I NIEUWS. EN Al de genezer door Dit blad verschijnt dagelijks behi FEUILLETON. No. 14990 650-jarlj bestaan der stad Gonda. BERGAMBACHT, BERKENWOU KERK a. d. U„ OUDERKERK i S N.V. „DE TUDQEEST". Trekking van 5M nununera tan overaMMn vnn Nou* A G MOM. - w- 4701 20 53 - M 7J 15 s (Wordt vervolgd.) ADVERTENTIëNs 50 74 64 i worden; want de daarin verwerkte stof had minder betrekking op de zeden en eigenaardig heden der landen, die hy bereisd had, dan wel dingen stichter gedenk bet Stc Het is heden 650 jaar geleden, dot Gouda Wedelijke rechten kreeg; van 26 Juli 1272 dateert dius feiteiijk de stichting dCT stad. GOU 71 98 X» ROBERT HERRICK. moet zich amuseeren, André.” „Neen, mama, een Oberwall amuseert zich niet,” zei de graaf, scherper misschien dan zyn bedoeling was geweest. Zy moeder haalde de schouders op. „Je doet tóch altijd alleen wat je zelf wilt vraag er my dan ook niet meer naar.” Dat haar in het geheel geen vraag gesteld was, zei de grgaf niet. Haar opzettelijk kwet sen lag niet in zyn bedoeling. En tenslotte zei niemand in het huis aan de Kupfergraben alles wat hy dacht Men ging elkaar steeds op de ter kwam stap na de kleine tusschen was opge rots bekl de zon d< wierp ree pende bo /tZiet zij dacht gestaan h de boomt er toen h baarlijk t bracht ha telde, dat bron is d nu strootr Het pa< steenen h lange tak] dakrand n had in he bode uit 1 zwak kind had een ti en zij had geten. Br gemaakt 1 omweg ov Terwijl zijn zak pi op zijde ei mer was i laten. Het met de rus gevoel, ali vroeger w aan was m uen n’e^ De onzen bekleeden de een of andere zaten staatsl)etrekking. Of amuseeren zich. De kleine -n moet zich amuseeren, André.” besliste antwoord.' stukken, verheugde hem. „U geeft my een vermogen in handen, graaf Oberwall”, had hy gezegd. Graaf Oberwall glimlachte slechts en maakte een afwijzend gebaar. „Deze kleine vergoeding ben ik u wel schul- i dig voor de belangstelling, die u aan myn an- I dere vyf deelen geschonken hebt, welke u een vermogen kosten.’ „Dat haal ik er wel weer uit. Met dé boeken c gaat hef als met de kinderen de jongsten moeten het vaak voor de eerstgeborenen weer goed maken. Jammer, jammer, dat u het niet wilt beleven.” „Men moet ook vreugde gevoelen over de dingen, die na ons komen, waarde Draeger." Graaf Oberwall verkeerde ofschoon klein zielige ijdelheid hem overigens vreemd was klaarblykelyk in zeer plechtige stemming. Het ergerde hem zelfs, dat zyn zoon in 't geheel niets zei. Zijdelings wierp hy een vluchtigen blik op hem. Hij bemerkte, dat zyn huid flets en geelachtig was, dat diepe schaduwen om zyn oogen lagen. „ie bent lang opgebleven, myn jongen, is het niet? Altyd je nieuwe werk Gerhard knikte. „De stof is moeilijker dan ik had gedacht.” „Waarover gaat het dan wel?” „De grammaticale vormen van het Proven- gaalsch.” „Zoo zoo - tja.” De titel zei den graaf niets. Hy knipte alleen nog zenuwachtiger met de oogen in de zwavel gele lucht en streek met zyn blanke, zeer slan ke hand over zyn kin. Na een poosje zei hy „Myn jongen, ik geloof, dat de pennelikkery je niet goed bekomt." Een flauw lachje gleed langs de smalle lip pen van den jongeman. „Waarom, papa? Pennelikkers zijn wij bei den.” Graaf Oberwall zweeg. Hy voelde er niets voor een meeningsverschih, lang uit te spinnen en in den grond was hy er niet ontevreden over, dat zyn zoon zich uitsluitend met de we tenschap bezig hjeld. Wel had hy er vroeger aan gedacht zijn zoon soldaat te laten worden, wat alle Oberwall’s waren geweest, of diplo maat maar hy had aan den wensch van zyn zoon om vergelijkende taalstudies te maken geen hinderpaal in den weg gelegd. In een onderhoud van een half uur had hy van zijn kant zich met deze toekomst van Ger- hard verzoend met zeer weinig woorden 1 alleen me| een lichtelijk verbaasden blik. De oude gravin aan wie graaf Oberwall het mededeelde, was de eenige, die er, nog altijd vol temperament, tegen inging. „Dat is geen carrière voor een Oberwall. Wat beteekent dat geleerde? Dat begrijp ik teenen voorbij en men spaarde elkaar meestal door te zwijgen. tToch namen vader en zoon alle uiterlyke op dat deel van zyn leven, dat hy in diploma- eerebetoon jegens de oude vrouw ten volle in acht. Er ging geen dag voorbij, waarop zij niet de trappen opgingen naar haar „appartement”, zooals haar woning werd genoemd ieder af zonderlek. Graaf Oberwall bleef meestal een uur bij haar, Gerhard ternauwernood een half. De geparfumeerde, overwarme lucht drukte hem en het glinsterend gefonkel van hare kost bare, in de geheele stad beroemde edelsteenen bracht hem in verwarring. De persoonlijkheid van zyn grootmoeder was hem vreemd en bijna onbegrijpelijk. Het medelijden, dat in haar don kere oogen verscholen lag, toen hy verlegen en stijfhoofdig de eerste buiging voor haar maakte, was in den loop der jaren in spottende koelheid overgegaan. En deze glimlach had elke zucht om open hartig mee te deelen wat er in hem omging, gedood. Zonder spot, ajleen met gevoellooze streng heid hadden de blikken van zyn vader op hem gerust. Door zyn moeder was hy vurig gekust en heftig geslagen en met behuild gezicht en gezwollen wangen had hy dan op haar schoot gezeten en met een grooten lepel kwee peren- en aardbeziënmarmelade uit dikbuikige glazen gesnoept. plan van seum. Op Dinsdag na Sint-M ar griet van het jaar 1272 schonk Graaf Floris V aan zijn voogd, den Ridder Nicolaas van Cats, naar luid uit erkenning voor diens verdiensten ten jare 1271, door rust te brengen in de Stad Utrecht, waar onder de burgers een groot oproer was, een handvest, waarin aan Ter Goude stedelijke privilegiën werden toege- fcend. Dit historische stuk, voorkomende in trWalvis^ Beschrijving der stad Gouda”, luidt aldus: „Wij Floris Graive van Hollant ende van „Zeelant maecken condt alle den gene die ,>dese hantveste sullen zien of hooien lesen, „dat wy met onsen vry en wille, ende by „Rade onser mannen gegeven hebben een tendienst had doorgebracht, toen hy mede mocht zitten aan den weefstoel der geschiede nis. Indiscreties waren hierby onvermijdelijk, ongetwijfeld zouden zy sensatie gewekt hebben. Hjj schuwde echter elke sensatie, zooals hy alle schrille geluiden en kleuren schuwde. Maar de eerbiedige betuigingen van ingeno menheid door den uitgever die zyn vreugde nauwelijks had trachten te verbergen by het vluchtig doorzien der volgorde van de hoofd- schiet „hond* „flaegs Hoet de arcl sten h groot is toch privilej bissohc van Jc jaar 13 1307 o regeer! van Be fin latt ringen stadsbe rechter Februa Raad Uit der sta „Edelefi man Heere NJcolaes van Catse, gedenk ren tijd; sommige geschiedschrijvers be weren zelfs dat eertijd1» de Kimbren en Kei- "van c ten hier hunne woonsteden hebben geves- "ben tig<k maar die gegevens om dit na te speuren «&egev ontbreken. Wel is na te gaan dat Ter Gouw v*“ of Ter Goude, zooals het eeuwen terug heette, vóór 1272 een Heerlijkheid was; een 1270 berust in het Stedehjk Mu- „Ridder van sonderMng getrouwen dienst, „dien hy ons gedaen heeft ende noch doen „mach deze vrijheyt Tot ter Goude van „vierde half hondert geerden langft van der ^halver Yssel opwaerts te Brouckwaert, en „vierde half hondert ga’erden breet. Alsoo „dat alle die geene die Mnnen deser vrijheyt „woonaftich zijn, en poorters zijn tollen vry „varen sullen voor alle onse tollen, door alle „ons lant, mat allen hoeren eygen schepen „en mit hoere eygene goeden. Voort soo „hebben wy gegeven alle de eigene binnen „deser vrijheyt Ter Goude woonaftich rijn „en poqgters zijn, waert dat zy eenen man „sloegen binnen hoye vrijheyt, ende zy borg Vijfti, staan c rijke w eenige de juist rijn, 23 «teld oi datum aangezi - schuivir „setten mochten voer tien pont Hollaendts, ben pla J-. U--J. -maal va optouw een sch sche iru vertegei eerewac certen en een fraai ge een stoc behoord Maar na ganiseer den, wat oude inc waardige ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal 2d» per kwartaal ƒ2.90, per week 22 cent, overal w Franco per post per kwartaal 3.16, met Zonda Abonnementen worden dagelijks aangenomen bjj onze agenten en loopers, den boekhandel en Onze bureaux rijn dagelijks geopend van S Redactie Tel. 645. beperken. Wat ik noodig heb ia rust. Want ik heb een taak: de opvoeding van mijn zoon en een werk het neerschryven van myn her inneringen.'1 „Allee zal zoo ingericht worden, als het voor ons beiden het gemakkelykat is”, zei zjj. Daarna bedekte zy haar gelaat en fluisterde: „Hy heet Gerhard zooals je vader De man knikte kort. „Ginds heette hy Gérard, en zoo werd hy gedoopt Maar hier zal hy in het geloof en de opvattingen der Oberwalls opgevoed worden. Later kan hij dan zelf kiezen.'" „Lijkt hy op zjjn moeder?” vroeg zy zacht. „Neen" klonk het zeer „Ook uiterlijk is hy een Oberwallblond, slank met blauwe oogen. Een echte Noord-Duitscher. Maar Duitsch spreken kan hjj niet, dat moet hy hier leeren.” By den volgenden ontvangdag van de gra vin moesten de bezoekers zich de moeite geven een trap hooger te gaan. De roode leunstoel stond nu in het vertrek, dat eens de studeer- kamdfc,was geweest van graaf André en die grensde* aan zyn slaapkamer, welke nu tot slaapkamer voor de oude gravin diende... Het doffe rollen van een rijtuig op de geas- phakteerde binnenplaats rukte de gravin uit haar herinneringen. „Hoor je dat?" vroeg de gravin aan haar ka menier. Zonder een bevel af te wachten, als een automaat, ging de kamenier naar het gesloten raam, keek door een reet van de gordijnen, die zjj dadelijk daarop weer zorgvuldig sloot. De graaf en graaf Gerhard, mevrouw." „Ja nu rijden zy naar het kerkhof. Het zal wel spoedig elf uur zyn. Als ze terugkomen moeten ze in de vestibufe voor den haard gaan staan, voordat zy by my boven komen. Geef my nu het testament uit myn secretaire, en het juweelenkistje.” Op den sterfdag van haar man gaf de gravin altijd een der kostbaarheden aan haar kleinzoon voor hem zelf, of „voor zijn toekomstige vrouw". Voor haar kamenier verhoogde zjj het in den vorm van een lijfrente geplaatste legaat met vijftig mark. „Kom toch niet altyd zoo dicht by mij”, voer zjj ontstemd tegen haar kamenier uit, wier japon bij het heen en weer loopen haar leunstoel raakte. Deze glimlachte niet eens. Ondanks haar vjjf en vjjfti'g jaren had zy nog geen zieke kies, nog geen wit haar. Haar huid lag strak en geel als oud perkament op de sterk uitstekende kaakbeenderen. Zy hield zich geheel afgescheiden van het overige dienstpersoneel, zei ternauwernood het aller noodzakelijkste, ging nooit uit, verliet de twee de verdieping vdn het huis slechts om „voor den graaf” het een of ander te verrichten. In haar dertigjarigen diensttijd had zy geen enkelen dag door ongesteldheid op haar post ontbroken. Alleen in het voorjaar leed zy re gelmatig* een paar dagen aan lichte keelontste king. Dan droeg zy een roode das eenige kee- ren om haar hals geslagen, en daarover een wit zyden doek, waarvan zij de punten met een broche van gevlochten haar bevestigde. Bij het aan- en uitkleeden van de gravin moest zy 1 echter een tweeden zijden doek voor den mond binden om het gevaar voor besmetting te ver mijden. Zeer correct, de spiegelgladde, hooge hoeden op gelijken afstand van de wenkbrauwen, den dewarten glacé handschoen over de linkerhand, de zwart ribsen das in gelijke breedte om den boord van dezelfde hoogte gelegd zoo de graven Oberwall vader en zoon I lichte donkerblauw gelakte auto, die hen in J matig tempo van het kerkhof naar huis bracht. Graaf Andreas knipte voortdurend met de oogen, zooals menschen die veel bij lamplicht werken, gewoonlijk doen. Hy was kort geleden klaar gekomen met het vyfde en op een na laatste deel van zijn „Herinneringen” en had gisteren met een der voornaamste Duitsche uit- gevers de bijzonderheden met betrekking tot de uitgave van het laatste deel geregeld, dat pao tien jaar na zijn dood openbaar gemaakt mocht „of dat hoer goedt tien pont Hollaendtse „waerdich waere, dat mense tot geenen Rechte houden en mach, alsoo lange als „den man den adem binnen heeft. Voort soo „hebben wij hen gegeven dat mense buyten r/hoire vryheyt niet winnen en mach om „«enigerhande borchtochte te doene van „doodslage oft van leemte die geschiet „buyten hoire vrijheyt. Voort soo hebben onse voorsz. Poorters van Der Goude „gegeven alle datselve recht dat die Poor ters van Leyden hebben. Ende daer by soo „wanneer dat die Schepenen van Der Gou- gegeven beladen rijn mlt oirdelen en „mit Vohnisse, dat zy hoir recht zullen halen „«n versoecken aen de schepenen van Ley- 98 K »63 406 87 W W «M ON* 66 r 74 OM Vorige N>t Moodi 405 «.x. 4515 M 6634 IM0 hit» Dinsdag M Mi 19M. 1 rija van f 20.000 8546 5000 14298 2000 15936 1500 6892 1000 3131 8848 400 6467 8058 1W6 200 4964 WO 4075 2036 9878 189M Prezen van f 90.- (eigen geldj 2416 4670 6578 ye*'w*jl rij hem door het doode kreupelhout ▼olgde, bedacht zij, dat zy hem nog niet over plan gesproken had. Het leven aan het «teer rerveelde haar. Vooral dezen zomer, mêt «e geschiedenis m« mevrouw Laioige en die w*enlange droogte en warmte hadden haar tegemat. Bovendien had zjj nog eem.groote te- leurstelhng gehad, doordat het beloofde be doek van Vera Travers, die naar het buitenland gegaan, niet had plaats fcehad. De laatste *ar*u was zij gewoon om een deel van den win ter m de stad, bij haar moeder te logeeren. Maar 4’oor dezen herfst had rij iets anders bedacht, Jtamehjk om met haar moeder den heelen win- “r op reis te gaan. Haar man zou haar dan in bet voorjaar kunnen volgen en met hen terug** reizen, zooals zooveel Amerfkaansche families tegenwoordig deden. Nirta Farrington zou dezen Winter ook in Europa zijn, evenals de Traverses «n eenige andere kennissen. I „Erik, laten wij niet naar huis, gaan om te •ntbijten,” «telde zij voor, toen rij goed en wel F het bosdi weren. „Laten we naar het stee- Jm huisje gaan! Wij hebben alles bij ons enl **t zal zoo gezellig rijn om weer eens in ons •’•de huis te ontbijten, zooals vroeger." Hij antwoordde niet en toen zij de baai be reikten, sloeg zij het steile rotspad in. Het was •og vroeg en de patiënten in de hutten onder de •oomen. waren nog niet wpkker. Een nachttu»- 120 56 2528 226 34 45 54 57 63 90 73 314- 24 43 83 2711 97 46 17 527 50 88 682 60 5057 83 71 80 712 73 8: 31 92 90 83 2809 5463 -- - 806 34 68 7311 78 44 29 74 5275 13 8211661 «2 94 88 928 2948 97 82 80 5394 95 3045 5406 1099 45 1130 3305 1296 3487 1403 3549 34 33 72 50 1627 W 89 3005 94 25 KM8 80 85 3307 - 86 36 «00 91 3QM 1328 30 1848 40 „den; i „penen „len zi „Poorti „rechtf „renet ^Weliswaar bestond! Gouda reeds in vroege- „heyt - Jyk vi 56 9301 3411 9475 82 9519 9511 9634 „11661 971b 11760 1- 71 11814 1' 985011927 5713082 ee r 79 9905 1311 7612 7770 5584 7935 -80OT 6512425 48 41 10022 12505 50 H 15144 26 61 15314 34 13660 62 10354 67 64 1042612880 76 8400 MB00 IttQO 15323 1< 30 35 «3063213015 '•""5 15877 18423 .2 98 49 141503418524 13849 16000 97 76 77 18600 13967 16101 57 14036 30 63 14178 162» «723 14206 33 46 98 24 25 88 40 M)1 97 1434010315 «g '11445 73 35 «907 57 99 63 19075 00 14401 92 10428 96 1316400 64 115H 31 24 78 >8 55 8810030 59 M601 49^ 79 68 75 14510 88 19340 14604 90 50 33W606 52 57 1010407 95 Kil 62 23 111 31 «822 30 H 61 14836 94 57 17 87 631604519523 22 12214 14036 17001 10619 Ö512425 48 mil 64 - -? W225 07 I 90102Z3 MM3 30 15 K 81 08 17451 «812 60X001 17500 u 76 84 56 84HEM Tl S 74 98 3620137 72.13172 tö42H»S| 20316 36 VfiMO X 44 88 82MM22 70 4M8Q62 20303 30 N 13380 MM 20 20465 03 «80S 12420 46 20636 31 8806 S U 4MNQ6 60 "Sg100* S13«BB 20WO I 86 9313604 620848 336 M60 82HO26 21 1000 MaM 40161 91271106013710 6687 31 11114 12 99 50 67 6796 61 82 6996 9211 11274 89 97 30 84 2630 4813 7018 57 11309 00 26 47 77 10 07 65 7114 88 14 4901 41 7202 25 32 99 "311 13 17 7444 72 91 7511 SB07 44 41 52 64- *45 8M6N021 67 8801 w «96 MM 22 05 X 33 4MS 45 MB MD0 05 M

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1922 | | pagina 4