X
EIN
i
k mimi hüisïmhw
PUTTE
■8
ivH
)ND
A
rei
f
LIJST. 1
'Jo. 16122
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
EERSTE BLAD.
BERICHT.
LEKTE
BUITENLAND.
I
FEUILLETON.
f
I
ruien
ralltaltsn.
iderbroek
)OP
ILOM
OERD
In den Maalstroom
•f* Men kan sioh abonneeren bU del
Boekhandel of bH da Uitgaven BRINK MAM
k ZOOM, GOUDA.
hit nuiwr bestaat uit 2 bladen-
f. 11721,
437»
Zaterdag 30 December 1922.
61» Jaargang
KERK a. d. U„ OUDERKERK a. d. IJ., OUDEWATER, REEL)WIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDJNXVEEN. ZEVENHUIZEN, enz.
Oudejaarsavond.
)ULOGNE
soorten.
■L. 397
Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon-en Feestdagen
aan-
zlch
van
I
96
(Wordt vervolgd.)
I-
Q O
40
I
Veertiendaagse!! Blad
voor do Huishouding.
Wegens den Nieuwjaarsdag
zal Maandag de Goudsche
Courant NIET verschijnen.
‘ELEFOON 262.
<405 30
a bons
takjes
avond, die ons den weemoed en de weelde der
herinnering brengt, moet ook de ernst der be
zinning die handen sterk en geschikt maken voor
het nieuwe werk.
ll
thljnen bij
>N, Gouda
non door
VERS.
Un
Pr||* per kwartaal Ir. p. peet. 1 1,—
O O O
)EK
S in
NTEN.
IE
Plicht is voor velen een dwangbuis.
----
4 Januari
lende
NTROEREND
END,
IJK.
4 tot 9 uur.
4 acten).
acteur
5 velend
4253 50
olgen*
I.
Roman van
OLGA WOHLBRöCK.
Geautoriseerde vertaling van Mevrouw
t Wesselink—van Rossum.
.es»1
oor den
hetgeen
■MBiMiManiisamMaadMWWWP^ 11 111MI
het „opzettelijk in gebreke blijven" zou hebben
vustgrsteld, zouden geen sant ies mogelijk rijn.
Van Duitse he zijde is er herhaaldehjk op gewe
zen cn door de tegenpartij »s het nooit weer-
verleden en toekomst als een lange orjverbreek-
bare schakel zich zien strekken tot in de nevelige
verte van een onzichtbaar verschiet. Het is de
wondere bekoring der herinnering allereerst, die
ons .411 doet staan en achter'ons zien, tot waar
we nauwelijks de schakels riteer onderscheiden
kunnen. Wat we liefhadden en haatten, wat we
wonnen en verloren, wat ons ophief tot in de
I hoogste hemelen der gelukzaligheid en ons
neerdrukte tot in de diepste duisternis van wan-
hoop en smart, en daartusschen al het dage-
lijksche, gewone, dat soms plotseling een be
teekenis kan krijgen, die we er nooit van ver
moedden, we zien het nog eens, maar anders nu,
immers in een ander licht en op een anderen af
stand. En verwonderd vragen we ons af, of het
dit nu was, waarom we ons eens zoo druk
maakten en waarom dat andere ons niet wonder- toch ook in eigen handen. En op den Oudejaars-
llijker en beteekenisvoller scheen, toen we het
beleefden. Vrienden zien we, en vertrouwden,
wie ons eens na stonden en die wij liefhadden
en die zoo ver, zoo vreemd ver van ons af
schijnen, als hadden we ze nauwelijks gekend.
Wie er heen gingen in den vreemde of stierven
maar bleven leven in ons hart, wie een anderen
weg vonden, waarop we hen zoo lang weemoe-
dig hebben nagestaard en de anderen die leven
bleven, maar voor wie ons hart stierf, we heb
ben ze opnieuw naast en bij ons als in lang
serleden tijden. Het dorp zien we of de stad,
waar we opgroeiden, de school, waar we leer
den, al de plekken, die voor ons leven uiterlijk
of innerlijk leven, beteekenis kregen. En in een
enkele seconde doorleven we dat leven opnieuw,
zien we het langs ons heen trekken met zijn
bonte rij van menschen en dingen en gebeuren.
We zouden willen grijpen hier en daar, willen
vasthouden, nog eens doorleven. Er is zooveel
moois en liefs, maar zooveel droevigs ook, waar
aan ons hart nog hangt. Maar hét trekt alles
voorbij. En met leege handen blijven we zitten
bij het haardvuur van den Oudejaarsavond.
Met leege handen? Maar wanneer de herinne
ring ons niets achterlaat, dan staat het er met
ons leven niet ie best voor. Wat voorbij is,
kunnen we niet terugnemen. Het verleden, het
leven, dat achter 0115 ligt, is voor altijd en on
herroepelijk weggesloten voor onze verlangende
handen. Maar in ons hart en in ons leven moet
iets er van zijn achtergebleven. En wanneer
we goed zien, moeten we het kunnen bespeuren,
moeten we de gevolgen kunnen opmerken van
wat ginds op ons dorpje of in onze stad, ginds
op onze school, van wat overal in ons voorbije
leven gebeurde. Zoo we dat niet kunnen, zoo
de herinnering van den Oudejaarsavond ons niet
in de peinzende handen de lamp achterlaat, die
ons leven het voorbije, maar ook het toekomen
de belicht, dan is al het doorleefde vruchteloos
langs ons heengegaan.
Nietwaar? de Oudejaarsavond is niet enkel een
avond van herinnering, maar ook van zelfbe
zinning. Naast zijn weemoed wordeq we ook
zijn ernst gewaar. Terugziend over het verleden
geven we ons niet alleen van dat verleden, maar
van gansch ons leven rekenschap. En wanneer
we dat ernstig doen, wanneer we trachten te
begrijpen, waarom alles, waarom ook wijzelven
HAR
BAAR.
UNERBOLLÈN,
FES, CAKES
on verder
de besto
Een Engelsche kabinetsraad.
Londen, 29 D e c. (R.) De kabinetsraad van
hedenmiddag behandelde de kwestie der con
ferentie der geallieerde premiers, die de volgen»
de week te Parijs zal worden gehouden en het
standpunt van Engeland ten opzichte van het
probleem der schadeloosstelling.
legd, dat het verdrag onder geer, voorwaard*
den salueerden het recht tot territoriale sanc
ties verschaft, wel echter tot ero.wmlvhe of
fincncieel* maatregelen.
40
kkleeding
GOIIISIIIEKHISAM-
BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, NIEUWER-
ABONNEMENTSPRIJS» per kwartaal ƒ2.25, per week 17 bent, met Zondagsblad
per kwartaal f 2.99, per week 22 cent, overal waar da bezorging per looper geschiedt»
Franco per pont per kwartaal ƒ8.15, met Zondagsblad ƒ8.80.
Abonnementen worden dageljjlai aangenomen aan ons Bureau! MARKT IL GOUDA*
bÜ onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren.
Onze bureaux zjjn dagelijks geopend van 9—41 uur.j Administratie Tel. Int. 821
Redactie Tel 545.
DUITSCHLAND.
DE SCHADELOOSSTELLING.
Hef in gebreke blijven
Duitschland.
Bar lijn, 2 9 Dec. (W. B). Tegenover het
Parijsche communiqué over hel besL.il dter
commissie van herstel, waarin werd verklaard
ddt de uitdrukking ,,in gebreke blijven’ in par.
17 annexe II van het vredesverdrag dezelfde be
teekenis heeft als de uP.inikkhg „opzettelijk
in gebreke blijven” in par. 18 annexe II, vei-
reemt Wolff van bevoegds zijde, dat, indien
he; communiqué authentiek is, daarmede tot
Almn voelde, hoe zwaar haar hef ademen
viel. Heel zacht, smeekend vroeg zij,.Maa'
ik heb toch het telegram van mijn man gezien,
toen hij u die vierduizend mark stuurde, om
te verdeelen
Schöppke knoopte ongeduldig zijn Jasje
dicht.
„Nu ja dat zijn toch geen zaken geweest
jlat was een dienst, dien ik hem heb bewe
zen. Hij had op een paar'paarden willen inzet
ten en had mij verzocht
Alma keek hem verwonderd aan;
„Hoe zoo op paarden ingezet?”
Schöppke ging tegen een wandtafeltje staar
stak zijn sigaar aan, die uitgegaan was.
Nu ja hij wedt toch al een heelen tijd.
Ik heb hem genoeg gewaarschuwd I Maar h.j
wilde niet luisteren.”
Alma Frank raapte al den moed, die haar
overgebleven was, tezamen„Ja natuurlijk
we hoopten te wiriAen. We wisten met, dat het
zoo duur was.”
Hij onderdrukte een lach. Die vrouw sprak
alsof zij van *t platte land kwam. Dat was
nogal duidelijk wanneer zulke lui met wed
den begonnen, zoo op goed geluk af dan
wa* het gauw uit met ze Maar wat ging
hem dat aan?
„U hadt toch moeten weten, wat u er aan
kon besteden, mevrouw. Wanneer Kolonne gis-
ADVEli l ENTlEFKUSl Uit Courts «n nnuterite» (tahoorMXta tot «e» besonrtrtn»).
1-4 regels 11.30. elke r«ol moer ƒ0.26. Va» bulten Gouda dra basorgketag
l—regel» 1.36. elke regel meer 0 30. Advertentie» l» bat Zatordagmmmer 20
bilslag op don prlia IJefdadlghelds-adeertdntH» da helft de» pril»
1NGEZONI1EN MEI1EDEE1 JNGENt 1—4 regelt ,2.06. alka regel mw ,060 OP
da voorpagina 60 hoogar.
Gewone advortentlkn e» Ingeeonda» modadeallnge» »0 eontrart tot aaer gerrdoe.«e-
da» prijs Groot» letter» en randen worden berekend naar plaatonrUnte
Advertent lijn kunnen worden Ingetonden door toaaehenkomet van eollMa boekhan
delaren. Advertentiebureau» en onto Agenten a» moeten daag» edór da plnatalng
het Bureau rün Ingekoraen, teneinde een opnam» eenakard te asm
werden, zooals we nu fijn, dan zal dat reken
schap geven zijn onloochenbaar nut hebben ook
voor ons volgend leven.
Op den Oudejaarsavond staan we niet alleen
aan het einde van een jaar, maar ook aan het
begin van een nieuw. En zooals het oude voor
ons het verleden beteekMt, zoo is dit nieuwe
voor ons de toekomst. De Nieuwjaarsdag is ook
een dag als andere dagen. Maar de gedachten
van ons hart maken hem tot de poort eener
nieuwe toekomst. Een nieuw Jeven is het niet,
dat we ingaan. We zitten onherroepelijk vast
aan het oude, dat voorbijging. Maar daarom
heeft het nieuwe nog niet ais het oude, dat voor
bijging. Maar daarom hoeft het nieuwe nog niet
als het oude, de toekomst nou niet als het ver
leden te zijn. Haar vorm heougn we ten deele
Het zijn niet de dagen, de weken en maan
den, ook niet de jaren, die zelven een bijzon
dere beteekenis hebben. Iedere dag is als zijn
.voorgaande en zijn volgende in zijn regelmatige:
wederkeer van licht en duisternis, van morgen
en middag en avond. En ieder jaar komt met
zijn zelfden winter en zomer, zijn lente en herfst.
Onverstoorbaar-gelijkmatig tikt de klok-van den
tijd de seconden en minuten af. En ernaar luis
terend merken we geen onderscheid, geen ver-
achil in den eentonigen maatgang, of we mis
schien daareven het liefste wegdroegen naar de
plek der eeuwige rust, dan wel een nieuwe ge
boorte toejuichten of een nieuw’ geluk vonden.
Maar in ons hart is er wel een onderscheid.
Zoo onze ooren het niet beluisteren kunnen, daar
binnen hooren we het klokketikken anders, wan
neer het de uren van onze droefheid en onze
wanhoop, dan wanneer het de seconden van
onze vreugde aftejt, anders ook wanneer het
nieuwe lentelicht jubelt aan onze ramen dan
wanneer de doodsche winternevel zich als een
ondoordringbare sluier over onze vlakte uit
spreidt. Hef is het fikken daarbinnen, dat an-
dérs schijnt te antwoorden en een anderen
klank geeft. En deze klank is het, die aan de
d-’.'-e': uren hun beteekenis geeft, dit* ze een
andèr aanschijn schenkt, al naar we er een liefde
pp verloren of een liefde op vonden, naar ze
óns een vreugde brachten ofeen geluk dan
Wel een nieuwe smart. Het is het gebeuren en
de weerklank daarvan in ons hart, dat het licht
der dagen verschillend maakt. Het is het licht
onzer ziel, dat altijd een anderen glans heeft en
dat over de dagen en de weken en de jaren dien
glans uitschijnt, zoodat we ze in dien glans al
leen zien. En zoo komt het dan dat wel iedere
dag anders is, al is hij als zijn voorganger en
zijn volger en dat ieder jaareinde voor ons zijn
eoo bizonderen diep-innerlijken glans heeft die
zich om den Oudejaarsavond als een vastwunt
schijnt te concenfreeren en die ons stemt totria-
denken en herinnering.
Want, nietwaar? als op dezen laatsten dag
van het jaar de vroege schemering valt en de
Oudejaarsavond onze huizen binnentreedt, dan
zijn er maar weinigen, die, neerzittend na vol-
brachte dagtaak, niet, korter of langer, zich als
voelen opgenomen in een andere sfeer dan die
van hun dagelijksche leven en die niet een
oogenblik, het peinzend hoofd buigend, in ge- -
dachten staan op den hoogen berg, van waar
ze hun leven van nu en later- overzien en die 1
der houtfeveranties niet ten volle zou zijn na
gekomen, hetgeen gisteren reeds is weerlegd.
Buitendien maken par 17 en par. 18 op ondub
belzinnige wijze een onderscheid tusschen Jn
gebreke blijven” en „opzettelijk in gebreke blij
ven”. Het >s daarom in strijd met de meest
elementaire regelen van het interpreteeren van
het vredesverdrag en tevens een willekeurige
verandering van den tekst, wanneer men de
verschillende gevallen achteraf als van gelijke
beteekenis voorstelt.
Doch zelfs indien de commissie van herstel
gedaan en vooral Curzon stond zeer kritisch
k-gene ver de opvatting der Turken, dat deze
trotsch kunnen zijn op een moderne vetgeving
en uitstekende rechters. Curzon heeft nog een
beroep gedaan op Ismet pasja’s heldere ver
stand en hem hierbij gevraagd wel te willen
ovei wegen, dat Turkije het zonder de hulp en
economische samenwerking der vreemdelingen
zal moeten stellen, wanneer deze geen nf-
doende waarborgen bezitten met betrekking tot
hun rechtspositie. Of de Turken tenslotte met
het systeem der gemengde rechtbanken, al
tast dit natuurlijk eenigermate de Turksche
soevereiniteit aan, genoegen zullen nemen, zal
de nabije tockorpst spoedig leeren.
Optimistische berichten publiceeren, met
name de Britsche bladen, overigens niet in ver
balid met den verderen loop der conferentie
va1 Lausanne. De Engelsche draadlooze dienst
heeft zelfs reeds wereldkundig gemaakt, dat
dooi de geallieerde afgevaardigden ter confe
rentie maatregelen zijn genomen om de ver
schillende kwesties nu eindelijk eens definitief
op te lossen en een einde te maken aan 't treu
zelen en 't systeem van uitstel en obstructie.
Zoo moeten de geallieerden en bijzondere com
missie in *t leven hebben geroepen, wier taak
het is de vredesvoorwaarden op te stellen.’ Het
schijnt, dat de geallieerden deze voorwaaiden
ni. i meer tot een punt van discussie willen
p-.aken en' kort en bondig fbllen eischen, dat
de Turken ze öf aanvaarden óf van de hand
wijzen M?n begint blijkbaar het geduid te ver
liezen en tracht zoodoende blijkbaar pressie op
de Turken uit te oefenen. De Britten hebben in
dit verband nog een anderen maatregel ge
nomen zij hebben hun Middellandsche Zee-
vloot naar Constantinopel gedirigeerd; of dit
is om de Turken gedweëer to maken en tot
een vlotter toegeven te nopen dan wel of het
slechts een voorzorgsmaatregel is in verband
met een gebeurlijk afbreken der onderhande-
'irujer '•e Lausanne is niet uit te maken. Maar
Hj zullen daar wel gauw nader over worden
invelicht.
„Neem mij niet kwalijk, Mnra, ik wil gauw
•tyens naar toe rijden misschien hoor ik
«ar Een zekere Schöppke, ken je hem
Mara schudde haar hoofd.
„Maar, Almerl. Hoe zou ik in Berlijn I
Als het nog Weenen was daar ken je elkaar
•Bemaal maar in Berlijn 1 Maar pro
beer hem te pakken te krijgen, dien mijnheer
twees met hard tegen hem hoor Weest* i {n j__
V. hebben .Hen on, kn»fe.P,e
J» «ragen. En wanneer je man eens gefaald
heeft wanneer hij er niet meer Is
«nachts, weet je dan zou je je haren uit
hoofd trekken, om ieder onvriendelijk woord,
«t je hem gezegd hebt.”
ZQ diwkte haar wit, gepoederd gezicht tegen
A«na« wangen, kuste haar op den mond. unmu,
«rGroof Ottilia van mty dat is zoon* bra- |grijs huisjasje.
„Zooiets vergeet men toch niet, mevrouw
Zaken zijn zaken en u is een vrouw*
van zaken Een aanklacht wegens wissel
schuld zoudt u toch niet graag willen zien ge
beuren
Zij hief zich op, zoo langzaam en zwaar, als
of zij verlamd was. Zij zei,JDe wissels worden
betaald, dat spreekt van zelf.”
Zij dachtHet zomeroptrekje moet verkocht
worden. Ze wist wel iemand, die het allang
had willen koopen. Uit den winkel kon sa niet
meer geld wegnemen. Het zomerhuisje moest
er aan gelooven, de plaats van haar mooist*
herinneringen, van haar plannen en droomen
Er was niets aan te doen het moest er aai
gelooven. Aan hun naam mocht niets blijven
kleven, en de winkel moest instand gehouden
worden het brood voor baar kinderen
het o»de huis op de markt, het onderkomen
voor hen allen
teren niet gevallen was dan was u nu bin
nen I”
Ze herhaalde machinaal„Ja maar Ko
lonne is nu eenmaal gevallen.”
„Ja juist mevrouw juist Wat wilt
u dan doen Uw man heeft toevallig pech ge
had is ook veel te hoog begonnen. Ze?
duizend op Kolonne Waanzinnig I Ik zelf
heb er maar vijf honderd aan gewaagd. Tach
tig voor tien hadden we stellig gekregen
was ook prachtig geweest. Wie doet dan ook
direct zulke groote inzetten?”
Alma knikte.
„Hij had minder moeten inzetten.”
Schöppke glimlachte goedmoedig.
„Ja maar nu had hij oen beetje veel in
te halen. De wissels worden niet geprolongeerd
Zij keek hem ontzet aan.
„Wissels wat voor wissels
Schöppke ging naar de schrijftafel, haalde
een sleutel uit zijn vestzak.
„Ik heb de accepten voor hem bewaard. Hier
daar ziet u ze vierduizend mark en
deze zeven duizend mark Bij mij liggen ze
goed, ik zal ze niet verder geven. Alles heel
eerlijk. Maar, niet waar wanneer de be
taaldag komt, dan kan ik er ook niets aan doen.
Ik heb hem genoeg gewaarschuwd I”
„Wanneer moeten ze betaald worden?”
Het was haar alsof zij een brok in haar keel
had.
Schöppke schoof de lade dicht, sloot haar af
en stak den slébtel in zijn zak.
„De eene overmorgen, da andere over acht
dagen. Heeft uw man u dat niet gezegd
„Ja wel ik had het ik had het al
leen maar vergeten.”
Schöppke schudde afkeurend zijn hoofd.
ve, goeie meid Dan heb ik toch nog lie
ver een man, met wien ik kibbelen en om wien
ik mij bezorgd maken kan i dan heclemaal
niets, zooals zij geef haar een pakkerdvan
mij, eh schrijf direct, wanneer alles in *t reine
is I Hoor schrijf het Bahnhaus, Somme
ring.
Ik stuur jullie wel eens een prentbriefkaart.
En maak het goed met Felix hoor
zoon goeie jongen was hef zoon lieve
jongen! En met het geld is geen haast,
hoor Heelemaal niet
De taxi stond nog buiten. Mara zwaaide op
het balcon met haar natten zakdoek.
„Arme meid!"
Toen de auto den hoek om was, rende ze naar
de theetafel terug, riep het meisje: „Marietje
haast je wat snel pakken ik drink
onderhand nog een kopje thee mijn maag
is heelemaal van streek. Jesses, wat je al niet
mee maakt op de were’d I”
-Schöppke stond juist op *t punt om
uit le gaan, toen Alma Frank zich aan liet die
nen.
Een tamelijk oude vrouw, blijkbaar een
huishoudster, braóht haar naar een groot ver
trek, prachtig en koud ingericht.
Een kleine man, die er uitzag als een loop
jongen, kwam binnen snellen, een sigaren-
van zijn mond.
^>Ia-Mijn naam is Schöppke voor wel
ke aangelegenheid?”
Hij bleef staan toen hij het behuilde, uitge
putte gelaat zag.
„Gaat u zitten, alstublieft”
Zij viel in een dichtbij haar «taanden leun
stoel hij stond voor haar, da sigaar in zijn
mond, de handew in de zakken van zijn muis-.
De houding v«n Amerika.
Washington, 29 Dec. (R.) Nadat nnn
Borah te kennen was gegeven, dat zijn amende*
ment nadeelig zou zijn voor de hangende on*
derhandclingen met Êuropo, deelde hij in <’«ft
Senaat mede, dat hij lijn amendement introk.
De Britsche voorstellen ter com
ferentie van Purijs.
In de Engelsche bladen wordt blijkens Cen
Bf^chen drnadloozen dienst de meening te ken
nen gegeven, dat door het kabinet de laatst*
phase van de kwestie der schadeloosstelling ia
besproken.
Do Daily News meldt, dat, wanneer Bonar
Law over enkele dagen naar Parijs zal vettr de
ken naar de conferentie der geallieerde premiers
hij nieuwe voorstollen naar Parijs zal mede
brengen, doch dat het van don loop der bespre
kingen zal afhangen, of deze voorstellen zullen
worden ingediend. Het blad voegt er aan toe,
dat het Britsche kabinet bereid is voorstellen te
doen, waarbij belangrijke offers worden ge
bracht en waarbij aan Frankrijk bet'*r linanci*
eele vooruitzichten worden geopend dun vol
gens het bestaande plan. Volgens het blad zijn
deze voorstellen gebaseerd op het brengen van
Duitschlands reparatfeverplichting en binnen
de betalingscapaciteit vnn het land en de con
solidatie van alle verplichtingen van dien anrd
in één enkel schema, Ben tijdelijke ontheffing
van volledige betalingen over zekere periodes
is, naar verluidt, een ander van de Biitsch*
voorstellen. Het blad stelt voor, dat het bedrag
van 50 milliard goadmark, over een redelijk
aantal jaren verdeeld, zooals door Mussolini ia
voorgesteld en ook do som, vertegenwoordigd
door de A- en B-obligaties, volgens het huidig*
betalingsplan als behoorlijk mag worden be
schouwd. Voorts wordt voorgesteld, dat hel
Duitschlrnd zoo gemakkelijk mogelijk moet
worden gemaakt om zich vnn zijn verplichting
gen te kwijten.
Het blad gelooft, dat Engeland van zijn kunt
gaarne zou meewerken en misschien obligatie»
van een speciale soort in betaling voor de ge
allieerde schulden zou willen aanvaarden en
daarbij misschien enkele gedeelten van die
schu’den zou willen annuleersn.
Het spreekt overigens vopzelf, zooals trou
wens nog onlangs door Bonar Law met nadruk
is gezegd, dat Groot-Brittannië een dergelijk
edelmoedig aanbod slechts zou doen op de uit
drukkelijke voorwaarde, dat de algeheele en de
finitieve oplossing van het gehoele schade'.oos-
stellingsvrnagstuk erdoor zou worden verze
kerd.
„Hoe was uw naam ook weer?"
„Mevrouw Alma Frank. Ik wilde ik zou
graeg u heeft, zoonls ik hoor, handelsrela-
ties met mijn man
Schöppke deed eenige schreden terug, kneep
wantrouwend zijn oogen half dicht.
„Handelsrolaties Neen ik weet van
geen zaken. Ik heb een agentuur in sigaren
OVERZICHT.
Tc Lausanne wil *t maar niet vlottende
tocstana wordt telkens meer gespannen, door
dat de Turken telkens reculcitranter worden. Er
valt geen land meer met hen te bezeilen. Gis
teren hebben zich weer allerlei moeilijkheden
voorgedaan in verband met het vraagstuk der
capitulaties. Ten aaiwien van deze delicate
kwestie der Turksche rechtspraak liepen de
meeningen ten zeerste uiteen en beide partijen
zijn stijf en strak op bun standpunt blijven
staan en de onverzoenlijke houding der Turken
wekte bij Curzon zook^ onaungenamen indruk,
dat de Britsche ministajniet na kon laten op
ta merken, dat zijrt indruk was, dat TurErje
geen overeenstemming wenschte. Drie r-ises
doen zich dus kort na elkander Vooronder
scheidenlijk naar aanleiding van *t vraagstuk
dor minderheden, dat van Moaoel en dat der
copitulaties. Van een afbreken der conlo.-entie
kan inmiddels nog niet heelemaal wordea ge
sproken. Ismet pasja heeft zich een nad. t ant
woord voorbehouden en het is nog a’tijd mo-
gelijk, dat hij te elfder ure bakzeil haalt, zooals
reed? meer is geschied. De Tuiken moeten
niets van de juridische capitulaties hebben en
zijn van oordeel, dat alle vreemdelingen, zoo
wel wat strafzaken als burgerlijke zaken be
treft, gevonnist moeten worden door den Turk-
schen rechter. De geallieerden aan den anderen
kant hadden hun bereidheid te kennen gegeven - --
de juridische capitulaties op te heffen, op Dtutschlnud hef verwijt zou wo-den gericht, dat
voorwaarde echter, dat het aanzijn zou worden het opzettelijk zijn v?rplic’<»,l.!gen ten aanzien
gegeven aan gemengde rechtbanken ter behan
deling vnn zaken met betrekking tot vreemde
lingen. Het meerendeel dezer rechters zouden
buitenlanders moeten zijn. Uit de geallieerde
voorstellen, waarvan wij slechts de hoofdzaak
aanstippen, blijkt echter, dat de geallieerden
niet zoo’n hoogen dunk van de Turksche recht
spraak hebben, terwijl Ismet pasja integendeel
wenscht, dat deze voor vol wordt aangezien
en als ebenbürtig aan die der Europeanen
wordt beschouwd. De geallieerde gedelegeerden
waren echter een absoluut andere opiptting toe-