KOOP
fa
D.D.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, NIEU
WEK KERK OUDERKERK,, OUDEWATER, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, W ADDI NX VEEN, ZEVENHUIZEN, era.
62*Jaargang
No. 15410
Zaterdag 8 December 1923
Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
EERSTE BLAD.
I
DOOR SMART GELOUTERD
door HALLIWELL SUTCLIFFE
voor Nederland bewerkt door
J. P. Weese link—Van Rossum
Nadruk verboden
Het budget moet sluiten.
OUDEWATER, REEUWIJK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, W ADDI NX VEEN, ZEVENHUIZEN, era
VALKEHBURG'S-7
■leeiavai
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN.
FEUILLETON.
I
Vaak noemt men goedheid wat slechts
een gebrek is aan tegenwoordigheid van
geest.
iliede Boekhaa-
r plaatsing
3513
4M
g
Terwijl het nog zeer onzeker is, op welke
wijze de Kabinetscrisis zal worden opge
lost, 1) staat één ding vast: het voornaam
ste onderwerp, dat de aandacht der nieuwe
Regeering zal vragen, is en blijft het slui
tend maken van het budget.
Bij dit vraagstuk verzinken alle andere
feitelijk in het niet. In ieder geval zal er
voor de verwezenlijking van andere poli
tieke desiderata weinig of geen tijd overblij
ven. Op dezen grond hebben wij de „kleur”
van het toekomstige Kabinet steeds bijzaak
gevonden en daarom betreuren we het ook,
dat de heer Beelaerts van Blokland zich
uitsluitend met de rechtsche partijen
heeft verstaan. Het wordt op die manier
half werk: openlijk zou de rechterzijde niet
regeeren vandaar Koolen’s terugtreden
doch niettemin zou het nieuwe Kabinet
zich o n n o o d i g tegenover de linkerzijde
hebben geplaatst. Wie zich herinnert, hoe
van de zijde der Vrijheidsbonders reeds om
ingrijpende bezuiniging werd geroepen, toen
het Kabinet- Ruysde Vries van de noodza
kelijkheid van ingrijpen nog zeer weinig
overtuigd was, moet het bevreemden, dat
eerst Kooien en nu weer Beelaerts van
Blokland meenden, dat er niet anders dan
een rechtemyde bestaat.
Meenen wij dus, dat men door contact
met de liberalen de positie der Regeering
zou kunnen versterken, anders gaat het met
de grootste party ter linkerzijde, de sociaal
democraten.
Hun positie het worde gaarne erkend
is in deze dagen een zeer onbehaaglijke. De
knapste koppen onder de socialisten gevoe
len zeer goed, dat de economie haar .eischen
stelt, waartegen niet te vechten valt. De so-
J. DE MOL EN ZOON
Turfmarkt 7» - Tal. 4lt - Sauda
Hum- ii Dinsskludioi
■aar aaat. 34u5 a
ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda en omstreken (behoorende tot den bworgkring):
1—6 regels ƒ.1.80, elke regel meer 0.25. Van buiten Gouda en den beaorgkring:
1—6 regels 1.55, elke regel meer 0.80. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20
bbslag op den prijs. Liefdadigheids-advertentlkn de helft van den prUs.
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN: 1—4 regels ƒ2.05, elke regel meer ƒ0.50. Op
de voorpagina 50 hooger.
Gewone advertentiën en ingezonden mededeelingen bij contract tot «eer geredueeer*
den prijs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusschenkonurt van soli
dolaren, Advertentiebureau* en onze Agenten en moeten daags vóór
aan het Bureau zijn ingekomen, teneinde van opname verzekerd te zijn.
Irupptle D.D.D. >|ja a
de om de hevigste I
ea bedarea. Kooptl
eea proeflaeea H|
LEVERTRAW-
stal wekten zij de herinnering in hem
ann lang vervlogen dagen. Hij voelde
ook een andere tegenwoordigheid die
van zijn moeder, lang, levendig, krach
tig van woord en daad, die hem ge
holpen had een man te worden. Ep
toen drong zich, gewekt door warmte
en gezelligheid van het tooneel, de
vraag aan hem op „hoe had hij met
zuIk een moeder en zulke mannen als
Joshua Royd om zich heen schipbreuk
kunnen lijden En hij wierp de vraag
driftig van zich af.
Ündertusschen had Joshua voortdu
rend gebabbeld over dit en over dat,
maar hooldzakelijk over de mooie da
gen, die vootrbij waren, toen Stephen
Koyd een rijker bloedverwant van aan-
zienlijker huize, het hof had gemaakt
aan de kleine Barbara Cunlifte en Wy-
nyates en nog verder terug, toen de
eigen vader van Griff en de onstuimi
ge landjonker Daneholme van Sascilton
en de oude Tom Hirst een vroolijk le
ventje geleid hadden op de groote
heide.
Hester was zwijgzaam, behalve wan
neer de beleefdheid een dienst vorder
de Pas toen hij reeds een paar schre
den gedaan had in den sneeuwjacht,
herkreeg zij haar stem.
Ge zult voorzichtig zijn met den
weg fluisterde zij, terwijl zij hem
volgde en haar hand heel even op zijn
arm lei.
„Wel natuurlijk, kind. Die is duide
lijk genoeg.”
Omdat omdat denk aan de
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD.
X DCLXXX1X.
De genwenteiijKe senouwburg, die
ueiaus nog aiiiju gouieeniu-oigenuom is,
heen eéu nai, een nolle Kale nal.
leiüBnd schijnt up net lumineuze mee
gek om en te zijn om daarin scuilderiu-
gen aan te brengen, hen Haagsen scntl-
uui werd begenuuigd met de bekroning
van zijn werk uit een drietal mededin
gers die waren uitgenoodigd. De jury'1
uc stond uit de heeren Haverman, Van
Gelder (onzen directeur der musea) en
de Kalft. Hoewel deze jury alleszins ais
deskundig kon worden aangemerkt,
Leeft do gemeenteraad toch maar be
sloten om liet bekroonde ontwerp met
aan te nemen. Enkele leden waren
legen het aanbtrengen van schilderingen
uuiar andere keurde het schilderstuk
zet! af. Tot deze laatste behoorde o.a.
de president van de kruidoniesw-ooOpw-
ratie, waarschijnlijk dus volledig be
voegd om een oordeel te vormen.
Het spijt ons dat het gemeentebestuur
niet de welwillendheid heeft gehad om
hol ontwerp voor de pers ter bezichti
ging te stellen, zoodat wij niet kunnen
vertellen wat het stuk bedoelt en hoe
hel er uit ziet.
In korten lijd is dit nu het tweede
kunstincident in den Haag. Het eerste
is geweest het weigeren van het ge
brande raam voor de Groote Kerk. Men
kent daarvan de geschiedenis waar
schijnlijk al. Een rijke dame wenschle
een dusdanig raam aan ie bieden eu
niemand minuer dan Toorop zou het
ontwerpen, ’t Was gereed eu een vrij
onbekende schilder vestigt er de aan
dacht op dat hel ontwerp zeer Roomseh
is, dus niet past in een Protestantsche
Kerk, één der predikanten neemt die
grief over en hoewel vele anderen ook
onder de predikanten zich tegen de
klacht verzetten, wees ten slotte de
iKuikeraad het aangeboden raam af. Er
is nogal heel wat te doen geweest over
dit onderwerp maar de weigering blijft
en het gevoel van benepenheid blijft
overheerschen.
GUI I1SUIIU COURANT.
ciaal-denwcratie, vanouds getraind op
eischen stellen in het dadelijke belang van
de arbeider», kan thans met veel groote
woorden den schyn wekken, alsof zjj en zy
alleen het voor de arbeiders opneemt tegen
de „reactie”, zy kan zooals men ‘t daar
noemt vechten, ageeren, als één man
staan en zoo meer, haar intellectueele lei
ders weten zeer wel, wat dit alles waard is;
propaganda, niets dan propaganda.
Het ware arbeidersbelang eischt niet, de
waarheid zooveel mogelijk te verbloemen en
voor een z.g. hoog loon door-dik-en-dun te
vechten, wanneer op deze w^ze de gulden
zou gaan zakken, tot de arbeider te laat
zou bemerken, gelijk in verscheidene lan
den om ons heen, dat een gave munteen
heid duizend maal meer waard is dan een
groot aantal papiertjes van twijfelachtig
allooi.
Mr. Troelstra, die nimmer op het ge
bied der economie uitblonk, is er zelfs toe
gekomen, te zeggen, dat „een beetje” in
flatie niet zoo erg zou zijn.
Dus maar tekorten houden, d.w.z. er op
los blyven leenen en dan moet de gulden
maar „een beetje” dalen. Misschien wil
Troelstra een volgenden keer wel verklaren,
hoe ver de daling mag gaan voor de S. D.
A. P. en haar „moderne” Ned. Vakver
bondHet zou om te lachen zijn, wan
neer zulke dingen door derderangs groothe
den in hun onnoozelheid wenden gedebiteerd.
Dat de leider der sociaal-deonocratie tot zulk
een fatale propaganda komt, is echter bui
tengewoon bedenkelijk. Wanneer een man
als Troelstra zóó spreekt, is het geen won
der, wanneer eenvoudige werkers, met een
minimale en reeds goeddeels weer vergeten
school-ontwikkeling, gaan denken, dat de
strijd tegen de tekorten niet zoo heel noodig
is, niet veel meer is dan een dwangdenk-
beeld van vuige kapitalisten en dat zy dus
tegen het eerst-noodige dwars zullen in
gaan.
De socialisten en N. V. V.’ers hebben be
grepen, dat zy in deze dagen niet konden
volstaan met afkeuren wat anderen willen,
om tot herstel te geraken. Zy hebben een
manifest doen verschijnen en ook in hun
verdere propaganda nemen zy, wy nemen
gaarne aan: te goeder trouw, het air aan
alsof ook zij tot een sluitend budget willen
geraken. Van de leer van Troelstra vindt
men er niet in gesproken, al komt het pro
gram er ten slotte wel op neer, wyl de
voorgestelde bezuinigingen absoluut on
voldoende zijn tegenover de vele en
velerlei eischen, die tegelijkertijd in
het manifest gesteld worden en waar
mee ongetelde mülioenen gemoeid zul
len zyn. Wat baat ons de bewering: „Ook
de moderne arbeidersbeweging weet, dat
naar een sluitende begroeting moet worden
gestreefd”, onderstreept nog door den daar
op volgenden zin: „Geen Staat kan blijven
meer uitgeven dan hij ontvangt”, indien het
plan de campagne van de heeren zelven dui
delijk bewyst, dat met deze wenschen een
sluitende begroeting uitgesloten is en de
Staat meer zal blijven uitgeven dan hij ont
vangt? Dan belandt men fanraers vanzelf
by het „beetje” inflatie van den heer
Troelstra I
Zelfs indien men de beztinigingswenschen
van de roode beweging met een zeer welwil-
lenden blik beziet, komt men nooit verder
dan tot een bezuiniging ah Colyn becijferd
had (wat nog iets anders is dan bereikt zou
hebben). Neemt men dit echter aan, dan
komen Troelstra, Stenhub c.s. met „een
krachtig program van deqpocratischen voor
uitgang van sociale politiek”, hetwelk een
niet te ramen aantal mlllioenen zal eischen.
Nu vragen wy toch, wat in dezen tyd de
klinkklank van „democyati&chen vooruit
gang van sociale politiek” beteekent, ter
wijl er eenvoudig geen cent voor disponibel
is. Iedere cent, die vrijkomt, moet bespaard
blyven; van het voteeren van nieuwe tien
tallen millioenen kan, zelfs na het aanbren
gen van krachtige besparingen, niet de min
ste sprake zijn. Nu kan men in zyn propa
ganda allerlei nieuwe eischen stellen, waar
van hetzij de kosten op 'den Staat sullen
drukken, hetzij op het zakenleven, nóch de
Staat nóch de ondernemers zullen daartoe in
staat zijn en de menschen, wien men al dat
schoons voorhield, zullen eenvoudig bedro
gen uitkamen.
De heeren-aelf gevoelen wel, waar hun
fantasieën heenvoeren. Zij zyn wel zoo1
vriéndelijk de ,gnogelykheid”(l) te zien,
dat doorvoering van hun hervormingen ver
sterking van staatsinkomsten zal noodig
maken. In een hoofdartikel van „Het Volk"
van S.(tenhuis?) luidt het al positiever:
„Daarnaast (d,i. naast de bezuinigingsvoor-
nemens van S.D.A.P. en N.V.V.) zal echter
versterking van de staatsinkomsten nood
takel ijk wezen.”
Geen mogelijkheid dus meer; het
zal dus noodzakelyk zyn. Volkomen
juist!
Zal het ook kunnen?
Wij, wy bekennen het gaarne, zouden het
niet kunnen. Maar de roode heeren hebben
speciale bronnen, die onmetelijke schatten
zullen opbrengen als zy het slechts wen-
schen. Gij zoudt in uw onschuld meenen, dat
de Nederlanders reeds te zwaar onder aller
lei belastingen gebukt gaan, dat ons zaken
leven reeds kwjjnV onder de lasten en on
vrijheid?
Welk een onnoozelheid! Wanneer gij en
wij maar bereid zfjn( de door de roode agi
tatoren ontdekte bronnen mee aan te boren,
is er volop geld voor nog veel meer sociale
wetgeving en politiek-economische proefne
mingen. Uit directe belastingen kan het
niet meer, dit erkennen de socialistische
hoeren, uit indirecte willen ze niets
halen. Ze hebben hun eigen, anti-kapitalis-
tische bronnen, die ons intuaschen regel
recht naar het bankroet zouden voeren, doch
hierover een volgenden keer.
1) Er wordt over geklaagd, dat de crisis
zoo lang duurt; nu reeds ruim vyf weken.
Wy zullen de laatste zijn, om te ontkennen,
dat er by de rechterzijde blijkbaar niet aan
alle zijden de wil voorzit om de crisis zoo
spoedig mogelijk te beëindigen. Anderzijds
verlieze men niet uit het oog, dat hoofdzaak
is, dat er een s o l i e d e oplossing worde
gevonden. Het is zoo, in Duitschland had
men 3 Kabinetsformateurs in één week en
het nieuwe Kabinet is er reeds. Maar
in Duitschland versleet men reeds sinds No
vember 1918 niet minder dan tien Ka
binetten en hier te lande is het nu demis-
sionnair Kabinet-Ruys de Beerenbrouck, af
gezien van een paar „reconstructies”, nog
hetzelfde als van vyf jaar geleden. Wat zou
beter zyn?
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.25, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt.
Franco per post per kwartaal 3.15, met Zondagsblad 3.80.
Abonnementen worden dagelyks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 31, GOUDA,
bjjj onze agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren.
Onze bureaux zijn dagelyks geopend van 9—6 uur. Administratie Tel. Int 82;
Redactie Tel. 545.
nu uu uil tweede gevut do scmldor,
wien hot uier troll. Luwe, i» wol goou
Kurop, maar hel geval dal een college
voor nel overgroote deel int onbevoeg
den bestaande, de beslissing neemt ui
volslagen atwijking vau het advies der
dusKunaigeu, blijft hetzellde. Voor de
zooveelste maal w daardoor gedemon
streerd dat kunstbevordering allomiust
gevchikt is voor overheidsbemoeiing,
irouwem* waar deze wei voorgeschikt
is blijkt hoe langer hoe minder le zijn.
Moeten wo nog aan deri Girodienst her
inneren Hel rapport over de misère
van dien dienst is de meest njerkwaar-
d'ge aanklacht logon overheidsbemoei
ing die zich deuken laat. Het is nu ge
bleken dat het al lang een rommeltje
was. Het valt al weor op dat in dit
rapport ook met geen enkel woord ge
il ag wordt gemaakt vgn het schandelij
ke dat daarin schuilt tegenover de HO
duizend burgers die in goed vertrou-f
wen deel namen aan deze instelling.
Och, dat publiek is maar bijzaak I
Naai verluidt zou als directeur van
dezen dienst een zekere postambtenaar
zijn bestemd, een man die ook ai naar
de zestig loopt. Zou het nu waarlijk
woef gebeuren, dat men er een Ouden
heer aan het hoofd stelt die over een
paar jaar met pensioen gaat Het zou
toch wel kras zijn als dit geschiedde en
een brutale herhaling van de beide vo
rige directeursbenoemingen. Het resul
taat laat zich van te voren al overzien,
het loopt op een goeden dag weer mis
mei dezen dienst.
Men zegt dat heropening thans spoe
dig is te wachten maar wij weten ook
dat men zich den eersten tijd geen illu
sie moet maken, dat het zaakje glad
inarcheeren zal.
De deskundige die ons vroeger al
meer heeft meegedeeld en wiens mede
deel ingen tot nu toe alle bewaarheid
zijn is nog steeds zeer sceptisch en ge
looft nog niet dat het gelukken zal om
den dienst naar behooren te laten func-
tionneereu. Er is een tekort aan het
stolsel, waardoor het steeds weer in
gebreke zal blijven. De machines zijn
heel fraai maar de bediening is bijna
gevaarlijk omdat herstel der fouten on-
mogelijk is. Waarschijnlijk zal de gan-
sche dienst weer met het handschrift
woiden ingezet en slechts geleidelijk
zullen de machines in dienst gesteld
wtrden. Den eersten lijd na herope-
Onzin I Het ia mogelijk om naar
Windy Farm te gaan, maar de sneeuw
zat driemaal zoo diep liggen tuuchen
hier en Ling Crag en je moet ook
aan de sneeuwkuilen denken, waar nie
mand bij dit licht erg in tan hebben.
Heb je je vrouw niet gewaarschuwd,
dat je ver weg moest en door den
sneeuwstorm overvallen zou kunnen
worden
„Ja maar Greta maakt zich altijd
ongerust, wanneer ik een nacht van
huis ben. Zij hoort stemmen in den
wind en denkt, dat die baar komen
zeggen, dat ik buiten op de heide dood
lig”
Het was verrassend, welk een ver
andering er op het gelaat van Gabriöi
kwam, toen hij over zijn vrouw sprak;
do gestrengheid verdween en matige
lijnen van teederheid, bijna schalksch-
heid, kwamen te voorschijn.
„Beter zoo, dan dat je werkelijk op
do heide ligt, onder de lakens van
sneeuw. Neen. Gabriöi, je blijft hier,
en morgen als het heeft opgehoudèn
met sneeuwen, breng ik je veilig naar
I ing Crag. Nu, jongen, ga jij In dien
stoet zitten en ik zal mij behelpen met
dit blok eikenhout, dat mi| als tafel
dient.”
Hij rolde het blok naar den primitie
ven haard, deed Gabriöi plaats nemen
in den stoel met een vriendschappelij-
ken druk van zijn beide handen op
dien schouders, stak toen zijn pijp aan
en blies groote rookwolken uit.
(Wordt vervolgd.)
ten naar de steile heuvels, die onbe
wogen daar stonden en hem niet kou
don beklagen, noch prijzen of oordee-
len. Dan ging hij als iemand, die de
begoocheling van een nacht ver achter
zich in het water van een somber moe-
1 ras had geworpen, weder zijns weegs.
Hij leefde in het heden, niet in het
verleden.
Ja meer nog hij leefde op den drem
pel van de toekomst, want terwijl hjj
aan de deur van zijn hut stond en een
oogenblik wachtte voor hij binnenging,
loon hij terugdacht aan Hester’s ang
sten, kwam er werkelijk een Witte
Vrouw door de sneeuw naar hem zoe
ken.
Toen ging hij binnen en vond daar
Gabriöi Hirst, die ongeduldig op zijn
9) -
Zorgvuldig geschoren, sterk van
jukbeenderen, hoog van voorhoofd,
met grijze, vertrouwenwekkende oogen;
het geheel getuigde van zelfbewustheid
en volharding, maar ook van teederheid
jegens zwakkeren over gelaat én ge
stalte lag bovendien die eigenaardige
rust, welke het gevolg is van een recht
schapen leven en van kracht, wel ge
bruikt gedurende jaren van zwaren ar
beid.
Zulke mannen als Joshua waren
vriendelijke ouderen voor Lomax, toen
hij een jongen was zulke hoeven met
dikke muren als deze hadden hem als
®en trouw bezoeker gekend, wanneer
hij terugkeerde, laat ons zeggen van
de jacht op hazen en konijnen of van
een drijfjacht met een overmoedig ge
zelschap ruiters, gevolgd door honden
evon roekeloos als zij zelf. De oude,
vriéndelijke atmosfeer omgaf Grift weer
®n evenals straks de damp van de koe-
tewgkomst wachtte.
HOOFDSTUK III.
Een waarschuwing.
Gabriöi stond voor den haard, toen
Griff de deur openstiet van zijn hut,
en binnenkwam met een geweldig go-
slump van zijn met sneeuw bedekte
laarzen.
„Ik ben blij, dat je terug bent, Grift.
Ik heb een woordje met je te spreken”
zei de predikant, terwijl hij rondkeek.
„Veel woorden, jongen, als je wilt”,
antwoordde de ander vroolijk „en
waarachtig, je wit er den tijd voor
hebben, want vannacht kun je de heide
niet meer oversteken.”
,.Ik moet het beproeven
Witte Vrouwen, die in deze winterstor
men rijden, en arme reizigers op een
verkeerd pad brengen door hen te ver
-leiden tot den sneeuwslaap.”
„Ik heb van haar gehoord, maar ik
het er nooit een gezien. Vertrouw er
maar gerust op, dat ik mijn oogen op
hei pad gericht zal houden, inplaats
van naar haar te kijken.”
„Ik heb haar gezien,” zei Heeter
eenvoudig. „Zie voor uw voeten.”
Met deze woorden was zij verdwenen
en Grift stapte het erf van de hoeve
over, de weide door, en zoo naar het
spoor, dat zich nog altijd als een wit
lint tusschen de heistruiken aan beide
zijden kronkelde, en terwijl hij voort
liep - zonder een oogenblik stil te
staan bij de gedachte, wat het stilzwij
gen en de bezorgdheid van Hester wel
zenden beduiden, ’t geen hij trouwens
dadelijk geweten zou hebben, indien
hij zijn kennis van deze dingen niet
geheel vergeten was kwam de snelle
reactie op de vriendelijkheid, die hij
daar in Windy Farm had genoten. In
den door sneeuw doorjaagden nacht
verscheen zijn geheim en stond levend
en gloeiend voor hem. Hoe had hij dur
ven aanzitten met eerlijke lieden en
hun kameraadschap deelen? Hij droeg
zijn verdriet, zooals reeds menig ander
van zijn geslacht voor hem dit gedaan
had. Stormen en duisternis omringden
hem, doch zijn gedachten zweefden
naar de wijde vlakten, waarboven de
serene lucht zich welfde en hij verza
melde kracht door zijn blikken te rich-