spirin- Bataafsche Hypotheekbank COHEN S Co. ADVEHTEEIEN DOET «OOPEN Apollo Bioscoop 4 dagen Het groote ANNA BOLEIJN. ing naar Maat. Itn een Fabriek in Gouda is plaatsing voor Meisjes van 14 jaar en ouder Advertentlftn - Markiezen Zonneschermen 46« linten enz. H. I. VAN SCHALEN, LEVEITRAAN n SCOlfS EMULSION J. VLAG, Nituws Schouwburg Ut. Hit Rotated Ttintil WIE?! De winkelier,die U andere ZEEP LEVÉRT ALS U SUNLIGHT VRAAGT IS EEN BEDRIEGER SUNLIGHT OP IEDER TABLET. nog slechts Duitsche meesterwerk v Tableffen 5 pCt. Pandbrieven 4£ pCt. Pandbrieven Bijkantoor te ROTTERDAM, Wijnhaven 69 DIR. C. DE RUYTER. SLEUTELS TWEEDE BLAD. FEUILLETON. DE PRIMADONNA. Waddinxveen. Ll Zaterdag Is In on«e gemeente in den ouder- i van 65 Jaar overleden de heer G. Spruyt in leven gemeente-ontvanger en penning sster van den Zuidplaspolder in Schieland. De teraardebestelling zal plaats hebben •dag 12 October, des voormiddags te 11 op de algtemeene begraafplaats. i, SPORT. Nederl. Voetbalbond, Westelijke af deeling, la klasse. Üen Haaga B. S.-Blauw Wit T-t DordrechtD. P. C.—Haarlem 1—1 «otterdam Feyenoord—Ajax 2—3 HaarlemR. C. H.-V. Q. C. 2-1 AmsterdamSpartaan—U. V. V, v 3—0 V. V. A.-H. V. V. 4-2 Overgangsklasse, 4 RotterdamSparta—D. R C l-O Den Haag: A. D. O.—Z. P. Q, - 1—1 ËïdamS. V. V.—V. U. C. 2-1 lidenStormvogels—Hermea 4—1 terdam: A. F. C—Quick i 1—3 Reserve le klasse. IA. UtrechtU. V. V. 2—A. F. C. 2 2—1 Amsterdam: Ajax 2—'t Gooi 2 7—1 Haarlem: Haarlem 2—V. V. A. 2 0—1 AmsterdamBlauw Wit 2—H. F. G 2 4—1 6. RotterdamV. O. C. 2—Feyenoord 2 2—6 DelftConcordia 2—S. V. V. 2 J—2 Rotterdam Sparta 2—D. F. C. 2 2—0 Schiedam: Hermes 2—H. B. S. 2 2—2 2e klasse B. Rotterdam XerxesHilversum 32 UitrechtVelox—Victoria 2—1 Amsterdam O. D. EConcordia 1—2 HtrechtHercules—Zeist 2—0 D. O. S.—Olympia 21 5e klasse E. /jouda Gouda—V. C. S. 4—1 DelftDelfia—R. V. C. 2-1 Vlaardingen V. F. C—B. M. T. 0—0 Den HaagD. V. V.-T. O. G. O. 2-1 V CeleritasSchiedam 30 Reserve 2e klasse D Gouda Olympia II—Unitas II 4—0 Rotterdam Steeds Hooger II—D. F. C. Ill 1—0 - c. v. v. n-u. s. c, ii 3-o Excelsior—Xerxes II 4—0 (Zie verder Tweede Blad). Marktberichten. Alp hen o/d. Rijn, 7 October. (Coöpera tieve Tuinbouwveiling Alphen a/d. Rijn en Om- ptreken). Spinazie 15.10—/ 20, postelein 4.60-ƒ 12.90, zuring 0.60-/ 1, heeren- boonen 21—71, snijboonen 1660, pronkboonen 10—20, knolrapen 5—8, ipercieboonen 29—31, spruitkool 19— 29, tomaten A 2—3, peren 3—21, appelen 8-13, uien 5.40-/ 9.20 per 100 K.G.; peen 8.90-/ 18.60, kroten 5-ƒ 6, andijvie 4.706.50 per 100 bos; meloenen 22-/ 35, eieren f 17.50-/ 17.60, komkom mers 4.908, bloemkool le soort 14.30 28.90, 2e soort 5.10-/ 13, 3e soort 1.60 r-f 3, savoye kool 111, roode kool 2— 6, witte kool I 6 per 100 stuksaard- beien 56 per 100 pond. Woerden, 7 October. Princessenoble 8— (20 c., bellefleur 5—14 c., goudreinetten 6)4—24 c., gold permain 9)4—17)4 c., champagnezoet :)4—12 c., kandijzoet 4 c., keizer Alexander 14 appels 4—9)4 c., pippelingen 4—18)4 c., ster» ppels 8)4—28 c., present v. Eng. 15)4 c., bloe- aé 20 c., Napoleon 27 c., maagdeperen 30—35 bergamot 10—16 c., St. Germain 10—31 c., •itte kozijnen 2—5 c., ponsperen 7 c., sinjeuren 4—16 c., Williams 48 c., handperen 7)4—45 c., bcurré clairgeau 20—45 c., gieser wildeman 7— 16)5 c., slnsermijmen 23—33 c., peren 710 c., jodenperen 1—11 c., booneq 22—68 c., snij boonen 8—31 c., spruitjes 24 c., aardappelen 7 c., noten 65 c. per K.G.; savoye kool 4—8)4 c., ioode kool 4—9 c., bloemkool 3)4—25 c., knol len 4 c. per stukeieren 15.90 per 100. INGEZONDEN STUKKEN Ruiten verantwoordelijkheid der Redactie, Mijnheer de Redacteur! Mogen wij zoo vrij zijn om onderstaande in gezonden stukje te mogen plaatsen in uw blad? Stads-Evangelisatie „Jeruel". De commissie der kindervoeding neemt de Vrijheid uwe aandacht te mogen vragen om de circulaire der Vereenigde Commissie, welke verspreid is, goed te lezen, daar het geldt de ■jeugd, welke is de kracht der samenleving en ■jwaarin zoo'n zwokheid is te bespeuren. Die door gemeenschappelijk ojitreden weer te verheffen, is allerlei ziekte tegen zich te openbaren. Nu meenen wij langs verschillende wegen en t)m een grooten omvang te bereiken dit ieder op zijn terrein te doen. Dit is zoo prachtig, ieder blijft vrij van werken en toch onder algemeen toezicht. Nu Maandag 10 October houdt „Jeruel" zijn collecte en beveelt zich dringend aan. Steunt ons door uwe gaven, wordt lid voor inschrijving naar verkiezing. "'ijient den Heere alr--> uwe goederen. In dit vertrouwen van de jaren van oncer- •Indir.g dat gij ons in deze niet teleur zult stel len, bij voorbaat onzen dank. Het bestuurJoh. de Gruijll, voorzitter, W. 'e Jcr r, Penningmeester, Zeugestraat 31. Telefonlsoh Weerberioht. Maar waarneming In dan morgan raai 10 October 1921. •Hoogste stand767.6 te Wisby. 1 Laagste stand752.7 te Blacksod. Verwachting tot den avond van II October» Cwakke tot matige, Z.O. tot Z. wind, lichter .tot half bewolkt, droog weer, weinig verandering in temperatuur. WISSELKOERSEN. Off. Not Niet Off. Not. jLonden Berlijn jPftrye Brussel .s. Zwitserland (V. iWeenen. Kopenhagen rii tien ia. V New-Yerk 8 Oct 10 Oot 12 11.66 11.66 2.51$ 2.51 2 2.36 22.35 21.92$ 21.90 54.95 0.17$* 57.20 57.40 87.80 87.40 70.20 70.80 8.06»/. UH'le Heden overleed tot mijne diepe droefheid, in den ouderdom van 65 jaren, mijn innig ge liefde Echtgenoot, do Heer 01JSBERT SPRUIJT Jr. in leven Ontvanger der gemeente Waddinxveen en Penningmeester van den Zuidplaspolder in Schieland. Mevr. de Wed. G. SPRUIJT— VAN GALEN. Waddinxveen. 8 October 1021. De teraardebestelling zal plaats hebben Woensdag 12 October, des voormiddags 11 uur, op de Algemeene Be graafplaats te Waddinx veen. 4582 82 Wij betuigen onzen harte- ltjken dank voor de dceltr*- ming bij het overlijden vaik onzen ZOON HENDRIK ondervonden. TH. SCHARTEN. E. SCHARTEN— 4533 11 VAN BUUREN. ARNHEM. FABRIEK TAM Aginl «ur Gouda h enslrikin WIJDSTR. 21, GOUDA. REDWATEREN. Spoedige radicale genezing door de bekende pillen 4527 12 DRIE a ook bij verouderde gevallen, f 2.50. N.V. MIJ. HANITAS GOUDAKorte Tiondeweg 10. ROTTERDAM: Korte Hoog straat 87. UTRECHT: Voorstraat 106. AMSTERDAM: Rembrandt- plein 4. Verkrijgbaar b(j: S. H. VAN LOON v/h. Wolf A Co. 4415 10 Toor Alt laargetij li bat dragen van een Aiml gaan overdaad. Goede kwaliteit, gr(|ze mi re ego's voor diml't In prUzin van f40 tot f70 zUn leverbaar door Tol. 502 Mr. Tailleur Kuiporstr. 41—43. 4521-20 le Voorstelling in het Abonnement. Donderdag 18 Oct. 8 uur Blijspel met zang in 8 bedrijven. Entree voor loden der sociëteit Loge on Stalles f 2.50, Balcon f 1.75. Niet leden (inwoners van Gouda) hebben op deze rangen geen toegang. Galerij voor loden en NieUeden f 0.75. Alles met 10 pet. auteurs* recht on en 10 pet. sted. belnsting. Plaatsbespreking by loting en kaartvorkoop Woens dag 12 October 's avonds 8 uur. 4458 80 BENT U EEN ROOKER? Koop dan onze groote NAPO LEON. on U geniet 7 kwartier voor slechts 7 cent! 4526 6 Als Reclamemork TIP-POP 4 ct. TURFMARKT «4. Geld zonder borg voor iedereen A 7 pCt. vanaf f 100.en hooger. Makkolyk aflosbaar, vlugge correcte be diening. Streng vertrouwe lijk. v. d. GRAAP'S Prov. Credietbank. Box 601, Amster dam. Porto v. antw. 4580 8 GEEN ÏOO*/. OVERWINST neemt bet Tolksmeubelmagazijn RAAM 210 Gouda Buffetten Schrijfbureau Stoelen Linnenkasten Tafels Tlieckasten Ledikanten Kapstokken 4522 EIGEN MEUBELMAKERIJ 80 Stoffeerderij Reparatieinrichting Uw VIJAND EN ZIJN DEBIET ONWAARDIG. Hu WEET DAT SUNLIGHT de absoluut ZUIVERE.DE ALLERBESTE ZEEP IS,DIE ALTIJD HET VOORDEELIGST UITKOMT. LET DUS OP HET WOORD Hollandsche Concert directie Df. G. do Koos, Sclievoningen PlaatsolykVertogenwoordigorJ.de VenBoekhandol Gouda Abonnementsconcerten seizoen 1921/23 3 Coueerten. 1. 19 October. Alenendar Schmullar- Dt bekende vielisi 2. 19 Moiimbtf. Bult linrini. Dt SehitUrinde Zangiiii- 3. 21 jiimii. Indilh Beker. Dt beiaeedi Celliste. Allo 3 Concerten met medewerking van 4538 JAAP SPAANDERMAN. 40 Diploma's voor deze drio concerten ad f 6.— alles inbegrepen (voor de Leden van den Kunstkring, Muziek* en Zangvereenigingen ad f 6.25 alles inbegrepen) en loBse kaarten ad f 8.per concert zijn dagelijks ver krijgbaar bij de Firma J. DE VEN. Boekhandel te Gopda. Coöperatieve Beetwortel Suikerfabriek „DMTELOOBD ST1IIPÏB804T" Imrt Prin Imiitiidi Siüir- lillijli mijnt - Pntlit toilitiit- Vertegenwoordiger voor Den Hug, Lelden. Ootid* en Omitfeken, 4529 W. A. STOKHUYZEN - Den Haag, Ieplaan 7, 18 «Ur U tieh voor iniiohtingen gelieve te wenden, Telef. M*rn ic >84' elidie men tleedi In verpakking mei glaten bulijei en oronjc band, wagrpo. gldrukll .Speciale verpakking voor Nederland Merk mei orange-band wettig gedeponeerd! Slechts de origineele verpakking, voorzien van deze oranje-band geeft volledige garantie en behoedt voor vervalschingen." Elke andere verpakking van Asplrin-tabletten Eooal» verpakt In papleren'dooren (die gedurende den oorlog alleen beslemdj woren voor direct gebruik in Dullschland), zoowel als verpakking In gloKlfc buisjes zonder oranje-band moet „men beslist weigeren t Farbenfobriken voüm. Friedr. Bayer_$ Co., Leverkusen b. Köln a. Rh. Prijs 75 cents osdf voor vsrvalschingcn. Slechts de van dszsn ora Keizersgracht 758 - Amsterdam Opgericht 1889. Wederom verkrijgbaar: tegen den koers van 95 pCt. en tegen den koers van 85 pCt, De Directie: G. D. CROMMELIN H. MENDES DA COSTA TEGEN HEESCHHEID KEELPIJN HOESTEN KERKHOFF'S BAZELTJES 60 cent por doos, by Apothekers en Drogisten ADVERTENTIE BUREAU COUDSCHE COURANT aiNWN-lN BUITENLANOKW EEN COED ADVIES 15 C.EIDWAARD WU GEWEN MET NOa.TEI.OOa MARKT.11 TEE.awT.aa. COUDA Ontwerpen - clichés KeCSJ-KyS. Aanmelding ln Dinsdag II Ootober das STOLWIJK avonds van zeven tof Half negen in Café 4683 so STOPPELENBURG I, M.d.r.i Wi.UtiuüTi onovertroffen groote Keuze eveneens in lipaiiti, PiltiriJM Bliaiii inz. Zeer voordeeligt prijzen. Au_ben f nu voiDtsiN» m*t R SLUIS' OcHTENDVOER Gemengd Graan BUSGROEXTEX Merk Nieuwen huizen d ^oEeiden "O No. 14747. MAANDAG 10 OCTOBER 1921. Overdreven droefheid is slechst zelfzucht; onderwerping is helden moed. Uit het Duitsch van Olga Wohlbruch, met autorisatie vertaald door Mevr. J. P. WESSELINKv. ROSSUM. (Nadruk verboden.) 71) Er lag Gaudlitz in 't geheel niet zooveel ge legen aan een nieuw, groot succes voor Karla. Zelfs van de gastvoorstellingen in Weenen, waarvoor zijn zuster zich zoo had geïnteres seerd, had h(j nu spyt. Hy kende zyn zuster. Of iets ernstig aanpakken of geheel buiten schot blyven. Indien hy in Weenen zou blyven hokken om Karla, dan zou Alice- hem met haar groote blauwe oogen ernstig aanzien en hem vragen: „Moet mfjn huis jullie punt van sa menkomst zyn? of: watlbedoel je?" ....En als hy dan toch nog bleef, dfen zou Karla geslo ten deuren in het paleis der vorstin Reichen- berg vinden. Zonder haar schuld. Dan bena deelde hy haar in de oogen der kennissen van zyn zuster.... De zaak was in 't geheel niet zoo eenvoudig. Ja, was het niet beter geweest Alice dadelijk klaren wijn te schenken?....! Ook al zei hy niets, zou zij toch wat hebben gemerkt. Karla's papa werd kort in zijn antwoorden, als Gaudlitz over haar privaatlessen begon te spreken. „Ja zoo hm mogelijk ik weet het niet bekommer er mij niet om 't is hóór zaak De oude vader had ook blauwe oogen, maar die konden drommels hard kijken als geslepen staal en de oude heer had ook zijn kuren. Hij merkte het heel precies, hoe vurig Gaudlitz van hem meer aangaande Karla zou hooren maar deed, alsof hy het niet merkte en speelde des te ijveriger schaak, als Gaudlitz om hem heen liep. De duivel mocht weten, wat de oude man dacht. Maar hij, Gaudlitz, kon toch niet eerst in allen vorm om de hand van Karla vragen, daar zy getrouwd was. En hoe getrouwd! Alles hing met duizentf ketenen aan haar en zij sleepte alles mee. Uit liefde? uit plichtsgevoel? Hy dacht eraan zyn renstal te verkoopen en weer op reis te gaan. Alice schreef hem, dat zy hem een post als gezantschaps attaché in Peking zou kunnen bezorgen. Hy telegrafeerde terug: „Kan het nog niet verder?" Er ontbrak niet veel aan, of hy had haar de vriendschap opgezegd. Dezen keer ging zij te ver in haar zusterlijke zorg! Hy wilde er gens op een mooi plekje zijn aspergebedden aanleggen, wou kinderen hebben met een vrouw, die hy liefhad, wou in elk geval binnen de vredige omheining van zijn eigen geluk te weten komen, wat noodig was in zijn eigen land. Diplomaat, neen, dat was niets voor hem. Hij bezat wel den moed een beginsel in het openbaar uit te spreken, maar niét de handig heid het te verbergen. Zyn slechte stemming had het hoogtepum bereikt. „Ik wil een beetje naar de Pyramiden gaan om weer in mijn humeur te komen," zei hy in zijn clubs. Zijn kennissen lachten als over een grap. Maar drie dagen later was hij werkelijk ver trokken. Karla liep heel langzaam van de repetities naar huis, ging verscheidene winkels „unter den Linden" binnen, schrikte, als zij een hoed, jas, de lengte van een persoon in de verte meende te herkennen. Maar zy ontmoette hem niet meer. Zij werd stiller. Alsof een grauwe nevel zich op al de blijheid en veerkracht van haar ziel had gelegd. Het gebeurde dat, als Schmerzchen een spelletje met haar wilde spelen, zij zich met een kuB vrij maakte... De dag van Karla's vertrek was aangebro ken. Zy had haar frissche kleur byna verloren byna zou Altmann met haar zyn meegereisd, omdat hy haar stil en gedrukt zijn toeschreef aan angst voor haar optreden in Weenen. Ook nu nog vroeg in den namiddag zei hy: „Je weet, Karlaindien je my noodig hebt, indien het je eenige rust geeft... myn paar stukken kleeren zijn dadelijk gepakt...." Misschien hoopte hy, dat zij zou zeggen: „Ja, ik heb je noodig." Maar het zou een leugen zyn geweest en zy sprak die niet. Zy dankte hem slechts een beetje mat. Vorstin Reichen- burg zou zich in Weenen wel over haar ont fermen. „Ja... dat is ook voor my een rust", ze Louise. „Dat lijkt mij een allerliefste vrouw.- Louise had in 't geheel niets meer tegen vor stin Reichenberg, sedert Karla haar den laat- sten brief had laten lezen. De vorstin had een groot muzikaal feest bij zich aan huis gearran geerd, op den vooravond van haar optreden, daar zou Karla zingen en zoodoende tegelijk publiek lokken. al ortze vrienden zien met spanning naar u uit en verheugen zich u te ontmoeten. Van mijn broer kreeg ik bericht uit Cairo, waar hy ter genezing van een bronchitus-aanval vertoeft. Mijn man kust u in gedachten de hand Louise was heel gerust. En 't was volkomen overbodig, dat haar broer al t ongeriefelijke voor de reis op zich zou nemen. Karla was flink genoeg De Maurers waren aan 't station. Adèle ver telde van hun verhuizing, die in April zou plaats hebben. Drie kamers, een zijvertrek en gebruik van den tuin, een heel nieuw huis met centrale verwarming en prachtige behangsels. Al den ouden rommel wilden zü verkoken, dat gaf dan geld om wat nieuws aan te paffen. Met het dienstmeisje hadden zij ook gespro ken. Zy zouden slechts een werkvrouw noodig hebben. die manier het fsbad voor Alwln. j- had gezegd.. Alwin drukte op den arm van zijn vrouw en viel haar in de rede: „Dat heeft Adèle hem in den mond gegeven... een reis naar een badplaats, belachelijk!" Hy reikte Karla nog eens de hand door het «arapje van haar coupé. „Met vroolijke oogen terugkomen, Karla Karla glimlachte met een droeven trek om kaar mond. Het was niet den eersten keer, dat zij alleen OP reis ging naar een gastvoorstelling, maar toch scheen het haar, alsof het no Iets heel an- Misschien spaarde men jd d geld voor de reis naar KaTlsbi De dokter had gezegd ders was, iets veel gewichtigers,Telegra- féer dade'ijk na je aankomst", zei Altmann. Hy had zich van zijn familieleden verwijderd en stond een kort oogenblik alleen voor Karla'.s raampje. Een droevig gevoel overviel hem X„00g<S WeJde" ™<l- Al" tot hom zeide. „Stap in, Ernst, laat ons samengaan WMht hebben. Zooaio h«' daar stond, zou hij meegegaan zij. Meegegaan zonder haar woorden af te wachten „Zeg, Karla...!" Hy wendde zich om als om de treden van de coupé te zoeken, zyn oogen glansden. „Zeg Karla En de laatste coupédeuren werden dichtge- ?U8ters dron*en ^ch met haar witte zakdoeken naast hem. „Terug! plaats daar.. nep de conducteur. Altmann greep naar zijn hoed. Terwyl de trein langzaam onder de kap weggleed, de witte zakdoeken naast hem wapperden, stond vóór zijn geestesoog plotse ling de dag, toen hy naast Karla aan het ge opende coupéraam had gestaan en ztf beiden vereenigd de reis in het onzekere de wyde we reld in waren begonnen Karla was treurig. Treurig, omdat de schei ding haar zoo licht was gevallen, zoodat ztj buna herademde, toen de trein zich in bewe ging zette. Alsof er een last vaa haar was afgevallen. En als uit verre verten drongen de woorden van den ouden directeur te Kiel haar in de ooren: „Denk er aan, hy zal een blok aan je been zyn, kleintjeje zult moeten sleepen!" blechts veertien dagen uit allesveertien dagen aan zichzelf te kunnen denken, slechts aan zich en wat zy diep in haar innerlijkst wezen verborgindien Gaudlitz ook al ver weg was, in een ander werelddeel, zonder af scheid en groet in de verte bleefzy ver wachtte bevend het oogenblik, waarop zy in zyn zuster iets van hem hoopte terug te vin den. Langzaam rolde de trein over de rails der binnenstad. Karla ging voor het breede raam van de gang staan. In het flikkerend licht der boog lampen liepen de menschen en verdrongen el kander. Zy kromp plotseling ineen. Van achteren werden haar armen zacht om vat. Een rozengeur omgaf haar opeens. „Mevrouw KarlaV. Zy slaakte een licÏF)Wkreet, werd bleek en rood. „Graaf Gaudlitz....y U hier?., gaat u naar Weenen?.). nen?"... „Niet naar Weenen, mevrouw Karla... maar als het mag, tot aan het Schlesische bahn- hof nu met mij naar Wee- Of hy mocht. Zy trok hem de coupée in met de bloemen in zyn arm. Zy lachte weer, haar ouden, vroolyken lach. „Vertelt u m(j toch... zegt u my... sedert wanneer bent u hier?.. Hoe wist u, dat ik in den trein was? „Dat was niet moeilyk, mevrouw Karla' Waartoe heeft men een zuster, die met het spel van een zekere Karla König geurt op haar muziekavonden Zy kon het rustig doen, want ik had mij in hefVmestynzand begraven. Ik was niet gevaarlyk. Zuodoende kreeg ik alles te hooren, zelfs het uur lan aankomst in Wee nen, en daar ik niet naar Weenen mag komen, verliet ik Egypte om u van de Friedrichstrasse naar het Ichlesische bahnhof te vergezellen..." Zyn gelaat was gebruind, hy zag er zoo op geruimd, zoo sterk en jong uit, als op dien eersten schemeravond in de Thiergarten. Zy voelde zich buitengawoon gelukkig; zy hield de rozen voor haar oogen, voor haar ge laat, opdat hij niet zou zien, hoe vochtig haar oogen glansden. En zy vond ook geen woorden, zoolang zy samen waren, maakte zy geen be weging. Als verstyfd was zy door dit nieuwe jube lende gevoel van geluk, dat noch verlangen, noch spyt, noch een gisteren, noch een morgen kende. Onder het ratelen der raderen en het gele licht der half bedekte lamp zei Graaf Gaudlitz: „Ik heb je lief, Karla en wil wachten, totdat je de kracht zult hebben van alles afstand te doen, wat je nu gelukkig maakt en drukt. Dan, Karla moet je myn vrouw worden. Hy bracht haar hand aan zyn lippen en voeg de er zachter en dichter bij haar oor aan toe: „Ik zeg het je nu reeds, opdat je zult weten, Karla, hoe ik het bedoel. Ik verlang nu geen toestemming en geen belofte, omdat ik weet, dat je tijd noodig hebt voor datgene, wat je doen moet. Maar laat my niet tè lang wach ten." Karla trok haar hand terug, die hy met een warmen druk vasthield. Zy was zeer bly en haar lippen beefden. .,Ik heb een kind, Graaf Gaudlitzmijn kind verlaat ik niet „Je kind zal het mijne zyn, Karla"zei hij met vaste stem. Zy schudde levendig met het hoofd, haar oogen fonkelden in haar bleek geworden gelaat. „Hij geeft het niet over... nooit... dat doet hij niet." Hy stond op en greep naar zyn hoed. Zy hield hem bij zyn jas vast. ,Ga niet heenga nu niet heensta melde zij. Kalmeerend, zacht maakte hij haar vingers los. „Wij moeten kalm blyven, Karla... heel kalm, terwille van onze toekomst! En waar ik voort aan mag zijn zal ik wachten." Zö stond op, wankelde, viel op de kussens van de coupé terug. Het was, alsof vurige raderen voor haar oogen dansten. Zy voelde den druk van zijn hand niet meer, zag niet meer, hoe hij zich onder de smalle coupédeur bukte, hoorde zijn snelle schreden niet in de gang. Toen zy tot zichzelf kwam, uit de verstijving van haar diepste smart en haar hoogste geluk, suisde de trein tusschen bevroren waterplassen en besneeuwde akkers den donkeren nacht in... Graaf Gaudlitz liep rechtop en vastbesloten door de menschenmenigte op het perron. Hij merkte niet, dat een klein elegant heer in korte pels en hoogen hoed op het witte haar hem snel voorbijging. Nu was haar vader toch-naar het Schlesische bahnhof gegaan om de kleine nog alle goeds te wenschen... zonder iemand van haar aanhang te ontmoeten... en moest nu juist dien verdui velden kerel, dien Gaudlitz zien, toen die uit den trein stapte Hy stak boos de twee rozen met lange stelen in den zak van zijn jas en maakte rechtsomkeert. Vorstin Alice Reichenberg schreef een langen brief aan haar broer. Er stond veel in over Karla: „Geheel Weenen spreekt over Karla König; zy heeft een ongehoord succes gehad en heeft haar gastvoorstellingen nog met veertien dagen moeten verlengen. Geen modezaak die niet haar oudste hoeden onder haar naam in de mode brengt. De koetsiers vóór haar hotel in de Weiburg gasse vechten om de eer haar te mogen ryden. Bösendorfer heeft haar een prachtigen vleugel ten geschenke ge geven, de aartshertoginnen geven soirées, waarin Karla de grootste attractie is. De voor naamste bladen geven verslagen over haar. Zij is beroemd, zy is populair, se wordt bewonderiT het hof gemaakt, bemind. En z(j doet er in 't geheel niets voor: z(j zingi, zegt een paar vriendelijke woorden niet overmatig betee- kenisvol en niet overmatig origineel; maar zooals zij ze zegt, wint z(j er ieders hart mee. Zy staat daar alt(jd als een, die van alle kan ten bloemen worden toegeworpen, en die ze allemaal wil opvangen, geen op den grond wil laten vallen, noch laten vertrappen. Dat merkt ieder en dat is haar grootste bekoring. Men moet met haar ingenomen zijn, moet het haar steeds weer toonen, want haar vreugde heeft iet» verwarmende en gelukbren gends. Zelfs m(jn groote en mijn kleine Rudi zyn onder haar betoovering. De kleine graaf Doczy heeft z\jn hoofd heelemaal verloren. Z(jn mama kwam eergisteren-Jt»y mü en vroeg heel naief, of men Karla ftönlg herland niet zou kunnen uitzetten haar jongen was gewoon krankzinnig geworden, zou maar opeens met gravin Löwenstein hebben gebroken, ofschoon hy wist, dat de uitzet al b(j Braun was be steld. Gisteren zag ik de gravin met de Doczijs in de opera; zijjivierp Karla het bouquet op haar corsage toef Ik geloof, dat z(j haar den kleinen Doczy het liefst zou hebben nageworpen, on danks z(jn groote bezittingen in Bohemen. Toe spelingen, die jij maakt, mijn beste jongen, ver vullen mij met groote zorg. Al was je sterk genoeg, de moeilijkheden te overwinnen, die haar familieomstandigheden meebrengen maar hoe zal je 't klaarspelen Karla uit haar tegenwoordige triomphen te rukken? Je ver mogen zal haar niet verblinden zij heeft een vermogen in haar keel. Je naam? Er zijn veel aardige gravinnen Gaudlitz geweest, maar niet veel Karla Königs... Bovendien: je hebt een stad tegen je, mijn beste Hans Jochen! Weenen zou in haar tegenwoordige dweperij met Karla König den man stenigen, die haar wegvoerde. Er worden zeer ernstige onderhan delingen gevoerd tusschen de Weensche en de Berlijnsche opera om Karla nu aan Weenen te verbinden. Karla steunt deze onderhandelin gen krachtig door een groot aantal persoonlijke relaties. Er is haar blijkbaar alles aun gelegen hier te blyven. Wat jou betreft, je zult be grijpen, dat ik elke bemiddeling moet afslaan, zoolang de verhoudingen niet zuiver zijn. naam wordt niet tusschen ons genoemd mag niet genoemd \vorden, vóórdat Karla innerlijk tot een besluit is gekomen" Gaudlitz glimlachte, toen hij dezen brief la». Zyn naam werd niet tusschen de twee vrouwen genoemd. Hy had niet gedacht, dat Karla zich zóó zou hebben kunnen beheerschen en dit zei hem meer dan wanneer zy hem op haar open hartige kinderlijke manier voortdurend op de lippen had gehad. En het was nog van. meer beteekenis voot hem, dat zy an Weenen wilde blijven, dat zü besloot tot een scheiding met haar verwanten. Toen hy dat in de schaakclub, onder het zegel der geheimhouding, als een „gerucht uit Weenen" aan haar papa vertelde, glinsterden de blauwe oogen vun den ouden heer voor i eerst vriendelijk: „Zoo... gelooft u dat? dat zou wenkeliyk mogelijk zijn, hm--- Uitne mend, zeer verstandig-eindelijk eens--- ein delijk." Papa's wangen gloeiden, hij verloor na en kele zetten de partij. Beschermend liet hii aich door Gaudlitz een paar strnten vergezellen. Plotseling bleef hij staan „Ik hoorde, dat u uw renstal gaat verkoo pen, graaf GaudkLtz--. verhuist u misschien naar Weenen?" Daar was hy iweer-, die harde blik, die de oude man kon hebben. Gaudlitz schudde lachend het hoofd. „Ik? naar Weenen? Neen, ik verhuis in 't voorjaar naar myn landgoed in Fommeren en ga van myn rente teven." „/zoo eoo... Heel vriendschappelijk schudde Papa h«m (ie hand. Gaudlitz is toch een kranige kerel. Hij ging vóór hem staan en greep den graaf by de knoop van zyn jas. ,;Onder ons gezegd, graaf, alles is maar een springplank in 'het leven. Als men die maar goed benut! Mijn dochter zal het nu hoop ik ileeren. Geen banden noch ketenen noch Bil den linten. Een kunstenares moet vrij zijn, ge heel vrij., een blinkende ster daar in de hoog te-. voor allen. Myn dochter kan beroemder worden dan Patti. Goeden nacht." Hüj drukte hem vluchtig de hand en sloeg met tiileine veerkrachtige schreden een «ij- straat in. Gaudlitz trok aan zyn hoed en staar de den kleinen sierlijken heer een beetje ver bluft na. (Drommels ja. Als men dat zoo in dacht: een Gaudlitz millionair... en de voor malige dansmeester kon het als een mésal liance voor zijn dochter (beschouwen, als ey hem trouwde. Eén ding was hem in elk geval duidelijk en dat niet pas heden: met zijn leeg doelioos leven mocht hij bij Karla niet aan komen. Hy wast wat hem te doen stond en zou het met zyn gewone doortastendheid ten uitvoer brengen. De oude rentmeester op zijn landgoed Pinnow zou zijn beste leermeester worden. Omdertusschen volgde hij nog 1 and- hui.shioudkundige voordrachten. Hij bezocht de vrienden van zyn vader op de omliggende landgoederen. Zy hadden zyn drang naar rei zen aLtyd afgekeurd. Zyn nieuwe ernstige plannen zouden hen verheugen. Hy stond voor het telegraafkantoor. Zyn ingeving volgetui schreef hij als eerste levensteeken sedert véle iweken het telegram aan Karla: „hoe ook en waar ook ik wacht." Zonder onderteekening, «onder 'groet, der verzoek om antwbord. probeerden Schmerzchen voor een giebelend gesprek in een hoek te lokken; anderen haal den den neus op, (pochten: „Mijn papa is kapitein", of: „Mijm vader is geheimraad", of: „Mijn muma neemt mij al tijd mee als zy 's zomers op reis gaat." Daarnu gebeurde het wel, dat Schentchen het eene poi tret na het andere van haar mama bekeek. Zy vond hare moeder buittingowoon mooi. Vooral dat met het lange, golvende haar op haar rug. Schmerzchen begreep alleen niet, wkarom het haar zooveel lichter was. Tante Lis zeide dat het een pruik was liet haar zulk een pruik voor het raam van een voornamen kapper zien. Daarna keek .Schmerzchen het lie4at naar t portret van mama, dat op pap'as schrijf tafel stond. Daar was niet zoo mooi, maar zij lachte zoo aardig en had zulke lieve oogen Waarom gaan wy niet naar Weenen? naar mama?" vroeg zij eens op die ernstige, on verwachte manier, die haar eigen was en Jaar door de volwassenen op hot eerste oogenblik altijd in verlegenheid werden gebracht wat haar te antwoorden. Altman trok zijn dochtertje op zijn schoot. Waarom niet?... Enkele maanden geleden was hij er ge weest In de elegante driekamerwoning, in de Khrtnerstrasze was voor hem geen plaats geweest Hy (had in een Hotel moeten logee- ren. Karla had duizend verontschuldigingen ge stameld, had hem de hand gedrukt en hij had de acht dagen, tot drie ingekort Er was iet» heel nieuws en vreemds tusschen Karla en hem. Als hy „kindlief" zeide, was het hem vaak alsof hij werkelijk slechts haar oude vriend was, niet meer haar man. Elke Uèfko- ziog ontweek zy. En toch was zy lief en goed. Zy zette een appeltaart op tafel die zy zelf had gebakken, zooals zy met trots vertelde. Haar kleine huishouding liep op rolletjes. „Wat heb je je uitgesloofd..." Zy kleurde en knikte. „Ja, dat heb ik wel moeten leeren. Ik kryg veel bezoek en de menschen zyn hier verwend. Nu en dan moet ik hen eene uitnood',gen Het hart van Altimaim klopte hem tot in de keel. „Wie komt er dan alzoo by je?" Het scheen hem een listig uitvragen toe. Maar zy antwoordde onschuldig, zonder zich te bedenken, noemde de namen. Hy vroeg verder: je beschermvrouw, Vorstin Reichen- beyg?" Nu bedekte een donkere blos haar gelaat. „Ja... die 'komt ook nu en dan zoor zel den. Dat kan je je wel voorstellen... zulk een voorname dame..." Hy sneed de appelkoek in steeds kleiner stukjes, maar vergat te eten. „Is haar broer hier... hoe heet hy ook weer, graaf Gaudlitz, geloof ik...!" Nooit was een moment hem zoo moeilyk ge vallen en hy waagde het niet haar aan te ky- ken. Hy hoorde slechts hare stem, een byzon- dere diepe, warme stem. ,lk heb Wem sedert ik in Berlyn was niet meer gezien... maar zyn zuster heeft my ge zegd dat hy op zyn landgoed in Pommeren Schmerzchen wasde eerste in haar klasse. Haar schrilten zagen er altyd het netste uit, haar lessen kende zy het beste. Zy had een manier haar onderwijzeres aan te zien die deze aid t ware dwong slechts tot haar te spreken. Wamt Schmerzchen, dde er thuis aan gewend was hoofdpersoon te tym, wilde in de school niet van dit voorrecht afstand doen. Schmerzchen had een zeer ontwikkeld eer gevoel en was onbeschryfelyk nayverig, maar zy was ook gesloten en moeilyk te winnen. Zy had geen vriendin en leed daaronder. Maar zy kon er niet toe besluiten, haren arm om een meisje te slaan dat zy niet werkeiyk liefhad. Doch tot liefhebben kwam het niet, omdat zy voor hoogmoedig doorging, en als een „model" werd aangehaald. Haar poging om vriendinnetjes by zich te vragen, gaf zy spoedig op, ofschoon tante Lis voor de lekkerste koeken en de heeriykste chocolade had gezorgd. De meisjes waren te nieuwsgierig en dwaas met hun vragen; zy wilden het in 't geheel niet begrypen, dat haar mama niet by haar was, maar in 't buitenland vertoefde. En dan nog wel een mama die aan 't toon eel was... een toooeelepeel»ter. „Mama zangeres, geen tooneelspeelster", zeide Schmerzchen, met een trotech naar ach teren gooien van haar hoofdje. „Och, dat is toch hetzelfde." Al het burgerlijke van deze kleine me is jee kwam aan de oppervlakte. Afgezaagde en op gevangen woorden kwamen over hun onschul dige kinderlippen en maakten hen oud. Enkelen vonden hei belangwekkend, zalig, Hy wilde het nog eens hooren dit „ik heb hem niet gezien sedert ik in Berlyn was" maar hoe zou hy het aunleggen dat z(j het nog eens zeide Zyn handen werden koud en klam. Zy belde het dienstmeisje om de koffie te brengen. Zelf haalde zy de cognac uit het li- keurstel. Hy zag hoe haar hand «enigszins beefde toen zy' inschonk. Hy durfde niet verder vragen. Later liet zy hem ternauwernood tot bezin ning komen, sleepte zy hem door de musea en theaters, den Kahlenberg op en naar Schön- brunn. Zy was onvermoeid, spraakzaam, vrooiyk, opmerkzaam. Maar operas sprak zy over het kind met dien bevenden klank <van vnnig ver langen in haar stem. „Ais je my Schmerz chen gedurende een paar maanden een paar weken... zoudt willen afstaan?" Zy stak daarby haar arm door den zynen. Haar bloeiend, frisch gelaat, raakte zijn wang aan, de geur van haar bruin haar drong tot hem door. Zy werd bleek van opwinding, terwyl haar oogen smeek owl op hem gericht bleven. Hy richtte zich in zyn volle lengte op on zijn mondhoeken trilden: „Zoolang je hier bent moet je je het maar ontzeggen... het is nog niet opgewassen te gen sterke, nieuwe indrukken." Hy zag het haar aan dat zy wilde uitroe pen: „Dait is niet waar... het is maar een voorwendsel 1" Hy wachtte er op. Want hy wilde het toe geven. Het -was een voorwendsel! Het kind gaf hy niet af. Dat zou haar toot hem terug brengen zou haar voor altyd aan zijn zyda houden! „Of moest hem tot haar terugbrengen! Hy was op dit oogenblik bereid, Berlyn en „zijn verwanten" te verlaten als zy slechts een woonl zeide! (Maar één woord. Louise moest weer naar Adèle trokken, moest zien hoe *U het klaarspeelde hy behoorde by Karla, zooals Karla by hem hoorde. Zy was de moe der van zyn kind. Het kind moest haar weer tot hem brengen hier of ginds 1 Karla trok haar arm uit den zUnen. De herfstzon straalde. Gele bladeren vielen rit selend van de iboomen, en de hemel welftle zich Woedblouw met een violette tint boven de op een afstand gelegen stad. Daar werd een overmoedig lachen verno men. Een jonge mannesten, riep: „...ik zal wachten wacht... ten...J" een klank een beeld. Ginds ver in Pom meren was ook een die wachtte... wachtte op baar. Karla kromp ineen. Het was maar een woord .Zy had hem lief. Nooit had z(j het zoo gevoeld ale nu en *y stamelde: „Je kunt my myn kind toch niet onthouden-myn kindl" Hy antwoordde hard; hy wist niet vanwaar hy de kracht kreeg tot deze hardheid: „De plaats van het kind is in het ouderlijk huis. Wy hopen niets vuriger dan dat je weer komt" „Be ben toch gebonden-dat weet je..." ,Dr ia toch verlof vacantia. Het kind wacht op je." zy wankelde terug, stiet met haar hoofd te gen een boomstam, wendde zich af en weende. Hy liep heen en weer op het zachte mos, boorde zyn stok in den lossen grond, z(jne lip pen trilden, zyn wenkbrauwen... „Wy (moesten nu naar huis gaan, vind ik." Hy glimlachte bitter. „Naar huis gaan!" Hy naar zUn hotelkamer, zy naar haar woning. Zy drukte haar zakdoek tegen hare oogen, haar lippen glooiden. Koude, grauwe schemering daalde neer. Het was doodstil in rond de stad lag ▼uil grijs en doodach achter rook en nevel ver scholen. Karla's rokken mischten zijdeachtig onder den eenvoudigen mantel. „Laat ons gaan", fluisterde zy toomiooe. Zy begonnen den berg af te daden. I*ng zaum, daarna werdqn hare schreden steeda sneller, als wtilde z(j het duister ontvlieden, dat uit het bosch op haar toekroop. Zy spra ken geen a-oord. Alsof *y bang waren den te zeggen en te hooren, die alles tusi hen zouden verbreken. Pas in het rijtuig brak Altmann het stilzwygen. „Ik reis morgen vroeg naar huis. Moet ik iet* overbrengen?" H4j kon niet grien hoe bet bloed uit hare wangen wegtrok en hy hoorde het beven vaa haar stem niet door het geratel van het lij- tuig. „Morgen vroeg reeds?" Maar zy hield haan adem in. „Morgen moet ik zingen „Ja... dat weet ik." Dat zou hy niet kunnen. Haar als een vreem de op het tooneel te zien staan. Hy kon zich ook niet verheugen over haar succes. HU ver moedde maar al te goed wat dit succes hem kostte. Maar zy vroeg hem met haar mede n^ar boven te gaan. Zy had allerlei gekocht -^Voor de schoonzusters, voor Vicki, vooral voor - Schmerzchen. Hy weerde met gefronste wenkbrauwen af: „Dat alles is veel te kostbaar... Je hebt de omstandigheden vergeten. Voor Vicki althans." V3cki BÖlkel ruiachto in z(jde en fluweel, sedert haar Bodo opdrachten had. Zyn eerste huis had overbluft. Men begon zelfs reeds van een Bölkelstyi te «preken. Hy begon school te maken, sedert hy een gefortuneerd en deelnemer had gevon den. Het heette dat hy een schouwburg zou bouwen. Vicki sprak over niets anders. De Bolkels woonden tegenwoordig buiten in het pas nieuw gebouwde huis aan den Kurfürsten- dam-. Zy hielden twee dienstmeisjes en een nurse. Toch kwam het nog voor, dat Vlcld haar moe- er om ©enige goudstukken vroeg. Er went niets opgeschreven en berekend. De kas wa ren de Ibrieventasschen en broekzakken van Bodo Vólkel! Vicki had geen idéé van zijne inkomsten. Maar omdat hy haar de briefjes van honderd over tafel toewierp, leefde zy er maar op los tot het op was. Het kwam wel voor dat hy, zonder haar vooraf te waarachu- wen uit de stad ging met de „kas" natuur lijk. Kwam zy niet uit tot zyn terugkeer, dan werdeh de ouders <xm geld gevraagd. Zonder er vender veel by na te denken en er zich zorg over te maken. Maar zelden had zy iet» teruggegeven. Zy zou zich in elk geval over de mooie och- terwljapoiv. verheugen. Altmann had haar op een ochtend in een ouden rok en afgedragen blouse verrast en daaruit opgemaakt, dat het voorloopig nog niet voor alles voldoende was, ir dat het gold hoofdzakelijk voor uiter- leden gebruikt werd. maar - lykiheden t En daarby zat Altmann toch weer aan don avonddisoh m Karla's woning. Zy had hem met wog laten gaan. Alsof zy hom doze laat ste hartelykheid nog wilde bewyzen, eer h(| wegging. Zy zeide aarzelend en van kleur ver schietend ,jMyn leven kost zoo weinig ik heb steeds zooveel geld over. Je behoeft my slechte te zeggen of je thuis meer noodig hebt. Ook voor I-rit»... Zoo'n jong luitenant geeft ook wel eens gaarne wat uit." Altmann kon byna geen stuk door zyn keel krygen. Hy vroeg zich af waarom hu toch hier was gekomen, waarom hy zich aan deze kwelling had blootgesteld. Waarom hy haar toen niet reeds flinker had aangepaktreeds toen zy hem het telegram zond: „Contract met Berlyn in der minne geschikt, blüf ia Weenen." h Dit telegram was als een doffen slag op bem neergekomen, en hy had niet geweten wat te doen. Daarna had hy besloten om af te wachten, wat er verder nog van haar zou ko men. Maar er kwam niets. Slechts iedere 2 we- ken het verzoek: „Zend Schmerzchen naar my toe! En van tyd tot tyd kaarten aun Luise, aan Alwin aan hem zelf. Courantcnuitknip- 6 8 ,~£eU\ »®8Ch©nken. en zoo zelden een brief Een brief die niets ophelderde, slechts naakte feiten bracht of een hartstochteiyke be de om het kind. En nu weer slechts de vraag: Wat heb je noodig? Hebt gy allen genoeg?Alsof zy zich met dit alles van hem af wilde koopen Hij streek met de vlakke hand heftig over 't tafellaken. „Zoo'n jong luitenant moet zich maar intoo- men. Dat heb ik hem geschreven. Voor eens en voor altyd. Wy leven eenvoudig. Ik zou het uit myne eigen middelen kunnen bestrijden, als Fritz niet... en de woning..." Zyn keel werd als dicht geknepen en hy ver- volgdé haastig: „De woning zou ik willen be houden. Ik heb nu een tooneelschool en heb ruimte noodig." Hy dacht: „En ten slotte vindt je thuis..." Maar hy zei het niet. De ontroering beklem de zijne keel. Zy staarde echter op de tafel en kneep hare handen in elkander. De minuten geleken eeuwigheden. Natuurlijk houd Ik van alles boek, wat je stuurt. Wat aan 't eind van de maand over- blyft gaat voor een deel naar de spaarkas, op naam van Isolde, voor een ander naar eene verzekering. Wanneer zy Uintig jaar is, wordt haar een aardige som uitbetaald. Daarmede kan zy dan iets beginnen of trouwen... in 't kort, zy kan haar leven naar haar wensch In richten..." Karla zag hem met groote, vochtige oogen aan. „Dat is mooi van je, ErnBt..." Hy schudde zyn hoofd. „Neen, dat spreekt vanzelf. Daarvoor z(jn de ouders op de wereld. Dat is noodweer tegen het leven. I)at leert men aan voorbeelden. Zyn toon werd steeds weer onderrichtend, zonder dat hy dit wenschte. En deze toon bracht haar tot de werkeiykheid terug. „Aanstaanden zomer zing ik in Bayreuth weet je dat al Zy zei het heel plechtig. Wat was cr voor haar dan ook gewichtigers op de wereld dan haar kind, hare liefde en Bayreuth Dat waren de hoogtepunten van haar leven, waaromheen al haar verlangens, al hare ge dachten draaiden. Bayreuth dat had ze nog willen beleven voor zU aan het wachten een einde zou maken. Bayreuth zou eed afscheid en een weerzien wenschen een schitterend einde en een zalig beginen! Maar zU bracht niets van dat alles over hare lippv- Hy merkte hare ontroering op. Begreep hy goed of verkeerd Hy greep hare handen, drukte ze aan zUne lippen en ging weg. Zy verroerde zich niet, leunde doodsbleek te gen den muur. Had h(j begrepen? Of had hy hoop gevat eene hoop, die zU niet verwe zenlijken kon...? Den geheelen volgenden nacht was hy opge bleven. Was by Ronacher gaan zitten en had König champagne gedronken, was naar Schrammelen gereden en toen van café tot ca fé, tot den vroegen ochtendstond. Daarin had hij sieh in xyn hotelkamer op zyn bed gewor pen en waa 's avonds naar de opera gegaan.-, geheet boven, „in den enjte\«nbeV enthousiasten sl«h elkander aandrongen. (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1921 | | pagina 3