„De Groofa Zwaan"
,,DE LELIE
HEDEN AVOND OPENIHG!!!
jioudsche Courant
Jncrrtf 16, Qouda.
IÉ
Vraagt baar tarief eg inliehtingee "I
A. L. J. v. d. VEER
A. L. J. VAN DER VEER
WNT* ADVERTEEREN DO
VM SER SEEK's OCHTENDVOER
Lantaarns
t PHOrOKJUIRTEN
EXPOSITIE DER MJSac°m?*n noijveaute's
Costumes, Blouses en Avondtoiletten naar maat
GEZ. VAN DANTZIG, Hoogstraat 9-11, Gouda. TeL 385.
Ie bergambacht
moderne Japon
Nlenwe Japon
ËSKSEJM
9.50
«-* 34.75
Voor do behandeling van Uw
waaehgotd vrage men prijs-
opgave aan de
*Tm> fff CHEMISCHE fftSSCHERU
De Stoomwasscherij
geheel modern ingericht
•n behandelt Uwe wasch
met de uiterste accuratesse
van het VOLKSKLEEDING MAGAZIJN van
Wij hebben ten doel: om het publiek
zoo goed: en goedkoop mogelijk van
kleeding te voorzienwij dragen zorg
voor prima kwaliteiten: en onze prij
zen zijn beneden elke oonourr'entle.
l TiENDEWEG 1-3 T TEL. 657
ROTTERDAM,
Hoogstraat, hoek Viaduct
GEBRUIKT voor Uwe kippen
Zuiverheid gegarandeerd.
Vraagt bet bij Uwen Winkelier
Rijwislmnziin I. HULLEMtM
Unit Tiidini S EourisTil.~35l
Mil I. 1.1. Wi O.-Hmi.
BRANDSTOFFEN.
Steenkolen - Eierkolen
Prima Beig. Anthraciet
Geklopte Cokes
Briketten /it\ en Union
JOH. DESSING Co.
8846210 VANAF MAANDAG 25 SEPTEMRpd
Rum*. CONFECTIE-AFOEELING brengen WIJ .toed, lui nl.uwM.ln COSTUMES. MAUTELS.i!maNT^LCOSTUMES
E.nig.1 .d„. hè. —B-Ukan »)d ep Atelier. "133*
ma en van Mantels en Mantalooslumn. naar maal onder leiding van DAMESCOUPEUR
TW1IEDE BLAD.
Mttbeflich WtrkiB.
^5P?!5PÏH|HPH
h!LPCTi
lilluhi Brlif.
BrliYii Ut is lifstai.
■oiaaraatju
wenneer tf M dit sfeoe* Vwé
*oop*n, bekijk dan eens de «magea dei
schillende miguljaen. Ala daaibfl naowkeuto
let op kwaliteit, afwerking en prlj», rijn wll«
zeker van. dat U zult besluiten Uwa InfcooL*
bij ons te doeiybiwUtjllt,bJ(jke4aal taiJw^!3
belang uillib
•Mm'wollen gabardine, ra
koordjes en nikkelen knoo:
prime keper fluweel, tnug,
Bancnetten en extra breeds
«ceintuur ra. goud -fffWSS
1 elecüta 19.75
VERAND
Aan Schriftelijke
kan niet porta
JsModerne Paletot
Negante Paletot
goede kwaliteit stol
«et aardige ledetgarneeilag
I* I*" «te pêche, het geheel
m. koordjes 'Ijk gegarneerd
üiaftiiWelllajitèl
■ledut29.75
ma kwslltel^yelonn
ne, prachtige groote
(blberetlej. modern
3» Mooie Paletot
EngetsdM lantaslesloT In
moderne tA -
Nechte 14.75
^Chique Paletot
prima gianslaken, met wol-
pludieen koordjes smaakvol
opgtm. tlethü 24.50
ÏSL-?i°_M8i> «oGOUDA
DE OOUDSCHC FRUITHANbEL
Laag* 'lleml.weg *7 TaltLai* U«u(ta
heelt la roarraadi
Blauw* druiven
Forzikeu
■eloentni
tomaten
jaaaneu
sruitnen
«318 24
Ta lel peren
Tafelappelen
Oiti oenen
Amines m blik
Diverse soorten noten ens.
505
Ml ui n. u ui 35'/. eiwit en rel.
8380 40
ELECTRISCHE-
SOLAR.
LUCAS'.
CARBID-
RIEM ANN-
KAARS- 8880 2
1,1 flïoote verscheidenheid voorrad;n 20
MOTORRLrEDJiSfO JASBESCHERMERS. S^AI'LAPPHV
0ri°^epSolar OouriaMjS^
vanaf f I,
Fotografisch Atelier
WIJ h.bhen nu lllnke roorrnrtpn
Doet tij «Mg Uw bestellingen. 40 8885
WU Icvoren lot billijke prijzen.
Kantooor: Oosthaven 24
BESTRIKLNTOOü: Ksrnmnelksloct 134
Ms*» MAfWAIfN lfb. 16049.
MATMtDAG. M SEPTHNBWEl 19*.
bondeiy
«rbefcl I» toeft ten slotte gerief* op
b^réHsen v«i\ een bepaald resultaat, niet»
Dat wil nog niet «eggen, dat de «r-
M telt ons geen genoegen kan verschaf-
ons niet tot op zekere hoogte voWoet.
sioh tofpoawven geeft hel bewustzijn
an kracht, van kunnen, opent voor ome
o?en mogelijkheden, die door hoar ver-
Met ons bekoren kio>nei<. Maar ook het
phiksgevoel, waarvan we ons zoodoende
vusrt worden, ontstaat toch alleen door
:t bewustzijn, dat we met die kracht, die
ifipannh^r iets doen, iets bereiken kunnen,
e mogettjkheden, die we zien, zijn mfoge-
fkheden van bereiken. En het kon dan ook
in aibeki zijn, die hét verschiet op een
openbaart, waarin we piefeier heb-
Zoo het kunnen ons een gevoel van
ening geeft; ie toch hieraan de gedach»
het te kunnen bereiken, onafscheidelijk
in dus zeggen^ det verrewaj
iJ t om hqt resultaat vcJ
alle drbeidi ten siQtte
geeft, zoolang de hvogetijè
iken van een rèsultaat j
ildua de gedacl
MJk fs van
hef resfil'
M^ar w<
arbeid
t|esultaat 'óf met hex
Pan is het ook rationeel,|wanri(jer
jlen met dien arbeid
bereiken het resultaat
fetlaT poK-jdat we trachton met den
tyogeüjken arbeid het gwlotwt mpgelijk
SLltaat te verzekeren, da* wil dus zeg^
4 dat we geen arbeid verloten laten gaan.
|De meïischhedd heeft dat intuïtief, ail
Jbesrepen. En onze moderne darivenievi
feitelijk geheel op dat inzicht gebasi
Do \er doorgevoerde a^beidsverdeeling, die
wij kennen en de steeds verder voortgaan
de specialisatie van den arbeid zijn er de
volgen van. Maar ook het individueele me
thodische werken, dat ons ^aloeKjk leven
steeds meer begint te kenmerken, steunt
Op dit beginsel. We doen het niet intuïtief
fneer, maar zijn ons van dit beginsel en van
&e natuurlijke levenswet, die eraan ten
grondslag hgt, bewust geworden. En de
jAmerikanen, praktische menschen als
lijn, hehben het beginsel zoo systematisch
jnogelyk tot toepassing trachten te brengen,
Waarvan het bekende Taylor-systeem het
gevolg werd. De doorvoering heeft als
Iedere consequentie haar nadeelen en geva-
fen. Zij maakt ben slotte den mensch tot
W machine. Maar dit neemt niet weg, dat
öe gedachte, die eraan ten grondslag ligt,
juist blijft en dat het verstandig is niet al-
;leen in strikt zakelijk en zin, in eigen leven
deze gedachte in toepassing te brengen.
flJPant feitelijk doen we dat in eigen leven
»n eigeh individueel werk nog veel te wei»
nig. Het geindustraliseerde groot- en ook
veelal het kifeinnbedrijf heeft de anbeids-
yerdeeling ver doorgevoerd en ten deele
bok een methode van werken ingevoerd,
die het te loor gaan van arbeid en insparv*
jung tot de kleinst mogelijke afmetingen
^terugbrengt. Maar wij zelf, als individueele
werker», denken nog veel te weinig om de
noodzakelijkheid ervan, 't zij we in ons da-
geüjksch bedrijf of daarbuiten arbeiden.
We hebben nog naar zelden geleerd metho
disch te weiken en geen inspanning te ver
spillen. En dit bemoeilijkt ons leven onnoo-
dig, omdat het van ons öf meer inspanning
Vergt voor het bereiken van een resultaat
■dan, strikt genomen, noodig is, öf belet
bet gewenschte resultaat te bereiken. Het
Verspillen van arbeid is het gevolg van twee
vrooto oomAerv ckwïoafcnartg gebruMc van
dan tijd en ondoehnnrig gefttvfk van onze
touch*, ander* getegd, verkeerde tildrindee-
Itog, waardóór MVena onnoodig tijd onge-
fcruHt* tijdens onze «ftekfevMrlcbtkwen voor-1
ftij gaat en onnoodlge krachtsinspanning, ln-|
apanntog, die voor het beoogde effect onnoo-
<Hg of althans tn dl» mate niet noodig wasl
Van fongsaf aan moeten we feitelijk het cmel-l
I matig aanwenden van or»a kracht lugin.l
Wie een kfnd gedeatoat, kan gemakkelijk op-
Het
alleen
wiljji|
merken, hoeveel
mensch
iet» doen wiL
allemaal nog.
verpleegster «en
wegdragen, wat
niet goed ol
kan, bewijet dft
bestaat voor «en
doelmatig mat
Maar ook de
tijd door onni
kracht.
In Amerika
in methode te-
Kjk de goede e)
het werit vdor ti
lichtjes can 4e hl
de verschillende
maakt dan van
bewegingen d<
Ben Amerikaan*
onlangs in orva
daarbij een foto
151 lettergrepen]
kan tikken en di'
New-V ode een
Men ziet op d.
massp, de hin<
voor jde opni
©chtqr g<
haar
laat9tenil
geheel
gingen.
i bewegingen een
maakt, wanneer: hij
"t later doen we 'het
dat b.v. een «wïjkke
i uit bed kan tiMen en
sterke man aorps
sterke inspanning
l geheim van een vpk
t deel to de kun»t om
hap om te *aan-
i verspilt nog al-
bewegingen abbeids-
i trachten ook hl*r-
i door wetenschappe-
XÜge beweging bij
n. Door electrische
v den werker worden
en nagegaan/Men
foto's, waairop de
vtlijnen zijn afgebeeld,
i^ieur, die da#over
hiel1^, Het
i die
nuut
ÖP een wedstrijd te
j\ 5000 dollars won.
n^jpt» dan pfn vfipige
gen zichi te snél
I der typisti
had ie dps
iheestb d«
r vo*rti
oeien^e be«
is ftjaariftrt
watfingew,
zaak dezéi
werken,
arbeid
meKjke
ken ven het
ven aan te wenden. Wat
:eHjk
HchamüHj]
De groote oor-
onsystematisch
dageKjksche
(pctuedié en licha-
ie voor het berei-
zouden behoe-
bet verrichten
van een ènkelvoudige mechanische Iwrnde-
ling1 als het typen gemakkelijk door een foto
te demonstreeren is, geschiedt ook in meer
samengestelde handelingen en in onze ge
dachte-werkzaamheid. Het is daar niet al
leen moeilijker aan te toonen, maar ook
moeilijker te controleeren en vaak moeilijker
in bepaalde feiten vast te leggen. Maar we
zijn ons allemaal bewust, dat het gebeurt en
bij voortduring gebeurt Het feit alleen, dat
de meest» mensdien zoo weinig planmatig
werken, geeft die verspilling van arbeids
kracht al aan. En het eenige algemeene mid
del om haar te voorkomen is, om bij onzen
arbeid en bij iedere erbeadsverrichting af
zonderlijk het doel goed to het oog te hou
den, dat we met dien arbeid en met iedere
verrichting op zich zelf bereiken willen. We
moeten vaststellen, wat we willen, dan langs
welken weg we het willen en met welke mid
delen om ten slotte het juiste gebruik van
weg en middelen te zoeken voor we het werk
beginnen en bij het verrichten van het werk
ons niet laten afleiden, maar het verder lig
gende en ook het naderbij zijnde dfeel van
iedere handeling straks to onze gedachte
houden. We zullen er zelf bij winnen. Het le
ven is te zwaair, dan dat we arbeid of tijd
zouden mogen te loor doen gaan. Bn ieder
van ons, maar ook het geheel der mensche-
lijke samenleving zal profijt trekken van het
doelmatig aanwenden van tijd en arbeid, die
alleen door methodisch werken mogelijk is.
Mr. K.
NsuablomVnirwv
DMfnsn ondsc u, dl® i®*r vaak het slacht
offer «Ifn van een neusbloeding, zonder dat
hiervoor eenlg® reden bestaat, dia onmiddellijk
aantoonbaar is, zou ik een goeden raad willan
geven en wel deze: Stelt u zich bnder behan
del (hg van uwen huiaarta en laat deze oordee-
len of het euvel, waarmede ge te kampen hebt,
van ematigen aard ia of slechts een onbetee
kenend verschijnsel ie. Hiermede wil ik geens
zins zeggen, dat ge bij de eerste de beste
neusbloeding naar uwen huisarts moet hollen.
Keert evenwel dit verschijn»»! telkens en tel
ken® binnen betrekkelijk korten tüd terug, dan
is medisch onderzoek de eenige weg, waarlangs
ge voortaan veilig kun* gaan. Immcra aan hen-
haalde neusbloediiurenjjknn een ernstig lijden
ton grondslag liggen. Zoo kan het voorkomen,
dat onze nieren niet in|den haak zijn, ons hsrt
niet naar behooren wérkt, hetgeen gewoonlijk
hand in hand gaat. Ook hebben we een enkelen
keer de oorzaak van het lijden te zoeken in de
aamenstelling van het bloed. Bij tal van bloed
ziekten, waarover wij het later wel eens zullen
hebben met elkander, en jWaarbij de verhou
ding lusschen de roode en wit|te bloedlichaamp
jes een geheel andere is dan normaal, ja waar
bij vaak geheel andere elementen dan normaal
vertegenwoordigd zijn, vaak als do-
mineerend Verschijnsel de neusbloeding aan.
Is nu eenersijds de i neusbloeding een ver
schijnsel, een symptoojn, *«n meer o| minder
ernstig lijden, |oo karf aan den ondejen kant
de neusbloeding tu«t meer dan lastige
kwaal sijn, Waarmede men echter honderd jaar
zou kunnen woéden, als niet andere buitenstaan
de impedimenten eerder den levensdraad af
integendeel, de neusbloeding bewerkt
veel goeds. Immers er zullen er zonder
onder u zijn, die wel een» een dof ge-
In hun -hoofd gehad hebben of gekweld
dooi een' moeilijk ondpr woorden te
i hoofdpijn; een neusbloeding verlicntte
fan in ^Öoge mate en wij waren dat doffe,
[ke gefm^ dat ons denkvermogen in niet
Jfe mite Jn den weg ston4 kir ij',
illgt evenwel geen prnftig lijden aan een
bloeding ten grondslag, toch k^n deze
f heft% karakter ainnesnen, dat ons den
om hft^hart slaat. Pegenen van u, die wel
degelijke sc^ne hebben medegemaakt^
(«recht jggrijpeto, wat het is te
Jijderfesjj bij wie(n| het bloed afe
«e neus stroomt, terwijl de pofe
slapper Vordt, het gelaat van
jdt(e| al bleeVcr erf bleetyfr en deze
fjehj&l en al büiten westen* geraakt,
efijke tqofteélën wel eena heeft bij-
eet het. dit allee biggen wil.
i-hooren fdérjjelijke heftige' neusbloe-
de uitzonderingen, maar ze komen
ikele magli.foor. Het béhoeft geen
betoog, dat in dergelijke omstandigheden de
eerste de beste medicus op het appèl dient te
verschijnen, die met behulp van de z.g.n. Bel-
locqsche sonde paal en perk kan stellen aan
een neusbloeding, die, zoo heftig zijnde, zonder
twijfel den dood tengevolge zou kunnen heb
ben. Meestal evenwei behoeven wij dit middel
niet toe te passen, doch zijn eenvoudiger metho
den in etaat de bloeding tot staan te brengen.
Wij beginnen daartoe allereerst dep patiënt
zooveel mogelijk horizontaal te liggen, terwijl
wij hem absoluut verbieden te snuiven of te
slwrffelen, hetgeen gaarne gedaan wordt, wan
neer men eenige vocht afscheiding in één of
beide neusgaten bespeurt. Komt het bloed vit
één neusgat, dan lukt het doorgaans door dit
dicht te houdeit, een bloedstolsel te voorschijn
te roepen, waardoor de verdere bheding ver
hinderd wordt Koude natte compressen op de
neus gelegd, waardoor men eveneens een bloed,
stolling in de hand tracht te werken, heeft in het
meerendeel der gevallen meestal eerf gunstig
effect. Ziet men het bloed komen uit een plaats
gelegen voor in 't neusgat en helpen genoemde
middelen niet voldoende, den kan men met
wat watten of verbandgaasjes (liefst jodoform-
gaas) het neusgat dicht stoppen of zooals men
het met een geleerd woord noemt: „tampon-
neeren". Baat dit alles niet en dit is juist
doorgaans het geval, warneer de plaats der
bloeding heel achterin de neusholte gelegen is
dan dient men wel naar het eenige redmid
del te grijpen, det ik u boven noemde, rul. naar
het instrument, dat de naam draagt van den
uitvinder Bellocq, die met zijn sonde den
medicus in staat gesteld heeft menig menschen-
ieven te redden.
DCXXVII.
Vele grootsche plannen zijn een droeve dood
gestorven tengevolge van de malaise. Onder
deze slachtoffers behoort ook het plan tot
toèlenacht, herinnerde een den tijd dat
og moir.ncht ministers' weren. Toen dit getal
stichting van een nieuw gebouw voor de Tweede
Kemer. Danrvoor was r«n h-A«r van see mil-
Hoen gulden noodig det in een peer laar tijd»
«ou worden uitgegeven. Voorloopig echter la er
geen kijk op dat ooit tot de stichting van ean
nieuw en behoorlijk Kamergebouw «al kunnen
worden overgegaan. Het terrein er voor Ie er
echter en al is het tijdelijk door een noodge
bouw bezet, het bezit ervan Is het eenige da»
de kans vergroot dat er nog wel eens een mo
numentaal gebouw zal komen.
Met opzet zeiden we zoo even „oen behoor
lijk" gebouw, WHtu het tegenwoordige voldoet
allerminst aan deze kwalificatie en zelfs na de
uitbreiding die tot stond is gebracht is het alles
bij elkaar nog maar een tamelijk sjofel gebouw.
De inrichting ervan is wel verbeterd. Tot nu
too Was er eigenlijk geen behoorlijke gang om
de vergaderzaal te bereiken en waren er haast
geep spreekkamers. Thans zijn die verkregen
door de oude koffiekamer te verbouwen en de
van dep Raad van Staten vrijgekomen saai te
bestemmen voor rook-kamer. Voor de dames
en de nfet-rookera fs er nu ook een kamertje.
Hoe treurig de inrichting wel wee moge blijken
uit dit kleine detailpunt. Er is een lange smalle
zoal waarin de leden de Handelingen en ver
ders stukken kunnen inzien «In lezen. Om in deze
zaal te komen moest men door de kamer waar
de klerken van de griffie werken. Z«ten in <Ji®
zaai eenige leden en ging het schelletje voor de
stemmingen den was het een gedraaf door die
kamer om nog op tijd binnen te zijn. AaA dit
inconvenient is nu ook een einde gemankt. Ben
ender merkwaardig euvel wa* wel, dat <Je aar
digste en ruimste kamer uit de serie vertrekken,
dienst deed als vestiaire. Dat koh nu eenmaal
niet anders. Nu is er een aardige tamelijk mo
derne kleedkamer gemaakt.
Sjofej^ blijven de kamers Von den president,
van den griffier en den chef der griffie. Er z(jn
nu eigenlijk pas twee behoorlijke vertrekken
n.l. <Je niot-rook-kamer cn ti® ministers-kamer.
Deze laatst», was er el vele Jaren. Hoe raar
men soms met het meubilair omspringt blijkt
in dief kame*. Danr'staap acht mooie leuning»
StOl
ao£~'-r-
Werd uitgebreid heeft rpen niet een paar feu-
tèuMS er uiten bij mnkeii, maar eenvoudig een
peqr ordihéjre stoelen er bij gépjaatst, dl» er
nu een schunnig effect maken.
Bij de pj^zichtiging van het opgelapte ge
bouw vertoefden we ook weer eens een oogon»
blik in de Jrroote vergaderzool. Och, och, wat
is het daarj toch sjofeltjes. Het groene lalym
is op vele blaataen Verschoten, de stoelen aie
er zjjn hootjen bij een uitdrager/thuis, de thee-
warmer, die els hemel boven het hoofd ven den
president hangt, kan een curiosum zijn voor
een verzamelaur. y
Neen, wadrlijk, de hulsvesting van de Tweede
Kamer kan op den naam van behoorlek, nog
geen aanspraak maken. Waar de hoeren fonds
gelden ook aan verspild mogen hebben, een
hun eigen huis en hun eigen comfort geens
zins. Dat moeten we hun dan toch nageven. Br
zjjn deelen van het meubilair, die geen dorps
gemeente in haar raadszaal zou dulden.
Het Rijksmuseum in Amsterdam heeft eenige
schilderijen ter wandversiering afgestaan en dat
is gelukkig want ook met dat deel van het
meubilair wes het niet te best gesteld. Het zijn
wel geen eerste klasse schilderstukken mner
zij doen het hier wel goed. Ook een afgietsel
van het borstbeeld van Jan de Witt kreeg een
pleats (in de koffiekamer) tegenover.... het
borstbeeld van Dr. Schaapman. In de dames
kamer staat een buste van de Koningiiv die al
leen maar leelijk is al is ze von Bart von Hove.
Voor het overige bestaat de wandversiering
uit oude kopergi avure, gezichten op het Bin
nenhof en portretten van stadhouders enz. Het
bekende boek van dr. Riemer schijnt daarvoor
leeggeplunderd te zijn.
Tegelijk met deze verbouwing is centrale ver
warming aangelegd. Tot nu toe bestond die al
leen voor de groote vergader, rl. Daarnaast
zijn nog een goede veertig kachels in het ge
bouw unnwezig. Men behoeft niet te vrogen
wat een tijd de verzorging daarvan eischt.
Thans rest nog de verandering van de ka
mers voor de pers. Deze zijn tot nu toe geheel
in den stijl van de rest en dus mogen we niet
zeggen dat ze achtergesteld waren. De verbete
ringen, die de journalisten wachten, zjjn niet
onaanzienlijk. In plaats van een klein hokje
krijgen zij twee flinke kamers beneven# twee
spreekkamertjes en een weschgelegenheid. Zelfs
voor het publiek zei iets gedann worden. Daar
voor wordt een wachtkamer Ingericht zoodot
het staan in regen en wind op een tochtige hoek
ook niet meer noodig zal zjjn. Alvorens deze
verbeteringen konden worden aangebracht
moest het zegel-kantoor worden verplaatst en
daarvoor diende eerst een gelegenheid te woi-
den gezocht. Die lokaliteiten zijn nu gereed en
dus kan de laatste hand worden gelegd een de
verbéteringen.
Met opzet hebben we ditmaal eens uitvoerig
bij het Tweede Kamergebouw stilgestaan ome
dat wfj gaarne willen meehelpen om de gedeeh»
te teawn te gaan dat de «We ton die aan dg
gebouw besteed zijn. een ontoelaatbare uitgaf»
ln deren tijd waren. Dat is onjuist. Het we» fna
derdaad onhoudbaar en tegenover de vele mos
numentaie gebouwen die het Rijk in de laat-1»
tien Jaren etichtte, stak det van de Tweeds KW
mer erbnrmelj|k af. Wij herhalen dat telfe n»,
de meubileering speciaal nog uiterst poovec I»
en wij gunnen zelfs de Kamerleden gaarne, dal
zij een flink bedrag daarvoor zullen uittrekken,!
Misschien was voor desa meubileering het geld,
eerder te rechtvaardigen geweest dan voor vers
hooging van de schadeloosstelling der leden
self, hetgeen nu twee' ton per jaar iel kosten--,
Hopen wij det de verfraaiing ven het Kamer*
gebouw tel terugwerken op de verfraaiing dec
debetten, waardoor het eeruien naar buiten ven*
hoogd kan worden.
HAGENAAR.
BONT.
Ongetwijfeld heeft de mode zicK reeds uitge
sproken in tal van voorteekenen en mogen wff
voor het aanslaande winterseizoen ecne groote
bontmode verwachten. De oorspronkelijke Pn»
rijzer modellen sijn dan ook reeds gerulmen
tijd geleden uitgekomen, al werden ze door de
groote modehuizen tot na de algemeene mode
vrees achter het scherm van verborgenheid
weggestopt. Benige groote Ween er en Hongaar*
);che modellen firma's hebben te Schevenlngeiv
Amsterdam en Utrecht op hun modeshow
eerste bonten mantels ven dit seizoen veioond
en deze muntten uit door fraaien vorm n af
werking.
Ditwinterseizoen zal ruime en rijke bont
mantels brengen.
Schitterend Hudson-SeaVJzal het materiaal zjjn
voor den wijden klokmnntjl met ruime pelerine-
mouwen en rijken Skungskraog, die tot over
de ooren reikt.
Het zal er bij de nieuwe bontjassen niet opean
komen of se wat meer of minder wijdte hebben.
De vormen doen daarvoor te sterk aan den
cape en de pelerine denken en alle bontmantel*
hebben zulke pakken wijdte om- en onder den
arm dat men „lompmaken" niet «al kunnen ver*
mijden.
„Men zal er aan moeten wennen", zoo rede
neert de mode en van het oogenblik dat men
daarmede klaar is, krijgen de breede passen een
kleedzaam en élégant aspect.
Zoo is het met een ln plooien gelegde fmite-
tk-beverjas, die met zijn jukstuk en omvang
rijke mouwen, met zijne knoopen en zjjne bree
ds ceintuur van leder, een uitmuntende sport*
jas zal wezen, als hoedanig hjj den ook be
doeld is.
Een zeer welgeslaagde en even prachtige al»
rijke bontcape is van heerlijk Shungsbont, ge
heel in rollen gewerkt
Het is als het ware een verlengde koetsier»-
pelerine, dear het in dwars* rolen gelegde bo
venstuk tot halverwego do armen reikt en deze,
evenals de schouders nauw omsluit Daaraan ia
dan in rechte strepen het ruime onderstuk ge
zet, det in het dragen op vlugge, sierlijke wijze
over elkaar geslagen wordt, De groot*, dubbe
le, recht-gestreepte bontkraag is een» waardige
bekroning Van dit kostbare bonistuk.
De mode tracht naar prachtige tegenstelling
gen in het tegen elkaar zetten der vellen, en on
derstreept dat menigmnol, door eene rij va»
staartjes op de afscheidingen te plaatsen.
Denk U, het zoo Jukt beschreven cépe-model
in glanzend-bruinrood Colinskjj roef een»
staartfranje op de verbindingen der drie vellen*
hoogten en ge zult een effect krijgen, zoo uit-
bundig-fraai als voor een gratievollen avond
cape maar mogelijk is.
Behalve Skungs en Colinskjj leenen zkh voot
deze streep of rolelfccten, die de Pransche»
„Qekinés" noemen, nog bijzonder goed, petit-
gris, Amerikaensch Opossum en Nerz-murmeU
De laatste bontsoort die altijd geverfd i»,
krjjgt langs kunstmatlgen weg de donkeie rug*
streep, die de gloria van «ie naturel-vellen uit
maakt en dear zij niet voluit zoo kostbaar is els
natuurlijk-gekleurd bont, levert zij mantel* die
binnen het bereik ven meerderen vallen.
Er valt dit seizoen een streven neer nieuwe
bontcombinaties waar te nemen, det menigmaal
m«*t succes bekroond wordt.
Wie zou vroeger b.v. ooit een petit-gris te
zemen verwerkt met mollebont gedacht hebben
toch nu men deze samenstelling heeft
aangegrepen, blijkt het een 1de® geweest te zijs
dat de moeite loont.
Ook de bontmantels lonpen niet vrij van d»
wijde-mouwen. Juist nu men een begin maakt
'n Boottochtje,
JET VAN STRIEN.
De salonboot, witgeverfd en statig, gleed
over de breede rivier. In de verte lag reeds
Dordrecht. Men was op de terugreis, naar
Rotterdam.
Op het bovendek, te bereiken via het smalle
kippentrapje, zat do leerares van de meisjes
school met haar hoogste klas, die over enke
le weken „volleerd" zou zijn. Zij had de meis
jes, acht in geta.1, dit uitstapje aangeboden
eV-1° meis-iea toonden zich, in meerderheid,
plichtmatig dankbaar, en welopgevoed-be»
ieefd.
Tot de kleine, maar natuurlijkere, minder
heid behoorden Leen en Dikky. Leen en Dik-
ky wilden voor hemel en aarde wel getuigen
öat zij zich, op de vouwstoeltjes van het
pronionadedck, onder het alziend oog van
Juffrouw Kaps, dóód-verveelden, om in haar
•i«en terminologie te blijven. Ze hadden ei-
haar al 'n paar maal malen aangestooten
«n verstolen gegicheld om de gelatenheid
oer overige zes, die, als Juffrouw Kaps' gas
ten, al haar 17 jarige uitgelatenheid kwijt
•cheneii.
Toch scheen de boot vol verborgen avon
turen? Waarom eischte de beleefdheid dat
men hier opgeprikt zat en naar juffrouw
*aps staarde? Het was onverdrageljjk.
Dp een hoogtepunt van saaiigheid geko-
nen, wipte plots Leen met haar gewone
jolige brutaliteit overeind.
«Ik ga 'n beetje rondstappen", verklaarde
7?- "u vindt het wel goed, hé juffrouw! Ga
jie mee, Dikky?"
De overval gelukte dankt zij Leen's radde
ng. Zoo snel ze konden en met gesmoord
Resten trippelden ze het kippentrapje af,
"d door zes paar jaloersche oogen.
Kaps doceerde vriendelijk over de
der rivier ter nlnatse en «prak jan i
het handwerk, waarmee de ijverige oever-
bevolking zich ophield.
Maae Leen en Dikky waren vrij, goddelijk
vrij!
Latenyve iets géks doen!", inviteerde Leen
met aandrang. „Na al dat stilzitten en dat
gelijmvvan Kaps
„Het gekste wat we kunnen doen is in dat
kajuitje daar beneden te gaan, waar ze bier
drinken, zei Dikky.
Ze had gelijk. Dikke stugge boeren keken
met doezelige verbazing van hun grofglazen
bierpullen op, toen de twee jopge dingen,
met kleuren als boeien en ingehouden lach-
stuipen, de kajuit binnenkwamen.
Nu ze er eenmaal waren gingen ze ook
even zitten, om zich groot te houden, maar
aanstonds kwam Leen's aesthetisch gevoel
in opstand. Ze was van tevoren weinig be
kend geweest met de edele pruimkunst in al
haar uitingen en deze joegen haar thans op
de. vlucht. Dikky volgde.
Buiten, op dek, genoten ze even van
den joligen wind, die met haar haren en
rokken speelde.
„Ik ga nog niet naar boven," kondigde
Leen aan, en Dikky knikte, in volle verstand
houding.
„Wenschen de dames iets te drinken?'
Het was een goedklinkende mannenstem,
achter haar. Ze kwam van een personnage
in 't blauw-en-goud, met blinkende knoopen
en een hagelwit boord. „Hofmeester" stond
op zijn pet,
Het is 't zelfde als kelner, bepeinsde Leen,
maar 't klinkt beter.
,,Nee zei Dikky, met dé oogen op Le«n
gericht, Jets drinken, dat kunnen we niet
doen, hévoor héér daarboven!"
De blauw-en-tgouden glimlachte en öet
mooie witte tanden zien. „Ik zou dê dames
een rustig plekje kunnen wijzen, waar men
baar niet gemakkelijk vond." m
Dikky blikte in Leen's, en Leep^fc Dikky**
>gen. Hier lonkte
nft&jtaHlt i
Men moest toehappen!
„Wéér, hofmeester?"
De blauw-en-gouden duidde ergens naar
omlaag. Hij had welverzorgde handen en
witte manchetten aan.
„Hij is niet onknap, hè," fluisterde Dikky
in Leen's oor.
Leen deed onverschillig „óch!", met een
schouderschok. Maar inwendig vond ze de
opmerking ter plaatse. Hij wès knap.
De blauw-en-gouden ging haar voor, een
trapje af, naar een halfduister roefje. Er was
niemand.
„Zal ik thee brengen, en een paar sigaret
jes?", vroeg met zelfbewuste klankvolheid
zijn stem.
De „dames", die het avonturen zagen
groeien, knikten met overtuiging en de
blauw-en-gouden wipte luchtig naar boven.
Enkele seconden later was hij met het be
geerde terug.
,Wat is dit voor 'n hokje. informeerde
Dikky.
„Eigenlijk 'n plekje voor't personeel, dame.
Komen de dames van Loevestein?"
De conversatie wés er. De blauw-en-gou
den maakte handig de thee gareed. presen
teerde sigaretten uit het doosje, bood vuur
aan. Wat konden ze anders doen dan hem
er een aanbieden op hhèr beurt? H(| accep
teerde gradeuselijk.
Goede manieren, constateerde Dikky. Ook
was er een hoffelijke blik in 's mans bruine
oogen, die zij heimelijk bewonderde. Dikky
had een romantische natuur. Als hij eens
de gestolen afstammeling was van een graaf,
roo Iemand, door Zigeuners weggevoerd
Hti zag er bepaald naar uit!
Leen scheen dat nfet zoo te voelen. Leen
opende zoowaar een zeer «Uedaagsche flirt
met den man en Dikky horifóo met gemengde
gevoelens toe. Het choqueerde haar om een
verward kluwen van radenen. Ze luisterde
stil een poosje en dronk toen haar koud ge
worden thee, zich afvragend of ze in het
groote leven, waar *e over een naar weken
zou instappen, óók dikwijls zoo zou hebben
te zitten naast een vriendin, die out-in-the-
sun» was, terwijl zij in vage en kille schadu
wen zat.
„Dus het fs nfet saai, om hfer zoo almaar
op en neer te varen, dag in, dag uit?", vroeg
Leen, met coquetterie in stem in oogen.
„Niet altijd", antwoordde de blauw-en-
gouden. „Soms komen zonnestraaltjes, die
veel vergoeden." Zijn welsprekende blik vul
de brutaliteit aan.
„Ziet u", zei hij, zijn stem wat omfloersend,
„hot beroep lijkt enfin, dat is duidelijk,
maar men ls toch ook mensch! Men zou
graag anders willen, alleenhet gaat niet
zoo licht, dat kunt nog niet zoo weten."
Hij zuchtte dramatisch en het effect ging
niet verloren.
„Ik begrijp hot bè3t," zri Leen met eenige
verontwaardiging en nam een nieuwe ciga-
ret. De blauw-en-gouden gaf vuur, oplettend.
Dikky stond, ineens wat treurig, op. Ze
voelde zich overbodig.
Ze stapte naar het trapje naar boven en
riep, hal/omgekeerd. Leen toe dat het haar
hier beneden een beetje te benauwd werd.
Ze voelde een vaag verdriet en alle uitge
latenheid van te voren was weg. De twee
zagen haar zwijgend naar boven verdwijnen.
In het kajuitje ging de flirt haar gangetje.
Boven leunde Dikky over de railing en tuur
de in het water. Ze hoopte dan Leen gauw
komen zou. Ze wilde het liefst weer naar
boven, ze handelden, vond ze plotseling, toch
eigenlijk zeer onbeleefd tegenover juffrouw
Kaps.
Beneden legde de blauw-en-gouden man
Leen uit waarom hij vanmorgen, toen hij het
het hinderlijk, onaangenaam warm.
Maar boven, aan de railing, stond, als door
den traditioncelen iddor gestoken, Dikky. Ze
was plotseling op den schouder gotikt en de
gene. die dat deed w«s niemand minder dan
juffrouw Kaps geweest, Juffrouw Kap», tie
nadrukkelijk vroeg: „Waar blijven JuWt»
toch? Waar is Leen?"
Geen tien wilde panrden waren ln «laat
geweest om Dikky Leon te doen verraden.
Dus zweeg ze verward en kleurend, zich zéér
schoolkind gevoelond. ommnk» de aanstaan
de vollairdheid.
Juffrouw Kaps toog zelf op onderzoek
uit, geërgerd door hot onaangename inter
mezzo. Het trapje omlang passeerend, trol
een stem, Léén's stem baar oor. Kordaat
sjorde ze haar rokken MJeon en daalde oro»
'sag.
Boven wachtte, to halve ertvrtjfellng,
Dikky en ontdekte bij deze gelegenheid hoe
zeldzanm-snel een menschcnklnd van uit d»
Zous des lovens in de donkere schaduw ver»
mocht te belanden.
Op de trapte staarde Juffrouw Kape, spra
keloos, naar het tn'reel aan haar voeten.
Leen zat op een tafelpunt en refckte. Aan
haar voeten op een kistje, zat de blauw-en
gouden hofmeeser en rookte eveneens. HIJ
scheen let» gezegd, e govraagd te hebben
dat antwoord vcreischte. Glimlachend en mot
geheven hoofd, wachtte hij er op. Leen. met
een kleur als 'n pioen, zag opzij uit. En ei
was Btilte.
Leen!" Het snééd door de lucht, en als door
een doodelijken kogel getroffen, zag Juffrouw
Kaps' onzalige leerlinge op.
„Ga mee."
Het klonk streng en minachtend.
Juffrouw Kaps maakte een halven draal
links en verdween naar boven. Leen volgde,
gedwee. Snel zag ze nog even om, maar d»
blauw-en4gouden bleek op raadselachtig»
wijze verdwenen.
Boven wachtte trillend, Dikky.
„Kom," was al wat Jutlrouw Kapa mL
„de meisjes zullen niet weten waar w» blij
ven."
Dikky en Leen's oogen tfoffen elkaar ta
dankbare verrassing. Er kwam dus geerf
oreekf