
de sigaren kronkelden omhoog in de scher
pe, heldere avondlucht, het geurde en ruisch-
te in de takken de nacht kwam. Beneden
’uidden weer de klokken, en vlak bij hen.
troepen van ten deele zeer onbetrouwbare man
schappen in 't land.
Coester gelooft niet, dat de Poolsche leiders,
die aanvankelijk voorzichtig en systematisch
optraden en den schijn der pariteit bewaarden,
van te voren den militairen opstand beraamden,
die na het bezoek van Paderewski aan Posen in
’t allerlaatste van 1919 een einde maakte nan
't Pruisische bewind. De opstand zou geheel
„van zelf’ zijn gekomenals natuurlijk gevolg
van de débficle der Duitschers en de verster
king en concentratie der Poolsche krachten. Deze
ontwikkeling had men te Berlijn moeten voor
zien en er zou maar één middel zijn geweest
haar tegen te houden het tijdig zorgen voor een
voldoende Duitsche militaire bezetting der pro
vincie, samengaande met een programma van
nationale verzoening. Coester is van gevoelen,
dat men van Berlijn uit de idee der volksstem
ming had moeten proclameeren en dat slechts
bij een dergelijk optreden kans zou hebben be
staan althans een deel der bedreigde provin
cies voor Duitschland en Pruisen te behouden,
mits men in militair opzicht sterk genoeg was
tot de beslissing der vredesconferentie het ge
heele gebied te beschermen tegen een geweld
dadige toeëigening door de Polen. Coester legt
er den nadruk op, dat men onder alle omstan
digheden aldus te werk had moeten gaan, om
dat er niets mee te verliezen was en wellicht
iets te winnsnde regeeringen te Berlijn ech
ter aldus zijn opvatting voerden heele-
maal geen politiek, er zat bij haar heelemaal
geen doel voorintegendeelzij leefden van
de hand in den tand, d. w. z. van de dagelijk-
sche kleine compromissen. Wel geeft Coester
toe, dat inzonderheid de oplossing der rtulitaire
kwestie, gezien de toenmalige omstandigheden,
uiterst moeilijk Was, maar hij is van meening,
dat, wanneer tijdig en handig een beroep was
gedaan op het patriottisme, dat niet had mogen
uitgaan van de oude officieren van den gene-
ralen staf, maar van de nieuwe dragers van 't
staatsgezag had moeten komen, :de vereischte
krachten verzameld hadden kunnen worden.
Tot dusver vonden wij in de Duitsche bladen
naar aanleiding van Coester’s uiteenzettingen
omtrent de Duitsche politiek ten opzichte van
de Polen in den winter van 1918—1919 alleen
enkele zinnen door de Vossische Zeitung geno-
teeid. Het blad beperkt zich vrijwel tot de op
merking
„Eén verzachtende omstandigheid mag stellig
bij de beoordeeling van de gebeurtenissen in
dien tijd niet over 't hoofd worden geziende
Polen hadden het makkelijker dan wij. Zij voel
den, dat zij geleidelijk meer triomfeerdenop
ons woog de druk der capitulatie en de binnen-
landsche ineenstorting.”
Opper-SHexlé.
Volgens den correspondent van den Ob
server te Genève zal de beslissing van den
Raad van den Volkenbond nopens Opper-Sile-
zië uitgaan van de stelling, dat een verdeeling
van Opper-Silezië in politiek opzicht geen af
breuk behoeft te doen aan de economische een
heid. De Raad erkent, volgens genoemd blad,
dat de industrieele driehoek in economisch op
zicht een eenheid is, maar vindt dit geen reden
hem onverdeeld hetzij aan Duitschland of aan
Polen toe te wijzen. Mitsdien heeft hij een po
litieke grenslijn getrokken, die nagenoeg met
de oude Sforza-linie overeenkomt, maar stelt
j ten, dat hij hen zou verliezen, als hij hen
i wederzag, en geglimlacht bij het vooruit
zicht, zooals hij deed, wahneer er weer een
i stuk leugen en bedrog van het leven, als
i verbrokkelde kalk van den muur, van hem
af viel. Wie in het vlakke leven bleef, zooals
die anderen, won werkelijk veel in de breed.
te. Van alle kanten stroomde hem de bont-
j held der dingen toe. Maar wie hooger stijgt,
1 altijd hooger, in een eenzaamheid, in zwij-
gen, in ontzetting en bange vermoedens, die
verliest beneden, wat hij boven wint. Steeds
meer sporten van den levensladder vallen
onder zijn voeten ineen vriendschap,
I liefde, gezondheid, jeugd en hij klimt
verder over nieuwe sporten. Waarheen? Ja
als een wijsgeer evengoed raadsels kon
oplossen, als ze vinden
Doch het is zijn beroep, niet te weten,
wat de anderen beneden hem allen meenen
te weten
De consul kuchte eens.
t>Nu en jij, beroemde fakkel der weten
schap? Ben je altijd zoo stil, sinds je naam
tot op de Fidschi-eilanden wcerkinkt? Wij
hebben over ons zelf gesproken spreek
jij nu ook eens over jezelf! Hoe beschouw
jij de wereld nu? Mij dunkt, jij hebt meer
reden, om vergenoegd en trotsch te zijn dan
wij twee oude kerels!”
„Van it as vanitatum!” was het
antwoord van den professor. „Alles is ijdel
heid! Er is slechts één talent op de wereld:
Jong zijn! Aan iets gelooven aan God,
of de vrouw, of het geluk of nog beter, aan
zichzelf^.... ik wou, dat ik nog eens jong
Geheel miin leven was »noe»tp 1
TELEGRAMMEN.
L o n d e n, 8 O c t. (N. T. A. Draadloos utt
Horsea). Hoswel daaromtrent totnogtoe niets
is bekend gemaakt, ia het waarschijnlijk, zegt
de Daily Telegraph, dat Balfour naar de Wax
hingtonsche conferentie zal gaan al hoofd va»
de Engelsche delegatie.
P a r U s, 8 O c t. (B. T. A.). De gezantenrasd
heeft kennis j/enomen van het versing over den
toestand in de Westelijke comltaten (Burgena
land) en de maatregelen van ordeoverwogen,
die getroffen moeten worden op 't oogenblik
van de toepassing der beslissing inzake d»
grenzen van Opper-Sileziö.
G e n v e, 8 O c t (N. T. A. Draadloos). Het
Zwitsersch Tel. Ag. verneemt dat vóór aj. Dons
derdag geen beslissing over Oper-Silezië is tg
verwachten.
Genè ve, Oct. (B. T. A.) Het Zwitsersch»
telegraafagentcchap verneemt, dat de besprtM
kingen van den Raad van den Volkenbond om.
trent Opper-Silezië nog eenige dagen zullen
voortduren. De voorstellen van den Raad zullen
voorgelegd worden aan de kabinetten te Lon*
den, Parijs en Rome om de opvatting dezer kx
binetten te vernemen, «Ivorens den tekst va»
het besluit officieel mede te deelen.
Berlijn, 8 Oct (N. f. A. DiaadloosK
Het partijbestuur van de vnkvereenigingen M
achtergrond (de Königshütte heeft aan den Volkenbond een telos
gram gezonden, waarin uit naam van de bevols
king der grootste industriestad van O.-S. Op
het laatste oogenblik nog eens dringend vew
z icht wordt b j het Duitsche rijk te mogen blifa
ven. Bij de stemming had 74 pCt. der bevolking*
uilen worden'. Belangijker dan rich »ó<Sr Duiwchland verklaard. Een ajveheidine
weging acht de achrijver van daarvan xou den ondergang belcekenen van het
D. A. Z. de georganiseerde geheele cconotnische leven.
K a 11 o w i t z9 O c t. (W. B.) In de Ober,
schlesische Volkstimme verklaart de vroeger»
verantwoordelijke redacteur van den Poolsche»
Oberschlesischer Wegweiser, Kowalski, waaroi»
hij de Poolsche zaak den rug heeft toegekeertF
nen concurreeren. Lancashire heeft reeds ee»
J:„_2J van de Indisch/
zaken nan te wijzen. Dit zou echter vooral moet
ten worden toegeschreven aan dc omstandig*
heid, dat dit jaar, tengevolge vnn den aandrang
der Indiërs, de in 1917 vastgeslelde tol va»
7)4 voor geïmporteerde katoenen goederen
tot II verhoogd werd, terwijl de van 1890
datecrende belasting van 3^ voor in IndlM
vervaardigd linnen onveranderd bleef. Een com*
missie van Britsche belanghebbenden bij de kx
toennijverheid heeft een tijdje geleden in een
petitie aan de regeering er bij deze op aangx
beoordeelaar als de dichter Rabindranath Tagore drongen het douanestelsel anders te regelen,
daar de Britsche industrie b(j ’t tegenwoordig
nadeel van 7% met de Indiërs niet meo»
concurreeren kon en haar grootste afzetgebied
de Indische markt, waar tot dusver 40 va»
den Engelschen katoenexport werd geplnats^
zou verliezen. Von Glasenapp is echter van
oordeel, dat het nauwelijks mogelijk is, dat
staatssecretaris Montagu voldoen kan ann d»
wenschen van de kooplieden van Manchester»
ten eerste verkeert het Indische budget in oe»
deplorabelen toestand en ten tweede dient rekat
ning te worden gehouden met de tegenwoordig»
stemming van 't Indische volk.