IBAK
C!
:n.
tien.
l
ingen,
- Gouda.
EL
WVOER
fectie
es.
GOUDA
r 33. Telef. 570.
dres
roökèn?
Niit tar menscbenhindea gebouwd
Uit het Engelsch van DAVID LYALL
door J- P. WESSELINK—VAN ROSSUM.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
bergambacht, berkenwoude, bodegraven, boskoop, gouderak, haastrecht, moordrecht, moercapelle, nieu
WERKERK OUDERKERK,, OUDEWATER, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz.
Ito. IS2M
Maandag 23 April 1923
82"Jaargang
m
ELIER
DU DA
I
per pond.
ólange 2
leren,
ZOON
GOUDA.
FEUILLETOn.
Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
Lord Curzon’s rede in hot Engelsche Hoogerhuis.
Wat de pers er van zegt: Engelsche, Fransche en Duitsche persstemmen.
Poincaré aan het woord. Uit het bezette gebied: botsing in Mühl-
heim. Minister Severing’s oordeel over de „Hundertschaften”. Verval
in Spanje. Het Russisch-Finsche vredesverdrag.
1191 u
iao
927 40
1169 120
K
>U«i. bMkhH-
d. plaataiai
rt».
3
aoiuut niet aan, «egt hij, date lompe manie
ren na te doen. Sedert dien vrede hebben
wy niet nagelaten blyk te geven van geduld
cn grootmoedigheid. Maar wat spreekt men
over een overeenstemming met ons, terwijl
men begint de verwerping der vredesverdra
gen en de ontkenning der handtekeningen
als dogma te stellen. De essentieele voor
waarden voor een toenadering xyn vervat in
twee woorden, welke steeds dezelfde xyn:
schadeloosstelling en veiligheid.
Sedert meer dan drie jaar nadien hebben
wij one uitgeput om de verwoeste gebieden
te herstellen. Wij willen en kunnen niet tot
inhet oneindige de voorschotten blijven ver
strekken, welke wij voor rekening van
Duitschland doen.
Wij moeten, zoo xeide Poincaré ten slotte,
de belangen van Frankrijk in de eerste
plaats stellen, maar moeten het vooral doen,
omdat xonder waarborg voor onze onafhan
kelijkheid en zonder het herstel van ons ver
woeste land noch bet herstel van Europa,
noch het handhaven van den vrede mogelijk
xal zijn.
Uit het bezete gebied komen wederom
berichten welke doen denken aan de mo-
belijkheid dat de Franschen de hand heb
ben in de door de communisten veroorzaak-
ta onlusten. Dat is een visschen in troebel
water. In MUhlheim ia gisteren de nacht
rustig verloopen. De arrestaties van deel
nemers aan het oproer worden voortgezet.
Tot nu toe zjjn ongeveer 70 personen ge
arresteerd.
Het Centrumblad de „West-Deutsche
Herold** brengt heden het bericht, dat Don
derdagavond te Essen een van communisti
sche en syndicalistische zijde bijeengeroe
pen vergadering is gehouden, waarin o.a.
het volgende program werd goedgekeurd:
lo. Volle ontplooiing van de activiteit der
uit arbeiders bestaande „Hundertaehaften”;
2o. bezetting van het raadhuis, het bureau
van den wethouder van onderwijs en van
den wethouder van volkswelvaart; 80. ar
restatie van de rich daar bevindende wet
houders en ambtenaren en inbeslagneming
van de stukken, die voor de bezettingsauto-
riteiten van belang kunnen zijn; 4o. bezet
ting van en demonstratie in de Munster
kerk, daar de „Ruhrtiilfe” door de geestelij
ken onrechtvaardig werd verdeeld; 5o. bij
mislukking van deze plannen moeten da
eischen verwezenlijkt worden door het aan-
knoopen van betrekkingen met de Fran-
schen en het ter beschikking stellen van
de aanwezige arbeidskrachten. Een spre
ker, die tegen het samengaan met de Fran-
schen opkwam, werd overschreeuwd en oen
verrader genoemd.
Na sluiting der vergadering moesten de
groepenleldera der communistische „Hun-
dertschaften” achterblijven om bevelen in
ontvangst te nemen. Daar het plan echter
reeds bekend geworden was en de autori
teiten maatregelen hadden genomen, bleef
:den ter overnam,
'root vaarwater.
raat 22, Den Haag.
Het is soms gemakkelijker groote din-
gen te vergeven dan kleinigheden.
(Nadruk verboden.)
tatie der mijnen te doen plaats vinden onder
geallieerde controle en ten behoeve van de
schadeloosstelling.
Het zijn de bevelen van de Duitsche re
geering, het is 't alom georganiseerde ver
zat, het zijn de systematische stakingen
van de beambten die ons dwongen aan de
operaties een meer militair karakter te ge
ven en op Duitschland krachtige pressie uit
te oefenen; teneinde het te dwingen tot eer
bied voor het Verdrag van Versailles en tot
nakoming van de aangegane verplichtingen.
Poincaré verklaarde vervolgens, dut het
beweerde aanbod van 30 milliard goudmark,
dat in Januari zou zijn gedaan en waarop
de Duitsche minister van Buitenlandsche
Zaken in een onlangs gehouden rede zin
speelde nooit in werkelijkheid plaats vond,
en dat indien er thans een cijfer van 30 mil
liard genoemd wordt, dit ongetwijfeld wordt
gedaan om aan de Duitsche socialisten te
gemoet te komen, die een dergelijke som
voorstelden.
Maar zelfs aangenomen, zeide hij, dat Ro
senberg de waarheid heeft gesproken, dan
bl(jkt‘er nog uit, dat Duitschland na in Mei
1921 formeel erkend te hebben, dat het 132
milliard schuldig was, zich in Januari 1923
zou hebben verwaardigd aan de geallieerden
nog minder dan een vierde deel van de be
loofde som aan te bieden, ten einde te voor
komen, dat het Roergebied bezet werd en
ten einde te verkrijgen, dat een moratorium
van drie of vier jaar zonder onderpanden zou
.worden verleend.
Von Rosenberg meende in den Rijksdag
te moeten ontkennei^, dat de Schutspolizei
in vele steden in wezen oorlogsorganisaties
zjjn. HJj beweerde zelfs, dat de ontwapening
op nauwgezette wijze volvoerd is. Hjj kent
echter beter dan iemand anders de moeilijk
heden, welke aan de controle-commissle in
den weg worden gelegd, de vijandige betoo-
gingen in Berlijn en München en de ernsti
ge incidenten in het Roergebied en te Stet
tin, Passau en Ingolstadt.
Op 17 Juli werd een wetsontwerp inge
diend, waarbij de Schutzpolixei een rechts
positie werd anageboden gelijk aan die van
het leger, terwijl hij voorwendde de staats
politie te generaliseeren en haar onderling
verwisselbaar te maken met de rijksweer.
Dat Duitschland deze troepen in het niet
bezette gebied onderhoudt, acht spr. een ge
vaar voor de rust in de wereld. Er zijn edel
moedige zielen, die ons aanraden met
Duitschland te onderhandelen met zacht
moedigheid en mededoogen en Duitschland
zelf beweert, dat zonder overeenstemming
tusschen dat land en Frankrijk het herstel
van Europa mogelijk blijft.
Poincaré vraagt zich af, hoe de kwaad
willigheid ve&laard moet worden, welke
Duitschland sedert 1871 voortdurend heeft
betoond tegenover Frankrijk om dit land
het volle gewicht te doen gevoelen van zijn
nederlaag, zelfs naar aanleiding van de
kleinste incidenten. W ij denken er thans ab-
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal f2.25, par week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt
Franco per post per kwartaal ƒ8.15, met Zondagsblad ƒ8.80.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 81, GOUDA,
bij onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren.
Onze bureaux zijn dagelijks geopend van 9—6 uur.; Administratie Tel. Int 82;
Redactie Tel. 545.
merkelyk innerlijk elkaar begrijpen is te
bemerken.
Opmerkelijk zijn de beschouwingen van
de „Zeit.”, het orgaan van de Duitsche
Volkspartij. Het blad noemt de rede een
belangrijke bijdrage ter bevordering der
bijeenroeping eener internationale conferen
tie tot bij legging van de Roerkwestip. Het
meent in de rede van Curzon een sterke
overeenkomst te zien met de gedachte, die
dr. Stresemann in zijn R(jksdagrede tot
uiting bracht en die de Duitsche minister
van buitenlandsche zaken niet heeft tegen
gesproken.
De „Vorwhrts” merkt op: „Men heeft
steeds weer gezegd, dat de tegenstand in
elk geval moet voortgezet worden tot het
gelukt was, Engeland in het spel te be
trekken. Dat dit eerste doel bereikt is, toont
de rede van den Britschen minister van bui-
tcnlandsche zaken.
Het „Bert. Tabeblat” wijst op de moei
lijkheid, dat Engeland nog aan het beta
lingsplan van Bonar Law van Jauuari
schijnt vast te houden, dat door Frankrijk
te laag werd geacht, doch Duitschlands be-
talingscapaciteit nog overschreed.
De „Voss. Ztg." noemt de rede een zicht
bare ontspanning van den internationalen
toestand. Zij laat er echter ook geen twij
fel aan bestaan, dat de reis van Loucheur
een succes is geweest en dat zij, tot vol
komen overeenstemming tusschen Fran
krijk en Engeland heeft geleid. Het blad
legt deze overeenstemming in een voor
Duitschland gunstigen zin uit.
De rede door Lord Curzon in het Engel
sche Hoogerhuis gehouden, wordt van groo
te beteekenis geacht voor de oplossing van
het schadevergoedingsprobleem. Het is fei-
teljjk de eerste maal dat de Britsche Re-
geering aldus een uitvoerige uiteenzetting
heeft doen geven wat thans de Britsche
politiek tegenover Frankrijk en Duitsch
land is. Het meest belangrijke in deze rede
die meer tot Duitschland en Frankrijk was
gericht dan tot de Lords in het Hoogerhuis,
was wel de uitnoodiging aan Duitschland
om spoedig met een voorstel te komen,
waarbij ook garanties nader aangeduid zou
den worden. Curzon betoonde zich niet zon
der hoop, dat de oplossing spoedig gevon
den zal worden en daaruit leidt een deel
der pers af, dat een stap reeds eerstdaags
te verwachten is. De vraag of Frankrijk
eenig vervulbaar voorstel aanvaarden zal,
behandelde hij niet. Opmerking verdient
nog, dat Curzon onder de voornaamste pun
ten der Britsche politiek ook noemde, dat
niet alleen Frankrijk tegen Duitschland,
maar ook Duitschland tegen Frankrijk be
veiligd zou worden. De garanties zouden,
zei hjj, wederkeerig moeten zjjn. Dit is een
gezond beginsel, waarvan het te hopen is,
dat de Britsche regeering niet afwijkt.
De rede wordt in de Engelsche zoowel
als in de Fransche en Duitsche pers druk
besproken.
De Times zegt dat de bestudeerde gema
tigdheid van de woorden van Curzon kri
tiek zou kunnen ontmoeten, indien het niet
duidelijk ware dat hij aldoor met een streng
praktisch doel sprak. Als algemeen verslag
van den toestand in het Roergebied was de
redè onbevredigend, maar zij was bewon-
derenswaardig als berekende poging om de
positie van Engeland als mogelijk midde
laar te versterken.
De Manchester Guardian zegt, na nadruk
gelegd te hebben op het gevaar van een
brand in het Roergebied: Wy hopen dat de
Duitsche regeering Lord Curzon’s verkla
ring zal aanvaarden dat de eerste stap tot
vredesonderhandelingen van haar moet ko
men en ook zal luisteren naar de waar
schuwing van correspondenten aan de Roer
dat als die stap niet spoedig komt, het te
laat zou kunnen zijn. Duitschland zou het
misschien onbepaalden tijd kunnen uithou
den, maar het Roerbekken niet Indien men
anarchie wil vermijden, moeten de eerste
stappen onverwijld plaats hebben.
De Daily Chronicle juicht Curzon’s ver
klaring toe, dat het zoeken naar veiligheid
voor Frankrijk „geen ontwrichting van
Duitschland” tengevolge moest hebben „of
een verbintenis zou kunnen zegenen,
die op zulk een vreemde manier wui
begonnen.
„Ik houd niet van u,” herbaalde
zij, „en ik ben bang. Indien ik mei
beantwoordde aan de verwachtingen ot
u teleurstelde omdat ik volstrekt
geen zwakke vrouw ben, en ik waar
schuw u, ik zou veel naar mijn eigen
wenach willen hebben wat sou er
dan gebeuren?”
„Hoe kan ik dat zeggen? Wij zullen
dat met al het overige moeten af
wachten. Maar ik houd van een goed
strijder.*'
„Ik zou niet strijden,” zei Alieon
snel. „Tenminste met heel lang, ik
zou eenvoudig heengaan.”
„Daar zal ik voor waken,” ant
woordde hij; een licht straalde in stjn
oogen, want hij stelde zich voordicht
bij de eindoverwinning te zijn.
„U weet natuurlijk, hoe arm wij
zijn. Gedurende de twintig jaron, die
ik het huishouden in de pastorie te
Rochallan heb gedaan, kwam er nooit
méér dan twee honderd dertig pond
in, waarmee een heel jaar alles ge
daan moest worden."
„Jou arme! Dat aal ik je ah spel-
dengelu in je zak stoppen. Bedenk
eens, wat je zoudt kunnen weggevenl
(Wordt vervolgd)
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bexorgkring):
1—6 regels 1.30, elke regel meer ƒ0.25. Van buiten Gouda en den beaorgkring:
15 regels 1.55, elke regel meer 0.80. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20
bijslag op den prijs. Liefdadigheidx-advertentiin de helft van den prijs.
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN: 1—4 regels ƒ2.06, elke regel meer /0.5a Op
de voorpagina 50 hooger.
Gewone advertentiën en ingezonden mededeel ingen bjj contract tot soar geredeneer*
den prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van soil
dolaren, Advertentiebureau* en onze Agenten en moeten daags vóór
aan het Bureau zjjn ingekomen, teneinde van» opname verzekerd te
Poincaré heeft gistermiddag by de ont
hulling van een monument voor de gesneu
velden van de gemeente Void in het depar
tement Meux, een gebied dat voortdurend
heeft bloot gestaan aan vljandel(jke bedrei
gingen, een rede gehoudeir waarin hy ant
woordde op de rede door Dr. Rosenberg in
den Rijksdag gehouden.
Herinnerende aan de brandstichtingen, de
moorden, de terechtstellingen van grijs
aards, vrouwen en kinderen, waarvan de
verwoeste gebieden getuige waren, Jegde
hij er in verband daarmede den nadruk op
hoe schandelijk en belachelijk het van de
regeering te Berlijn was thans de Duitsche
bevolking als het slachtoffer van het Fran
sche militarisme voor te stellen.
Poincaré herinnerde vervolgens aan het
aanmatigend optreden van de Duitsche be
zettingstroepen na den oorlog van 1870/71
en de strengheid, waarmee Duitschland de
betaling der oorlogsschatting eischte, alvo
rens de Fransche gebieden te ontruimen.
Wy gingen naar de Roer, zoo vervolgde
de premier, om panden in handen te nemen
ter verzekering van onze vorderingen,
waaraan Duitschland trachtte te ontkomen.
Wy gingen niet met vyanderlyke bedoe
lingen naar het Roergebied. Verre van dat;
wy wenschen ons te verstaan met de indus-
trieelen en de arbeiders, teneinde de exploi-
35 -
Zij, die zoo lang voor anderen als
jen moeder was geweest, en die nu
ÏJJLi. •ïden ïeeg zag’ kreeg de ge‘
«genneid opnieuw te beginnen en op
volkomen onontgonnen veld. Maar
wï! k ng hield haar terug; rij wist
niat h j was’ maar wilde of kon net
et onder woorden brengen. Wat de
haar, ongetwijfeld in voile
theid van kaar vroe8> laadde
8 oote verplichtingen op haar en open-
OAiiiu11 toekon,®t van oneindige mo
ven een Zij zou zich in moeten le-
du een nieuwe bloedverwantschap
w__.a“ee® dew liefde geheiligd kan
rü “i kon niet beweren, dat
heiligende liefde voelde. Zij
g snel naar hem op en haar dap-
vast 008611 keken doordringend en
u ^en gevoelig voor de eer, die
XïOet’. hoe groot de
ah tn e,d* 01 het gelukken zal; zoo
moet v«ïï°nW v.an *“ar man houden
ik 0161 v00r U- Hoe zou
kunnen? Wij hebben elkaar slechts
buitenland mee. Zij baant zich, zooals
zij het noemt, haar eigen weg. Anna
is ziek van het leven, dat zij leidt.
7ij verlangt er naar weg te trekken
en wat anders te beproeven, en a|p
gij naar Old Hall komt, dan kan zij
aan dien wensch voldoen. En dan is
er nog Celia; uw broer Ouy heeft mij
om haar hand gevraagd» en ik over
weeg, wat ik doen zal. Ik heb hem
niet gezegd, dat mijn beslissing geheel
aou afhangen van het antwoord, dat
ik van u zou krijgen.”
Zij keek naar hem op met een lich
te flikkering van ongeveinsden toorn.
„U zoudt uw toestemming tot Celia’s
huwelijk afhankelijk maken van mij;
maar dat is oneerlijk en onvriendelijk
Het zou mij er haast toe brengen da
delijk neen te zeggen.”
„Maar een man, wien het zoo hei
lige ernst is als mij, is niet ai te
kieskeurig in zijn middelen om zijn
doel te bereiken. Ik heb nog nooit in
de wereld naar iets zoo verlangd als
ik naar u verlang. Neem mij, Ali
son, en ik geloof waarlijk, dat ge ten
naastenbij van mij zult kunnen ma
ken, wat ge wilt. Indien zij mij te
Birtley zoo hoorden spreken, dan zou
den zij of denken, dat het duizend
jarig rijk aanstaande was, of dat ik
mijn stervensuur voelde naderen. Ik
sta in geen goeden reuk te Birtley en
ik wil mij niet voordoen als uwer
waardig. Ik weet te goed, dat ik dat
nooit zou kunnen zijn. Ik bied mij
teM CTemota ala uw wiend ta net aan ah, laat ona «ggen, het gebied
een week gekend."
„Het is- de week van mijn leven
geweest en ik zal zorgen, dat u van
mij gaat houden,” zei hij met een be-
hterschten hartstocht, die niet naliet
grooten indruk op haar te maken
„En ik moet u vertellen, dat er lang
geleden, toen ik nog een meisje was,
een ander was. Wij namen hier op
deze zelfde plek afscheid van elkaar,’
zei zij met stokkende stem. „Maar ik
zal hem nooit vergeten.”
„Ik ben zelfs daar niet bang voor,”
zei hij grimmig. „Ik ben mijn heele
leven bezig geweest om hinderpalen
uit mijn weg te ruimen. Wie is de
man? Woont hij hier? En is hij met
niemand anders getrouwd?”
„Hij werd geboren in dat oude huis
tusschen de ooomen, maar hij is- al
vijftien jaar buitenslands en sinds den
dag, waarop wij afscheid namen» heb
ik hem nooit meer gezien; of hij ge
trouwd is of niet, schijnt niemand1 te
weten.”
„Dan telt hij niet meer mee," zet
<je heer Crewe vastberaden. „Ik wil
mijn kansen waarnemen. Het zou al
heel vreemd zijn, als ik niet J<on ma
ken, dat ge hem vergeet.”
„Dan uw kinderen „begon z{’-
maai hij lachte haar toe en ondanks
haarzelf verdween iets van haar ernst
„Indien zij het wisten dan zou
den zij met mij pleiten. „U heeft hen
allen mgapakt; allen behalve de
eene die ge niet hebt gezien; en zij
GOIDSCHE COIRANT.
het ontstaan van een nieuwe open wond in
het hart van Europa”. Indien waarborgen
gegeven moeten worden, dienen deze een
wederkeerig karakter te hebben. Daarin
schuilt, meent de Chronicle, een vruchtbaar
denkbeeld.
In de FranscHe bladen klinkt een ande
re toon, die méér teleurstelling doet uit
komen. De Echo-de Paris betoogt, dat Cur
zon vergeet, dat niet de Duitsche draag
kracht maar alleen Duitschlands wil tot be
talen in het spel is en dat het alleen de
vraag is bf Engeland de Franschen wil hel
pen by de verzekering van hun veiligheid
door ontmanteling van beide Ryn-oevers.
De Matin stipt uit de redevoering van
Curzon diens vrkenning aan, dat Duitsch
land den eersten stap tot onderhandelen
moet doen.
Zoowel ter officieels plaatse in Berlyn
als in de Duitsche pers wordt deze rede
hoogst belangryk geacht. De indruk in de
Wilhelmstrasse is algemeen, dat hier een
werkelijk staatsman in een vorm, die boven
de toj; nu toe van Entente-zyde gehouden
redevoeringen verre uitgaat, tracht een weg
te vinden om uit de tegenwoordige moei
lijkheden te geraken. Van Duitsche zyde
zal daarom ongetwijfeld alles worden be
proefd om in positieven zin op de verschil
lende aanwijzingen van Curzon te reagee-
ren. De afwyzing van het voorstel van
Lord Buckmaster, die het Fransch-Duitsche
conflict aan het oordeel van den Volken
bond wilde onderwerpen, wordt hier met
voldoening begroet. Zonder de beteekenis
van den Volkenbond als het begin van een
toekomstige boven de staten staande or
ganisatie te ontkennen, is na de ervarin
gen in de Opper-Silezische en andere kwes
ties, waarby de Volkenbond'over Duitsche
belanben moest beslissen, voor de regee
ring een uitspraak onaannemelyk, die door
een tot nu toe zoo partydig samengestelde
organisatie wordt geveld. Van bijzondere
beteekenis wordt de besliste toezegging
beschouwd, dat de Fransche en Belgische
regeeringen eventueele Duitsche voorstel
len in overleg met de overige geallieerde
mogendheden zullen bespreken. Als pro
gram wjjst de rede van Curzon op een wij
ziging van de tot nu door Engeland aan
genomen houding in de Roerkwestie.
Ook in Berlynsche bankkringen is men
het er over eens, dat de rede van Cuizon
in zekeren zin als een voorlooper van on-
derhandelingen is te beschouwen.
In Duitsche industriekringen meent men
bovendien, dat tusschen de Ryksdagrede
van Stresemann en die van Curzon een op-
voor de zending, waarover uw broe
der dezen morgen van den kansel
sprak.”
Alison haalde lang en diep adem.
„Dat is niet, wat een vrouw in het
huwelijk verlangt, iets, dat op zijn
best een braakliggend veld is, waar
zij een zendingspoging kan doen. On
willekeurig gingen haar gedachten te
rug naar den dag, toen zij atscheid
had genomen van den geliefde harer
jeugd, hoe droevig trotsch zij geweest
was op zijn kracht en zijn goedheid,
op zijn gedachten aan anderen, op
alles, wat hem haar liefde zoo waar
dig had gemaakt, zoo goed als die
van iedere andere vrouw. En toch
openden de woorden van den heer
Crewe een verlokkend verschiet. Zij
zou tenminste iets hebben om over
le vorderen, te helpen, te leiden in
de paden, die zij liefhad, de paden
van rechtschapenheid en vrede.
„U zoudt mij voor zes maanden als
huishoudster kunnen nemen, totdat wij
weten „zei zij den drang van het
oogenblik volgend en mei een snel
voorbijgaanden lach.
Maar hierop schudde Crewe zeer be
slist en spottend het hoofd.
„Niet, zoolang ik iets te ’eggen
l>cb. Ik kan het einde reeds bij het
begin voorzien Kom als mijn vrouw
naar Old Hal), Alison, en laat de ren*
over aan, aan
„Aan Ged”, zei rij met gedempte
stem en toen rij deae woorden ud-
•prak, vroeg rij rich af, of Ood wel
’El