StIÊUWS. EN Al
tERGAMBACHT, BERKENWOUl
CERK a. <L UM OUDERKERK 8
Woonhuizen
i
19503
62
- 19659
8 57 65
75 17909 19732
1WJÜ
95
19969
20018
16 "'69 16108 35 20115
Abonneert U
^feuillIeton.*
op
dit blad
18039
Dit blad verschijnt dagelijks beha
4
r
In den Maalstroom
On au
TE ROW MNGEBOOEH:
TWEE
wFJSfsnrhrt prettig hier vandaan te ko-1
men.”*
NV. „DE TIJDGEEST".
I’rekkiug van 700 nummers ten overstaan van
Notaris A G. MuliA
BUITENLAND,
ft--
ADVERTENTIêN:
83
86
22
313
Later aflosbaar.
78
79
124
35
Wie het goede dankbaar geniet, leert ook
Lavater.
A
14
(Wondt vervolgd.)
72
10832
82
20938
41
72
1M19
56
GOD
61
17616
36
83
88
17768
.7853
57
30 40«2
33 4178
53 -1201
1426 7
29 13
55 4369
83 4431
1523 06
50 85
1610 91
27 4529
40 42
78 4641
1701 52
37 54
aangenr
bereid
Wat ec
Thracië
deze ar
Maar
gezag, 1
Britsdhe
is ten 2
optreed
sche sa
Roman van
OLGA WOHLBRüCK.
Oeantoriso^jée vertaling van* Mevrouw
Wesselinkvan Rossum.
78
99 18411
16520
37
43
55
12790
12920
13316
1394C
xsio
30
1940
50
M
"915
ii iiï> "25 s5 iaia I51TO
ï,03l? 2
Vorig- stond 1
ABONNEMENTSPRIJS» per kwartaal UB
Mr kwartaal 2M, P*r 92 rant, overal w.
Franco per poot per kwartaal &1B, mat Zonda
Abonnementen worden dagelijks aangenomen i
onze agenten en loopers, den boekhandel en
Onso bureaus atyi dagelijks geopend van ft
„Bedrad* TeL Mi.
92
2>j8
3W 78
464 2391
93 92
509 2720
719 66
65-
860
X»
1011
1102
80
1300
67
1533
68
1804 3842
50 4002
97 47
treden,
raadpta
antwooi
trekken
schijnt
hij noei
ken de
van ov<
optrede:
van 't i
land z.
Inden
rijk (en
trachten
allen ge
handelii
den dag
aan de
Fransch
conflict*
nemen.
laten rij
te het ïi
ÏQ2O, d
Turksch
floepen,
deze ov<
op de o
p< Unger
ling der
periode,
geen co
regeerin
is be:
vraagstu
antwoor
was in
dat uit
dat héél
Mormon
toogde
gezichtsl
zijn om
troepen
den. Oo
listen n<
maal no$
zeeëngtfe
ontplooi
dit veel
Poincaré
dat een
gescheki
zou het
te*Venet
wel het
tusschen
overeen*
het van
feren tie
taspreke
Oosten.
Turkije
Turksche
ik ui”
Zij ma
Zijn b
noolijk i
Jk hc
niet eens
Zonde:
hu met
naar het
„En tr
hij, toen
van toor
weigeren
Zij dec
prettige
oogen wi
ren hoek
buiten v<
Jioet
Zij vro
het klein
en zich f
„Veert
Zij re)
Neen. Ei
derlijk, o
hebben.
^oov<
kunt?”
Hij ra
zijde aan
rij hem i
en Stak
roonrit,
IJ7J
11515500 .119230
28 19 17412 31
44 25 20 35
59 35 21 19309
64 38 30 32
10724 13231 15617 34 53
57 67 17556
»1 15725
21 55
47 59
51 63
83 82
97
15804 iTi
15901 17f
^JCeun maar wij geen Ner tegen- I
ftver in het café. Daar drinkt u een cognacje”.
Zij had nog een bezwaar„Je wordt aan het
ftten verwacht".
„Waartoe heeft iemand dan vrienden? De
|*n eenvoudig ergens ten eten. Basta. Afgeloo-
Alsof hij het gewend was, bestelde hij voor
paar een glas cognac, voor zich zelf een glas
pnelange.
L een geld zal dat weer kosten”, dacht
ftwl angstig, en betreurde het al, dat zij bet
JokA] binnengegaan was. Hans schoof haar
het glas toe, „Drink, tante Susel, drink I Oogen
fticlir, mond open, zooals vader altijd zegt, als
wet akeligs ta slikken vak".
Hij had er addk in, dat d**4 H «d
"“■«k taMK M M irart taHfc |kl
„Hoe
mann?”
Hij lachte goedig.
Wachmann is myn Maecenas. Stelt u voor,
mijn dames en heeren een man, die mij ja
renlang crediet geeft zonder dat ik er iets
van weet. Ongelooflijk niet waar! Tja na
tuurlijk moet zoo iets beloond1 worden. Elke
liefde wordt beloond moest haar loon vinden.
Vandaag beloon ik haar.”
Hij legde zyn arm om den schouder zyner
vrouw. Over zijn nu weer vaal geworden ge
laat gleed een verwrongen lach. Zyn hand be
tastte den snoer parelen zijner vrouw, zyn
vingers drukten op het slot. De ketting gleed
zacht over den blanken boezem.
„Wat doe je?” riep mevrouw Stam uit
maar nog voordat zy de parelen kom^rypen
zwaaide Hörselkamp den collier hoogrn
lucht.
2249 4357
4417
4689
4777 7332
86 9057
7560 8235
2873 4881 7607 -
2966 50/3 28
92 5369 7748
3147 5468 87
3246 5270 7824 45
3&3 99 7> 9626
-- 8014
27
- 53
74 6721 8102
22 8386 10029 12920
6813 b434 iz:":r::
71 8716 10202 13940
per bescherming
Kftou hierbij een
Be Egeïsehe zee. Aon den anderen kant wordt
m 't memorandum de nadruk gelegd op het feit,
pat de voor de Dardanellen voorgestelde con-
jtóle een krachtige verdediging van Conston-
pnopel tégen een ^entireelen mnritiemen aan-
kal van Griekenlana of wel een andere mogend-
’bttd ónmogelijk zou maken. In een zoodanig ge
rei zou het Dardanellen-schiereiland ophouden
|ot Turkije te behoorep. In verband hiermee ad-
pseert het document der Britten te Constanti-
♦»pel het onder 't beheer van den Volkenbond,
Waarvan Turkije lid zou moeten zijn, te stellen.
Men ziet hieruit, dat de Turksche opvatting
Ider vrijwel genaderd wondt. Het Turksche
Btandpunt is nog dezer dagen in een berichKuit
jjhdana precieser uiteengezet en daarin werd
(betoogd, dat er geen kwestie der zeeöngten be
staat, omdat.de regeering van de groote Natio-
Vergadering van Turkije reeds twee jaar
Beleden het z.g. nationale pact opstelde, waarin
[wet principe van de vrijheid der zeestraten werd
3 2385 5285 7786 10556 13094 15331
79 2417 5340 7809 10620 13115 1550o
86 52 54 f29 22 28 19
98 95 65 V 46 23 44 25
5409 47 28 59 35
aan de Prins Hendrikstraat
Nos. 8 en 14. No. 14 is
direct, No. 8 eind October
te aanvaarden.
Te bevragen bij Notaris
PITLO te Gouda. 3328 15
OVERZICHT.
I Nog steeds wordt zoowel door de Franschen
jis door de Engekschen betoogd, dat de hou-
JMng, die rij aannemen ten aanzien van de
Crisis in het nabije Oosten, erop is gericht dfen
frede te bewaren. Tusschen de methodes, die
proot-Brittanriië en Frankrijk toepassen, bestaat
achter een hemelsbreed verschil: terwijl de Brit- regeerir
j|en van oordeel zijn, dat juist door hun mill-
|air machtsvertoon in de gebieden van den Le-
|"ant, de Turken ervan zullen worden weerhou
ten agressief op te treden, zijn de Franschen
Iran gevoelen, dat juist het concentreeren van
strijdkrachten een provoceerend karakter
paagt Van Engelsdhe rijde wordt ten over-
Moed» nog medegedeeld, dat Lloyd George vol
komen bereid is vandaag de vertegenwoordigers
Ber vakvereenigingen ta onjvangen. Dezen n.l.
(waren beducht, dat Engeland zou aansturen op
Mn oorlog en daarom achtten zij het noodig
Be gevaren dezer politiek den Britschen pre
mier onder het oog te brengen. Wel is over dit
jmderhoud nog niets bekend, maar Uoyd
|6eorge heeft al vast ontkend, dat hij ook maar
in 't minst zou denken aan een nieuwen oorlog,
ïndien de bezoekers dit mochten meenen al
dus een Engelsche lezing van Lloyd George’s
gedachtengang zou hun bezoek gelijk staan
met het foroeeren vpn een wijd openstaande
leur: de regeering wenschte geen oorlog,, juist
Aet tegenovergestelde; alle maatregelen, die zij
pam, zouden juist het vooropgezette doel heb-
|>en een oorlog te vermijden.
I Dit neemt echter niet weg, dat er tal van in-
loedrijke Engelschen zijn, die de Britsche poK-
iek van het oogenblik nog al bedenkelijk vin-
hn; Britten van aanzien te Constantinopel moe-
en aan den Engelschen premier een uitvoerig
nemorandum hebben doen toekomen, waarin zij
irop aandringen, dat wijziging wordt gebracht
n ËngeJand’s buitenlandsche politiek. Zich stel-
end op ethnografisch en geografisch standpunt
n zich beroepend op toezeggingen, die Lloyd
ieorge vroeger heeft gedaan, komen zij op
oor Turkijes recht op Oost-Thradë, Adriano-
fc>el inbegrepen. Wat West-Thracië aangaat,
Wordt in 'r memorandum aar^eraden van West-
'Uhracië een autonome provincie te vormen on-
van den Volkenbond. Bulgarije
uitgang moeten erlangen naar
98 95
132 96
212 2519
52 2632
412
562 2755
715 83
47 281/7
60 2912
62 51
63 80
88 3092
818 3136
904 43
32 3243
52 3384
1020 9ó
88 3497
1112
25
75
1216
4641 88 48 65
'n‘ 52 7104 60 90
- .'4 10 9700-
73 68 47 83
J10 4723 721p 89
72 S3 9831
93 69 8?
99 7360 85
4007 b_* «960
12 7416 1WÜ12w
2015 77 7523 \98 76 73 88
2132 5075 62 10f37 12748 78 97
36 5141 7617 70 98 9017092
5 5228 25 99 12825 15176 96
210 b3 31 10325 32 85 17110
M_. 60 36 77 78 «9 44
62 77361C496 87 15310 51
99
19401
8934 19 14148 20 99 2b
3711205 59 40 18108 20232
51 35 63 89 81 77
9000 46 89 16222 18238
75 88 14242 70 48 20330
9190 94 45 73 72 20499
9202 11318 51 77 95 2050;
- 93U3 11562 14308 16328 18348 M
36 14 11608 56 55 87 76
91 62 63 80 78 96 20619
6824 «7 11942 14414 99 18417 72
33 9436 98 91 16520 54 20722
58 55 12018 14501 37 81 75
6909 80 27 87 43 97 20826
34 9559 50 14601 48 98 38
7031 9608 12136 71 16615 18525 47
86 16717 18610 81
- - 14725. 56 30
1222614819’ 73 70;
64 21 16803 84
12406 73 44 18756
-- 42 14957 96 84
80 5iUft 73 16923 87
b5 6875006 36 98
■"712586 58 4018910
112653 53 57
62
19050
69
85
93
-19121
15310 51 32
15 00 6:.’
m: 19615 1
Hy zweeg en voegde er toen zacht aap: „U
ziet er niet beter uit dan den vorigén keer."
Haar lippen trilden. Zonder hem aan te zien,
zei zij:
„Gerhard Oberwall is ziek, enmijn stief
moeder hééft oneenigheid gekregen met de
oude gravin."
Zijn gelaat werd weer ernstig en hard.
„Gerhard is ziek; dat spijt mij. Maar is u
zooveel gelegen aan den omgang met het
huis Oberwaft t"
Zij boog het hoofd, zoodat hij de hooge kleur
op baar hals zag.
,^?eet veel”, fluisterde zij.
Hij streek met de hand over zyn kort geknipt
haar en schudde het hoofd.
„Dat is jammer, juffrouw Lou.”
Zij keek hem met grroote, smeekende oogen
aan. Zulke woorden moest hij niet tegen haar
zeggen ;hij moest niet twijfelen en afkeurend
(het hoofd schudden over datgene, waaraan zij
met al de kracht van haar verlangen en ho
pen hing.
Hij glimlachte weer.
„Neen, juffrouw Lou, ik wil u geen pyn doen.
Ieder moet zijn leven leven zooals het lot be
paalt. Een klein beetje fatalist is ook hy, die
het- krachtigst handelt, toodra hij over het le
ven nadenkt. Het is myn lot een goed vriend
van u te zijn. En dat van u is het dat te
verdragen.”
Zij stak hem beide handen toe.
„Daarvoor ben ik het noödlot dankbaar.”
Vorstin Sukewitsch verscheen op den drem
pel. Een zeer verbaasde blik trof Lou.
„De heer Taysen is er ook? Een zeldzaam
voorrecht.”
Sedert Taysen zich niet meer bij hemin uni
form vertoonde, zag zij geen enkele reden meer
om hem te ontvangen. Want zij verkende in de
meening, dat haar huis alleen „nutnge con
necties” moest cultiveeren.
1^x>r het geval de goede party met Gerhard
Oberwall niet ’fc’erd gedaan, moesten andere
menschen aangetrokken worden. In geen geval
mocht de kleine aanleiding geven tot een ver
keerde opvatting. Zy riep Lou naar zich toe
met een opzettelijkheid, die by Taysen een iro
nisch lachje wekte.
„Blijf nog”, fluisterde Lou hem snel toe.
En hy bleef, omdat er in den toon van haar
stem meer lag dan eea maatschappelijke be
leefdheid.
De gasten, die verzadigd waren en begeerig
naar genot, stroomden terug naar de salons.
Vurig, feestelijk leven ruischte door de prach
tige vertrekken. Lou had veel te doen. De
vorstin deelde bevelen uit als de opperbevelheb
ber van een leger, De onrust over de afwezig
heid van Hörselkamp was overgegaan in kop
pig, innerlijk verweer.
Op de vragen van de gasten gaf zij steeds
ten antwoord: „hij fh naar een officieel diner.”
Zij blufte, sprak van den minister van eere-
dienst met de Intieme beweging eener goede
bekende, liet doorschemeren dat zeer hooge op
drachten waarschijnlijk waren en verstrikte een
vroegeren handelaar in paarden, die millionnair
was geworden ,in haar betooverertde lieftallig
heid en de suggestieve bekoring van haar vor-
steiijken naam.
De handelsraad brandde reeds van verlangen
zijn buste met al z(jn ridderorden in kostbaar,
door Hörselkamp gebeiteld marmer te bezitten.
Hij bezat nog den roerenden eerbied voor de
machtigen in den staat en meende hen nAder ,te
- komen ,tds het dezelfde handen zouden zijn, die
hun trekken en de zijnen aan de bewonderende
blikken der menigte prijsgaven. Stralend in het
bewustzijn harer zegevierende schoonheid stond
vorstin Sukewitsch onder den kroonluchter van
het salon. Het witte licht stitomde over haar
gevulde schouders, glinsterde in de pailletten
van haar japon, gleed liefkoozend langs de
heerlijke parelen om haar hals Zy zag er waar-
lijk vorstelijk uit, als zjj met eene trotache
nijging van haar hoofd de hulde aanvaardde,
die nu eens haar huis, dan haar schoonheid Of
10556 13094 l!
106201311511
22
23
47 28
55 79’8 90
64 40 -
94 5500 8003
28 46 62 13301
73 63 70 21
47 2807 5614 90
60 2912 22 8131
45 68 54
61 95 58
69 8256
86 80
5750 8359 8!
5816 78 1>1<9
76 8468
5926 89
6069 8552
3523 6121 1Z
49 98 8736
3602 6253 8832
12C-U 71 87 -
13 3799 6321
54 3353 6408
1315 3919 16
3U 40ö2 6595
6625
6720
28
13521
65 33
1095G 13650
13759
13808
24 78 521
60 92 1 85
95 16008 88 1
56 11103 13951 74 18012 2
13 14052 99 22'
"16108 35 2
20 99
4018108
89 81
16222 18238
Donderdag 21 September ln22
Pril» van 1 1500 4210
1000 7126
400 15640
200 13058 17049 17345
100 50 450 6259 6390 100*4
Prijzen van f 90.-- e.gcn geld.)
2139 4203 7053 8733 10448 13992 16255 18266
7113 8827 10674 14367 16340 18438
'81 3111212 14406 68 51
86 «1711422 1816763 71
- 31 11672 1457516992 18577
11703 14696 94 18661
11 14743 17014 1892S
9327 29 72 851942ö
2811894 15106 17221 19509
48 12007 15242 17386 32
9437 28 15603 17441 52
'5 53 75 17558 88
9625 12465 15833 17601 19680
9728 12501 37 14 19905
9842 12615 16051 34 20098
94 55 54 67 20453
9936 12790 16200 76 20563
10029 12920 17 17950 20784
10120 13316 31 4
-- 38.
5003
5369
5468
8Z70 7824
- 99
3428 6418
3676 20
3737 96
den naam van haar echtgenoot gébracht wènTT
Eensklaps werden haar stralende oogen
strak, haar lippen sloten zich als om een lui
den kreet te onderdrukken en op hetzelfde
oogenblik dook de groote, slanke gestalte ach
ter een portière op, zyn stem sneed, luid en
schor, door het stemmengewirwar der gasten:
„Laat u niet storen, dames en heeren
ik ben het maar
Het was niet denkbaar, dat Hörselkamp van
een officieel diner kwam in zyn eenvoudig buis,
d|s en boord waren gekreukeld, zijn haren la
gen verward om slapen en voorhoofd. Zyn ge
zicht had een groene tint, zyn oogen waren
zwaar gezwollen, en de woorden kwamen, al
waren ze duidelijk, toch zwaar van zjjn tippen.
Hy liep eer recht, by'na wijdbeens, als iemand,
die op moet letten waar hy zyn beenen zet.
„Papa klonk het met verstikte stem uit
een hoek van de zaal.
Hörselkamp glimlachte, spottend keek hij op,
met een akeligen glans in ^ie oogen.
„Het verheugt my, myne heeren en dames,
dat ik u nog allen aantref. Goeden avond, ik
heb de eer.”
Hij deelde rechts en links hartelijke hand
drukken uit, boog overdreven diep over eén
1. paar dameshanden. Daarna fb&erde hy den
handelsraad en stelde zich zelf Voftk
„Hörselkamp”.
Hij maakte een af werende bewejging, toen de
verblufte handelaar in paarden odk zyn naam
wilde noemen.
„Niets noodig, myn waarde; hier is iedereen
welkom. Iedereen. Wy ^ven niets om namen.
Wy zyn niet trotsch/ Zie maar naar myn
vrouw een vorstin Sukewitsch heeft toch
een eenvoudigen Hörselkamp getrouwd.”
Zijn oogen kj-egen iets kouds, iets glazigs.
„Waar ben je zoo lang geweest?”
Mevrouw Sina beproefde een vriendelyken
klank in haar stem te brengen, het lachje, waar
mede zy placht te zeggen:
„Kunstenaarsgrillen,” en zy nam met een
enkele beweging allen tot getuige van hAar
vroolykheid. Want het was toch alles maar een
grap, het kon slechts een grap zijn.
En lachend klonk h'et antwoord^
„Ik was in de kroeg. Ja myn waarde heeren
en dames, in zoo’n echte artistenkroeger
gens aan het water. Daar zit men bij elkaarten
drinkt. Inplaats van thee drinkt men bier ok
wijn. Maar verder is het ’t zelfde als in de
uitgaande wereld.”
Een beleefd lachen, een onderdrukt gegiegel
volgde.
Het bloed steeg Hörselkamp naar de slapen,
een lichte roes omnevelde het laatste restje
van zyn helder verstand.
„Je bent dronken,” fluisterde mevrouw Sina
hem achter haar waaier toe.
Zeer luid riep Hörselkamp:
„Myn lieve vrouw is van oordeel, dat ik van
het goede te veel heb genoten vindt u dat
wih'kelijk? Myn vrouw is zeer gevoelig. Dat
mogen van kunstenaars niet zyn. Weet je
met wien ik er op uit geweest ben? Met
Wachmann.”
Zy verbleekte.
zoo met Wpchman, met welken Wach-