ill ent IR IE ent ad. ■■■II NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN No. 15309 Zaterdag II Augustus 1923 62’Jaargang Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon-en Feestdagen EERSTE BLAD. KJE ►est an 4 ZOON IC BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, NIEU WERKERK OUDERKERK., OUDEWATER, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz. Dit nummer bestaat uit twee bladen. s HAGENAAR. na- en r ZOON Gouda. o hoert, bronchitis, keel- en lucht men met ier en, e k I e s. boer, van Oude- 2.per flacon 'ortelboer’s Arti- 848 15 Nergens is meer voorzichtigheid noo dig, dan bij de omzichtigheid. GOUDA ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, met Zondagsblad par kwartaal ƒ2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt. Franco per port per kwartaal 8.15, met Zondagsblad 8.80. Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 81, GOUDA, b(j onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren. Onze bureaux zijn dagelijks geopend van 96 uur.; Administratie TeL Int. 82; Redactie Tel. 545 IK N, r- N, ISIS 1> i FEUILLETON, HET GELUK DER RIJKEN (THE MAN OF PROPERTY) door JOHN GALSWORTHY in de vertaling van Mevr. J. P. WESSELINK—VAN ROSSUM. Nadruk verboden. ADVERTENTlEPipft 15 regels 1.80, elke i 1—5 regels 1.55,<ke i_, op den prijs. Lief< DE XERS .cebt een paar duizend tramkia&tu weg. up uen duur moet dat inderdaad iet* gaan ueu»e- kenen. Den dienst nog slechter maken uan die is kan de tram haast met meer en uua gaat nu het verheit van de winst at. Hoe plotseling ai die autodus-underne- mers aan den gang »yn gegaan is uu« raadsel. Het is begonnen met den dieusi ut het Westland. Het wordt haast een samen spannen om de Westlandsche stoomtram om hals te brengen, althans wat het traject uen HaagLoosduinen betreft. Er rydeu tal van bussen en deze vertrekken een paar mi nuten vóór iedere tram. Ze pikken uus p<e- cies de klanten weg. Men zegt dat de iiaag- sche tram hier de hand in heelt en dat zy het terrein wil gereedmaken voor een ex ploitatie van dit traject met electriscne trams. Nu zou het verdwynen van de vieze stoomtram van dit traject geen gemis zyn en het lydt geen twijfel of deze tram ver- dwyijnt, vooral al» den Haag den weg naar Loosduinen heeft verbreed en de Laan van Meerdervoort tot by Kijkduin heeft gereed gemaakt, zoodat daarover een tram kan rij den. De Westlander heeft nu al een motor- tram ingelegd van den Haag naar Kykduin, maar dat zal niet baten, want den Haag zal gestadig Loosduinen annexeeren en in zyn gemeente opnemen. Een vermaak voor jong en oud is het kij ken naar het verdelgingsproces dat op den ouden kruiser Hildebrandt, die sedert No vember 1919 op het stille strand ligt, wordt toegepast. Men laat de laatste resten en de lucht vliegen en dat is aardig om te zien. Om het uur vliegt een «tuk omhoog. Dikke wolken zand stuiven op; de brokken ijzer vliegen rónd en weer is een rtwkjs..,va«r., nietigd van dit zwarte gedrocht Hel gaat niet snel want men kan met het oog op het gevaar voor de omgeving slecht» met kleine hoeveelheden werken. De onderkant van de kruiser zit meters diep in het zand en het valt niet mee om daarin door te dringen. Echter houdt men vol en het eind zal wel zyn dat alles verdwenen is. Wanneer de zee den vullen rommel heeft weggespoeld zal eindelijk dit vak weer teruggegeven zyn aan de vredelievende tentbewoners, die een zoo grot gedeelte van het strand jaren lang noode hebben gemist. De kruiser was een leel(jke sta-in-den-weg en gelukkig is het dat men het sloopingswerk heeft voort gezet. BRIEVEN UIT DE HOFSTAD. DC LX X LH. Het glanspunt van de vorige week in het reiudentieleven is het vuurwerk op Sche- veningen geweest. Van overoude tyden was een dergelyk vuurwerk iets heel gewoons. Hoe lang het wel geleden is dat voor de laatste maal de vuurpijlen op den boulevard hebben gesist, hebben we niet onthouden, maar het moet lang vóór den oorlog ge weest zyn. ’s Maandagsavonds waa het dan feest als het spel tenminste doorging en dat was nogal eens niet het geval. Booze tongen vertelden dat dit opzet was omdat het slechts de bedoeling was een paar malen in den zomer vuurwerk te geven en dat men dan allerlei uitvluchten zocht om het met te laten doorgaan. Een feit is het dat het herhaaldelijk niet doorging. Het heette dan dat de windrichting niet geschikt was. Deze moest naar zee zyn om gevaar voor de hui zen te voorkomen. Of dat nu was wat we populair een smoesje noemen, valt niet meer uit te maken. Thans is het dan weer geweest en het was zeer fraai. Het heeft gesist en geknal(| van je welste en duizenden men zegt wel honderdduizend hebben er van genoten. Inderdaad is het een aardig gezicht boven zee en het plots verlichten van de geweldige menschenmassa heeft iets spookachtigs. Op zichzelf zyn wy geen bewonderaars van dit sis- en knaispel waaraan men zich vergaapt, maar aan de zeer is het inderdaad wel de moeite waard. Het was ontzaglijk vol en de mare guat, dat het tot twee uur in den nacht heeft ge duurd, eer de volmaakte rust op Scheve- ningen was weergekeerd. De Haag^che tram heeft haar bekende taktiek van slech ten dienst weer gevolgd en dus heel veel geld verdiend. Inmiddels verrijzen de autodiensten by vyf- en zes-tallen tegelyk en alle concur- reeren op verdienstelijke wyze tegen de tram. Ieder dubbeltje dat in een bus wordt verteerd gaat uit de winst van de tram weg. Wü verheugen ons daarover, want hoe zachtmoedig en vredelievend van inborst of we ook zyn, wij gunnen de tram eens flinke tegenvallertjes. Misschien dat zij dan einde lijk eens betere diensten instelt en niet al leen op winstbejag uit is. Het type autobus is zeer verschillend. Er zyn er by die precies een auderwetsche om nibus gelijken, maar er zijn er ook die meer weg hebben van een groote chique aujo.. Opmerkelijk is dat de tarieven Iets hooger zyn dan van de tram, maar het publiek schijnt dat er voor over te hebben, omdat de bus veel beter eindpunten heeft Ook het oude model bus met imperiale is weer ver schenen, doch het lijkt ons dat deze niet veel trek hebben. Men zegt dat er reeds 52 diensten in den Haag zijn ingelegd en het zou ons niet verwonderen of deze slepen 25) - Zij zou zeker in het duister onder bet Japansche zonnescherm zitten te breien het was een mooie, warme avond. Werkelijk was June dien middag met stralende oogen bmnengekomen met de woorden: „Soames is een kranige ke rel! Het is prachtig voor Phil juist wat hij noodig heeft!’ Daar de uitdrukking van Irene’s ae- laat donker en vragend was gebleven, vervolgde ze: „Je nieuwe huis te Robin Hill tuurlijk. Wat? Weet je dat niet?” Irene wist het niet. „O, dan denk ik, dat ik het niet had mogen zeggen!” En terwijl ze ongedul dig naar haar vriendin keek, nep ze uit: „Je kijkt, alsof het je niets kan schelen. Zie je niet in, dat dit het is waarom ik heb gebeden dat dit de kans is, die hem tot nu toe heeft ont broken? Nu zul je eens zien, wat hij zijn het niet alleen, die zich verzetten. Het oeconomisch leven is uit zijn voegen ge raakt. En daarmee hebben ook oude oeco- nomische problemen, die niet door den oor log geschapen zyn, een veel vervaar! yker gedaante aangenomen. Onze maatschappij heeft altijd met wer keloosheid als met een ernstige chronische kwaal te worstelen gehad. Maar deze kwaal is in alle landen in hevigheid toegenomen en heeft soms zoo ernstige vormen aange nomen, dat zij het leven der maatschappij te bedreigen schijnt. De koopkracht der we reld is belangrijk verminderd. En de enor me ongelijkhedd der wisselkoersen en de valuta-daling in groote en volkrijke landen hebben de stabiliteit van het internationaal oeconomisch leven geheel ondergraven en aan handel en bedrijf ernstig schade toe gebracht. Ook in ons land hebben we de gevolgen daarvan ervaren. En de chronische werkeloosheid is er belangrijk door verer gerd en schijnt een kwaal te worden, die alleen met energieke middelen te bestrijden lijkt We hebben een jaarlykschen bevolkings aanwas van 100 tot 150 duizend menschen. En waar thans reeds het aantal werkeloo- zen over de 100.000 bedraagt, schijnt het duidelijk, dat er voor die 100 A 150 duizend menschen, die er jaarlijks bij komen, moei lijk werk te vinden zal zijn. Schijnt! Want hier geldt het om zich niet door het zeer bizondere beeld, dat de wereld óns oogen- blikkelyk toont en door onze eigene onge rustheid te laten verschalken. We verkeeren in zeer abnormale omstandigheden, maar zijn niettemin geneigd dien abnormalen toestand als de basis voor onze beschou wingen en redeneeringen te aanvaarden. War neer we onze koelbl «edigheid bewa ren, stellen we echter als van zelf allereerst de vraag, of de huidige toestand zal blij ven ’oorteuren dan wel zich zoodanig zal kunnen wijzigen, dat er niet enkel voor de werkeloozen van het oogenblik, maar öok voor de toenemende bevolking in ’t alge meen werk zal zijn te vinden. Prof. Limperg meent van wel en wijt de werkeloosheid en overbevolking vooral aan de oeconomische crisis, terwijl hij op de bizondere vermeer dering van werkgelegenheid door de Zui derzeewerken en later door het beschikbaar komen van het nieuwe ontgonnen land wijst. Ook prof. Bruins ziet voor een talrijker be volking nog wel een kans in ons land, om dat door verdere ontwikkeling der techniek meer menschen op hetzelfde gebied een be staan zullen kunnen vinden. Wanneer men echter nagaat, hoe niet alleen .nu, maar feitelyk altijd een zekere werkeloosheid Onzt toekomst; werkeloosheid en landverhuizing. Het is altijd gevaarlijk belangrijke beslis singen te nemen, wanneer men, door welke omstandigheden ook van streek geraakt, niet over de noodige kalmte en de noodige onbevangenheid van oordeel en daardoor ook veelal niet over het heldere inzicht beschikt, dat voor de juistheid van dergelijke beslis singen een eerste vereischte is. Maar het ongeluk wil, dat juist vaak in dergelijken abnormalen tijd, wanneer alles zich een beetje verwrongen aan ons voordoet en eigen gemoedstoestand onze bezonnenheid schaadt, de noodzakelijkheid van béslissingen zich opdringt. Want immers nieuwe gebeui- tenissen en nieuwe toestanden eischen ge- woonljjk nieuwe maatregelen. Wanneer ons leven, ons individueele of on« gemeenschap pelijk leven, uit z\jn gewone voegen geraakt, naar een nieuwen evenwichtstoestand zoekt, dan zinnen we op de middelen om door nieuwe vormen het tot de noodzakelijke rust te brengen. Ons tegenwoordig leven schijnt, als geen ander, uit zijn gewonen gang losgewron gen. De oorlog en zyn directe en indirecte gevolgen hebben het niet enkel veranderd, maar in velerlei opzicht zoo totaal ontred derd, dat nieuwe vormen noodzakelijk zyn geworden en alleen bizondere maatregelen het behoud van het evenwicht en het her stel nog schijnen te kunnen waarborgen. En het is dan ook zeker geen wonder, dat we naarstig naar middelen zoeken om het herstel te vinden, waarnaar we snakken. Maar dit juist moet ons voorzichtig ma ken in onze beslissingen en conclusies. Onze gemoedstoestand is niet de beste om ons een helder en juist oordeel te verzekeren. En wy zien de heele wereld een beetje ver wrongen, wat ons allicht op allerlei gebied tot gevaarlijke conclusies verleidt. Het is nooit zoo heel gemakkleijk zich omtrent oeconomische verschijnselen en oeconomische wetten en maatregelen een juist inzicht te vormen. Maar die moeilijk heid is in dezen abnormalen tijd in bizondere mate vergroot. De oeconomen der wereld sloven zich af met het zoeken naar de juiste middelen voor ons oeconomisch her stel, maar brengen het veelal weinig ver der dan algemeenheden of theorieën, waar van de uitvoerbaarheid zich nog maar al tijd niet wil manifesteeren. We weten wel, dat allerlei politieke omstandigheden het herstel der wereld tegenhouden. Maar zij MODEPRAATJE. Wie thans in vollen vacantietijd profi teert van het heerlijk zomerweder, slechts licht gedekt door modes vederlichte zomer- kleedü, kan maar half bevroeden, dat er reeds nieuwe plannen voor een nieuw seizoen tot ons doordringen. En zoo is het toch. De tusschenpersonen der mode, welke haar in eerste instantie tot het publiek bren- heerscht en hoe de snelle aanwas der bevol king binnen enkele* janen ook de nieuwe Zuiderzeeprovincie moet hebben over stroomd en ons volk met millioenen moet hebebn vermeerderd, dan vraagt men zich toch af ,of deze heeren tegenover het pessi misme, dat ons in de tegenwoordige omstan digheden natuurlijk gemakkelijk tot al te sombere conclusies verleidt, niet een al te sterk optimisme hebben willen plaatsen. Het is zeker niet goed, dat we ons door de te genwoordige abnormale tijdsomstandighe den conclusies laten opdringen, die alleen een paniekstemming kunnen veroorzaken en ons volk geheel van de wys brengen. Maar het is evenmin goed, dat we de toe komst van ons volk wat al te licht inzien en daardoor te lichtvaardig denken over de noodzakelijkheid van te nemen maatregelen. Onze bevolkingsaanwas en de waarschijn lijke ontwikkeling van het oeconomisch le ven gedurende de eerstvolgende jaren geven ons niet het recht oyer een vraagstuk als dat der werkeloosheid, waarin zich in zoo duidelijke mate het oeconomische gevaar manifesteert, zoo gettiakkelyk heen te stap pen. En in verband daarmee hebben we het middel der landverhuizing ernstig onder het oog te zien. Het is een middel, dat al eerder besproken is. Maar het schijnt tot nu toe het eenige, dat werkelijk dienst kan doen, waar gebiedsuitbreiding niét in aanmerking kan komen en het aansturen op afneming der geboorten al eveneens op zeer ernstige be zwaren stuit. Pat er Aan die landverhuizing ook kwade kansen znten ,al is het alleen maar de kans, dat de meert energieke ele menten ons verlaten en zoo het peil van ons volk zou dalen, is niet tegen te spreken. Maar de noodzakelijkheid laat hier weinig keus. En deze zal dan ook wel van zelf tot emigratie drijven. De vraag is enkel maar, of het doelbewust moet aangemoedigd worden. Maar die vraag beslist over een an dere, of de landverhuizing aan zichzelf moet worden overgelaten dan wel geleid. Om der wille zoowel van de individuen als van ons volk lykt de noodzakelijkheid der leiding onaanvechtbaar. En ter wille van deze nood zakelijke leiding is het, dat we ons juist in dezen tijd, hoe ongeschikt overigens ook, ons over oeconomische kwesties een zuiver voordeel bij te brengen, van de toekomst van land en volk een juist beeld moeten trachten te vormen, ten einde ons omtrent middelen en maatregelen als landverhuizing te ver staan. Kan doen!” en als een stortvloed kwam aaarna het geheeie verhaal er uit. Sedert haar verloving scheen ze wei nig belang te stellen in de omstandig heden van haar vriendin; deuren, die ze met Irene doorbracht, eerden be deed aan vertrouwelijke mededeelin- gen over haarzelf, en soms, ondanks haar genegenheid, was het haar onmo gelijk in haar glimlach een spoor van medelijdende minachting te onderdruk ken voor de vrouw, die zulk een ver gissing in haar leven had begaan zulk een groote, belachelijke vergissing ,.A1 het decoratieve werk is ook aan hem overgelaten hij heeft de vrije land. Het is schitterend!” June barstte uit in lachen, haar klei ne gestalte trilde van vroolijkheid, zij hiel haar hand op en èloeg tegen een neteidoeksch gordijn. „Weet je wel, dat ik zelfs aan oom James heb gevraagd maar met een plotselingen afkeer om dat geval te ver tellen, zweeg zij; en dadelijk daarop vertrok zij, daar haar vriendin zoo wei nig spraakzaam bleef. Toen zij op straat was, keek ze om. Irene stond nog op den drempel. In antwoord op haar wuivenden groet bracht Irene haar hand aan het voor hoofd en, zich langzaam omwendende, sloot ze de deur Soames ging naar de zitkamer keek door het raam naar haar. Zij zat heel stil buiten, in de scha duw van het Japansche zonnescherm; de kant op haar blanke schouders bewoog een wolk, die een regenachtigen mor- yen voorspelde, over haar gelaat gleed. lerwijl zij daar zoo dagen aaneen lag, bleet ze voortdurend bezig met het beramen van plannen om haar testament te veranderen. Men zag dit ook op haar gelaat afgeteekend, en aan de samen trekkende bewegingen bij de hoeken van haar lippen. De kamenier Smither, die bijna der tig jaren inhaar dienst was geweest en over wie werd gesproken als „Smither een goed meisje maar zoo lang zaam!' de kamenier Shnther vol bracht eiken morgen mef buitengewone nauwgezetheid de laatste handeling van dat ouderwetsche toilet. Zij nam uit de verborgenheid van haar reine, witte lintendoos, de platte, grijze krullen, die insignes van persoonlijke waardigheid; legde ze veilig in de handen van haar meesteres, en keerde zich om. En eiken dag moesten tante Juiey en tante Hester boven komen om verslag uit te brengen over Timothy; welk nieuws er was van Nicholas: of de lie ve June erin geslaagd was de toestem ming van Jolyon te verkrijgen tot ver korting van haar verloving, nu de heer Bosinney het huis voor Soames bouwde; o» de vrouw van den jongen Hoger werkelijk in verwachting was; hoe de operatie bij Archie was geslaagd; en wat Swithin had gedaan met het leege huis in Wigmore Street, waar <fe nuur- ner al zijn geld had verloren en hem zoo slecht behandeld had; en vooral over Soames; vroeg Irene nog altijd zich met het zachte rijzen en dalen van naai borst. Maar dit stille schepsel, dat daar zoo onbeweeglijk in de duisternis zat, seneen een warmte, een gloed van ge- 'Oel uit te stralen, alsof haar geheeie wezen beroerd was geworden, en als- o* er in haar diepste diepte een ver andering had plaats gehad. HOOFDSTUK VI. Jamea, die doet wat hij wil. Het duurde niet lang of het besluit van Soames om te bouwen ging de la mme rond, en veroorzaakte de opwin ding, die elk besluit, dat op eenige wijze verbonden is met eigendom, on der Forsytes kan teweegbrengen. Dat was niet zijn schuld, want hij had bepaald dat niemand het zou we ten. June had, in de volheid van haar hart, het aan mevrouw Small verteld en had haar verlof gegeven, het alleen aan tante Ann mee te deelen zij dacht dat hërliaar zou opvroolijken, die arme, lieve, oude vrouw! Want tan te Ann had nu al verscheidene dagen naai kamer moeten houden. Mevrouw Small had het dadelijk tegen tante Ann gezegd die, terwijl zij glim lachend achterover leunde in haar kus sens, met haar duidelijke, bevende, oude stem had geantwoord: „Het is heel aardig voor de lieve June; maar ik hoop, dat ze voorzichtig zullen zijn het is vnj gevaarlijk!” loen ze weer alleen was gelaten, fronste ze haar wenkbrauwen, alsof er IS: Uit Gouda u omstreken (behoorende tot den bazorgkringi regel meer 0.25. Van buiten Gouda en du besorgkringi ..w. regel meer ƒ0.80. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20 bijslag op du prijs. Liefdadigbeids-advertantiën de helft vu du prijs. INGEZONDEN MEDEDEELINGENi 1—4 regels ƒ2.05, elke regel meer ƒ09. O» de voorpagina 50 hooger. Gewone advertentiën en ingesondu modadeelingu b|j contract tot seor gereducecr- den prijs. Groote letters en randen wordu berekend naar plaatsruimte. Advertentiën kunnen worden ingesondu door tusschenkomst van «oliede boekhan delaren, Advertentiebureau! en onze Agenten en moeten daags vóór de plaatsing aan het Bureau zjjn ingekomen, teneinde vu opname venekerd te ajjn. GOUDSCHE COURANT. nog altijd naar een aparte kamer? rin lederen morgen werd legen Sm i uier ge zegd: „Ik zal vanmiddag omstreeks 2 uur beneden komen, Smither. U zaï, na al die dagen in bed te nebben ge legen, je arm noodig nebben!” Nadat zij het tante Ann had verteld, sprak mevrouw Small, onder de groot ste geheimhouding er met mevrouw Nicholas over, die op haar beurt aan wimlred Dartie bevestiging had ge vraagd, daar zij veronderstelde, dat deze als zuster van Soames, er wel alles van zou weten. Door haar wasset m korten tijd ter oore van James ge komen. Hij was zeer opgewonden ge weest. „Niemand,” zeide hij, „vertelt mi] iets. En liever dan regelrecht naar Soames te gaan, voor wiens stilzwij gendheid hij bang was, nam nij zijn parapluie en bega! zich naar timothy. Hij vond mevrouw Septimus en Hos tel (aan wie het was verteld aan hkèr was het zoo veilig, want ze vond het vermoeiend om te spreken) gereed, en zeer begeerig het nieuws te bepra ten Ze vonden het heel goed van dien nesten Soames om den heer Bosmney ie gebruiken, maar vrij gewaagd. Hoe nad George hem ook weer genoemd De Boekanierl Hoe grappig! Maar Geor ge was altijd zoo grappig. Hoe het ook zij, het zou alles in de familie blijven zij vonden, dat zij den heer Bosm- ■ney moesten beschouwen als reeds tot de familie te behooren, ofschoon het vreemd leek. (Wordt vervolgd.) 88 2"3l

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1923 | | pagina 1