k
I
end
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
No. 15386
Q2«Jaargang
Zaterdag 10 November 1623
OUDERKERKOUDEWATER, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz.
Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
DEKEN
EERSTE BLAD.
eau.
Fabrieken
HET GELUK DER RIJKEN
BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, NIEU
WERKERK - - -
Kleeding naar Maat
laatst
sponnen
n stoffen,
«groot.
Ilijk.
3161
Sr
TRA
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
>ond koffie
een
I
zaak aan de beurt? Zeker al gauw, is
FEUILLETON.
(Wordt vervolgd.)
276
34
zijn
zijn
heeft
i het
WORMBKVERR
pond 100
120
(THE MAN OF PROPERTY)
door JOHN GALSWORTHY
in de vertaling van
M«vr. J. P. WESSELINK—VAN ROSSUM.
Nadruk verboden.
besloot spr. x\jn zeer interessant betoog,
Het waarschuwen, mot woord en voorbeeld
dat oneconomische uitgaven moeten wor
den nagelaten, is de dure plicht van een
ieder, die het wel meent mot ons Vader
land.
„STER"
twalitelL
'wulf Gouden Medaille,
mur aan uc ucuii gvhvi ai gauw, i»
het niet Het zal mij benieuwen of die
Bosinney nog iets te beweren heeft
- ver.
I
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal 2.25, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt.
Franco per post per kwartaal ƒ3.15, met Zondagsblad ƒ3.80.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 31, GOUDA,
bjj onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren.
Onze bureaux zijn dagelijks geopend van 9—6 uur. Administratie Tel. Int 82:
Redactie Tel. 545.
vroeger de
gulden
60LWHE COURANT.
vastklemt aan een voorbij vliegenden auto
en nu zich niet meer los kan laten, maar
op gevaar af van zijn hals te breken of
minstens arm of been, in alleronpleiziarlg-
ste vaart wordt medegesleept, of door een
onverwacht geweldig remmen er afgesiin-
gerd wordt
Het heeft dus geen nut of zin, maar
bergt wel veel gevaar, den Nederlandschen
gulden thans te brengen op goudpeil.
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Goud» en omstreken (behoorende tot den beaorgkring):
1—5 regels ƒ1.30, elke regel meer 0.25. Van buiten Gouda en den bezorgkring:
1—5 regels 1.55, elke regel meer 0.30. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20
beslag op den prijs. Liefdadigheids-advertentiën de helft van den prijs.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN: 1—4 regels ƒ2.05, elke regel meer ƒ0.50. Op
de voorpagina 50 hooger.
Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen bij contract tot zeer gereduceer-
den prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkomst van soliede Boekhan
delaren, Advertentiebureaux en onze Agenten en moeten daags vóór de plaatsing
aan het Bureau zijn ingekomen, teneinde van opaame verzekerd te zijn.
J. DE MOL EN ZOON
Turfmarkt 75 Gouda
aiua* Telefoon 418
Houw liever uw hand af dan iets te ne
men wat niet het uwe is.
zou zijn.
Na het Hof van echtscheidingen was
dit Hof misschien het meeat geliefde
centrum voor rechtskundigen, omdat
hier voornamelijk smaadschriften, trouw
breuk en verschillende handeh-ptoces-
sen aan de orde kwamen. Slechts en
kele menschen, die met de rechtbank
niets, te maken hadden, merkte men in
de achterste banken op, en op de ga
lerijen zag men slechts enkele vrouwen
De twee rijen zitplaatsen tegenover
James werden langzamerhand ingeno-
men door rechtskundigen met pruiken
op, die zich daar neerzetten om aantee-
keningen te maken, en een praatje te
houden en hun tanden te verzorgen
maar de belangstelling van James in
deze mindere góden werd weldra afge
leid door het ruischend binnenkomen
van Waterbuck, Q. C., in zijn zijden to
ga zijn blozend deftig gelaat werd ge
steund door twee korte, bruine bakke
baarden. James moest erkennen, dat de
vermaarde man er wel uitzag als
iemand, die een getuige door strikvra
gen in het nauw kon brengen.
Ofschoon hij reeds veel ervaring op
het gebied der rechtspraak had, had
hij toevallig Waterbuck, Q. G. nooit te
voren gezien en evenals verscheidene
Forsytes, die nog een lageren rang be
klemden, had hij buitengewoon veel be
wondering voor een goed advocaat, die
een kruisverhoor leidde. De diepe, som
bere groeven in zijn wangen ontspan
den zich eenigszins, toen hij hem zag,
vcoral toen hij bemerkte, dat Soames
Waarom brengen wij den
gulden niet terug op zijn
oude koopkracht?
De oude koopkracht vaa den gulden van
vóór 1914 was ongeveer anderhalf maal
zoo groot als nu, zoodat, wanneer wij die
koopèö-acht zouden herstellen, dit een de-
flatie^oces is, met als gevolg een alge-
meene daling van prijzen.
Zouden wij thans, en ten overvloede nu
er reeds een algemeen© malaise is, langs
kunstmatigen weg trachten de koopkracht
van den gedeprecieerden gulden terug te
brengen op het peil van 1913, dan zou de
tegenwoordig hier te lande bestaande ma
laise buitengewoon worden verscherpt.
Voor eene langzame recuperatie, waarnaar
iedereen verlangend uitziet, zou alsdan m
afzienbaren tijd geen mogelijkheid zyn.
Mr. Tetrode zette verder Uiteen, waarom
de Nederlandsehe Bank haar wapen „goud”
niet meer op dezelfde wijze kan hanteeren
als vóór 1914, waarbij hij tot de conclusie
komt, dat in tegenstelling met voor den
oorlog, groote bedragen van hare bankbil
jetten niet meer als ruilmiddel hier rond-
loopen, maar als beleggingsobject, of als
ruilmiddel in het buitenUakl, dienst doen.
Hare biljetten geven geen, rente; ieder
oogenblik moet de Nederlandsehe Bank er
dus op verdacht zijn dat de houders van
groote bedragen ze wenschen om te zetten
in rentegevende, niet speciaal Nederland-
sche beleggingen en ze haar worden aan
geboden zonder dat de economische toe
stand van ons land daartoe aanleiding
geeft en zonder dat de wisselkoersen de
nadering van dit gevaar voor de Neder-
landsche valuta aankondigen.
Het buitenland, dat thans nog veel Ne-
derlandsch bankpapier als ruilmiddel ge
bruikt, doet dat uit wantrouwen tegenover
het inlandsch bankpapier; zoodra het dit
niet meer zal wantrouwen, worden Neder-
landsche bankbiljetten in groote jjpdragen
aangeboden ter omwisseling in butyenland-
sche waarden.
In beide gevallen zal dus de Nederland-
sche Bank op haar bezit aan goud en aan
vorderingen op het buitenland moeten
terugvallen.
Spr. wees er voorts op, dat ook het wa
pen der renteverhooging grootendeels zijn
kracht verloren heeft, ook al weer dank
zjj den wereldoorlog.
Het is een omgekeerde wereld geworden!
Vroeger placht in ’t voorzichtige, het wel-
overwegende Nederland inflatiegevaar, het
waarom was
N ederlandsche
waardevast
(althans voor niet te lange perioden waar
devast) beantwoordt spreker door te zeg
gen: Omdat het goud standvastig was en
het grootste deel van de wereld dat van
beteekenis meedeed aan het mondiale han
den gouden standaard had,
loopen daar echter beide partijen bij
dit proces aan elkander gewaagd wa
ren, gebeurde dit niet. Waterbuck, Q.
C. had hier gelegenheid zijn reeds
groote reputatie op dit gebied nog te
verbeteren. Zijn tegenstander Ram was
eveneens vermaard om zijn succes bij
trouwbreukprocessen. Het was ’n strijd
tusschen twee reuzen.
Het Hof velde vonnis juist vóór da
middag-pauze. De jury verliet voor
goed de zaal, en Soames ging heen om
te zien, of hij ergens iets kon gebrui
ken. Hij ontmoette James aan het klei
ne buffet, die daar als een pelikaan in
de leege galerij stond, met een sand
wich en een glas sherry voor zich. De
leege ruimte van de groote middenhal,
waar vader en zoon peinzend bijeen
stonden, werd van tijd tot tijd verle
vendigd door de vluchtige verschijning
van advocaten met pruik en toga, dfe
er haastig doorliepen door een enke
le oude dame, of een heer in een ver
sleten jas, die verschrikt opkeken en
door twee menschen, die vrijmoediger
waren dan hun tijdgenooten, en die in
een vensterbank zaten te redeneeren.
Het geluid van hun stemmen verhief
zich, vermengd met een geur zooals uit
verwaarloosde putten opstijgt, en de
lucht van de tribunes, die te zamen een
reuk vormden, volkomen gelijkend op
de uitwasemingen van oude kaas, een
lucht die zoo onverklaarbaar verbonden
is met de Britsche rechtspraak.
Het duurde niet lang of James sprak
zijn zoon aan. „Wanneer komt jouw
me dunkt, hij moet wel. Als hij
liest, zal hij wel failliet gaan
Hij nam een flinken hap van
Sandwich, en proefde even van
sherry.
„Je moeder,” zeide hij, „zou gaarne
zien, dat je vanavond met Irene bij ons
kwam eten.”
Een koude glimlach speelde om de
lippen van Soames hij keek zijn vader
een oogenblik aan. Wie dien kouden
en vluchtigen blik had opgemerkt,
moest wel begrijpen, dat de verstand
houding tusschen die twee wel wat te
wenschen overlietJames dronk nu in
een teug zijn glas leeg.
„Hoeveel vroeg hij.
Toen Soames naar de zaal was terug
gekeerd, nam hij onmiddellijk de plaats
in, die hem toAwam,. op de voorste
bank, naast zijn advocaat. Met een zij-
delingschen blik, waarachter niemand
eenige verstandhouding zou zoeken,
vergewischte hij zich, waar zijn vader
zat
James zat, met de handen om den
knop van zUn parapluie geklemd, te
peinzen aan het eind van de bank, on-
Irniddellijk achtetf de rechtskundigen,
vanwaar hij dadelijk kon verdwijnen,
als het proces was afgeloopen. Hij
vond Bosinney’s houding in elk opzicht
schandelijk, maar hij wenschte hem
niet tegen het lijf te loopen, daar hij
voelde dat de ontmoeting onaangenaam
103) -
George wendde zich tot hem en zag
er bepaald angstig uit, met een soort
van wilde somberheid op zijn dik ge
zicht.
..Zwijg 1”
dat hij niet
HOOFDSTUK XXVIII.
Ruim drie jaar geleden heeft het Rijk
een strook growls gekocht van de voormali
ge stoomt ram baan Anna Paulownastraat-
Hollandsche Spoor. Voor dien grond werd
negentig mille btaald; de bestemming er
van was de bouw van het centraal bureau
voor de drinkwatervoorziening. De Tweede
Kamer keurde de stichting van dat gebouw
daar ter plaatse echter niet goed en dus
zat het Rijk mpt den duren grond in de
maag. Eindelijk na drie jaar renteloos lig
gen, waardoor de kosten vrijwel tot honderd
tien duizend gulden zijn gestegen, heeft het
Rijk kans gezien het terrein te verkoopen.
De eigenaars van de aangrenzende woningen
hebben elk een stuk gekocht waarmede z(i
hun tuin kunnen uitbreiden. De totale op-
de eenige was, die door een zijden toga
werd vertegenwoordigd.
Waterbuck, Q. C. had zich alleen nog
maar even op zijn elleboog omgedraaid
om een praatje met zijn jongeren colle
ge te houden, voordat rechter Bentham
zelf verscheen een magere man met
ietwat gebogen houding, en gladgescho
ren gezicht, onder zijn sneeuwwitte
pruik Evenals andere aanwezigen stond
Waterbuck op en bleef staan tot de
rechter gezeten was. James verhief zich
slechts een oogenblik van zijn zitplaats:
hij voelde zich reeds op zijn gemak en
had göen hoog denkbeeld van Bentham,
omdat hij tweemaal aan een diner van
Bumley Tomm op één na naast hei» ge
zeten had. Bumley Tomm was iemand
van weinig beteekenis, al was bet hem
goed in de wereld gegaan James had
hem zelf nog zijn eerste instructie ge
geven al» advocaat. Bovendien was Ja
mes eenigszins opgewonden, want hij
had juist opgemerkt, dat Bosinney niet
verschenen wa».
„Wat moet dat nu beteeken dacht
hij bij} zichzelf.
Toen de zaak aan de orde kwam,
schoof Waterbuck, Q C. zijn papieren
oen weinig op zij, trok zijn toga wat
over zijn schouders en, na eerst een
oogenblik te hebben rondgekeken, als
iemand die van plan is te gaan kolven,
stond hij op, en richtte het woord tot
het Hèf.
Het geding.
Den morgen, dat zijn zaak zou voor
komen zij stond als de tweede op de
lijst was Soames weer genoodzaakt
t1e1ïer’‘r kken zonder Irene gezien te
nebben, en dit was maar goed ook,
*ant hij was het nog niet met zichzelf
^ens geworden, welke houding hij te
genover haar zou aannemen.
Men had hem verzocht te half elf in
LI ^eTht8hof te ziïn’ opdat z»'in zaak
k* beUrt zou kunnen komen, inge-
net eerste proces (een geval van
trouwbreuk) voor dien tijd mocht af-
er nu in de toekomst met dat goud ge
beuren, dat èn gedurende den wereld-oor-
log èn ook nog sedert dien naar overzee
is gestroomd èn nog stroomt? Die staten,
die op deze manier grootendeels hun goud
zyn kwyt geraakt, zullen die niet trachten
den goudstroom weder naar hen terug te
leiden
Zullen wy dan niet den goud-rykidom
van Amerika zien verminderen, de ver
mindering van koopkracht aldaar er mede
gelyken tred zien houden.
Hoe men de zaak ook keere of wende,
de waardevastheid van het goud, die eigen
schap, waaraan, zooals dè ingewijden zei
den, de Nederlandsehe gulden zijne waar
devastheid had te danken, bestaat voor
loopig niet meer.
De vroeger gestelde vraag:
scheppen van schijnkoopkracht, alléén te
dreigen van de zijde der ondernemende
kooplieden en fabrikanten, die door hun
energie en krachtig initiatief voortgedre
ven, niet altyd bedachten te blijven binnen
de grenzen van het redelijk crediet; maar
de overheid werd, zoo het al de neiging in
zich mocht voelen tot het scheppen van
onwezenlyke koopkracht door overmatige
geldopnemingen, door dé publieke opinie
binnen de grenzen gehouden.
Thans is dat anders; vooral het Rijk en
de Gemeenten gaan thans met hunne geld
opnemingen vender dan goed is voor een
gezonden Nederlandschen gulden.
Gaat de Ned. Bank tot renteverhooging
over, dan zal daarmede handel en nijver
heid worden getroffen; de overheid weer
houdt zij door die maatregel niet.
De Nederlandsehe Bank, zich aanpassen
de aan de nieuwe omstandigheden, I
een nieuw wapen ter bestrijding van
inflatiegevaar in gebruik genomen.
Heit wapen der rantsoeneering, d.w.z. zy
gaat na of de vorm der geldopneming juist
is en weigert eventueel haar hulp.
Verschillende omstandigheden hebben
gemaakt dat tydelyk flinke bedragen aan
geld naar korte belegging zoeken, maar
dat ieder oogenblik hierin eene verandering
kan komen. Vandaar dat gemeente-pru-
messen ©enerzijds gemakkelijk plaatsing
vinden, maar anderzijds staat te vreezen
dat deze schuldbekentenissen, in vorm van
tyflklyken aard, in wezen voor een reeks
van jaren bestemd, plotseling geen nemers
meer vinden. Hoe moeten die alsdan ge
dupeerde gemeenten aan haar geld komen
Indien zy dan plotseling door hare geld
gevers in den steek worden gelaten zoude
of het geheele gemeentelijk raderwerk van
streek raken en daarmede <le gemeente
lijke samenleving of zy zouden om hulp
moeten aankloppen bij de Nederlandsehe
Bank. Zou die dan echter wel de deur voor
die kloppenden open mogen doen?
Uit vrees van voor een dergelijk dilem
ma te worden gesteld, heeft sedert eenige
jaren de Nederlandsehe Bank geëischt dat
gemeentopromessen en anticipatie-biljetten
alleen dan mogen worden uitgegeven als
de Gemeente haar kan aantoonen dat <1®
daartegen opgenomen gelden binnen den
gebruikeljjken termijn kunnen worden
terugbetaald, anders weigert de Neder-
landsche Bank disconteering respectieve
beleenirtg.
De gewone geldgevers plegen daarom
zich eerst te vergewissen of het gemeen
telijk papier discontabel of beleenbaar is
voordat zij het nemen.
Spr. wees voorts nog op de financiering
van den Staat en hy meende de vraag te
moeten stellen of wel wordt ingezien dat
een der voorwaarden waaronder geleend
mag worden deze is, dat de gelden, die
daarvoor worden gevoteerd, bij de gemeen
schap voor die doeleinden en voor dien ty<i
beschikbaar zijn.
Tot waarschuwen is het nu nog tijd, zoo
De staatkundige beteekenis
van den gulden.
Mr. P. J. C. Tetrode, directeur van de Ne-
derlandsche Bank, heeft voor de Amster-
damsche Studentenclub voor Staatkunde
een rede gehouden over de „Staatkundige
beteekenis van den gulden”, waaraan wy
het volgende ontleenen:
De gulden, onze munteenheid, was vroe
ger waardevast, omdat zyn waande of
koopkracht geregeld werd door onzen jnunt-
standaard, het goud, want wy hadden den
gouden standaard.
Het fy’n opgebouwde stelsel van wette
lijke gouden rekenmunt, dat als een gou
den verkeersnet byna de geheele, groot
handel dryvende aarde omspande, een
munstelsel, dat het ideale muntstelsel
•reeds dicht scheen te benaderen, en daar
naast de vaste waarde van het goud, die
beide dingen heeft de wereldoorlog met
één slag vernietigd.
De wereldoorlog scheurde dat gouden
verkeersnet uit elkaar.
Met uitzondering van de Ver. Staten is
er geen land meer ter wereld, waar de cir
culatiebank goud afgeeft en aanneemt in
onbeperkte bedragen tegen andere goud-
waarden op den voet van vóór den oorlog.
De Nederlandsehe gulden, die rustig en
zeker met die rekenmunten van de andere
landen, die ook den gouden standaard had
den, zich voortbewoog langs de lijnen van
het gouden verkeersnet, is daartoe thans
niet meer in staat, omdat de HJnen van
dat net zyn vernield.
Ook wij hebben hier te lande thans het
uitvoerverbod van het goud; ook de Ne-
derlandsehe Bank betaalt hare biljetten
niet meer in goud uit, want dat zou nu
geen zin meer hebben, bovendien zou het
hoogst gevaarlijk zyn en daarmede is de
Nederlandsehe gulden losgemaakt van zijn
goudbasis en moet hij op eigen beenen
staan. Laat ons erkennen, dat hy dit in
vergelijking van alle Europeesche landen
tot dusverre werkelijk redelijk heeft ge
daan.
Het goud is geweldig in waarde achter
uitgegaan, omdat het in het meerendeel
der Staten uit het verkeer is verdrongen:
het wordt ook niet meer voor muntdoel-
einden gebruikt en Europa, op groote
schaal debiteur van Noond-Amerika, heeft
al het goud, dat het maar eenigszins kon
missen, naar zijn grooten crediteur over
den Atlantischen Oceaan gezonden. De
Vereenigde Staten van Noord-Amerika,
ook Zuid-Amerika, zyn oververzadigd ge
raakt van goud en zyn daardoor in de ge
legenheid geweest, die zy ook hebben aan
gegrepen, tot het scheppen van kunstma
tige koopkracht, op een schaal haast even
erg als de verstandigste van de Euro
peesche ci-devant Geallieerden. Wat «al
delsverkeer,
zooals wy.
Waarom herstelden, wy den ouden toe
stand niet? Deze vraag is dubbelzinnig.
Twee dingen kan zy bedoelen en wel deze
twee.
lo. Waarom haken wy de waande van
den Nederlandsohen gulden niet onmid-
dellyk weder vast aan de waarde van het
goud?
2o. Waarom brengen wy den gulden
niet terug op zyn oude koopkracht?
Wat het eerste punt betreft, dat gaat
om de vraag, waarom er thans reeds geen
pogingen worden gedaan om den Neder-
landschen gulden terug te brengen op zyn
nominale goudwaarde.
Spr. antwoordt: de reden en het nut van
den goud-gulden was zyn waardevastheid
en die was te danken aan de waardevast
heid van het goud en het feit, dat de
meeste staten met ons den gouden stand
aard hebben. Voorloopig behoeven wy op
een eenigszins redelijke waardevastheid
van het goud niet te rekenen; het alge
meene gouden wegennet van den gouden
standaard is voorloopig nog stuk. Zouden
wij dus voorbarig onzen gulden weer vast
haken aan het goud, dan zouden wij daar
mede toch niet bereiken waardevastheid
van den gulden, eerder het tegendeel: im
mers de dollar staat tegenwoordig op goud-
peil. De Noord-A/merikaansche dollar be
paalt den goudprys; zouden wij ons dus
aan den goudprys met onzen gulden vast
willen klemmen, dan zouden wij ons met
onzen gulden moeten vastklemmen aan den
Noord-Amerikaanschen dollar.
D« kleine Nederlandsehe gulden, vast
geklemd aan zyn grooten goudkameraad,
den Amerikaanschen dollar, doet dan den
ken aap den ongelukkigen jongen, die zich
I” zeide hij. „Zei ik je niet,
t meer kon
BRIBVBN UIT DE HOFSTAD.
DCLXXXV.
Onze residentie heeft thans haar politi>*
Verordening op de overlast van huisdieren.
De strijd tegen de blaffende honden, de
miauwzingende katten en de jubelende ha
nen, is geëindigd met een vierregelige bepa
ling, die hierop neerkomt dat ieder heeft
te zorgen, dat zyn huisdieren des nachts
geen hinder veroorzaken. Natuurlijk zal deze
bepaling eenige uitwerking hebben al zou
het alleen reeds deze zijn, dat de kwaad
willigen gedwongen kunnen worden om te
zorgen dat hun geliefde dieren zich koest
houden. Het is wel weer hoogst komisch,
dat deze verordening komt by den aanvang
van het winterseizoen, juist dus wannéér de
Bepaling het minst noodig is. Maar enfin
in de bureaucratie heeft men geen zin voor
humor en de verordening komt niet één,
maar tal van seizoenen te laat, dus mag z|j
voor haar eigenlijke doel nu wel eens een
seizoen te vroeg komen.
Het heeft heel wat moeite gekost om
deze eenvoudige bepaling te verkrijgen en
dat is juist zoo verdrietig. Er zyn zoovele
andere ongerechtigheden meer die met en
kele regels te weerstaan waren, maar het
lykt wel alsof men daarvoor geen oog
heeft.
Intusschen, we wachten de werking van de
nieuwe bepaling af. Misschien brengt zij
eindelijk in vele straten de rust weer die
daarin al zoolang heeft ontbroken. Heusch,
wy hebben enkele gevallen van overlast ge
zien, die werkelijk heel bar waren en een
krachtige bepaling daartegen ia geen over
daad.