1
[E
K
:nt
:nt
:oon
NIEUWE EN ADVÊRTENTIEBLAQ VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
IergAmbacht, berkenwowde, bodegraven, boskqdp, gouderak, haastrecht, moordrecht, moercapelle, nieu
WERKERK DUDERKERJL., OUDEWATÈR, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWUK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz.
I
EERSTE BLAD.
-
JE
r. k. f.
n
I.
HET GELUK DER RIJKEN
KEN
NO. Ï53I3
L 1
18 Ailuztu» 1823 62* Jaargang
Pit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
De schijn.
■f.
Dit nummer bestaat
twee bladen.
s
HAGENAAR
Mr. K.
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD.
o
I
boom.
I,
iw
t
aren,
k|es.
geplombeerde
Kakken
88
2031
OUD A.
jle levenshouding
En wanneer we
676 34
tarandeerd zuiver
Gouden Medaill
FEUILLETON.
(THE MAN OF PROPERTY)
door JOHN GALSWORTHY
in de vertaling van
Mm. J. P. WESSELINK—VAN ROSSUM.
Nadruk verboden.
brleken
WORMERVEER
NF?* *e T 7*
DCLXX1U.
Het geval van de inhechtenisneming van
een rykabouwkundige heeft heel veel opzien
gebaard. In het algemeen bestaat de pinie
dat er by de staatswerken heel wat aan
den maat- en strijkstok blijft hangen; een
opinie die nu natuurlijk heel sterk is ge
steund door dit geval. Niettemin is het een
zeer tragisch geval en dienen w|j medelij
den te hebben met den zwakkeling dien het
treft, dat hij tegen de lamp loopt. Men kan
zeggen dat het zijn eigen schuld is, maar
de verleiding is sterk en werkt voortdurend.
Het is nu eenmaal zóó, dat alle controle ont
breekt omdat niemands onmkklellyk belang
bij de controle is verbonden. Het zijn altijd
niet zoo groot als deze. Dat de maxima
tien procent worden verlaagd is thans naar
wy vernamen het voornemen, Maar daar
mede is het gat nog voor geen vierde deal
gestopt. Op underwits, sociale verzwkcnug,
werkioozen-uitkeering en woningbouw zou
eveneens Hink wat worden bezuinigd.
Wat minister de Geer wikte, bracht ai zyn
collega's in opstand en dit is ten slotte de
oorzaak van zijn val geweest, nog meer
dan de vlootwet.
Den Haag dan heeft zeven millioen over
1922 overgeiiouden, waarover men natuur
lijk zeer verheugd ia. Het jaar 1921 leverde
vyf millioen op en daardoor ia de belasting
iets verlaagd. Ook nu weer aal dit thans ge
schieden. Het is dringend noodig dat dit ge
beurt, want «ie oude reputatie van don Haag
dat er niet veel belasting wordt geheven,
dient hersteld te worden. Noodig is ook «lat
de vermakelijkheidsbelasting verdwijnt, die
vooral voor Snhevemngen een dwaze instel
ling ia Alles gaat daar al Jaren slecht en
de gemeentekas helpt er hanl aan mee om
het nog slechter te maken door zware be
lasting te heffen, niet van winsten, maar
van bruto-inkomsten.
De eenzaamheid en het gezellig ver
keer moeten elkander afwisselen, anders
mist het gezellig verkeer diepte en de
eenzaamheid breedte.
zich verwaardigd on een oordeel te
vellen over zijn vleesch en bloed! Een
trc ep oude vrouwen! Hij stiet zijn pa-
rapluie tegen den grond, als om haar
ir het hart te drijven van dat ongeluk
kige lichaam dat het gewaagd had zijn
zoon en diens zoon, in wien hij op-
i<‘fuw zou hebben kunnen leven, dood
te verklaren
Hij stiet zijn pai
/aarai tigheid. Maar we
-1 naM lijks bewust, om
dat we ons van de bewn gredenen van ons
en laten, van de i otieven onzer ge-
gfl 1 rekenschap ge-
de heerschappij van
den schijn helpen handhaven, die in de al-
gemeene aanbiding van het succes zich zou
duidelijk uitspreekt, dan meenen we veelal
nog, dat we de maatschappij helpen opbou
wen op den grondslag van redelijkheid en
recht.
1,111 Ikl'fl till 1IU\T
jg J
ABÖNNEMENISPrVs; per kwartaal ƒ2.26, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar da bezorging per looper geschiedt
1 Franco per post per kwartaal ƒ8.15, mot Zondagsblad ƒ8.80.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan on» Bureau: MARKT 11, GOUDA,
bfl oftze agenten en loopers, den boekhandel on de postkantoren.
Onze bureaux zjjp dagelijks geopend van 9—8 uur.; Administratie Tel. Int 82;
Redactie Tel. 545
We moeten het feitelyk alieirtkai nog nun
of meer Iperen. De een kan en doet het be
ter en meer dan de ander. Maar volkome.,
uoen we het nooit. En juist wanneer we on^
dat verbeelden, zijn we er vaak^het verst
al en raken we zoo gemakkelyk in de po
sitie van hen, <Ue het niet lèeren willen of
zichf voor het leeron geen moeite willen
geven. Want die zijn er ook, al züllen ze
het maar zelden bekennen.
Trouwens de meestenj^ekennen gewoon
lijk giet, dat ze het nog leeren moeten. Men
«loet vrij algemeen alsof het van Zelfspre
kend is, dat men het kent en zjjn leven en
handelingen daarnaar richt, En dit is wel
het grootste ongeluk van ons leven en vau
onze maatschappelijke samenleving. Want
Wets is er, dat zij meer noodig heeft dan
dit, dat de mensch zich rekenschap geeft.
We smalen allen graag op het schijnleveu
onzer maatschappij, op zijn innerlyken on
waarachtigheid. Maar hebben we er we!
eens aan gedacht, dat wy allen gezamenlijk
van dit gebrek de oorzaak zijn? En hebben
we ons wel eens ooit ernstig afgevraagd,
hoe het komt, dat dat leven zoo is en zoo
geworden is ?Ons eigen leven is, wat we
er zelf van maken, behoudens de invloed
buiten onzen wil om en zonder verband met
de geaardheid van ons wezen daarop in
vloed uitoefenen. En ons gezamenlijk leven,
de maatschappelijke samenleving is, wat wy
er allen gezamenlijk van maken, behoudens
de inwerking van krachten, die buiten onze
bedoelingen om uit den door of buiten toe
doen van onzen wil geschapen toestand ont
staat. Wanneer dus de maatschappij niet
is, zooals we ons die zouden wenschen, dan
hebben we in ons zelvan naar de oorzaken
te zoeken.
Het is met dat wenschen een eigenaardig
geval. We zeggen vaak te wenschen en mee
nen ook in vollen ernst te wenschen, wat
we als we het vervuld zagen, hartgrondig
zouden verwenseben. Misschien is dat ook
met de waarachtigheid en eerlijkheid en
openheid, die wy,in ons openbaar maat-
schapelyk leven heeten te wenschen, in er
ger mate het geval dan we ons bewust zijn.
Voor velen onzer zou het er althans heel
wat minder aangenaam uitzien, wanneer
niet de schijn aangebeden werd en niet meer
naar het ui ter lijk der dingen geoordeeld
werd. Maar dat wij dat niet vermoeden, is
11) -
„Je hebt hier een aardig huis,” zei
de de oude' Jolyon met een sluwen
blik. „Je hebt het zeker gehuurd?”
De jonge Jolyon knikte.
,.De buurt bevalt me niet,” zeide de
oude Jolyon, „het is alles zoo bouw.-
vallig!”
De jonge Jolyon antwoordde: „Ja,
we zijn een bouwvallige troep!”
De stilte werd nu slechts verbroken
«oor het geluid van het knabbelen van
Buuuuar.
De oude Jolyon zeide eenvoudig: „Ik
geloof, dat ik hier niet had moeten
komen; ja, maar ik krijg het zoo een
zaam!”
Bij deze woorden stond de jonge Jo
lyon op, en legde een hand op den
schouder van zijn vader.
In het naaste huis speelde iemand
telkens en telkens weer op een ont-
oox een gevoig van net jeit, dat we ons geen
rexenscbap geven vah onzi innigste geuacn-
ten en gevoelens en van de leitelyke mo
tieven, uie onze handelingen, onze meetun-
gen en ons leven beheersenen. En het is dit
xeit, dat van de onwaarachtigheid van on.->
teven, van lie heerschappy van den schyn in
het niaatscnappelyk leven in ai zjjn geiei-
dingen de voornaamste oorzaak is. Wy. wy
fd ien, menschen, kennen met dep diepteen
giond, waarop uns leven zich beweegt, ma.tr
•eggen aan ons dóen en laten moueven ten
grondslag, die er in werkelijkheid %iet zjjn,
of die in werkelijkheid heel anders werken
dan we ons voorstellen. En het natuurlyk
gevolg is, dat ei vólkotaen disharmonie ont
staat tusschen de werkelijkhe'd en het re
sultaat, die wij op grond van de motieven,
uie niet werken, maar die we m werking
dachten, verwacht hadden. In gienoode ver
wijten we het leven de onwaarachtigheid,
waaraan we, onbewust veelal, zelf schuldig
staan.
Treffend wordt dit gedemonstreerd in de
algemeene aanbidding van het succes. Want
i. en kan zeggen, dab in deze aanbidding zich
dt onwaarachtigheid vt-.n en do heerschappy
van den schjjn in het 4even concentreert,
«lat'het ten slotte deze aanbidding js, waal
man die onwaarachtigheid in meerdere of
mindere mate het gevolg is Die heerschap
pij van het succes is de hlerschappy van
den schyn, in zooverre het succes veronder
steld wordt iets te reprisenteeren. wat het iloen
-OmflHffitilffhwten. die I althans slechts zeer u^voljf^gl^ Jieele
representeert. En we weten allemaal, dat ven.
die heerschappy de mees; volstrekte is, die
ons leven kent. Tollens mocht nog zingen:
„Wy tellen den uitslag niet, maar reek-
r.en ’t doel alleen.”
Wjj allen weten, dat er m het maatschap
pelijk leven alleen met den uitslag gerekend
wordt. Daarnaar, en daarnaar alleen, wor
den menschen en dingen beooideeld. En
i>aar dat oordeel wordt aan de menschen en
dingen hun plaats aangtwezen niet alleen
.n de achting hunner medemenschen, maar
ook in de maatschappelijke samenleving,
waarvan het onvermydelyk gevolg is, dat
niet de besten, de knapsten. de edelsten, de
leidende plaatsen hebben, mua- zjj die tuc-
ces hadden, die het resultaat bereikten, dat
ze wilden bereiken, of vaker misschien nog,
waarvan ze heelemaal niet gelroomd had
den. Maar we erkennen -lat niet en zjjn ons
vaak van de waarheid daarvan onbewust
Onze leer is, dat we achting toedragen aan
wie de nobelste, de beste, de energiekste,
de knapste is. En dat we die volhouden, of
schoon de werkelijkheid er mee in lijnrech
ten tegenspraak is, dat maakt ons leven
MKD1BCHK MM1KVKN.
Het Angioom.
I.
Het angiuom is een soort gazwel dat zeer
vaatryk is en gy allen welkcht eens bij <u»u
één of ander hebt waargenomen. In de mees
te gezwellen neemt de moeder het rewte
iwaar in de eerste tevenaweken. veelal aan
het hoofd, «ioch ook wel aan den rug of de
borat. Het is niet meer dan een spelden
knop groot blauwrood bultje en zooals be
grijpelijk is, slaat men er de eerste weken
geen acht op. Echter als de moeder ziet, dat
't speldeknopgroote buitje al grooter en
grooter wordt, zy 't dan ook in een zeer
gematngd tempo, dan begint het meer haar
aandacht te trekken en tenslotte besluit men
medische hulp in te roepen, want wat imm
ook deed, de vergrooting van het gezwelle-
tje wenl er met door tegengehouden. Wat
k Is nu eigenlijk een angioom zult ge mij vra-
gen en hoe komen wjj er aan 7 Om met de
beantwoording der laatste vraag te begin
nen kan ik u meededen, «lat is komen vaat
te staan, dat we met een aangeboren af
wijking te doen hebben, dus met een stoor
nis in dc ontwikkeling- De fijne bloedvaat
jes, de z<.n. haarvaten of capillaria ver
wijden zich, vertakken zich en dringen over
al «loorheen, de omgeving niet ontaiende,
dus al datgene, wat m den weg staat, ver-
v.oestemle en verdringende. Het karakter
van den groei van een dergeljjk angioom Is
dus te vergelijkenjjnet die van een kwaad
aardig gezwel, ztsiAk «Ie kanker wgj het
meest bekend ia, n.l? WÜfciorende tot «leze
stemde piano: „La Donna mobile”,
de kleine tuin werd in de schaduw ge
legd, de zou bereikte nog slechts den
muur aan het einde, waar een kat zich
lag te koesteren en met haar gele oogen
slaperig neerkeek op Balthasar; er was
een dof gegons van verwijderd straat
verkeer. Het begroeide latwerk rond
om den tuin sloot alles uit, behalve
hel uitspansel, het huis, en den pere-
boom, welks takken in den top nog
verguld werden door de zon.
Daar zaten zij eenigen tijd en spra
ken maar weinig. Daarna stond de oude
Joiyon op om te vertrekken, geen
woord werd er gewisseld over zijn te
rugkomen.
Hij wandelde heel treurig heen. Wat
oen arme, ellendige plaats; hij dacht
aan het groote, ledige huis in Stanhope
Gate, een gepast verblijf voor een For
syte, met zijn’ groote biljartkamer en
onlvangsalon, die van het eene einde
der week tot het andere door niemand
werden betreden.
Die vrouw, wier gelaat hem wel be
viel, was veel te mager; hij wist, dat
zi| Jo een slechten tijd bezorgde! en
die lieve kinderen! O, wat een domme
daad was dat geweest! Hij liep naar
het einde van Edgware Road, tusschen
rijen kleine huizen, die gedachten1^ in
hem opwekten (onjuist zonder eenigen
twijfel, maar de vooroordeelen van een
Forsyte zijn heilig) aan de een of an
dere soort verdachte geschiedenissen.
De maatschappij, voorwaar, de babbe
lende heksen en brutaaltjes hadden
op een schilderij, die tot opschrift had
„Groep Hollandsche booten bij zons
ondergang”. het chef d’oeuvre van zijn
verzameling. Het schonk hum geen ge
noegen. Hij sloot zijn oogen. Hij voel
de zich eenzaam! Hij wist, dat hij niet
moest klagen, maar hij ^un het niet
helpen; hij was een arme drommel
wat, altijd een arme drommel geweest
hij had geen durf! Zoo waren zijn
gedachten.
De huisknecht kwam binnen oin de
tulel te dekken voor het diner, en daar
hij zag, dat zijn mester blijkbaar sliep
wa>, hij buitengewoon omzichtig in zijn
bewegingen.
Deze gebaart!e man droeg eveneens
een knevel, hetgeen ernstige twijfelin
gen deed rijzen in het gemoed van
vel. der familieleden - voogd bij hen
die, zooals Soames, de Latijnsche scho
len hadden bezocht en gewoon waren
aan zulke aardigheden kon hij wer
kelijk beschouwd worden ais een huis
knecht Snaaksehe geesten spraken,
coefende op hem, van „Ootn Jolyon s
Non-conlormisl George, de erkende
spotvogel, had hem .Jankey” gedoopt
Hij Mep onnavolgbaar handig en
zacht heen en weer tusschen het groo-
to gepolitoerde buffet, en de groote
gepolitoerde tafel.
De oude Joiyon sloeg hem gade, ter
wijl hij deed alsof hij sliep De kerel
was een gluiper dat had hij altijd
gevonden, die om mets gaf dan zijn
werk af te raffelen en dan uit te gaan
naat zijn weddenschappen,, of zijn
mouw, of de hemel weet wat! Een lui
aard! Dik ook! Hij gaf geen zier om
zijn meester
Maar daarna kwam, tegen zijn wil,
ee. van die wijsg'eerige oogenbiikken,
die de oude Joiyon onderscheidde van
de andere Forsytes.
Maar waarom zou de man om hem
geven? Hij werd niet betaald om voor
iemand te voelen, en waarom het dan
t» eischen? In deze wereld kon men
geen genegenheid verwachten, tenzij
et it er voor betaalde. Misschien zou
hel hiernamaals anders zijn —'hij wist
het niet, hij kon het niet zeggen! En
weer sloot hij zijtr oogen.
Zonder ophouden en sluipend ver
volgde de knecht zijn werk en nam «ie
vi orwerpen uit de verschillende vak
ken van het buffet. Zijn rug scheen
steeds gekeerd te zijn naar «ien ouden
Joiyon. Daardoor ontnam hij,aan zijn
bezigheden het ongepaste, dat ze ge
beurden in tegenwoordigheid van zijn
rue eater, en nu en dgn blies hij vlucli
tU, op het zilver en wreef het met een
stuk gemsleer Hij scheen de hoeveel
heden wijn in de karaffen nauwkeurig
te onderzoeken, en droeg ze zorgvul
dig en vrij hoog, terwijl hij zijn baard*
er beschermend over heen liet vallen.
Toen hij gereed was, sloeg hjj zijn
meester een oogenblik gade, en in zijn
grofnachtige oogen lag een uitdrukking
vnn minadbting Bij «lot van rekening
was zijn meester een oude buffel, waar
niet veel inzat v
(Wordt vervolg»!
oüwaaracnUg en uudennypen aan de heer-
aciiappy van deu sdiyn. Want we iieuben
schoone tiieorieeu opg^bauwd en houden ze
onze kinderen .voor omtrent zielenadel en
opofienngszan en de onschatbare waarde
van alle.gaven van hoofd «n hart, van de
huoge beteekems van eigen geestes- eu ge
moedsontwikkeling en va* de kennis als een
bron der macht. Maar inSwerkelykhetd vra
gen we noch vau ons zeiken nuch van onze
kinderen het bezit van dit alles, wat we als
hel hoogste en het meqrwaardige pryzen,
maar vragen we enkel, „wat heb je be
reikt?” En om de motieven van deze vraag
te maskeeren, zeggen w»; dat dit succes de
waaihorg is van het bezit van al die gaven
en maken we ons zelvet en onderen wijs
dat we in dat succes dus die gaven en eigen
schappen waardeeren, ‘ofschoon we heel
goed moesten weten, dat óoch het bezit dier
gaven het succes noch Mt succes het benit
diei gaven garandeert, waar het resultaat
van on» leven voor een <|eel van onzen wil
onafhankelijk is, maar vin een gelukkigen
samenloop van allerlei onstandigheden en
anderdeels veelal van eigenschappen, die
w® niet tot de hoogste liegen te rekenen
of van elkaar aanvullend eigenschappen in
één het gelukkig aamenl effen van bepaal
de persoon. Zoo helpen ve het leven aan
zyn innerlijke onwi
zyn het ons veelal
weer umuieiiaien uie touzicnt houden en al-
lyd weer is voor hen net eigenbelang wet
uun tie werken venOonden. Dit zal allyd de
mueilykneul wyven. Het beruchte stelsel
van ue „warme iuuid is helaas niet uit te
roeien. De wanne iiand is de hand, waarin
een bankbiljet ligt, dat by hel handgeven
van de eene hand in de andere o vergaat,
net iouiengeven is een kwaad dat diep iq-
gewuiteld u en dut wei nimmer meer zal
zyn uit te roeien. .Sommige menschen vin
den het een toelaatbaar systeem en meent-n
dat kleine geschenken nu eenmaal noodig
zyn om de vriendschap te onderhouden.
Het is echter de vraag of vriendschap
tusschen den opzichter van een bouwwerk
en den aannemer gewenscht is en of deze
niet al te duur wordt voof diegene die het
werk laat uitvoeran.
Men bewaart Hums de grootste stilzwy-
gendheid ten aanzien van hetgeen aan den
dag is gekomen, maar juist daardoor wor
den de verhalen, die er guan steeds groot-
scher en geweldiger. Aanvankelijk heette
het dat duizenden guldens waren blijven
kleven, nu jaagt het al naar de honderd
duizend. Het onderzoek is echter nog steeds
aan den gang en het wordt steeds omvang-
ryker omdat telkens nieuwe dingetjes aan
het licht komen, die een gewoon menach de
liaren te brege doen rjjyzen. Het zijn voor
nemelijk de bouw van het Ziekenhuis te
Leiden en van het onbruikbare draadlooae
station te Katwijk, die thans worden nago-
snuffeld. Aan deze werken is te samen vjjf-
tien millioen besteed en dhs kon er aardig
wat blijven kleven zonder dat het in de ga
ten liep.
Men verhaalt, dat het by de ééne arres
tatie wei niet zal blijven. Trouwens een
tweede bouwkundige heeft al reeds zijn
ontslag aangevraagd en misschien guan er
nog wel meer-
Voor degenen die graag op staatszorg
aandringen zal dit geval niet aangenaam
zyn, want het blykt, voor de zooveelste maal
dat de Staat altijd duur uit is omdat hem
de organen mankeeren tot controleeren.
Wel zijn we al blij wanneer de overheid
eens iets over houdt. De gemeenterekemng
van den Haag zai over 1922 een winst op
leveren van zeven millioen. Het zal dus weer
moge lijk zyn de belastingen te doen dalen.
Als nu de Staat maar niet komt met ver-
hooging, want de geruchten die over het
geraamde tekort in 1924 en over de ver
wachting van 1923 gaan ten aanzien van
«ie rijksfinanciën zijn allesbehalve goed. De
wisseling van minister van financiën is
heuschwiiet alleen pen gevolg van de vloot
wet. Minister de Geer heeft tal van zeer
diepgaande veranderingen gewenscht in de
staatshuishouiling en deze heeft hy niet op
zyn collega's weten te veroveren. Reed» was
een salarisveraling voor alle rijkspersoneel
van 14 tot 30 in bewerking. Men zejrt
dat er wel eenige verlaging zal komen maar
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda on omstreken (bahoorondo tot don bezorgfcriag)i
16 regels 1.30, elke regel moor 0.26. Van buiten Gouda en don bezorgkringi
1—6 regels L66, elke regel meer 0J0. AdveftenUën in het Zaterdagnummer 20
byslag op den prijs. Liefdadigheids-advertantiln de helft van dan prjja.
INGEZONDEN MEDEDEKUNGEN: 1—4 rggels ƒ2.06, elke regel mar ƒ0.61 O>
voorpagina 50 hooger.
Gewone advertentiën en ingezonden mededeel in gon btf contract tot soar gerodeooor-
den prija Groote letten en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Adverteutiën kunnen worden ingezonden dobr tunghenkomst van soliede boekhan
delaren, Advertentiebureaux on onze Agenten en moeten daags vóór do plaatsing
aan het Bureau zijn ingekomen, teneinde van opname verzekerd te zijn.
Hij stiet zijn parapluie woest, en toch
had hij zelf de houding van de maat
schappij gedurende vijftien jaren ge
volgd was er alleen heden ontrouw
aar geweest!
Hij dacht aan June en haar gestor
ven moeder, en aan de 'geheele ge
schiedenis met zijn oude bitterheid.
Een ellendige geaehiedeis met. zijn oude
bitterheid. Een ellendige geschiedenis!
Het duurde lang, voordat hij Stan
hope Gate bereikte, want mPf aange
boren halsstartigheid liep hij den ge
iteden weg, hoewel hij buitengewoon
moe was.
Nadat hij zijn handen beneden in de
kiletkamer had gewasschen, ging hij
naar de eetkamer om op zijn middag
maal te wachten, het was de eenige
kamer die hij gebruikte, als June uit
was het was zoo minder eenzaam.
Dt avondcourant was nog niet gekomen
hij had-tie Times uitgelezen er was
dus niets te, doen.
De kamer zag 4iit op een achterweg
en was heel stil. Hij hield niet van
honden, maar een hond zou nu toch
zelfs gezelschap zijn geweest. Zijn blik,
die langs den muur gleed, bleef rusten