Maandag 7 Januari a.s. 9 uur GROiOTE BALANSOPRUIMING UILTJE Koffie fiag Abonneert U op dit Blad Jeuk D.D D. Maandag 7 januari bS' firoote Balans-Opruiming ZSXSEZ ««MlUtlUl BAHLMANN Sc Co. Markt 9 GOUDA Fo rd-Age ntvoorGo u d a PERIODIEKEN, ALLES IS SPOTGOEDKOOP!! gemeente; lichtfabrieken GOUDA T. DEKKER Groeneweg 77 - Gouda Wyberf J. J. Vergunst Kattensiogel 59 - Gouda. WANHOOP NIET GOUDSCHE COURANT - ZATERDAG 5 JAN. 1924 - TWEEDE BLAD WINKELIERS De Goiidsche Courant -T—begint onze - Van alle nog overgeblevene Wintergoederen zullen wij ook nu wederom niets overhouden. Deor de geringe productie van PAR^LCOKES kunnen nieuwe bestellingen tot 15 Februari 1924 niet worden aangenomen. drove en gëklopte Cokes is steeds voorradig. t2 30 Complete Mqubeleeringen;]- ^Verhuizingen. en andere Zakendoendenl 7 Januari 1924 De uitstekende werking Inlichtingen kosteloos, ook schriftelijk, eiken Dinsdag van 10-3 uur. Genezing. Antin«rvln. Drukkerij A. Brinkman Zoon - Markt 31 - Gouda Stofte«rd*rl| Behangarl) Baddert en Matraaaanmakarll 20 LA BOL5A (WIPED MOS MlMMtR StLVLMAARDe. r\WALITCJT Wilt ge i|n 1924 Uw omzet zien vermeerderen en Uw clientèle doen toenemen, noteert dan op Uw kalender voor 1 een ad verten tie-order voor de GOUDSCHE COURANTf van 1000 of meer regels, die gij in den loop |van 1924 gebruiken kunt. Daardoor bereikt ge dat gedurende 1924 de aandacht van het publiek j op Uw zaak blijft gevestigd. biedt U de rrieest doeltreffende publiciteit. door een geregeld gebruik van coffeïne- vrije koffie HAG inplaatfl van gewone koffie bereikt, heb ik kunnen constatee rt bij tal van zenuwpatiënten, hart- en nierlijders. Bijzondere aanbeveling ver dient het gebruik van koffie HAG bij slapeloosheid en vetzucht. Dr. Med. R. W. K. (Z3 3610 40 STATIONSWEG 45, benedenhuis, ROTTERDAM. O. ROMEIJN, Spsoislitsit. Voor herstel van uitsluitend en alleen alle soorten Haarziekten. Men leze een enkele der honderden, in ons bezit zijnde, Dame. DANKBETUIGINGEN. Heer. Mijnheer. Hiermede betuig ik U mijn hartelyken dank voor de suc cesvolle behandeling. Reeds na 5 maanden door U behandeld te zyn met „CRINOFLOOR" is mijn hoofd volkomen hersteld. Mej. Wed. L. DE GiROOTKOOPMANS. Terhorne (Friesland). De ondergeteekende PH. FILIPPO verklaart, dat hfl lijdende waa aan een ernstige haarziekte, waarvan de toestand hope loos was. Ik wendde my tot den heer C. Rameijn en dank zij dat ik het aanvaard heb. Ik geef U de vrijheid het overal bekend te maken. Na vriendelijke groeten, (w.g.PH. FILIPPO, Alfen,,a. d. Rijn, Hedastraat 323. Slapeloosheid Zenuwtoevallen Zware Hoofdpijn Zenuwkwalen, ONMIDDELLIJKE GENEZING door Per koker 1.50 Chem. Fabriek B. ROOS Co. 78 Jonkerfransstraat. R'dam. Hoest, heeschheid en keel pijn geneest of voorkomt U het best met de yerzachtend en oplossend werkende TiiMiiIéii Vraagt alléén „Wybert" en let vooral op fabrieksmerk Gaba. Bij alle Apothekers en Drogisten 45 en 80 Cts. 3300 31 Bij de Hollandia-Drukkerij te Baarn zijn verschenen van Dr. B. F. ten Cate, Spe ciaal Arts te Rotterdam: DE SPIJSVERTERING, 4« druk, 2.40 ing.; ƒ3.65 geb. NIEUWERE GENEESMETHODEN, 1—» HET VERBAND TUSSCHEN LICHAME LIJKE EN GEESTELIJKE ZIEKTEN. 0.60. 1625 10 carinas pertor ico Marylanö o r OIDCNKOTT* Houdt zich steeds aanbevolen als LOOD- en ZINKWERKER Aanleg van OAS- en WATERLEIDING MASTIEK-, DAK- en LEIBEDEKKING 48 20 Complete Wasch en Closetinrichting. Prijsberekening gratis. Uw jeuk verdwijnt nis bli tooverslag bij de aanraking van hel geneesmiddel D.D D.. een klemdoodende vloeistof die door de huid dringl en de onlsleklng-verwekkende bacteriën doodt. Dal Is het heete geheim van zijn qeneeskrachi. Een paar druppels zijn al voldoende om de hevigste jeuk onmiddellijk te doen bedaren en dat is het begin der genezing bij; Eczema, jeuk, uitslag, beenzweren, korsten op het hoofd, ringworm, bsardworm, dauwworm, netelroos, gordelroos* psoriasis en aodere huid aandoeningen. Hoofdagent B. Melndersms. Oen Haag. tan wien uIL gebreide brochure voor huidlijders op aanvraag gratis verkrijqbaar. Prijs I 0.75 en f 2.50 per flesch "bif alle apothekers en drogisten. Koopt heden nog een proefflesch. Praag l ook de geneeskrachtige D.D.D.-Zeep ill.-; O.D.D-Shaving-stick i 1 L25 en D.D.D.-Huldcream I i.50 per pot. Week- en Maandbladen, Tijdschriften van allerlei aard al of niet geïllustreerd worden accuraat door ons verzorgd en op tijd geleverd Wij belasten ons ook met de geregelde toezending per post aan opgegeven adressen ook de geheele exploitatie van bladen kan ons worden opgedragen Al bent U lang reeds opgegeven, wat U ook scheelt, wij kunnen en willen be wijzen, dat zeer vele, die nergens baat vonden, door onze middelen zijn genezen. Beschrijf de verschijnselen van Uw kwaal (met zegel voor antwoord) en U ontvangt gratis bericht omtrent middelen en kosten (welke door ieder te dragen rijn) en overtuigende bewijzen. De „HERBORA" producten worden uitsluitend door ons af gezonden. Het namaken Is strafbaar bij de wet 8 80 Schrijf aan LABORATORIUM „HERBORA", Celebes*raat 5, den Haag. t*Q*n tpoiprijzan. Markt 26 Tolsf. 131 Economisch herstel. Eenigen tjjd geleden heeft de Voorzitter van de Nederlandsche Vereeniging voor Economische Geografie, Prof. Dr. H. Blink, een rede uitgesproken, waarin een. en an der wordt gezegd over de tegenwoordige maatschappelijke vraagstukken en als zoo danig nog ernstige overweging verdient. Wij antieenen daaraan het volgende: „Wanneer zal voor de wereld op econo misch, staatkundig, moreel en godsdienstig gebied het morgenrood van blyder toekomst gloren? Rijken zyn gevallen, tronen .omgestort, nieuwe rijken ontstaan, nieuwe machten heerschen; maar de vrede is niet gekomen, herstel laat zich wachten De slagen, zooals die de Egyptenaren ge nezen zouden, werden hier wel gevoeld, maar hebben nog niet tot bekeering geleid. Wij spreken hier nu alleen van bekeering op economisch en staatkundig gebied; op ander terrein willen wij ons, hoe belangrijk ook, niet begeven. „Bekeering" tot een goeden geest alleen kan de economische activiteit der menschen en daarmede de welvaart weer herstellen. De oorlog en de regeeringsmaatregelen, voortgekomen uit de heerschappij van ver dwaasden volkswaan, hebben in onderschei dene landen veel misdreven, goede eigen schappen der menschen in verkeerde ver anderd. De regeeringen hebben een taak op zich genomen, welke zij niet vermogen te dra gen,' te zwaar om te kunnen volbrengen. Daardoor hoeft de volksgeest geleden, is de activiteit verslapt, de arbeidslust in een hinderlijk gareel geklonken en verzwakt. Wil men de aarde weer tot economische productie brengen, dan is onvermoeide ar beid noodig, vrije expansie der persoonlijke krachten, geestdrift voor den arbeid. Het persoonlijk verantwoordelijkheidsge voel is verslapt door de allerwege geëischte en beloofde staatszorg. Daardoor werd veel arbeidsvermogen lam gelegd, de productie verminderd en de zelfbewustheid sliep in. Het individueel-krachtige verloor zijn waarde, en de maatschappij leed daaronder zwaar. Dientengevolge is de welvaart ver minderd, de koopkracht der volken verzwakt en zijn de lasten, der gemeenschap opge legd, ondraaglijk geworden voor haar leden. De staten waggelen, omdat de steeds krachteloozer wordende leden die schier niet meer kunnen d; pijen en ondernemingen zoowel als hebben, blind voor het economisch 1 vermogen, den tot kapitalen beid van het verleden roekeloos en denkend vernietigd, zonder eenige dan oorlogsellende er van te plukken, en tegelijkertijd de overbelasting steeds groo- ter gemaakt, zonder blijkbaar in te zien, dat het stabiele evenwicht moest veifcroken worden. Wat moet er gedaan worden tot het her stel van den zwaar zieken economischen toestand der volken? Tot ons zelf dan komend is noodig een bekeering in de opvatting omtrent de le venswijze en in de beschouwing van den ar beidsplicht. Er moet een eind komen aan de opvoering der levenaeischen en wij moeten hebben een economisch verbruik van het geproduceerde. Versobering is noodig em zij zal, mtts goed opgevat, geen last zijn, maar mede werken tot een opbeurend gevoel van zelf standigheid. Daarmede zijn wy gekomen tot het pro bleem der bezuiniging. Was de leiding van staten en zaken in handen geweest van eco nomisch verziende personen, die de con junctuur begrepen, dan had men de depres sie van dezen tijd wel niet kunnen voor komen, maar toch haar awaren druk en die pe daling veel kunnen wijzigen. Wanneer men had ingezien, dat de oot- logscomjunetuur en de hoog-conjunctuur on middellijk na den vrede beide abnormaal waren, dan zouden de roekelooze voteerin gen van allerlei uitgaven vermeden zijn ge worden en d© expansie der uitgaven zou beperkt zijn gebleven. Dan had men krachtiger en rustiger de conjunctuurafwisseling kunnen aanzien. Dan zou bezuiniging in den zin van tegen woordig niet zoo noodig geweest zijn. Mar nu er een andere koers dient gevolgd te worden, zoowel door particulieren als door overbelaste staten en ondernemingen, moet de bezuiniging uitgevoerd worden, met hoogstbekwame handen, die men bij het doen der uitgaven niet zelden heeft ge mist. Bezuiniging invoeren, die werkelijk doel treft, kan alleen geschieden door de meest bekwamen. Bezuiniging op zich zelve Is ne gatief, z\j geeft dooT haar zelve geen kracht, maar ontneemt alleen last. En waneer zy de produceerende kracht, die meer schept dan zy verbruikt, aantast, ontstaat er door bezuiniging een verlies. Indien dit niet wofdt vermeden, zal be zuiniging de maatschappij evenzeer bena- deelen als onnutte uitgaven. Men hoede zich daarvoor. Inwendige positieve verbetering kan al leen tot stand gebracht worden, door ge legenheid te geven tot vrye ontplooiing der arbeidskrachten. De Wet kan die niet re gelen, of het geschiedt vooral ten voordeele van de niet-actieven, ten nadeele van de actieven, en het resultaat wordt negatief. Ieder individu gevoelt het best zyn eigen aibeidsvermogen en als dit wordt toege past binnen de grenzen van maatschappe lijke moraal en orde, moet de werking daar van niet belemmerd worden. Alles van den Staat verwachten en deze daardoor noodzaken alle vruchten van den arbeid aan belastingen te eischen zal zijn den spaarzin van den vlijtige te drukken, en leidt tot ontwrichting der maatschappij."... De geheele rede is afgedrukt in het Tijdschrift voor Economische Geographie van 15 April 1922. MODEPRAATJE. „Voorjaarsboden uit Parijs". Het waa nog v4ór Kerstmis, dat onder dezen titel een der eerste modehi onzer hoofdstad den volke kond d< van de aankomst der eerste lichte vi jaarshoedjes, en dat ze tegelijkertijd tentoongesteld werden in hare étalage- ruimten. En het was tevens, alsol ieder een slechts op dat sein gewacht had, want plotseling als met tooverslag, re zen ook overal elders deze eerstelingen van een nog ver te zoeken lente, uit aen grond op. Zoo doet de mode de vrouw geweld 'aan Nauwelijks is hare wintercollectie compleet, of daar ziet ze zich weder in het nauw gedreven van bewondering voor wat de mode op nieuw gewrocht heeft. Want, ze zien, is ze bewonderen, deze aardige mode- hinderen en tusschen bewonderen tot beg eer en ligt immers maar één stap. Ze zien er dan ook uit om van te wa tertanden, deze knusse, ultra-élégante dekseltjes van glanzend zwart satijn met hun air van nonchalance en een cachet zoo geraffineerd als het maar kan. Ze hebben haast alles met elkaar gemeen, het glimmende zijderartateriaal, de vorm, de diep-zwarte kleur, de versie ring en toch is er nu reeds eene einde- iooze variatie. Zoo toont dat kleine, verduiveld aar dige zuidwestertje met zijn inkeep in den rand, door een aardig lintrozetje luchtig gedekt, veel verwantschap met aal vermakelijke chasseur tjei dat bru taalweg een reuzengroote vlinder op zijn uiter ten randpunt duldt r En een coquette „amazone" verbergt achter haar van voren sterk opgeklapten rand, platte zwarte wasbloemen, die niet te- ;*en den bol aangezet, doch er plat op gedrukt liggen. Waarmee ik maar zeg gen wil, dfl de „cloches", de „nini- cbes", de „capelines", met hunne druip randen blijkbaar ernstige concurrentie krijgen aan deze typen met een bol-op- geslagen, dubbelgestikt randje. Alle hoedjes, behalve dan de toques en bandeaux, hebben den nieuwsten vorm van bol geadoptéerd, die min stens uit vier, soms van 8 tot 10 gelijk vormige parten bestaat. Zoo'n bol biedt op zichzelf al de bes- Ie gelegenheid tot versiering aan, daar olke part keurig afgebiesa is. Soms zijn de parten bovendien kunstig in kringloop geknipt, zoodat ze als dra van een reflector om elkaar heen schij nen te kronkelen. Is het niet begrijpelijk dat bij derge lijke kunstvolle en bewerkelijke vor men, de hoedengarneering een ander karakter gaat dragen Dat zij zich hoe langer hoe dichter tegen den hoed vleit, dot ze ten leste zoo vast opgedrukt rit, alsof zer er een onverbrekelijk geheel mede is. Dat streven demonstreert zich zoo typisch bij de gekleurae voorjaarsboden Die bestaan dikwerf uit zijden stof met gebloemde patronen van zwaar op- liggende en schablone-achtig vervloei ende contouren. Welnu', deze bloemdes- sms worden veelvuldig uitgeknipt, don- zig opgevuld en dan bij wijze van ver siering, weer op het eigenste hoedje geappliceerd. Deze wijze van versie ring wordt in overwegende mate aan getroffen. Zijn er bloemen, dan zijn zij uit de zelfde zijde vervaardigd, en tot aller liefste raidten gevorpid. zitten ze dan plat tegen'den bol aan. Somtijds gelij ken het rozen, half-open, half-geloken, met een ragfijn waasje van tulle over spannen. Soms ook worden van lintjes iu de kleur, de fraaiste bloemvormen geïmiteerd en pijpt men ze kunstig tot sierlijke sprieten zooals voor chry santen en dahlia's, zeesterren en as ters. Licht als veders zijn de nieuw q, voorjaarshoedjes en hebben ze eene af stekende garneering, dan zoeken ze die speciaal in luchtige, pluimende aigret tes Randenvol met aigrettes, dubbel ge bogen croches van de 'prachtigste aigret tes, sieren de kostbaarder voorjaars hoedjes. Bandeaux van aigrettes om lijsten de sierlijke bolletjes. Meestal zijn ze echt, deze kostelijke reigorsprie- tjes. Het wordt de vrouw wel moeilijk gemaakt, want al dien tuchtigen sprie- tentooi moet immers wel flatteus rijn I Trouwens er zijn ook andere genres, die hun pronk niet in schitterend ge- vederte, maar in kostbare bewerking zoeken. Zoo de typische stormhoedjes van gilimmend gladde zijde, geheel over eenkomstig de mode, door kostbaar koordjesboirduursel in parten afgedeeld en die parten ingevuld met grillige ara besken van kleurig ,koordborduursel. En in de melange-stoffen wederom een zelfden rijkdom, gelijke kleurenpracht. Louter sprankeling van goud en zilver op ondergrond van damassé en brocaat. 'I-ijne, nieuwe tinten groen, zweemende naar turquoise, schijnen qua kleur de nouveauté van het seizoen te zijn. Zij laten zich doorweven, beleggen en door spikkelen met „zilver en zilverstnilsel. Deze tinten hebben dpzelfde nuances in het bruin als iegenklturen en deze zijn op hunne beurt doorwerkt, doorvlamd, doorspat met goud, al naar gelang de dessins dat meebrengen. Bij de, het hoofd nauw omsluitende vormen, treft men nog altijd de diadeemvorm als ver- siermiddel aan. Enkele gedrapeerde of dooreen ge kronkelde bandhoedjes dragen nog uit stekende omlaagstrevende lintpieken ter versiering. Waarlijk, wanneer soms Ja nuari en Februari de bakens mochten verzetten naar enkele dagen 3van zonnig petij, dan zal het noch aan de mode, ncch aan hare trawanten liggen, wan neer daarvoor hare aanhangsters van passende „voorjaarsboden" niet voor- I zien mochten zijn. GRACE ALLAN. MEDISCHE BRIEVEN? opperhuid wordt door de hitte licht be schadigd. De 2e graad van verbranding ontstaat door een meer intensieve inwerking der warmte. Hierbij onderscheiden wö het u allen zeker bekende verschijnsel der blaar- vorming. Een typisch verschijnsel dat ia de le graad ontbreekt, <te pijn veroorzaakt en de roodheid der huid sterker op den voorgrond laat treden. Wordt het betrok ken lichaamsdeel aaif een nog hoogere of •wat hetzelfde is, langer aan een lagere temperatuur blootgesteld, dan treedt de z. g.n. 3e graad van verbranding op, waar door het weefsel gedood wordt. Is het pljn- gevoel een waarschuwing, een reactie a. h. w. op het gevaar dat dreigt, zoo ontbreekt zulks bij de laatste graad der verbranding geheel en al. In plaats van rood wordt het weefsel in het laatstgenoemde stadium van grauwbruin tot zwart van kleur. Bij tal van personen leert ons de onder vinding dat dood materaal in het levend organisme niet geduld wordt, zoo ook hier na de verbranding. Er vormt zich aan de grens van dood en levend weefsel een zoom van levend materiaal dat het doode geheel en al loswerkt en ten slotte afstoot Het genezingsproces in geval en van den len graad heeft gewoonlijk een goedaardig en snel verloop. In de eerste dagen voelt de patiënt wat Pijn ydie met gunstig gevolg met een weinig boo raai f bestreden kan worden. De 2e graad der verbranding komt fei telijk het meest voor; ode vraagt deze meer van onze zorg, te meer daar ook zl) een veel nauwkeuriger behandeling eiacht. Zooals wü reeds vermeld hebben, ontstaan in deze graad kleinere en grootere blaren. De kleineren drogen weldra vanzelf op, de grooteren daarentegen langzamer. Om de pyn te stillen, worden doze laatsten ge woonlijk achteloos stuk gemaakt. Een han delwijze die absoluut verkeerd ia, omdat het gevaar voor infectie teer groot is. Om dit gevaar te voorkomen, is het gewenacht de blaar met een gedesinfecteerd mesje stuk te maken. Het mesje houdt men even wijdig met de huidoppervlakte, ja er bijna tegen aan en geeft vervolgens een klein ^prikje in de strak gespannen blaar aan den onderkant. Het vocht loopt er dan uit, j wat ten gevolge heeft dat het pljngevoel in niet geringe mate vermindert. Vervolgens verbindt men de wonde met een zalflap of bepoedert dece met bismuth. De 2e en 3e graad der verbranding vloeien gewoonlijk ineen. Dientengevolge wordt in beide gevallen dezelfde behande lingswijze toegepast. Op een punt wil ik nog uw aandacht ves tigen. Zoodra de verbrande plek genezen is, vormt zloh zjg.n. fttteekenweefsel. Dit weefsel ia minder soepel en elastisch dan dat der omgevende huid, wat zjjn eigen aardige bezwaren medebrengt voor den patiënt. Ia de verbrande oppervlakte van aanzienlijke grootte don zal het lititeeken- weefsel, zoo de plek zich in de nabijheid van beweeglijke deelen bevindt, groote stoornissen #am de beweeglijke deelen ver oorzaken. Een voorbeeld zal U dit duide lijk maken. Veronderstellen wij dat iemand in de omgeving van het kniegewricht een groote brandwond oploopt. Nemen wij verder aan dat de genezing normaal ver loopt, ook wat betreft de vorming van het gewone litteekenweefsel. Dit laatstgenoem de weefsel kan nu oorzaak zijn dat de pa tiënt het been niet meer kan strekken en ombuigen in het kmegewricht. Het loopen zal hierdoor, zoo niet onmogelijk, dan toch zeer moeilijk worden gemaakt. Een reden om brandwonden niet op eigen gelegenheid te kureeren, vooral niet zoo deze een eenigszins ernstig karakter dragen of zich in den omtrek van beweeglijke deelen be vinden. Brandwonden. In dit jaargetijde, waarin wij ons van kunstmatige warmtebronnen bedienen, loo pen wij uit den aard der zaak nogal eens de kans brandwonden te krijgen. In 't al gemeen onderscheiden w(j drie graden van venbranding. De le graad kenmerkt zich door een sterkere roodheid van de huid dan normaal het geval is, hetgeen door een ruimere toe voer van het bloed veroorzaakt wordt. De ONS PLUIMVEE. Sprokkels uit de practijk. Hoenderhouders, die het bedrijf oor deelkundig uitoefenen, hebben van deu rui der hoenders niets geen hinder, om de eenvoudige reden, dat zij in het be drijf geene overjarige hoenders heb ben, slechts jonge hennen aan o! tegen den leg, uitsluitend en alleen gehou den voor de eierproductie gedurende den eersten leg van die hennen, xno- dat die dieren dan ook het daarop vol gend jaar' tegen den ruitijd door af slachting worden opgeruimd. Aangezien even voor, gedurende en een tijdlang na de ruiperiode de eieren schaarscher dei halve duurder worden, «uiteinde bo venbedoelde hoenderhouders, dus cells voordeel van het ruien hebben. Voor de hoenderfokkers, daareutegeu vooral ai» het aantal fokdieren groot ia, is de ruiperiode een tijd van groote zorg, meerdere verzorging, meer uitga ven en minder ontvangsten, willen zij de hoenders zoo goed mogelijk door den rui helpen. Daarvoor is een dage- «ijkache toegift noodig van „vet" en „dierlijk eiwit" waarvoor tal van voedermiddelen tên dienste staan, be nevens volop en zoo lang mogelijk versch groenvoer, terwijl mais een goed groenvoer is. Gedurende die periode ral al spoedig verschil van ruien zijn waar te nemen, tie dieren, welke langzaam en moeilijk ruien, moeten goed worden gadegesla gen, omdat zij vermoedelijk niet als fok dieren in aanmerking mogen komen en derhalve bij tijds kunnen -worden op geruimd door afslachting ha te rijn vet gemest. Wanneer dan het gros der hoenders dooi den rui is, wordt het langzarper- miui tijd het dagelijksoh| kwantum 1 ruchtvoer droog of nat gegeven van lieverlede te verminderen^ omdat de fokdieren in de thans volgende rust periode alleen op onderhoudsvoer moew ten worden gesteld. Dat onderhoud!^ vojsr bestaat alleen uit graanvoer <4rcotendeels onder het strooisel ge harkt en uit volop groenvoer, dat den goheelen dag ter boschikking van de hoenders moet rijn. Het onthouden van het „tot leggen prikkelend bijvoer (krachtvoer)'*» ge schiedt om de legorganen iu de eerst volgende maanden volstrekte rust te geven. In die maandeii kunnen die die ren zich dan geheel horstellen van de vermoeienissen van het afgeloopen leg- janr. Honger behoeven rij daarvoor niet te lijden, aangezien rij volop groenvoer hebben en steeds groenvoer vinden, ais zij maar in het strooisel willen schar relen., wut voor het „in goede conditie komen" later zeer noodzakelijk is. Gedurende de rustperiode heelt de lekker de gelegenheid zijne fokdieren dagelijks goed waar te nemen. De die ren welke teekenen geven ongeschikt voor de fokkerij te zullen worden of te zijn, worden al dadelijk verwijderd en door do gebruikelijke afslachting opge ruimd. De overige fokdieren worden usu kot eind van den rusttijd stuk voor «tuk aan den lijve aan een nauwgezet onderzoek onderworpen, zoodat alleen de geschikte, liefst nog alleen de meest geschikte, dieren voor de fokkerij be houden blijven. Ook de fokhanen welke van de hennen gescheiden gehouden worden, behandele men op dezelfde wijze. Er wordt wel beweerd, dat dan de hanen in den rusttijd te vet worden, maar dan is de behandeling verkeerd of onvol doend geweeet. Wanneer men „Heeï Haan" flink in beweging houdt, door hem voor elk hapje eten te laten wer ken, dan zal hij volstrekt niet te vet worden, maar wel in^fltade conditie komen. De foktoomen worden ÖM het eind van de rustperiode uitgefKcht en met den fokhaan ter bestemde plaatse ge bracht. Eerst die der zware en middel zware, later die der lichte en lichtere rassen. Zij krijgen dan wederom met v- einig te beginnen dagelijks kracht- voei, benevens graanvoer nog steeds ;rooten<|eels onder het strooisel ge harkt, doch nu geen mais- en volop zcoenvoer. Wordt op deze wijze gehandeld, dan éeft de fokker ook alle» gedaan, wat van hem gevergd kan worden, de klaci|- '•mi omtrent de kwaliteit (samenstelling) ier broedeieren zullen dan tot een mi- .irnum woyden teruggebracht. DE TAALKUNDIGE. Het spande al eenigen ttjd tusschen Snijders en den baas. Snijders was onze .„jongste" hij was pas enkele maanden geleden door den baas aan de bittertafel in dienst genomen. Hij had daar, in de soos, zijn ver baal zitten doen „hoe hij eerst in Bra bant bakkersknecht was geweest, maar de e betrekking had hem en zijn. ouders voor wie hij zorgen moest geen droog brood opgeleverd. Toen was hij op de heide gaan ritten on had een stukje land ontgonnen. Met z'n handen zei-ie, en hij liet met recht- matigen trots zijn handen zien die van bedenkelijke afmetingen waren. Hij had er een huisje gebouwd en daar woonden zijn ouders nu in. En daarop was hij naar den Oost ge trokken want de Hollandsche heide is schraal ©n ze levert bij harden ar beid maar voor weinig monden leef tocht. Zöó groen van de boot was' Snijders met z'n verhaal de plant re- 8009 komen binnen vallen en de heeren aan de bittertafel hadden de hoofden geschud. „Wat daarvan terecht moest komen ui dezen tijd?" Maar de baas goedhartig en wei- gehumeurd - blageur als hij is klop te den nieuweling op den schonkigen schouder „Kom jij maar eens bij ons jong- mensch en we zullen eens zien of we geen planter van je kunnen maken. Den dag daarop stond Snijders in onze fabriek. Zooals ik zeide spande het nu al eenigen fijd. Snijders was hard van hoofd en zijn vorderingen op het gebied van de Ma- Icische taalkunde waren maar zeer mi nimaal. „Ik ben hier niet gekomen om talen te leeren maar om rubber te poten" placht hij zich te verontschuldigen als ik toevallig in de fabriek kwam terwijl hij zijn niet zeer begrijpelijke orders gaf En de baas, als ik hem bij het in- specteeren van den tap tegen het lijf liep, viel meermalen korzelig uit „hij leert het nooitme dunkt als ja vier maanden meeloopt moet je toch iels van de taal weten." Dezen morgen was de baas in arren moede. We waren er tezamen bij tegenwoor- aig toen Snijders een koelie betrapte die de coaguleerbak niet voldoende schoonmaakte. Snijders pakte den man bij den arm en wees met een alleszeggend gebaar op den onderhavigen bak. En toen de koelie hem brutaal-vra- gend bleef aanzien zeide hij sober I „bikin". „Ik zeg dat-ie dat moet schoonma ken" repliceerde Snijders gepikeerd. „Schoonmaken is bikin bersih" kwaip de baas ongeduldig „en zeg het nu nojf eens". „Kowé bikin bersih" vervolledigde Snijders. „Neen" koppigde de baas, „je hoort te zeggen jij moet schoonmaken. Wat is moet in het Maleisch En toen het gelaat van Snijders van totale onwetendheid getuigde, vervolg de hij kribbig „het je een woorden boek Achter des bazen rug knikte ik snel van „ja" vreezende dat er een hevige explosie vólgen zou indien blijken mocht hetgeen ik wist dat Snij ders géén woordenboek bezat. En Snijders den wenk begrijpende antwoordde hooghartig „ja natuurlijk' Ga dan opzoeken wat moet ki het Maleisch is" commandeerde de baas, thans geheel in de rol van directeur. Snijders wendde zijn schreden naar huis, raadpleegde een woordenboek en kwam triomphantelijk terug. „En" informeerde de baasf reeds bij voorbaat. Maar Snijders met hautain gebaaT negeerde deze vraag liep den haas voorbij en zich tot den reealcitran- ten koelie wendend commandeerde hij met klem zoo'n allerzotte zin dat de baas zich met een ruk omdraaide en met ongewone haast den aftocht blies. Snijders is nu kok op een vrachtschip Hij heeft ui ziju planters-carière leeds spoedig de beenen gebroken over de taalhindernissen. VARIA. Wetenschap in de keuken. De Franschen hebben altijd gemeend, dat een goede kok onder de artiaten moet worden gerangschikt en nu schijnen ze .hem sella ook by de geleerden te willen onderbrengen. De ondersecretaris voor technisch onderwijs in Frankrijk Ia be schermheer geworden van de vereeniging voor wetenschappelijke hygiëne van de voeding. Zoo ts er dan in Frankrijk een achool opgericht, die door het landsbestuur bekostigd wordt, tot onderwijs in de hoo gere kookkunst Of voor het koken van aardappeleivof het braden van biefstuk een uitgebreide medisch-chemische opleiding noodig is, ie wel twijfelachtig; toch zal ten slotte de chemie moeten uitmaken of voed sel niet vervalecht is, en de medische we tenschap moet zeker bepalen, wat voor eten de zieke noodig heeft. J De leeraren aan de school zullen de hy giënische behandeling van het voedsel on derwijzen, de techniek van het koken en speciaal het bereiden van gerechten voor zieken en heratellenden. Onder de leeraren kranen bekende namen voor: dr. Hemmerdinger (voor huiae economie), dr. H. Labbé, een Harfyacb disch professor en dr. Martel, een veearta- senijkundig hoogleeraar. Het adres van de school is Rue Clotilde 2, Pantheon (6e); het adres van de vereeniging le Rue de l'Eetufaele 16, Pantheon (6e), alwaar men zich als leerling kan opgeVen. („The Lancet*.) In 't restaurant. De hongerige reiziger kwam in het restaurant en viel aan een tafeltje neer. Hij klopte, en klopte nog eens. No vijf minuten kwam er eeiv kellner, langzaam, naar 'm toé. „Kellner", zei de hongerige reizi ger, „ik moet gauw wat eten I Wat hebben jullie?" ,,'s Kijken", zei de kellner. Hij sloeg 't menu op en zei „Tong, ge bakken tong, schol, gebakken schol...." „Gebakken schol, goed gauw maar De kellner ging heen en twintig mi nuten later toen de reiziger half dol wp.i-, stak-ie z'n hoofd door de deur en «ei „Meneer, hebt u schol besteld i,J«. wat..." „De schol komt direct, meneer 1" „Zegriep de reiziger terug. ..7.eg kellner, vertel me een», ik ben ook visscher, wat gebruiken jullie voor aas

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1924 | | pagina 3