De roman van NÏEUV Dit blad v BU1TE1 FEU1LI Adverteert in dit Blad. Abonneert U op dit Blad. 8ERGAMBAC !K a. d. B. SCHINKEL UITDEIN OMTREK Uit den Goudschen Raad. lo. 14781 één wist gij» niet'kunr trekken; ■II L F. klj MARKTBERICHTEN. ■III De sociaaldemocratische raadsfractie, waar voor de heer Sanders als woordvoerder optrad, oproep tot de r.-k. arbeiders, waarop wij i gewezen. lonstranten, ook de vrouw tot het Zoo er ook Ons voornaamst «chter ons. gek was. zeggende: lelleschi. jn van de anderen met f en men verwaardigde VARIA. De Zwemles. De badmeester is een van de ADVERTENTIE: HANDEL IN WILD EN GEVOGELTE. Plukt sn vilt Wild sn Gevogelte. Lomdulsteeg No. 28, Gouda. abonnem per kwartaal Franco per po Abonnement lij onze agent Onze bureat Redactie Tel. model eens zien, jfeld hebben nagetee- Bezuinigmg is ook de klank, die doorklinkt in alle betoogen. Mlaar hoe? Men wil het aan allen kant, maar ieder op eigen wyze. Met het gevolg dat waar de meeningen zoozeer uiteen- loopen, er practasch niet heel veel verande ren zal, althans voorioopig. Er is èn by de be schouwingen èn by de verschillende artikelen gewezen op concrete zaken, waarop bezuinigd kan en moet,maar dat gaat niet in eens. En de gemeente kan, waar ze aan handen en voe ten nagenoeg gebonden is aan wat de ryks- wetgever haar oplegt, niet zoo bezuinigen als men wel denkt Het adres van de Maatschappij van Nijver heid toont dat duidelyk aan. Het is wel een voudig om op de verschillen te wijzen tus- schen bepaalde jaren, maar daarmede is niet uitgemaakt dat het meerdere een uitgaaf is die niet behoeft te geschieden. De groote wij zigingen in de ioonen en de arbeidstijden spe len de gemeente parten. Tenzij daarin ook door medewerking van den rijkswetgever ver andering kan wonden gebracht, zal bezuinigen op groote schaal niet mogelytk zyn. Eerst dan ■wanneer die wetgever medewerkt, zal dit mo gelijk zijn. En dan vinde ook toepassing wat in het practised betoog ven den heer Koeman* naar voren is gebracht: door overleg tot zui nigheid. Die is geboden, de toenemende schuldenlast die thans 3.027.600 bedraagt, benevens en kele annuïteiten, dwingt tot beperking tot het meest noodige en niet meer. Uit het betoog van den Wethouder van Fi nanciën blykt dat wèd een minder belasting bedrag zal moeten worden opgebracht in to taal, maar of de belastingbetaler individueel daarvan iets zal merken, daarvoor kon ook Wöthourier LJsselstyn niet instaan. En wat zou hij dat gaarne doen! treurig beeld te toonen als landen te zien krijgen, leder zou wenschen dat hem de g< werd, in Holland van dat te komen. men zij deel aan 1 zomer nog j ir is geweest iet midd< len op een volgende co den. Het belangrijkste ring in het Zuidzeevraai By den ernst van dit debat ontbrak de note gale niet. Daar zorgde wethouder Hoffman ■voor. Met pathos, zooals alleen h ij dat kan, zijn, hi beschreef hij den heldenmoed van Wet houder Knuttel om nwddten in zijn wethouder lijk leven daaraan een eind te maken. En toen wethouder Knuttel daarop heel nuchter inter rumpeerde: Voor U misschien dokter F Voor mij niet! vóel de Raad by.kans flauw van het lachen. In die enkele woorden lag zoo’n ironie, dat het onbegrijpelijk is dat de betrokkene niet voelde de portée ddarvan en doodkalm doorpraatte alsof het een ander betrof. zessen is dat zoo heel veel gemakkelijker, te meer waar ook bepaalde andere zyden zich in dat opzicht niet onbetuigd laten. Gegeven dezen toestand kan het slechts verwondering wekken dat de crisis, die thans is ontstaan, niet vroeger is gekomen. Wellicht was het beeld van den huldigen raad ook wel iets an ders geworden. Want dit kan thans toch wel worden gezegd, nu de afgéloopen periode kan worden 'overzien, dat het juister ware ge weest, indien de formatie van het college van B. en W. destijds op Andere wyze had plaats gevonden. Wethouder Knuttel gaat nu heen en een der sociaal-democraten zal de wethoudersplaats hébben in te nemen. Daarover zal de party beslissen, zoo heeft de heer Sanders zich uit gelaten. Dat zal dan heel vlug moeten gebeu ren, daar verwacht mag worden dat de va cature in de e.v. raadszitting, welke zeer spoe dig zal moeten plaats hebben, zal moeten worden vervuld. We zullen dan zien wie de uitverkorene der fractie zijn zal. Wethouder Knuttel heeft gedurende acht jaren het wethouderschap vervuld. Den 3en Sept. 1913 werd hij tot wethouder gekozen als opvolger van den heer H. J. Nederhorst, die wegens ziekte zijn mandaat niet wenschte te zien vernieuwd. Bij de toen gevolgde verdee- ling der functies in het college van B. en W. is de afdeeling Lager en Voorbereidend On derwijs, die tot 1918 door den toenmaligen burgemeester Martens werd beheerd, overge gaan in handen van wethouder Knuttel. Zon der onderbreking heeft wethouder Knuttel zich aan de zorgen van het onderwijs gewijd, dat steeds zijn warme belangstelling had en het nog heeft. Deze afdeeling heeft vooral na de totstandkoming van de wet-de Visser veel ar beid en studie vereischt. Het reorganisatieplan, In een particulier schrijven merkt de auteur van dit artikel nog het volgende op: „Wanneer een Oostenrijker in Holland komt zal liy zich daar in den beginne niet geheel op zijn gemak voelen, omdat hij het landschap eentonig vindt en onze levendigheid in den omgang mist, ’t Geheel lijkt hem weinig in teressant. Het zal hem gaan ak iemand die vanuit den helderen zonneschijn in een geslo ten ruimte treedt waar slechts gedempt licht Iveerscht. Om de inrichting van deze ruimte werkelijk te kunnen waardeenen, zal hij aan vankelijk een oogenblik de oogen moeten sluiten, om daarna eerst gewaar te worden, Gouda, 17 November 1921. GRANEN: Voor de meeste artikelen was iets meer attentie. Bruine booten belangrijk hooger. 'Barwe 12—-ƒ 13^0, Rogge 11.75—12, Gerst 12—13, id. chev. 15—ƒ16.50, Ha ver 12—18.50, Erwten 22—23.50, Bruine boenen 36—38. BEKKEN WOU DE. in de op Dinsdagavond j.l. gehouden leesver- gadering van het departement van de Maat schappij tot Nut van t Algemeen, trad voor de afdeeling op de heer K. Kleyn te 's-Graven- hage, die sedert eenige jaren hier een bekende is. (Juk thans weer droeg de heer Klein een aantal voordrachten en gedichten voor, waar mee hjj van het vrij talrijk opgekomen publiek veel bijval oogstte. di RUDOLP1 uit het D Mevrouw A. E. NI 37 Jk kan je nu 'geen na eenige oogenbli boeken en bewijzen ni „Koml Met jouw w Verlang ook geen afre alleen een algemeer Hij streed met zichz „En bovendien heb i te zeggen!" verklaarde „Maar dat moet je! ^erlangen!" „Erna!” klonk het i ®et. Ik waarschuw ie. 1 ivoor!" «rEn wanneer komt „Als je eenmaal mijl j Zij lachte toornig, d •ij van onbestemden a „Altijd weer het ou< P®nd is er dan tussche Pnwetyksaanzoekr Hij haalde de scho Pijpje vast tusschen d Hm, hart Hopte. Zl AüMnnda awraw DB BBBBUOTINGSZITTINC. Het politieke speL Een <ethouders- crifcia. Samenwerking of gewapende vrede. Een liberaal wethouder gaat heen. Een rootje wethouder p Aan de partij de beslissing. Wethou der Knuttel. „Heldenmoed" in wet houder Hoffman. De roomsch-katho- lieken en de sociaal-democraten. Be zuinigen het parool. Gouda’s schul denlast. De begrootingszitfcing is zoo telken jare het moment, waarop de partijen in den Raad op de meest vrijmoedige wijze lucht geven aan wat er in hun binnenste omgaat Men kan het reeds eenige zittingen te voren merken dat de begroeting aanstaande is, het' politiek sentto ment komt dan meer en meer tot uiting en luiuwletend worden eikaars gevoeligheden ont dekt. Is de begrootingszitting dan daar, dan komt de woordenvloed los, dae zoo lang be dwongen is, en dan is het spel gaande. Zoo is het ook in de jongste zitting gegaan. De woordvoerders der partijen hebben uiting gegeven aan al datgene wat hun in het afge- loopen zittingsjaar heeft bezwaard en dat is er nu uitgekomen. De beschouwingen waren ditmaal niet al leen van politieker aard, zooals deze Raad eens eerder te hooren gaf, maar werden ook beheerscht door den nood van den tijd, ze stonden mede in het teeken der bezuiniging. Kon het anders zijn, waar èn van overheids wege èn in de pers èn bij adressen op de meest mogelyke zuinigheid is aangedrongen? Maar ook in dat opzicht sprak de politiek een woordje mee. waarop zy krachtens den uitslag der' laatste j verkiezingen terstond had moeten staan. On- omwonden heeft ze te kennen gegeven dat ze l thans een wetiwuderszetel ambieerde, omdat ze genoeg ondervinding in den Raad heeft op- gedaan, dat ze deze functie wel zal kunnen i aanmemen. En daarbij komt dan dat er een 1 meerderheid zal zyn waarmede met de S. D. A. P. valt te werken. Toen we den heer Sanders zoo hoorden, dachten we terug aan den tyd dat de S. D. A. P. over het aanvaarden van een of meer wetiwuderszeteds heel anders dacht dan nu. Toen was het de S. D. A. P., die aanvankelijk autoritair genoeg was aan de partyen zelf een program voor te leggen, waarop samen werking werd gevraagd. Die houding had toch waarlijk niets van een erkenning dat voor be sturen ook ervaring noodag is. En daarop volgde toen de merkwaardige ommekeer dat de sociaal-demociaten steun boden aan de pro grampunten der liberalen, voor zoover dit niet zou zijn in strijd met hunne principes. Dat was opportuniteitspolitiek, men voelde wel (tat men niet anders kon. Van die toezegging is al bitter weinig te recht gekomen, zoo weinig dat het vooral den 1 laataten tijd meer leek op een toestand van 1 gewapende vrede dan wel van eenige tege- moetkoming, hoe gering ook. Was het onder deze omstandigheden te ver wonderen dat toen er ook maar een kik werd gegeven dat de soc.-dem. raadsfractie wel een stap naar bet college van B. en W. zou wil- 1 len wagen, de wethouder Knuttel terstond op sprong en zonder omwegen zyn zetel bood? 1 En hy deed dat en kon dat doen con amore, omdat de vervulling van het wethoudersambt geen genoegen biedt, maar wel zorg, zorg ook voor het belang der gemeente, dat hem deze functie tot heden deed vervullen. Die 1 invitatie moet hem geklonken hebben als een iblyde verrassing, dat nu bij de sociaal-denw- is eenvouxiig craten toch het verantwoordelijkheidsbesef m, maar weldra wordt men zyn denken en den diepen wakker gaat worden, dat zy door hun aantal den zedelyken plicht hebben mee te werken ^Mgrjjlcste - ---- ~WOOnlyi£ Uiuai op het strand, met het water tot uo d. echpnt te letten op hen, die m .water stoeien, om hun te hulp te komoa neer dit noodig mocht xyn; m werkelnkileid onxe badmeester is er geen van HuliandAZ bloede spiedt hp naar do deurtjea der koetajee, waar de reebadminnende dame.7êi te voorschijn trippelen. 11 Zoodra er een verschijnt, snelt de badmeester toe en ontdoet haar geiant van haar badman^ Nu zyn er twee methoden: de eene wil datX mantel op het strand wordt gelegd. Zóódante dat hy by de eerste de beste aanspoelende Wf’ nat wordt, de andere daarentegen verkiest dat de peignoir vèr van de watergrens verwjjdwï wordt- gedeponeerd, zoodat het heel moeunk 'iem later terug te vinden. De badmeester geleidt zyn clientèle aan de hand en zegt strijk en zet, terwijl hy met haar voortstapt, als na een menuet, dat het water dezen zomer nog niet zoo heerlyk van tempe ratuur is geweest als vahdaag. Wanneer men tot aan het middel in zee is geloopen, worden de beide handen van de baadster stevig vastve- houden, die zich alsdan aan een onderdompeling waagt, voorafgegaan door blazend geproest. Wanneer de oprechte animo er is, leert hij haar zwemmen. Om een dame te leeren zwem men moet de badmeester haar vasthouden, met de eene hand aan een gordel, met de andere hand onder haar kin; voorts moet hy voortdu rend zeggen datgene, wat aan alle leerlinge- zwemsters ih de geheele wereld moet worden ipgepompt, zonder onderscheid van leeftijd rang of stand: x Uw hoofd góed ophouden Langham slaah Voeten niet boven water houden. Wanneer u niet meer bang bent, zal het misschien wel leeren Ik zal u eens loslaten Deze laatste mededeeling is voor de leerlinge ®°c- het teeken om onder water te verdwijnen en een gulzigen slok zout water in te slikken, wel ke haar vopr het geheele verdere seizoen de zwemkunst doet verfoeien. En dat duurt De heer C. W. Molenaar, alhier, leerling der M.U.L.O.-Scliooi te Lekkerkerk is aangesteld als volontair ter gem. secretarie te Beusichem en Zoehnond (Geld.). Het is het volk, dat reeds vóór den oorlog inplaats van te critiseeren. Vooral met zyn ihet steunpunt van de vredesbeweging was, dat tydens ue oorlogsjaren in echt Ühnisiel ijken geest (in tegenstelling met de rooizuchtige Ciu'isteriien der naburige landen), er de voor keur aan gai'onrecht, ie dragen, dan t leven en ’t geluk van zyn burgers aan zijn wraak gevoelens op te offeren, dat hoewel zelf in benarde omstandigheden aan dnelionderddui- zeod uit hun land verdreven Belgen gastvrij heid verleende, dat tegenover de Dmtschers onomwonden zijn afkeuring uitte zoolang ze onrecht begingen, maar ook zonder aarzelen duizenden en duizenden Dwutoche kinderen op nam, die aan ellende ten prooi waren. De Hollandsche openbare meening laat zich met door officieele berichten tot geestdrift oproepen. Ma^- objectiviteit en het „audiatur et altera pars bewaart ze voor eenzydigheid, haar groote achting voor recht en vrybeid, haar hoogstaande moraal en eerbied voor de reine vrouw hebben het Holland bespaard een zoo treurig beeld te toonen als wy in onze ik het toe- felegonheid geboden alles eens tot rust Zeer opmerkenswaardig ie ook de gehecht heid aan zyn huis. Met zorg en geduid richt ihy zyn woning in. Alleen in de groote ste den iis 't Hollandsche huis meerdere verdie pingen hoog. Aardig doen het die kleine ge bouwen van meest onbepleisterde roode bak steen. Op den begianen grond vindt men ge- w^onlyk slechts de keuken en de woon- en ontvangkamer. Zelfs de eenvoudige burger en arbeider heelt zyn gezellig mgenente voor- en achterkamer, die (m de voorname huizen) door breeds schuifdeuren van elkaar gescheiden zyn. Op de bovenverdieping men bestygt ze Jangs een zeer smalle en steile trap vindt men de slaapkamers, die dank zy den menig maal voorkomenden ryken kinderzegen, nog Wel eens overvoi zyn en bij de nunderwelge- stelden, wat inrichting aangaat, verre van hygiënisch kunnen genoemd worden. 't Geheele huis wordt van binnen en van buiten angstvallig netjee onderhouden. Ook 't geringe aantal koffiehuizen en her bergen wyst er op, hoe zeer de Hollander zyn eigen huis waardeert. Men bezoekt el kaar heel dikwijls en de thee- en koffiekan worden dan gewoonlijk duchtig aangespro ken. Voor toerisme zyn !t landschap en de weersgesteldheül nu juist niet bevorderlijk, waardoor de behoefte aan tot gemak en ge zelligheid ingerichte woonkamers des te ver klaarbaarder wordt. hooren, dan doet het vreemd aan dat hier van r.-k. zijde geen woord daarover wordt ge hoord, dat men hier niet inziet Lot welke con sequentie de houding der roomlchTcatholieken en de sociaal-democraten in «en Raad moet leiden, dat men zich houdt, als zou men, angstvallig zyn diat onderwerp aan te roeren. Moet het ook hier zyn roomsch en rood naar Aa'lberse’s woord? Dat men het zegge duide lijk en kdaair! gekomen door revolutie, doch dat er stukje voor stukje aan gebouwd ia. biaverny is aigeschaft omdat de economische verhoudingen de slavernij onmogelijk maakte. Wat betreft de Fransche revolutie, die heelt jaren en jaren gesmeuld. Die revolutie was bij ons de bU-jarige oorlog, hoewel schijnbaar om de relegie stryd werd gevoerd was het de stryd van de opkomende kooplieden tegen de macht van vorst, adel en geestelykheid. De belangstelling tusschen ondernemer en arbeider heeft geleid tot de excessen, die we de laatste jaren constateeren. Het kapitaal van de onderneming, de onder nemerswinst en het loon beheerschen de ge heele economische verhouding. Twee dier fac toren zijn op het oogenblik heerschende, één ligt onder, nergens is de loontrekkende de baas. Het komt slechts aan op het aanwenden der productiemiddelen. Het kapitaal stuurt aan op de beheersching dier middelen. Gelegenheid tot het maken van abnormale winst moet ontnomen worden, 't gaat er om welk deel het loon uitmaakt van de productie. Via het loonvraagstuk moet men komen tot op lossing van het machtsvraagstuk in het bedryf. De heer Kolthek repliceerde en de heer Ratte dupliceerde, waarna de vergadering, die matig bezocht was, gesloten werd. kont geleden gereedgekomen en in den Raad - in behandeling gebracht, is niet door hem in veilige haven kunnen worden gebracht, om- ïau dat tot uitstel gedurende eenige» t|jd werd personen v^e’en badseizoen^ gZwm” Het is thans niet het moment over den ^ettea °P hen, die in net8 it. beid van den afgetreden Wethouder van On derwijs in bijzonderheden te treden. Maar toch past hier een woord van erkenning van de verdiensten van den heer Knuttel jegens het onderwijs en jegens de gemeente gedurende de jaren dat hü in het college van B. en W. zitting had. Het ei. Volgens den Franschen schrijver Michelet was niet, zooals men algemeen gelooft, Chris- tophorus Columbus da historische persoon, die een ei overeind zette om by een redetwist zijn tegenpartij te overtuigen, maar komt aan den Florentijnschen bouwmeester Brunelleschi de eer toe het vraagstuk van het ei opgelost te hebben. Het was bij gelegenheid, dat de koepel der kathedraal van Florence, het eerste dak van dien aard, gebouwd zou worden. Toen de groote bouwmeester zyn plan inle verde, wilde niemand hem begrypen. Hy werd er om uitgelachen. Iedereen verklaarde dat hij Op straat wees men hem na: Daar gaat die gekke Brunt Intusschen kwam geer een plan voor den dag zich hem terug te poepen. Welnu, laat ®ns uw Zy zouden het ongetwyl kend. Het antwoord, dat Brunelleschi den boosaar- digen, dommen spotters gaf was hunner Waif dig. Hy haalde een ei uit zijn zak. Daar is myn model, zeide hij, zet het maar neer. Dat kon natuurlijk niemand. Toen sloeg hij de punt stuk, en het stond. Niets is eenvoudiger, riepen allen. Waarom zyt gij er dan ook niet op geko men? voegde hij hun toe. In aanmerking nemende, dat het Brunelle schi in 1444 gestorven en Christophorus Co- lombus in 1436 geboren is, valt de prioriteit der uitvinding niet te betwijfelen. Bovendien is het een veel logischer betoog een ei op zyn punt overeind te zetten als er sprake is van een koepel te bouwen, dan wan neer het geldt te bewijzen, wie het eerst een werelddeel heeft ontdekt. hoe degelijk, hoe vol stijl en voornaam deze Woonruimte is mgericlrt" Zelfs de bloei waarin zich de wuelryders- sport de Laatste twen, twintig jaren vemeugt een Hollander die niet iieta is werkeiyk een witte raaf en evenmin 't roeien en zeilen waaraan de jeugd zóch gaarna wijdt, hebben de huiselyikhend op de vlucht kunnen jugen. De gewoonlyk zachte winters zonder veel ys of sneeuw, maken ook de wintersport van geen beteekems. Een met minder opmerkelijke karaktertrek van den Hollander is zyn groote vroomheid, U zy Protestant, 't zy katholiek, in beide ge vallen is hy het met volle overtuigung. De katholieken die voornamelijk het zuidelijk gedeelte van ’t land bewonen, zyn buitenge woon goed georganiseerd, en votmen met hun volksbonden, sport- en vakvereemgingen byna een staat in den staat, waarby de geestelijkheid de leiding heeft In de Protes- tansche kringen is de Nederlandsch Hervorm de (Calvinistische) kerk toon aangevend. On der de intellectaeelen heeft zich in de laatste 25 jaren der vorige eeuw een sterke stroom van vrijzinnigheid baan gebroken, wat de rechtBstaande elementen uit de „groote kerk" tot uitbreiding en het stichten van nieuwe naar het oorspronkelijke calvinisme terug gaande secten genoopt heeft Op ’t oogenblik bestaat er in de Nederlandsch Hervormde Kerk weer meer neiging tot de orthodoxie te rug te keeren. Naas^hye kerken spelen nog een rol de Ijutterschea»,->n de zeer vryzinnige Doopsgezinden en Itemonstranten, by welke beide laatste secten geestelijk ambt is toegeJaten. vooral in de steden velen zijn die onverschil lig tegenover den godsdienst staan, is men niettemin verbaasd te zien welk een plaats kerkbezoek, bijbel en zondagsheiliging in *t Hollandsche leven beslaan. Op ’t oogenblik staat het land in t teeken van den door de katholieken opgeworpen stryd om vrijheid van processie. Begrip voor kunst, in d» eerste plaats mu ziek en schilderkunst, bepaalt zich, zooals haast overal, tot de bovenste lagen der maat schappij. Opmerkelijk is het na te gaan hoè ver ’t bezoekaan de opera bij dat aan con certen achterstaat, De groote massa van ’t volk is absoluut onmuziekaal. Een volkslied bestaat om zoo te zeggenniet De klove tus schen het onbeschaafde volk en de in elk op zicht hoogstaande intellectuelen, dunkt mij in Holland grooter dan ergers anders. De laatsten hebbpn zich van de vaak zware en weinig ontwikkelde middel- en onderste lagen eenigszins overdreven ver terug getrokken, wat men minder aan aristocratische voor- naamdoenerjj moet toeschrijven, dan -wél aan 't ontbreken van gemeenschappelijke punten van aanraking. De verhouding wordt duidelijk, wanneer men weet op welke hoogte de Hollandsche wetenschappen ijke ontwikkeling staat. Van een beschaafden Hollander neemt men aan, dat hy ten minste een van de groote cul- tturtalen Engelsch, Duitsch, Fransch goed spreekt en de beide andere gemakkelyk leest en verstaat. Op de middelbare scholen is het aanleeren daarvan verplichtend en de gymnasiast heeft zich naast zyn moedertaal en de drie bovengenoemde, ook nog met La tijn en Grieksche bezag te gouden. (Hoe staan we hier tegenover de overladingsttieorie En het is de moeite waard er zich van te overtuigen, dat deze telenkennis volstrekt geen afbreuk doet aan hun begrip van geschiede nis, wiskunde en natuurwetenschappen. Inderdaad komt dit volk van zeven millioen zielen, welks land juist aan het grenspunt van t FranschDuitschEngelsch taalge- bied ligt, rykelyk in de gelegenheid vreemde talen te spreken en evenzeer in de wereld der wetenschap spelen buiten!andsche hulpbron nen een groote rpl. Ook belangrijke letterkun dige voortbrengselen der naburige volken wor- den in de oorspronkelijke taal gelezen. Dien tengevolge is ook ’t geestelijk leven der na buren voor den Hollander geen gesloten boek. Hij versmaadt niet nuttige instellingen uit an dere landen ten voorbeeld te nemen, zonder ze echter slaafsch met gebreken en al na te volgen. Daarvoor bewaart hem zyn juiste blik, due hem ook de typische dwaasheden der na burige volken doet kennen en vermijden. De aanraking met net buivemanü slypt by hem de al te scherpe kanten af, maar zyn oorspron- kelykheid gaat er niet door verloren. Zooals de natuur waarin hy leeft, felle kleuren en grootsche vormen mist en slechts door haar waardigen eenvoud, de fynheid van toon den 1 wijden blik in de verte en de diepe stemming inbrak maakt, zoo is ook de Hollander de hoogstaande althans eenvoudig en welwil lend in zyn optredei. de breedheid van zyu ---- ernst van zyn wezen gewaar. „geschopt”, Wanneer de badmeester met een leerlinge bezig is en| hy ontdekt een andere, die zich ge reed maakt zich aan de ongevaarlyke branding met mannenmoed toe te vertrouwen, haast de badman zich de eerste kwyt te raken, door haar aan een touw vast te leggen, zeggende: Ik koih dadelyk weer terug. Maar een bad man, die u|in den steek laat, ziet gij niet weer om. Na den chirurg is het de badmeester, aan wiens handen gy spontaan uw leven toever trouwt, zonder hem te kennen. MaAr dit daargelaten. Onder ons gezegd: -i~t -1-', dat aan zee de meeste badmeesters niet‘kunnen zwemmen? Ze kunnen alleen maar baden; doch daarin hebben zy dan ook den titel van „meester” behaald.- Em Ooranrljksr over de Hollendert. Inde Klagenfurter Zeitungkomt de volgende beschouwing voor over de Hollan ders, die wy, dank zij vriendelyke tusschen- komst, gaarne onder de aandacht onzer lezers brengen: Voor den oorlog was Hollander voor ons waariyk iets meer dan een decoratieve figuur op een zeestuk of een landschap met windmo lens. Vooral de vrouwen met haar witkanten mutsjes, wyde rokken en klompen aan de voe ten kwamen zoo allerliefst uit als stoffeering van een met molens overdekte weide of een blinkend gepoetste keuken. Voor de rest was men geneigd met het begrip: Hollanders iets in veiWul te brengen van stijfheid, verveling en als het heel mooi was, met een bedenkelyk soort van goedigheid. Thans is ons zorgeloos volkje wel genoodzaakt wat meer aandacht aan den Hollander te schenken. Niet alleen omdat de vreemdeling uit Nederland in de Oobtenryksche Alpen geen uitzonderingsgeval meer is, maar vooral oin den aanzienlijken stroom van Oostenrykers die jaarlijks ’t gast vrije land binnenkomt om uit te rusten van Oostenryksche politiek, keuken en moraal. Aan ieder lid van ons opkomend geslacht zou ik het toewenschen, eens eenigen tijd in Holland te kunnen vertoeven, terwille van zyn maag natuurlijk, maar nog meer ter wille van zyn geestelijke ontwikkeling. Het niet mogelyk onjuistheden te ver mijden wanneer men ’t onderneemt een volk of meer nog ’t karakter van een volk erg be grensd te beschrijven. Laat de lezer zich dit voor oogen houden, wanneer ik als de meest in ’t oogvallende eigenschappen van den Hol lander noem: breedheid van opvatting, eenigs- zans vormelijke degelijkheid en warme, zoo niet dadelyk te voorschijn tredende menschlie- vendheid. Wel is waar is gewoonlyk by de eerste ontmoeting de indruk anders, maar hun weikelyken aard leert men dan ook by de Hol landers eerst na langeren omgang kennen Stralende beminnelijkheid, roerende poses en philanthropise!! pathos zijn hun vreemd. Ze haten overdrijving, opdringerigheid, aanstel lerij, tegenover het enthousiasme van den bui tenlander stellen zy koele zakelijkheid en te gen diens overstroomende levensblijheid een min of meer spotende bedaardheid. Men komt dikwijls in verzoeking uit hun schijnbare on verschilligheid weinig vleiende conclusies om trent hun ztielelevea te trekken; t^n onrechte, want wanneer de Hollander eenmaal zijn hart geopend heeft, en ook dat heeft plaats nonder luidruchtig bfoedeiischap drinken, bezit men in hem voorgoed een fijnvoelende» kameraad, een deelnemend vriend, want warm is zyn hart en trouw. OVER db conferentie De heele conferentie fcief1 het Zuidzee-vraag schier komiek. Een aa de besprekingen is nc ïbodra iemand eenigi doen van een voorstel trekt hij dien dadelijk gebrand had. Vandaar behandeling van het C kunnen komen, daar n [Waagt, omdat de confi delijk op de radicale tonnen schipbreuk lij< j»en zich in interviews Hg van de Chineesche getwijfeld slechts takt! ten opmerkelijk veel e achtig zijn. Prins Toki thodisch op. Hij luister tn .slaat even nauwlett idigden gade. Hij maal nngen, welke hij later scheurt, waarbij hij vaa snippers in zijn vestjes Bij al het ondoorgrc kringen der conferentit verwachting van een v rijde, niet alleen ten aa In zake de Zuidzee, wi lei bij geruchte verluii ■chen aard. Men vree Japan zal voorstellen 1 het openbaar te behan Hogelijk zou kunnen Japan groot voordeel penners in den Stillen rijn en Amerika's aan vergaderingen veel m Wijn. Doch dit zijn alle (Voorbereidende overwei Ook inzake de bepe ter zee is de gang van kanen lijn niet geneger land’s verlangen om el één schip toe te staan dat het de behoefte he duikbooten wegens zijn keling. Het wil alleen 1 ▼en van den duikbootk: Bjkheid vormt de beh Au«tralië aan kleine si De voornaamste bela ter op het Zuidzeevraa een verrassing kan opl Van een zeer betrour gende inlichting ontva der voorbehoud kan i officieuse besprekingen name punten al zoovei conferentie spoedig uiti vraagstuk van de bes] ter zee, met inbegrip vt hun toestemming hebb Amerika zal dienaan; ontwerp bij den Senaat Het vraagstuk van I* n‘et aangeroerd de Wanneer we de uitlaiting van den woordvoer der der soc.-dem. raadsfractie, dat ook de ka tholieken genegen zyn aan de zjjdje der S. D. A. P. te staan,wanneer het gaat om maat schappelijke vraagstukken op te lossen, be schouwen in het lii&hit van dezen tijd, dan zien we hder een -beeld van ihet aansturen van roode zyde op een samenwerking met de roomsch-katholieken, zooals dat door den s’- - dem. partijleider in <hèt Parlement geschiedt. Dat dit geschiedt waarlijk niét We herinneren tech to»ar 'aan de kortelings van z?veiP-^unsL. uoet y^5Ii?iele?- lü1n duurt nu voor ae neer öanuers ais woordvoerder optrad, al vijftien jaar, vertelde de badmeester. Zy, die heeft zich ditmaal op het voetstuk geplaatst, het Buerau der Vfkbonjieft uitgegeven beetje liefhebberij aan den dag leggen, opnoep tot de r.-k. arbeiders, waarop wy in zwemmen elk zomerseizoen één slag meer, ons blad vari Zaterdag jj. hebben gewezen. Maar verder dan zeven hebben zy het nog nooit Zoo’n oproep^tot de*roomsohe arbeiders is niet bevorderlijk aan der propaganda van het noode element. Wat is er'1 dan tactischer dat zulke stroomingen inplaats-van tegen elkaar te bot sen, naast elkander vloeien tot het moment, •waarop het noodzakelyk blykit dat de bestaan de 'klove weer wordt verwijd? Het is de poli tiek van het opportunisme van beide zyden. Maar deze politiek is een gevaarlijke, en dat voelt men ook in den noomschen kring. Schreef de Maasbode niet dezer dagen dat zy niet schroomde te verklaren dat deze op roep de arbeidersbeweging niet ten goede zal komen, voor zoover deze zach althans met het piaedicaat „katholiek” tooien wil. Er is toch, zoo schreef het r.-k. hoofdorgaan, „van het begin tot het einde geen gedachte in te ont dekken, die u als specifiek .katholiek” tegen- klinkt. Wat erger is, men zou met een enkele wijziging deze opwekking om toe te treden tot de katholieke organisatie pasklaar kunnen maken als propagandamiddel voor de „moder ne” organisatie, zoo weinig verschoilt de toon met dien van de beweging gelijk de circu laire vooraichtig aangeeft ,/met onjuiste middelen strijdt.” En schreef niet de Voor hoede, een ander vooraanstaand r.-k. or gaan: Wij meenen dat een oranjekleurig vlug schrift door het Propagandaibureau van de N ovemlber-actie verspreid, in zulk een, we zou den haast zeggen „socialistiischen” toon ge- siteld is, dat de tegenstelling tusschen de stan den in ons Roomsche volk eer zal aanwakke ren en aanspitsen dan vereffenen.” Wanneer we deze persuitingen van r.-k. zijde

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1921 | | pagina 4