ROK
VICTOR HUGO
MSCHE COURANT
iZZZZZZZZ Prijs 75 cent.
PLATTE GROND VAN GOUDA
glpETTTOS 7ftCt
Speoales 10
Royales 12
KWALITEITS - SIGAREN
BEDRIEGERS BEDROGEN
VERSCHENEN:
In KLEUREN uitgevoerd op royaal formaat mot volledige stratonlliet.
Verkrijgbaar bij dan Boekhandel en de Uitgevers
A. BRINKMAN ZOON, MARKT 31.
ïELIJK PENSION
van HET MASKER, met fels fraaie foto's.
PRIJS f 0.75.
Abonnementsprijs per jaargang ran 12 nummers ZES GULDEN
A. BRINKMAN ZOON - GOUDA
AMSTERDAM
ROTTERDAM
Gmdkoop, één pakje vervangt 2-3 goede vanillestokjes
Winkeliers, oieU andere zeepsoorten
voor aanvragen van minstens i 10.000.—
op courante onderpanden.
Nederlandsche Hypotheekbank
opgericht ts V EEK DM tn 1890.
limlir: Mi- C. BROUWER In. u Hi. N I. BIS.
TWEEDE BLAD.
De aanklacht tegen van Staal
Dooi» duisternis tot licht.
BEWAART UW CARTONS. ZIJ REBBEN WAARDE
PRIJS A2 Vi ct. PER PAK* van 6TABL
DE EENIGE BESTE ZEEP, GEEN ANDERE
LET DUS OP HET WOORD „SUNLIGHT'
OP IEDER STUK ZEEP.
ADVERTENTIE BUREAU
COUDSCHE COURANT
^^te^der VereenlgDjc „Armenzorg* te Gouda op Kmm|^
te Reven door; H i| j-rf
Mevr. MAART JE v. 4. MEEÜ—OVTES8, V
mezzo-sopraan v. d. Nat. Opü,
Dn Hear MARIOS WEQ%
IBEr*'' Pianist to Qouto,
W%P' Dn Heer SIEOFREBT BLAAUW,
Directeur v. h. Con&crvatorium te Botterdam,
Ka de pauze: M«f. ALEXANDRA 8TRADOWSXA,
(met hare leerlingen). 288 48
Kaartenverkoop bij de Heeren: MARCUS en VAN DBA
JAGT en avonds aan de zaal.
Prijzen der plaatsen: Loge, Stalles 1-bOj Baloon 1.—
Galerij 0.50. verhoogd met rechten.
Leden op alle rangen gewone reductie, behalve Galerij.
Bechsteinvleugel van de firma C QUISPKL te Rotterdam
geschikt voor 8 heeren,
cond.
rievon onder No. 283 bur.
dsche Courant. 8
Mr. ANTONIO
beroemde helderziende
l raad en hulp In alle za*
hoe geheim ook. Tevens
>rekon voor ledore ziekte,
es verzekerd. Spreekuur
1—8 iedereu Dinsdag en
A ent sr. Turfmarkt 132,
•IkiwenbeimNgsiUn
prte Noodgodsleeg 10.
innre voor eufettfh,
KUIltO TAFELS E« STOELEN
B78 6
Te bekomen bl| den Boekhandel en de uitgever*
rel bij volwassenen als bij
leren verdrijft men zeker
snel met de beroemde
rmpoeders
BEURSPAbSAGE 15
ARNHEM
LEIDEN
WITTE DE WITH5TS 28
Jacoba Maria Wortelboer
Oude Pekela, 85 cent per
i, drie doozea 1.40. Ver-
fbaar bij de verkoopere
Wortilboeris Artikelen.
274 17
[fa geen zeeppoeder - geen geraspte zeep
geen tablet - doch zuivere zeep in vlokken t|
DOET WOL NIET KRIMPENI
MAAKT ZIJDE NIET GEEL!
DE LEVER'S ZEEP-KAATSCHAW1J, VLAASD1NOEH. X
Fsbrikaota tui Sunllrfit Zeep.
v geeft de beate en aulverete aroma voor
Gebak, Pudding, Melk- en MeelapljaeiH enz.
C.nig Ftbrikaot; Da. K OCTKCH, tanige tmpwMure 1OTTERMAN» Ce, AesfMM.
0*n. V.rt*f«nwoordl(er. m. NedeH.: MM. ÓAMOEH4W. VAN MCRMZMRTMSlCN. AMSTERDAM, KwaaH» MS
VAQINAS
PORIORKD
flADHAND
Of BAAI
iilPCIMON»
•Afl^TtPOAri 6)
credieten vanaf 1 50.—.
neon Assurantiekantoor
't Fijnste Merk»
GEMAAKT VAN 06 BESTE
GRONDSTOFFEN.
IN DE HANDEN STOPPEN, ALsUSuNUGHT'
'ZEEP VRAAGT, BEDRIEGEN ZICHZELF, WANT
ZIJ VERLIEZEN HuN DEBIET, U WENSCHT DE
ZOO GUNSTIG BEKENDE SUNLIGHT.''
DAAROM ZOO GOEO.
1,75 PER BUS VAN TWEE POND.
li 0-95 EEN POND.
0.52J- een half pond.
0.23 een ons.
II "3
HEBT C1E, DOOR
ADVEBTENTIËN
DIE IN MEER.
DERE BLADEN
MOETEN WOR-
DEK GEPLAATST
OP TE GEVEN
EEN AFSCHRIFT
19 VOLDOENDE.
VLUGGE EN -
CORRECTE J
UITVOERING S
GEWAARBORGD J
ItfSltNNNMêll
Kanlnrpn Vewnrtnin Ooslerdlep. *•»-
Amsterdam Heerengrseht 810.
Inlichtingen verstrekt de User ti. J. K. VAM BEK
RIJMT, U Ut reu lil, Heistraat 2.
\)r.H. NANKING'S
Kent gij hot blad „DE HOLLANDSCHE HUISVROUW",
Vcerticndaagsch Blad voor do Huishouding, waarin tal van
medewerksters allerlei onderwerpen bespreken, die elke huls
vrouw bijzonder inleressecren?
Zoo niet, maakt er dan kennis mede. Dit blad mag zich ver
heugen in de belangstelling van vele duizenden vrouwen uit
alle kringen In het ganse be land en zelfs in Oost en West,
dio een nuttig gebruik maken van het vele interessante en
wetenswaardige dat daarin wordt vermeld.
Dat is ook geen wondtr. Vooral in den huldigen tijd met
het moeilijk oplosbare probleem van tekort aan goed perso
neel. h elke vrouw des huizes meer en meer aangewezen zich
op de hoogte te houden van alle onderdeelen der huishouding.
DU orgaan is op velerlei gebied een hulp in de huishouding,
doordat het de aandacht vestigt op alles wat voor de hulshou
ding van oractisch nut la.
8.60 per flacon
>ij Apotheker» en
Drogisten.
die dit blad geregeld lezen; de abonnementsprijs bedraagt
slechts 4.— per Jaar franco per post bjj vooruitbetaling, de*-
"ewenscht te voldoen in 4 kwart aalstermijnen van 1.—.
Een proefnummer ter kennismaking gratis te bekomen bff
dc administratie
No. 16148.
WOENSDAG, 31 JANUAitl 1923.
Voor «W Arrondissement»-Rechtbank te Rot
lerdaan wewl gisteren b&iandedd de aanklacht
van den inspecteur van politie, den heer D. L.
van Hoorn tegen den heer K. R. van Staal,
dacteur van het Goudsch Weekblad.
In de dagvaarding weid de heer Karei Ri-
gard van Staal„ geboren te Amsterdam, 5 Dec.
1889, opgeroepen om te verschijnen voor de
ArropdiBseühients-Rechtbank te Hottenhui, ten
einde te worden gehoord en te antwoordeh op
de aanklacht als zoude hy op of omstreeks 2&
Juli 1922 te Gouda, althans in het Arrondisse
ment Rotterdam opzettelijk de eer en den goe
den naam van den Inspecteur van Politie der
gemeente Gouda Didrich Lucas v. Hoorn, tevens
onbezoldigd rijksveldwachter, hebben aarvge-
rind door telastelegging, dat deze in den avond
van 26 Juli 1922 op den openbaren weg te Gou
da in beschonken toestand in politiedienst was
opgetreden, althans door telastelegging van be
paalde feiten of een bepaald feit, met kenlyk
doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, al
thans opzettelijk den Inspecteur van Politie der
gemeente Gouda, D. L. van Hoorn, tevens on
bezoldigd rijksveldwachter in het openbaar heb
ben beleedigd, door opzettelijk in het te Gouda
en omstreken verspreid geworden nummer 14
d.d. 29 Juli 1922 van het te Gouda verschij
nend blad „Goudsch Weekblad", weekblad der
Arbeiderspartij voor Gouda en Omstreken, van
welk blad beklaagde toen redacteur was, te
hebben geplaatst en op die wijze opzettelijk
ojienbaar te maken een door heim beklaagde
geschreven artikel, handelende o.a. over optre
den van genoemden Inspecteur van politiedienst
in den avond van 26 "Juli 1922 op den openbaren
weg te Gouda, in welk artikel voorkwamen als
opschrift de voor genoemden Inspecteur «van
politie beleedigende woorden: „Een handhaver
der Orde als rustverstoorder. Ergerlijk optre
den van den Inspecteur van Politie", en voorts
de navolgende voor genoemden Inspecteur van
Politie" beleedigende zinnen: „Het optre
den van dezen Inspecteur van politie
woitft verklaarbaar als wy mededeelen dat
bedoelde ordebewaarder waarschijnlijk niet ge
heel normaal was. Van Staal verzocht toen aan
enkelen hem onbekende burgers eens te obser-
voeren of zij soms iets bijzonders aan den In
specteur bemerkten. Onmiddellijk gaven enke
len ten antwoord: „Wat u denkt hebben wy
oik bemerkt", en voorts: „Van Staal heeft
toen onmiddellijk den Burgemeester opgebeld
en hem het geval en van zyn vermoeden door
meerderen gedeeld in kennis gesteld. Hy ver-
r zocht Z. E. Achtb. om zoo mogelijk dadelijk
de juistheid van zyn vermoeden te onderzoeken
of hier werkelijk door een heel of half beschon
ken Inspecteur rustig huiswaarts keerende
burgers gemolesteerd werden"; hebbende hij
beklaagde voorbedoeld artikel opzettelijk als
voormeld geschreven, geplaatst of doen'plaat
je» en openbaar gemaakt naar aanleiding en
terzake van de rechtmatige uitoefening door
voormelde! j^'tieambtenaar van diens bedie
ning, r dtneh k naar i; inleiding en terzake dat in
den avond van 26 Juli 1922 op den openbaren
r.Jg te Gouda voormeld 3 politie-ambtenaar in
j oHtiedienst heeft gesur -eilleerd en daarbij by
liet versp eiden van, cploopen van menschen
.am behaagde, in het l.elang der openbare or-
(iOv.eeft aangemaand n gelast om zijn weg in
De officier maakte geen bezwaar, dat de ge
tuigen (fecharge zouden worden gehoord.
Achttien waren er gedagvaard, waaronder de
burgemeester; deze was wegens ongesteldheid
niet verschenen.
Na de gewone vragen aan den beklaagde om
trent naam, leeftijd, geboorteplaats en beroep,
begon he* verhoor.
VERHOOR VAN BEKLAAGDE.
De President: U weet wat u ten laste is ge
legd. U is de schrijver van het artikel en re
dacteur van het Goudsch Weekblad? Is dat
blad van 29 Juli op de gewone wijze verspreid,
opdat de inhoud ter kennis van het publiek en
i overheid zou komen? Op deze vragen werd
>or bekl. bevestigend geantwoord.
Pres.: Vindt u het artikel niet beleedigend
Bekl. Neen!
Pres.: Waarom is het hoofd dan met vette
■lifters gedrukt?
Bekl.: 'Omdat ik altijd in mijne artikelen de
kern van de zaak met vette letters laat druk-
Ik vroeg aan den Burgemeester een onder
zoek van de zaak.
Pres.: Dat deed u 's avonds?
Bekl.: Naar aanleiding van de feiten heb ik
ichting te ne nen en om door
'als volgt
^,Roir ondt, president; Mrs. Hal-
i en van'"^4ftgten Slingerland, rechters,
iet O. M. werd waar-
J. G. Holsteyn. -
I. waren als getuigen gedag-
i D.'L. van Hoorn, inspecteur
A. Berth* ux, commissaris van poli-
J F. L. Negrijn, hoofdagent-rechercheur,
f en J. H. van Ham, agenten van po-
zyner kennis te brengen,
Pres.: Hebt,u den burgemeester den volgen
den dag gesproken en waar?
Bekl.: Ja, op het Stadhuis.
Pres.: Welke reden had u te veronderstellen,
dat de inspecteur dronken was.
Bekl.: Zijn optreden, zijn houding, zyn ge
zicht gaven aanleiding «laartoe. Ook anderen
hebben dien indruk gekregen. Beklaagde zegt
voorts geconfereerd te hebben met den burge
ster over de orde in de stad. De burge
meester wist dat bekl. «hen avond zou spreken
in een openbare vergadering.
Pres.: Was er staking?
Bekl.: Ja, in de waschindustrie. De werkwil-
?en als u ze zoo noemen wilt werden
naar huis gebracht, zonder te worden gehin
derd. Na het ontactisch optreden van de po
litie heeft bekl. een onderhoud gehad met den
burgemeester. De burgemeester zou zorgen
voor verandering in het optreden der politie.
Het bevreemde bekl. daarom te meer, dat hij
des avonds door de politie gemolesteerd werd
op zeer bijzondere wijze.
Pres.: U kwam van het station?
Bekl.: Op de fiets gezeten, zag ik een groepje
enschen, waar achter geschreeuwd w;erd: Te
rug! Terug! Beklaagde maakte den inspecteur
er op attent, dat zyn weg was naar de West
haven en dat het optreden van den inspecteur
niet deugde.
Pres.: Is u toen doorgelaten?
Bekl.: De inspecteur bleef schreeuwen: Te
rug! Terug! Dan zoo terug!
Pres.: Volgens het verbaal is u blyven staan?
Bekl.: Neen, ik ben doorgegaan naar het po
litiebureau om te telefoneeren met den burge
meester. Dat is daar geweigerd. Bekl. zegt, dat
de heele aanklacht staat in het teeken van sen
satie.
Pres.: Waarom hebt u een dergelijk stuk in
de courant gezet?
Bekl.: Ik heb den burgemeester met het ge
beurde in kennis gesteld; de burgemeester gaf
de toezegging tot instelling van een ernstig
onderzoek. Bekl. lieeft toen gezegd, dat hg het
zeer op pry's zou stellen, indien het onderzoek
onmiddellijk zou worden ingesteld. Bekl. kreeg
die toezegging. Uit een telefoongesprek tus-
schen Burgemeester en den Commissaris van
Politie, hetwelk beklaagde kon beluisteren, om
•dat zyn telefoonbel ging, is hem gebleken, dat
van onmiddellijk onderzoek geen sprake was.
De burgemeester heeft toen geen moeite ge
daan om zich direct met den inspecteur in ver
binding te stellen. Bekl, zegt, dat een controle
dienst is onderhouden tusschen het politiebu
reau en de woning van den burgemeester.
Bekl. is den volgenden dag bij den burge-
meestengeweest, die hem heeft gevraagd of hy
zijn klacht handhaafde. De burgemeester had,
volgens zyn mededeeling, geconstateerd, dat er
geen sprake was by den inspecteur van dron
kenschap. Beid. heeft toen geantwoord, dat de
burgemeester slechts getelefoneerd had en dat
bekl. dit gesprek ongewild had afgeluisterd.
Bekl. heeft toen tot den burgemeester gezegd:
Het is misschien de eerste maal, dat u liegt,
uwe mededeeling is niet waar. Het afluisteren
van het gesprek was aanleiding tot de schor
sing van iemand gedurende een paar dagen.
De technische dienst te Utrecht heeft ter
plaatse naar de mogelijkheid van het contact
een onderzoek ingesteld.
Bekl. zegt ten slotte te hebben gemeend uit
een oogpunt van algemeen belang de feiten te
moeten weergeven.
In de conferentie met den burgemeester heeft
bekl. nog gezegd, dat het geen doodzonde is,
indien een ambtenaar zijn fout rectificeert. On
danks alleafspraken verleende de burgemeester
geen medewerking in het belang van de goede
orde.
Pres.: Vindt u niet, dat u door dit stuk de
eer en den goeden naam van den inspecteur
afbreuk heeft gedaan.
Bekl.: Neen:
O. M.: Waarom heeft u den volgenden mor
gen den burgemeester niet verzocht een onder
zoek in te stellen?
Bekl.: Dat is toegezegd. Bekl. heeft gezegd
tevreden te zijn, indien de burgemeester op
nieuw de zaak onder de oogen zou zien. Het lag
echter niet op den weg van den burgemeester
bekl. de hand te reiken.
O. M.: De aanleiding van het stuk was dus
de verkeerde houding van den burgemeester.
Bekl.: Ja.
O. M.: U keurt meer de houding af van den
Bekl.: Ik heb
niet naar de
UILLETdN.
Naar het Duitsch
van
'Von Horst Bndemer,
bewerkt door
J. P. WESSELINK—VAN ROSSUM.
14)
Ja, bet was moeilyk daarop een antwoord te
ffeven, maar tobben mocht de moeder niet.
„Wees God dankbaar voor den flinken bengel,
en windt u niet op, want dat werkt slecht op
het kind. „Daar" hy hield haar een hand
zegel voor, zulk een bloeiend leven heeft
°ok gezonde kinderen! Men moet gewoonweg
8rof tegen u worden! Bederf mij de vreugde
ynn myn komst toch niet!"
Zij vatte moed, de stille angst verliet haar
toch niet.
Dankersbach bracht halve dagen bij zijn
dochter door, het was winter en daardoor was
er weinig te doen. Eens barstte hij los.
„kan Wus8ow zich niet eens laten zien. Dat
bloemenmagazijn is nu heel mooi, maar dat is
niflt genoeg; hy moet natuurlijk voogd wezen,
B v°or peet neem je hem toch zeker ook."
„Als u het goed vindt, papa graag."
too moe* het zii». Als beheerder van het
majoraat, 'als eenige Blottstedt, dien je
meer nabfl kent, blijft je geen andere keus
over."
„Dan zal ik het doen."
„Ja, maar dochtertje, eerst moet hij zich
toch eens laten zien, voordat je er hem om
vraagt"
„Zoudt u het niet kunnen doen, papa?"
„TV denk er niet aan!" Ik heb toch al ge
noeg met hem te stellen, aangaande het majo
raat. Wien je als peet wilt nemen is geheel je
eigen zaak; daar meng ik mij niet in, ik wilde
je alleen een wenk geven. Nu iets anders. Als
de jongen wakker wordt, zal ik hem op de
weegschaal leggen, hy komt flink aan."
Daarna verliet de majoor de kamer. Grete
keek hem met groote oogen na. Waarom sprak
hy zoo dikwyls o*er Wussow? Op dien was hy
toch vroeger niet weinig boos geweest; nu
scheen het blaadje plotseling ingekeerd. Had
haar vader bepaalde gedachten voor de toe
komst; stak Wussow er misschien zelf achter?
Een blos van toorn kwam op haar gelaat, maar
zy sprak zich zelf kalmte in. Spoedig zou hij
toch wel komen
Hy was er reeds. Dankersbach diende hem
zelf aan.
Zy' zat in een gemakkelyken stoel en reikte
hem de hand. Kalm sprak hy zyn gelukwensch
uit.*
Dank u neef, ook voor de mooie rozen: Maar
stuur er my, als ik u verzoeken mag, niet
meer!"
de feiten gezien,
HET GETUIGENVERHOOR.
Als eerste getuige h charge weid gehoord
de heer D. L. van Hoorn, inspecteur van po-
te Gouda. Desgevraagd verklaarde de
f van Hoorn dat hjj het Weekblad bad
zien liggen in het wachtlokaal der agenten
en dat het blad op de gewone wijze was ver
spreid en ook op straat verkocht. De heer van
Hoorn acht zich doof bedoeld stuk gekrenkt
eer en goeden naam. Get. zette het gebeer
de uiteen. Er was werkstaking in de wasch
ist rie en er waren enkele werkwilligen,
die gemolesteerd werden en achtervolgd, het
geen meermalen tot volksoploopen aanleiding
gaf; zoo ook op 26 Juli 1922.
Getuige verklaarde om 7 uur op het politie-
neau te zijn gekomen en tot 9 uur theorie-
irsus te hebben gegeven. I ja ter op den avond
is het relletje gebeurd. Op de Hoogstraat zag
getuige een volksoploop j htf is er toen heen
gegaan en heeft de menigte aangemaand te
rug en uit elkaar te ga*n; de menschen ver
spreidden zich daarop. Tpen kwam uit de me
nigte .bekl. naar voren, «Ue naar hij meent een
rywiel by zich had, drong naar de voorste rij,
wilde doorgaan, terwijl getuige gelastte terug
te gaan.
Ads u naar huis wenseht te gaan, gaat dan
door, zeide get. to* v. St. Inplaats dat dit ge
beurde riep vian S. aak Overhand. Toen heb
ik v. S. opnieuw gelast weg te gaan.
Pes.: Richtte bekl. zich tot de menigte?
Get.: Ja; ik dacht toen dat gaat niet goed.
Even later was er voor het bureau weer een
Get.: Niets.
tW: Ook r
Oet.: Neen!
Pres.: Hadt u iets gedronken dien avond?
Niets.
niet dien dag?
Get. verklaarde nog dien avond
van 7 uur af onafgebroken op het bureau tc
zyn geweest.
Naar aanleiding van eenige vragen van den
raadsman van bekl., M r G. d e G ro o t h, zei-
de get. dat de menigte uit eenige honderden
bestond, dat get. in November 1921 ziek ge
weest is en geen alcohol gebruikte als 's avonds
voor het naar bed gaan op medisch advies een
De verdediger vraagt of getuige niet aan
Baas (een gewezen klerk by de politie) gezegd
heeft dat als Baas een verklaring teekende
dat de Inspecteur nooit dronken is geweest,
hem eervol ontslag zou worden verleend.
Getuige: Absoluut niet!
De verdediger vraagt of het juist is dat get.
Muis op het bureau heeft laten komen?
Get.: Ja, naar aanleiding van geruchten.
Vervolgens werd gehoord de getuige A.
Bertheux, commissaris van politie te Gouda.
„Wat nu", zeide de majoor.
Wussow sneed hem het woord af. „Zooals u
wilt, nicht Daarna bekeken zy den kleinen
jongen, die in zyn bedje sliep.
Grete had zich door haar toorn laten leiden.
Al was he* alleen voor het gepraat der men
schen, is het goed, dat u peet zyt, neef!"
Maar nu had zy in hem haar man gevon
den.
„Laat de menschen praten, nicht, ik weiger
het!"
Nu werd het den majoor te bar.
„Nu moet het uit zyn! Wat is er in 's hemels
naam gaande?"
Zeer uit de hoogte zeide Wussow: „Myn nicht
pntstemd. Ik ben klaarbiykelyk toch
Vergeef my, ik zal dadelyk
wensch u alles goeds, nichtI"
Weg was hy.
De majoor stond met open mond in het mid
den der kamer. Grete, waar heb je je opvoeding
gelaten
Zy haalde de schouders op. U beiden zyt
voogd over het kind, ik heb er zelf geen meer
noodig.
Vaarwel dan! Nu kan ik gezwind het kwaad
meer goedmaken. Er zyn wel dingen, die ik
met meer pleiner doe."
Toen hy in de vestibule kwam, reed Wussow
juist weg.
„Voor den duivel, die heeft haast", bromde
Dankersbach, ging zyn kamer binnen en iloaeg
de deur achter zich dicht
Getuige Bertheux verklaartle op 26 Juli den
Inspecteur om kwart voor tien te hebben ont
moet op het bureau. Half elf wilde de inspec
teur naar huis gaan, toen bemerkt werd dat
er iets gaande was. Toen is get. met den in
specteur daar heen gegaan. Get gaf order de
menigte te doen verspreiden. Jaren is de heer
van Hoorn al in Gouda Get. heeft den
teur nooit geattrapeerd op drinken; hy is kalm
en bedaard. Ook deze getuige noeint het een
absolute leugen dat aan Baas eervol ontslag
zou worden verleend onder voorwaarde dat hy
een Verklaring teekende dat de inspecteur nooit
dronken is geweest
Pres.: Hebt u een onderhoud gehad met Baas
nk dit geval.
Get.: Ja, daar hjf kwam vragen om eervol
ontslag.
Bekl. stelde get. de vraag of de agenten
zelfstandig hunne verklaring hebben opge
maakt of dat deze alleen door hen is getee
kend.
Get.: De agenten zyn gehoord; hunne ver
klaringen op schrift gesteld, deze zyn voor
gelezen en door hen ondertoekend.
Bekl.: Als ik goed begryp hebben de agen
ten dag allen öngeveer eenzelfde verklaring
afgelegd.
Getuige Negryn is op het Weekblad geabon
neerd en daaruit heeft hy het bewuste arti
kel gelezen. Get. heeft persooniyk nooit iets'
gemerkt van drankgebruik door den inspec
teur; get. weet dat de inspecteur dien avond
cursus had. Get. was by hot allereerste begin
van de verspreiding der menigte niet tegen
woordig en heeft den inspecteur niet bezig
gezien. Getuige's#oordeel is dat de inspecteui
altyd met tact optreedt, diens houding was
niet provoceerend, hy heeft 'alleen met ver^
heffing van stem gelast door te loopen. Hoe
groot de menigte was kan get. moeilyk schat
ten, doch vry groot.
Desgevraagd verklaart getuige bekl. wel
meer by stakingaaangelegenheden to lubben
aangetroffen êh den indruk te hebben dat be
klaagde de menigte menigmaal leidt.
Getuige Oudenaarden heeft den inapecteui
zien optredeiynet kalmte en gematigdheid en
niets gemerkt van opgewondenheid en drift.
De getuige Dilling heeft gehoord dat bekl.
vtegen inspecteur v. Hoorn gezegd heeft „Ik
wensch door u niet gelast te worden.
Getuige van Ham heeft aan den inspecteur
niets abnormaals bemerkt.
De zitting werd hierna een oogenblik ge
schorst; de rechtbank begaf zich in raadka
mer, teneinde te beslissen of aan bekl. het be
wys van de waarheid door getuigen it décharge
zou kunnen worden toegelaten. De rechtbank
besloot tot toelating dezer getuigen.
Als eerste getuige décharge was gedag
vaard de heer U, J. Mys, burgemeester van
Gouda. Deze getuige was niet verschenen we
gens ongesteldheid, waarvan een verklaring
van diens medicus was ingezonden.
Getuige Overhand verklaarde principieel be
zwaar te hebben tegen den eed. Op de door
den verdediger gestelde vragen antwoordde
get. dat toen bekl. by get. kwam, er byna
geen menschen meer byeen waren, de menigte
was in de zijstraten verspreid. Gut. verklaarde
dat bekl. herbaalde malen tot den inspecteur
had gezegd dat zyn weg huiswaarts leidde,
maar telkens schreeuwde de inspecteur: Te
rug! Terug! Tenslotte is bekl. toegestaan door
te gaan.
Pres.: Is bekl. toen direct naar huls ge
gaan
Get. Overhand: Neen. Get. verklaarde ver
der dat de houding van den inspecteur aan
leiding gaf tot de veronderstelling als zou de$o
zeer abnormaal zyn.
Get. wilde zich niet tegen de politie verzet
ten en had tot bekl. gezegd te zullen omryden
om zoo naar huis te gaan.
Preis.: Wat deed u op den Kleiweg?
Get.: Werkwilligen thuisbrengen. We had
den maar om te kyken of het klonk weer:
Terug!
Verder verklaarde get. dat bekl. gevraagd
heeft: merken jullie niets aan den inspecteur?
waarop get. antwoord<le: wat u denkt, merken
we ook. Get. en den heer v. S. werd niet toe
gestaan op het politiebureau 'den burgemees
ter te telefoneeren.
Toen het telefoongesprek by bekl. aan huis
met den burgemeester ufge loopen was, ging
het belletje weer en toen belde de burgemetM-
ter den commissaris op. Toen dat gesprek ge
ëindigd was, zyn we naar den burgemeester
gegaan om te zien of de burgemeester niet
uit zyn huis kwam om een onderzoek in te
stellen.
Op de vraag van den Pres. of jfetr-aag an
dere symptomen heeft aangetroffen die er óp
zouden wyzen dat de inspecteur under in/Wl
van drank was, zeide gei. dat uiterlijk e<n
groot verschil bestaat in het gezicht van den
inspecteur van toen en nu en dat een wagge
lende gang was waar te nemen.
Getuige Jansen sclmt de menigte op 35 men
schen; de menigte was al uit elkaar toen «Ie
inspecteur er by kwam. Get. kreeg den indruk
dat do inspecteur beschonken was, hy leidde
dit af uit zyn waggelende houding en xyn
schreeuwen.
Get. J. BrouwerMikkers verklaarde dat
de inspecteur drunken was, zy had dranklucht
geroken.
Got. M. Idsinga— v. d. Zey«len hoeft ook
dranklucht waargenomen.
De vele overige getuigen legden tegenstrij
dige verklaringen af omtrent de hoegrootheid
menigte: hunne waarnemingen, waaruit
runnen worden afgeleid dat de inspecteur
.Abnormaal" zou zyn geweest, waren geba
seerd op indrukken en omler»tel!ing«n.
Getuige Petit vond hot optreden van den
inspecteur eigenaardig, omdat beklaagd© ab
soluut geen aanleiding er toe had gegeven.
Got heeft er niets van gemerkt dat «le inspec
teur dronken zou zyn geweest
Getuige B. verklaarde sedert 1 Doe. 1928
ontslagen te zyn uit zyn betrekking al» klerk
by do politie, omdat hy beschonken is geweest.
Pres.: Heeft u den inspecteur ooit «honken
gezien
Get.: Neen. (Dan na eenige aarzeling):
Weet ik niet.
Get. zeide «laarop dat als voorwaarde voor
zyn eervol ontslag hy schriftelijk moest vor
klaren dat op den gegeven datum de inspec
teur niet dronken was.
Get. Bertheux zegt dat zulks beaHst onwaar
Baas had zyn ontslag gekregen, getuige
heeft gevorderd «lat het eervol f werd verleend.
Get. Baas verklaurde gehoortl te hebbon vaii
den hoofdagent van Bekkum «lat de inspecteur
op een Landbouvv-diner «honken is geweest;
aan getuige werd gezegd dat hy zyn eervol
ontslag kon krygen na het teekenen der ver
klaring.
Getuige Bertheux, op de hoogte dat er ma
chinaties werden gevoerd tegen «Ie politie, wil
de een bewys, lioewel hot geen wettig bewijs
om zich zoo noodig te dekken tegen de
praatjes, «lie zoo gauw rondgaan in een kleine
plaats. Met het oog op «le toekomst van ge
tuige Baas werd eervol ontslag verldtend, geen
pressie werd op hem uitgeoefend.
Desgevraagd door pleiter en beklaagde be
vestigde getuige B«u»s dat de inspecteur per
motorfiets hem is komen bozoek««n in «le Bilt
en heeft medegedeeld dat het ontslag by den
Hoofdcommissaris te Utrecht lag. Dat ontslag
ia toen opgehouden en toen get. in Gouda kwam
lag het klaar.
Get. Baas antwoordt bevestigend op de vra
gen van bekl. of hy wel eens n^et den inspec
teur oen borrel heeft gedronken; «lat hy lieeft
gezegd drinken te hebben geleerd van den In
specteur en dat de inspecteur zelf verteld heeft
aan Baas onpasselijk to zyn gewexwt na het
[diner.
Bekl. merkte op dat liet wel eigenaardig J»
dat een superieur naar een ondergeschikte In
de Bilt gaat per motorfiets om hem te zéggen
[dat zyn ontslag er ligt
Getuige Wuyster heeft geen dronkenschap
geconstateerd, doch alleen in Nov, '21 het ver-
moeden daarvan te heliben gehad. Een* agent i
van den Marktdienst en de agent Oudenaarden J
waren «laarby.
Get. Oudenaarden verklaarde zich dit niet
te herinneren.
Pleiter merkte op dat het herinneringsver
mogen der getuigen a charge hen wel In den
iteek laat.
Gqjoiige Mui» heeft den Inspecteur vervoerd
van hotel ,/le Zalm'' naar zyn woning. De In-
is vandaag pntstemd
te vroeg^gekomen. i
vertrekker-ik wen
Driemaal moest hy naar Stolp rijden, w»
Wussow over te halen peet te worden.
Toen hy zyn toestemming had gegeven, en
de majoor weer vertrokken was, lachte hy luid.
Zoo .gaat het goed! My leidt gy niet om
den tuin, Grete! Wees maar dapper, als gy het
volstrekt wilt, toon ik toch myn tanden,
ik ben een man!
Het land prykte in lentegroen en bloesems.
Grete von Blottstedt zat in den tuin, naast
haar stond de kinderwagen met het slapende
kind.
Hoefgetrappel werd vernomen; Wussow
kwam aanryden op een fraaien appelschimmel
en op eenigen afstand zyn oppasser. Op het
midden van het plein sprong de ritmeester van
zyn paard, en trad langzaan op de tuinpoort
toe, waar hy Grete reeds gezien moest heb
ben. Hy had zich maar zelden laten gien en
dan steeds voor het bezoek een zakelyke reden
weten te geven!
Ook op Blottstedt had hy haar eens ontmoet,
toen zy van het graf van haar man kwam.
„Goeden dag, nicht!"
„Stil, spreek niet zoo luid, het kind slaapt!"
De kleine was al wakker geworden, maar was
vroolyk en speelde met zyn rammelaar.
Wussow trok het gordy'n van den kinderwa
gen terug, trok zUn rechter handschoen uit en
speelde met het kind.
Grete's blik hing aan Wussow. De voorjaars
zon had hem verbrand, des te sterker kwamen
de grjjce haren aan zyn slapen te voorschyn;
de rimpels waren dieper geworden.'' Dat alles
om my, ging haar door liet hoofd.
Wat zag hy zyn kleinen neef tceder aan;
woarlyk, zyn bruine oogen waren vochtig. Nog
altyd hield hot kind zyn vinger vast en sprak i
hy het zachtjes toe.
„Als je maai- eerst grootcr bent, myn jongen,
dan leert je oom je het jong gez ellen leven
pas maar op,"
Hoe het kwam wist Grete zelf niet. Later
ergerde zy zich over haar woorden, die haar
plotseling voor den mond kwamen.
„Nu daar heeft hy den tijd nog mede. Dan
zult gy wel getrouwd zyn en wat gewichtiger»
te doen hebben."
„Wel mogelyk. Maar ik heb nog geen haast
met het huweiyk."
Hy zeide het luchtig en keek naar het plein,
waarover zy onuitsprekelijk biy was, want
plotseling was een blo» naar haar wangen ge
stegen. Hoe had zy zulk een onzin kunnen zeg
gen!
Eenige oogcnblikken later stond hy op en gaf
het kind zyn rammelaar in de handen: „Zoo,
ainuseor je nu een beetje alleen, ik moet met je
moeder spreken. „Nicht ik hoop niet, dat ik u
ontstem, maar ik zou u willen voorstellen op
Blottstedt te gaan wonen. U heeft daar meer
ruimte; het slot moet toch in orde gehouden
worden, en het is het erfdeel van Joaehimpje.
Het duurt nog wel een poosje, voordat hy «le
eerste indrukken opneemt, maar als het offer
niet te groot Is, brengt u het."