Nu is het tijd Vraagt „DORLAS" THEE "lij ïtrzekerwi lil POLAK, H. A. JONGEBOER iboiDtirl I op lil Mtd DE GÖÏDScëË FRUITHANDEL LEVENDE MEST. GOUDSCHE COURANT ZATERDAG 26 APRIL 1924. TWEEDE BLAD Overhemden, Boorden, Dassen, Sokken, Bretels, enz. een nieuw Rijwiel. JAC. STRAVER, BREUKBAND OF BUIKGORDEL NOODIG? J. H. Krom Zoon, Migizijn vin Schoonnaak-ArtikelBn Brillen en Pince-Nez. Genezing. Volks-Meubelmagazijn Korte Noodgodsteeg 10 Anton Coops Sanatogen jaP° Duizenden ervaren, verstandige hulsvrouwen, die in de laatste weken bij ons kochten, zijn nu wel daarvan overtuigd Voorjaars Mantel Vroeger of later zult ook U eveneens van die overtuiging profiteeren Waarom niet dadelijk? ROTTERDAM 27-29-32-36-40 cent pep ons. M ||>VA Spatschermen ■lij I IJ" Weer en Torpedofponts fcnz. J. UITMAN, Baan 135, Telef. 3655 - Rotterdam. namaak bij de wet verboden A. C. Waardenburg Lange Dwarstraal 45 Gouda- Goudsche Dienstverrichting Turfmarkt 1 - Telef. 344 - Gouda Zeer snelle verhuizingen met auto-verhuiswagens van en naar alle plaatsen. Transport van Piano's, Orgels, Brandkasten, enz. enz. ALTIJD ONDER GARANTIE. Goedkoope prijzen. Zeer nette behandeling. Feuilleton. U suit lavpadan sl|n ■Is a* Uw 1200 30 Koopt ft>l| I voor 't aanschaffen van Wendt U daarvoor tot 't adres ZWARTE WEG, achter de Fa. VAN ERK. Nok ©enige 2e Hands DAMES- en HEE RENRIJWIELEN. in zeer goeden staat, tot lagen prijs af te geven. use so Emailleer- en Reparatie-inrichting. Vakkundige Bediening. GAAT DAN NAAR BANDAGIST. MARKT 25 -i- GOUDA PASKAMER BESCHIKBAAR BANDEN EN B0R0ELS VOOR DAMES WORDEN DOOK OAME AANOEMETEN |Sr' Bestel tijdig: SPANRAMEN f 1.50 STOFZUIGERS 12-5» per dag. TEL. 333 WIJDSTR. 29 OPTICIEN, Westhaven 14, Gouda, Telef 292. Groote sorteering in 113 16 Electrische Slijp- en Reparatie-Inrichting. Levering van Brillen op voorachrift. Barometers. Kijkers. Thermometers. Leverancier der Goudsche Ziekenfondsen. Slapeloosheid Zenuwtoevallen Zware Hoofdpijn Zenuwkwalen, ONMIDDELLIJKE GENEZING door Antlnervln. Per koker 1.50 Ch«m. Fabriek B. ROOS Co. 78 Jonkerfransstraat. R'dam. ff Vraagt PrUnoournnt. "Dj hoek Peperstraet Dit is je adres voor REPARATIËN VAN MEUBELEN. 772 15 Beleefd aanbevelend. DROGIST WIJDSTRAAT 31 voor Zoouvrziolion 1194 10 niets 90 Deze modieuze v.^or prachtige kwali teit laken met gladde engeplis seerde volants. In alle nieuws mode-kleu ren, koot m hoogstraat! tl. KQHTË hooqitbaat onze Heerenzaak Thans ook Heerenkleeding voor dezelfde lage prijzen. <HST»D.M >mUHDnm UTRECHT LEIDEN GRONINGEN ENSCHEDE OEURIO en WATERHOUDEND 1192 10 LANOE TIENDEWEG 27 - TELEF 313 heeft in voorsad: OOUDA BLAUWE DRUIVEN. VER8CHE AARDBEIEN. TAFELPEREN. TAFELAPPELEN. MANDARIJNEN. SINAASAPPELEN. BANANEN. DOOSJES TUNISDADELS. NIEUWE VIJGEN. DIVERSE SOORTEN NOTEN. BLIKGROENTKN (rntrk .Slmteli) (eriri «ch.rp coDeun-Mrende prUiai. Wij brengen in den handel een ontledings-bacterie, welke de eigenschap heeft de organische stof in den grond te bevorderen en daardoor ten voor- deele van den plantengroei te werken. De zuiverste en natuurlijkste bemesting en veel voordeeliger. Bijna overal verkrijgbaar, waar niet vertegenwoordigd is gelieve te schrijven aan den depothouder Venn, tot Exploitatie van Hernestuig'a procédé's, Jufferstraat 6, Rotterdam Beleefd aanbevelend, L. N. POLDERVAART. Ptrsooitlljklwid. Onder dezen titel schrijft Dr. C. J. WJj- naends Francken in „Leven en Werken" o.a. het volgende: „Het streven, alle menschen gelijkwaardig te achten en geen meerderheid van enkelen te erkennen, wordt helaas door velen voor gestaan; maar in plaats van heilzaam te werken, heeft het veeleer een verderfelyken invloed van verslapping en tuchteloosheid. Het is inderdaad een bewijs van grenzen loze verblinding, niet het bestaan te wil len erkennen van uitzonderingsmenschen, die in karakter en persoonlijkheid hun me- verre overtreffen, gelijk er an- die door verstandelijke gaven en i uitblinken. Ook op moreel gebied kan men spre ken van genieën; en het is wel een bewijs van geweldige kleinzieligheid, indien men niet instaat is zich door een dergelijke ze delijke grootheid en heldendom te laten ontroeren tot diepgaande bewondering. De predikers der onderlinge gelijkheid behooren voor een groot deel tot diegenen, welke geen meerderheid boven zich willen erkennen en al wat boven henzelven uit steekt naar beneden halen en willen terug brengen tot eigen niveau. Om vooral riet achter te staan bij meerbedeelden en meer- begaafden, wordt dan een kunstmatige en valsche gelijkheid verkondigd om de ijdel- heid te ontzien en eigen en anderer zelfge voel in 't gevlei te komen. Alle middelma tigheid toch is allicht geneigd uit afgunst of ook uit vreeze van zejf minder waar deering te zullen vinden, al het groote en boven haar staande te negeeren en er zijn openlijke huldiging en bewondering aan te onthouden, hetzij dan uit afgunst, hetzij omdat zij het niet begrijpen kan en het haar bevattingsvermogen te boven gaat. In plaats van bewondering wordt dan op kleinzielige wijze er naar gezocht, gebreken te ontdek ken en het minderwaardige te verheffen ten koste van het hooger staande. Zoo ziet men veelal dat een groote persoonlijkheid veel imponeert en een stille, dikwijls niet erkende bewondering wekt, maar dat zij terzelfder tijd een verholen nijd en weerzin wakker roept, die prikkelt tot opstand en verzet. Al gevoelt het menschelyk kuddedier in- welke het zich onderwerpt, terzelfder tijd wordt veelal over niets meer gejuicht dan over den val van hem, die zich eerst in een geweldig succes mocht verheugen. Hoe het zij, een gebrek aan gave van be wondering voor de grooten onder ons, zooals dat dikwijls wordt waargenomen, is een onmiskenbaar teeken van verstandelijke of moreele minderwaardigheid." BarlijnacheBrieven. (Van onzen speeialeu Berlijnschen medewerker) Berlijn, April 1924. Toen in den aanvang van verleden jaar het (Roergebied bezet werd, waren er vele, die niet onder het vreemde juk wilden buigen, wat eigenlijk niet zoo heel erg verwonderlijk is. De Franschen schenen dit echter niet alleen zeer \év- wcnderlijk, maar zelfs zeer strafbaar te •vinden, zoo iets als landverraad, en stunten iedereen, die niet reageerde op vriendelijke vuist- en zweepslagen, zon der erbarmen in den pot. Onder dege nen, die wegens een of andere kleinig heid werden gevangen genomen, bevond zich ook een jonge man van 20 jaar, Willi Dreyer. Hij werd tot dwangarbeid veroordeeld en met nog anderen naar hel eiland St. Martin de Ré getranspor teerd Einde van verleden jaar werd hij daar ziek, bieel in gevangenschap, en hoewel de Duitsche gezant te Parijs .SIMPLIFIX" merk „VOSSEKOP". wascht e® verft tegelijkertijd alle Soorten Stoffen. Verkrijgbaar by: ANTON COOPS, Wyd- straat. Drogisterij „HET GROENE KRUIS», Kleiweg No. 91. 1212 trachtte hem uitgeleverd te krijgen, ge lukte liet hem slechts roet veel moeite, toestemming te verkrijgen, dat de ouders hun stervend kind mochten bezoeken, iniusschen was hij reeds gestorven en bleef den ouders slechts over het stof felijk overschot naar de „Heimat" te latèn brengen. Begin vorige week kwam het transport hier aan en werd aan het Anbalter Bahnhof met eerbewijzen ont vangen. Eenige ministers, verschillende generaals, vereeuigingen, tot welke de overledene behoord had, met omfloerste vaandels, en een militair muziekcorps waren aanwezig. De overbrenging naar het andere station, het Görlitzer Bahn- hof vanwaar het naar het kleine kerk hof in een plaatsje even buiten Berlijn ging, geleek een triomftocht. Aan alle zijden stonden de menschen met ont- blooten hoofde en eerden zoo den jon gen man, dien zij beschouwen als een martelaar voor zijn vaderland. Op het keikhof waren wederom vele afvaar digingen van vereeuigingen met hunne banieren, hooge officieren en vele be langstellenden. Over de 100 vaandels bo gen zich over de groeve tot teeken van ïouw en de „Pfarres" sprak diepge voelde woorden en verlangde geene wraak, maar gerechtigheid. En wat is gerechtigheid voor de vele jonge lie den, die om dit graf stondem, anders dan wraak, oog om oog, tand om tand Wanneer het zaad, dat hier gezaaid is, opkomt, dan irf de vrucht een nieuwe vu bitterde oorlog om te wreken, wat sinds den vrede geleden is. Heel eenvoudig, zonder eenige plech tigheid, is de zooeven gestorven Hugo Stinnes begraven geworden. Z.jn naam was vèr buiten de Duitsche grenzen)be* Rend, hij was bekend als een der rijk ste misschien de rijkstoman in Duitsch- land De meeste der groote hotels, der groote dagbladen waren zijn eigendom, het bekende Siemens—Halske consor- Uom was met hem verbonden, en alles wal met hem te doen had, stond ook uiin of meer onder zijn invloed. Hij was een man met groo.e gaven, die uit sluitend op het geidveruienen gericht Uaren, werkte van 's morgens 6 uur tot 's nachts één, twee uur en gunde zich geen rust. Hij had een onnoemlijk aan tal vijanden en benijders en het is eigenaaidig, hoe de meeningen over hem verdeeld zijn. Terwijl men aan don eenen kant hoort van zijne groote vaderlandsliefde en van zijn vele wel daden, zegt de andere zijde, dat hij slechts aan zich zelf en aan zijne kin deren dacht. In het crematorium, waar hij verbrand werd, waren eveneens ve le afvaardigingen en hooge officieren, maar de plechtigheid was zeer eenvou dig. -j)n na deze twee beroemde dooden, het leven Niettegenstaande alle tegen spoeden, koude winters en andere nare onigen, komt de eerste langzaam maar zeker, hoewel velen beweren, dat wij een nieuwen ijstijd tegemoet gaan. Men nerkt dan ook de lente alleen aan de omgespitte tuinen en landen, waar schuchter reeds een beetje groen voor -Jen dag komt, aan de bedrijvigheid van naaisters- en modezaken, die allen met stoom arbeiden, omdat iedereen zijne kleeren nog voor Pasoheu klaar wil lubben. Velen gaan naar Zwitserland en Italië, hoewel zi) vanaf den lOden April per hoofd 500 mark moeten be- taten, anders krijgt men de toestemming n.tl van het belasting-kantoor. Dat is n.l. de nieuwste methode, om geld biu- nen te krijgen, en hot ongeluk is, dat juist weder die menschen getroffen wor den die een buitenlandsche reis het hardste noodig hebben. Zij, die zich steeds alles hebben kunnen verschaf fen, betalen ook met genoegen die 500 mark meer voor hunne reis, maar de arme menschen, die eindelijk na jaren zwoegen en weinig voeding, weer in staat zijn voor een paar weken met hunne paar mark, die nu wat waard zijn in het buitenland, eens een beetje gezondheid en rust op te doen, moeten in Duitsebland blijven, want voor dézen is het bedrag niet te betalen het ge spaarde bedrag reikt maar nèt voor de reis Ja, ja, steeds wat nieuws muar zelden wat goeds Een bewijs van de nveerdère koop kracht des volks is echter do oude ge woonte van het koekenbakken, die weer langzaam terug komt. Het Duitsche volk is (lol op koeken en koekjes, die naar den Hollandsetan smaak niet fijn ge noeg zouden zijn, maar die hier met groote hoeveelheden zelf gebakken wor den Daar echter niet iederen thuis de gelegenheid heeft, schuift men de vor men tegen een kleine -betaling bij den bakker in den oven, en zoo ziet men op Zaterdag, heele stoeten van kinde ren en vrouwen, die hunne groote zwarte platen en vormen vol koek in triomf naar huis brengen. „Napfku- clien", Spritzkuchen",i „Strensel-ku- clien", en hot' ze allen mogen heet en, weren het laatste jaar oene luxe, die men zich niet permitteefen kon, maar nu wordt bijna in ieder huisgezin s Zondags weer de èohto koffie ge schonken en dan ontbreken de bergen „Kuchen" ook niet. De gewone koek jes, waarvan men in Holland zoo on eindig veel soorten heeft, kent men hier niet, hetzij dan dat men het „Teege- bück" zoo noemt, dat eigenlijk maar in éene soort te krijgen is, en naar onze begrippen siuuakt naar niets. Ik gelooi dit het ligt aan de boter, die hier al tijd flauw is en het zoodoende onmoge lijk maakt, echte boterkoekjes, zand taartjes en dergelijke klaar te maken. De vroegere Irots van iedere „koudi- torei", „Wïndbentel mit Schlagsahne" (slagroom) kan men ook niet krijgen, want het maken van room en dus ook van slagroom, is verboden, in verband met de schaarschte aan goede melk. Maar we gaan toch in ieder geval in de goede richting. Ais teeken van het voorjaar ziet men ook de vele kinderen, die „eingeseg- net" worden. Dat is het feest, dat de schooljaren afsluit en ieder kind al ®yn de ouders ook in geen jaren eene kerk binnengegaan, ook „einge- signet". Toi zelfs het armste kind krijgt bij die gelegenheid een nieuw zwart pak of een wit japonnetje, het meisje krijgt den krans op het hoofd, de jon gen een bloem in het knoopsgat, vader en moeder tooien zich in de beste klee- ien; papa in ieder geval in „hooge zij den", al is hij geleend, en zoo zietknen In alle wijken, kleine optoohtjes met de leostkindertjes voorop met trots door de straten wandelen. Het is een dure tijd voor de huisvaders, maar een voor- ceeligo voor de kinderen, die vun alle zijden geschenken krijg«m en voor de piedikanten, die een drukken tijd heb ben en voor wie het een groote bron van inkomsten is. En daar iedereen moet kunnen zien, dat zij ingezegend worden, loopen de families kk» den heelen dag en denken niet aan een rij tuig. Zooals trouwens alles hier meer ge ooud wordt. Sij begrafenis slui ten zich de kennissen, inede-huisbewo- ners en buren aan, en komen in hoo- gen hoed op de begraafplaats, zelf in de hand een groote krans dragend die daar zelf wordt neergelegd. Steeds ont moet men in de trams deze „bewijzen van belangstelling", die trouwens imeestal een zeer dure „noodzauk" zijn, daar men anders de rouwdragende fa milie zeer zou beleedigen I Brl.ven vin ein Qouwinair uit Parijs. XXIX. PARIJS, 23 April 1924. M'n gezicht moet beslist erg bekommerd gestaan hebben toen ik gisteren, met een heerlyk warm zonnetje in den rug en een snelheid die een Goudsche KJeiwegstyfse- laar waardig geweest zou z(jn, over de Boulevard des Italiens flaneerde, want m'n vrind Durand die ik vlak voor de Rue Drouot tegen 'tlyf liep, vroeg dadel(jk wat eraan mankeerde. „Ach", mompelde ik onverschillig, „niks". „Hoor eens, beate kerel" zei ie toen, „als d'r niks is, dan is 't een eeuwig schan daal om met dÜ goddelijke zomerweer met zóón gezicht over een Parüsche Boulevard te loopen. Natuurlijk is er iefU, voor zoo ver ik weet is het niet je gewoonte om je medeanenschen op een dergelijk triestig snuit te vergasten. Vertel op. Heb je zor gen? Is je vrouw d'r vandoor met een amant Ben je bestolen in een nachtkroeg Komt je schoonmoeder je opzoeken Ik keek Durand met een bestraffende blik aan: „Men vieux, je weet net zoo goed als ik dat ik niet getrouwd ben..." „Wees bly", wwhtte hü, ,jdoe het ook maar nooit". „Laat me uitsproken alsjeblieft. Je begrijpt dat ik dus geen sohoenmoeder heb en je weet dat ik me uit principe niet laat bestelen." Hü keek me onderzoekend aan, trok oen rimpel in z'n voorhoofd en dacht na. „Is het dan nog erger?" vroeg ie me delijdend, „ben je verliefd of kom je van een begrafenis?" „Nee", stoof ik op, „als je het dan met alle geweld weten wilt: „ik kom van de bank." „Van de bank", herhaalde hÜ met zorgvol gezicht, „zoo, zoo, van de bank". Een tydlang zweeg ie. „Maar wat heb je dan in hemelsnaam op die bank gedaan dat je zoo treurig kykt 7" „Durand", zei ik, „waar zitten je her sens. Wat zou ik, die geen couponnetje in te wisselen heb, en geen handelsman ben op een bank doen?" Toen ging Durand de bekende lantaarn paal op en terwyl hy meewarig z'n hoofd schudde vroeg ie zacht: „Hoeveel kreeg je vandaag?" „Vijf vier-en-dertig", mompelde ik toonloos. Werktuigelijk herbaalde hü 't cijfer, trok toen een wys gezicht dat 'm heelemaal niet stond, deed of hü nadacht en zei als ware 'teen orakelspreuk. „Dat is niet veel. Da's minder dan vroeger. Twee maanden geleden duizend twaalf." „Inderdaad", beet ik hem toe, „het is minder, zooals je met je gewone scherp zinnigheid opmerkt. Maar hou in hemels naam je mond verder. Het getal duizend twaalf stemt me weemoedig en maakt me boos tegelük." „Had je toen maar een hoop francs gekocht", hield ie vol, „maar enfin, dat kon je niet van tevoren weten", Het h\j er bü wyze van troost dadelijk op volgen. „Durand", beweerde ik ironisch, je bent een origineel e vent. Je vertelt dingen die werkelijk nieuw voor my xyn. Lieve hemel, kerel, dat heb ik nou al honderdmaal gehoord. Iedere Franschman met wie ik over „les changes" praat, beklaagt me, vindt het natuurlijk heimelijk toch wel ple zierig en komt dan tenslotte met diezelfde opmerking. Maar bij ons zeggen ze dan „as" is verbrande turf. Natuurlijk snapte Durand deze buitengewone geestigheid niet, wat 'm ook niet kwalijk te nemen wae, maar hü beschouwde het als een uiting van smart en dacht niets meer of minder dat ik naar de dood verlangde omdat ik over aach praat te. By wyze van troost en om blijk te go- ven van z'n goeie bedoelingen vroeg ie: „Wil je soms wat van me leeaen?" „Zeker om hot je terug te betalen als de franc weer op pari staat'', spitnte ik vénnig terug, „nee, je kunt me +én pleaier doenpraat me nooit van je( leven meer over koersen, francs en guldens, dan be wijs je me een weldaad." En Durand, die de goedheid in eigen j>er- soon is, beloofde me het onuitstaanbare on derwerp niet meer aan te roeren. Vüf minuten later, onder het drinken van een café crème, zaten we over politiek te praten en tien minuten later hadden we 't natuurlijk over dollars, ponden en francs. Waar het hart vun vol ia, loopt de mond van over. Maar een mooie vrouw die voorbijkwam iets waar Durand altijd erg gevoelig voor is leidde ouzo aandadK.af en voor de zooveelste maai kregen w® 't over de eigenaardige bekoring van de groote bou levards. 't is vreemd", zei Durand, „het züu straten als andere, de winkels zyn ei* mooi maar niet mooier dan in andere straten, on toch is er eon mysterieuze macht die iedereen trekt naar dat stukje van Far ijs tusschen de Madeleine en de République." „Ja, moest ik toegeven, wie een tijd lang in Parijs is begint tenslotte het „es prit" van de boulevards te begrüpan. Een vreemdeling loopt er, nou ja, omdat de rest er ook loopt, maar de Faryzenaars loopen ei omdat ze er als door een magneet naar toe getrokken worden. Er is iets, ik kan niet uitduiden wat, dat een unieke sfeer schopt op jullie boulevards. Of dat d« men- schenmaasa, of de winkels of iets anders is, ik weet het niet, maar ik ben nu lang genoeg hier om het ook te voelen." Da'a 't beate bewÜs dat je ingebur gerd bent", zei Durand. „Iedere Pariaien oI Parisienne voelt een ondefinieerbare en on bewuste liefde voor de grands boulevards, 'k Heb daar al dikwüls over gedacht en ik weet niet wat hot is. Het is niet alleen traditioneele sleur om daar te flaneeren, het is iets dat sterker is dan jezelf. Parjj* heeft misschien wel driehonderd „boule vards" maar ,/le" boulevards zün juist die vyf van de Madeleine tot de place de la République. En heb je wel eens opgemerkt dat de eentt kant altüd veel drukker is dan de an dere? Vreemd is dat hè? Waarom zou dat zym? De winkels uan de andere kant zün not zoo mooi, het trottoir is even breed, on toch... altijd loopen er veel moer men schen aan de kant van de Opera dan aan de andere. Ik snap er nieta van. „Net als met die franken van jullie, da's ook zoo'n ondoorgrondbaar raadsel", merkte ik nog op toen hü wat ie anders nooit doet myn koffie ook betaalde. H(j had zeker toch wel meelü met me. A. G. S. Engaland, Frankrijk an BalgiS habban bat plan dar daskundigan aanvaard. lüuulpleginn van eenige financiers. Een resolutie van den „Deutschen Industrie und Handelstate". De erkenning der Grieksche republiek. l>e commissie van herstel heeft guste ren officieus vergaderd en kennis genomen van de antwoorden van de Fransche, Belgische en Engelsche regeeringen, waarbü deze de besluiten der commissies van deskundigen aanvaarden- Hot Belgische antwoord zegt, dat dit land zich over de uitvoering van het nieuwe plan, voorzoover het er by be trokken is, in verbinding zal stellen met de overige geallieerden. Men verwacht het Italiaanache antwoord morgen. Zoodra alle antwoorden ontvangen zün, zullen zü he kend gemaakt worden. De commissie zal Dinsdag officieel bij eenkomen. Zoo men ziet zet de Commissie van Her stel dus haast achter het onderzoek. Nu ze het Fransche, Britsche en Belgische ant woord in handen heeft en dat uit Rome wordt verwacht, hoopt ze alle antwoorden de Japansche en Zuid-Slavische incluis, spoedig te pubUceeren. Aan al die regeerin gen bracht ze de rapporten over, met de aanbeveling zich te vereenigen met hunne conclusies, voor zoover deze die regeerin gen raken en met het verzoek te antwoor den of ze die aanbevelingen inderdaad aan vaarden. Amerika, dat in de commissie of ficieus vertegenwoordigd is, ontving slechts de rapporten en bevestigde de ontvangst zonder meer. Omtrent de Britsche en Bel gische antwoorden wordt, zoo zegt een part. schrijven aan de N. R. Crt., nieta losgela ten. In onderdeden schijnen die meeningen af te wyken. Anderzijds wordt gemeld dat het ant- van de Engelsche regeering op de nota van de Commissie van Herstel aan <je gealli eerde regeeringen betreffende het plan der deskundigen waarschijnlijk vandaag zal worden ingeleverd. Naar letter en geeet zal hot, naar wordt vernomen, geheel over eenstemmen met Ramsay Mac Donald's ver klaring in het Lagerhuis, waarbij de pre- Haar Surprise. (door Fine). In de groote, gezellig ingerichte huiska mer zat Tilly in haar hoekje by het raam. Haar handen, die zoo even nog üverig aan het entre-deux gehaakt hadden, lagen nu rustig in haar schoot Peinzend staarde zy >n de verte over het weiland naar de on dergaande zon. Statig liet de gong in de hal 6 slagen hooren. Nog twee uur, dan zou ze weer naar Ri chard Steelman gaan om hem z'n compositie voor te zingen. Wat duurden de dagen haar soms lang. Iederen dag bracht haar hetzelf de werk. Iederen dag was het 's morgens zorgen voor het ontbüt, dan de koffietafel gereed maken. Nadat de koffieboel was weggeruimd werd het tyd voor de thee. Dan zat ze bü haar vader met een handwerkje, tot het tüd werd voor het avondeten. Soms «n het schemeruurtje vroeg haar vader haar of ze z(jn lievelingslied nog eens wilde zin gen. Dan ruischten zacht en lieflijk de eer ste accoorden van het „Panis Angelicus" door de raime kamer en even later zette z(j jnet haar diepe volle alt het lied in. Soms maakten ze 's avonds samen een visite of ontvingen zelf bezoek van enkele goede vrienden. Z°o verliep jaar na jaar in hetzelfde sleurleventje, tot ze kort geleden kennis had gemaakt met de jonge componist Richard Steelman. Iemand van middelbare grootte met interessant uiterlijk, en sprekende, blauwe oogen. Toen zy op verzoek eenige liederen gezongen had, was Steelman een praatje over de muziek begonnen en 't re sultaat was, dat Steelman haar uitnoodigde, eens op z'n kamer te komen om zyn nieuwe oomposities te hooren. Op de laatje had hü pas woorden gemaakt en zy zou hem een groot genoegen doen, wanneer ze die eens voor hem wilde zingen. Ze had zoo'n buiten gewone mooie alt en 't Btuk zou juist goed voor haar stem liggen. Aan die uitnoodiging had ze gevolg gegeven en van lieverlede wa ren die bezoeken regel geworden. Straks zou ze weer gaan. Al geruimen tyd had hy haar gesproken over een compositie voor een wedstryd. De mooiste zou bekroond wor den en daar zou dan een vrij aanzienlijke som voor worden uitgeloofd. „O, Tilly, Tilly", zeide hy telkens, als ik toch de ge lukkige eens was. Wat zou jy dan een heer lijke surprise krygen met St. Nicolaas. Wat zou ik dan gelukkig zün. Zeg, vriendinnetje, zou jü dat ook niet heerlük vinden?" Ja, Tilly zou het ook heerlyk vinden. Ze zou niets liever willen dan dat hü de wed- strüd won. En Tilly zat nu in afwachting, dat het tijd zou worden om te gaan, ze zag verlangend uit naar den uitslag van den wedstrüd. Met steeds meer verlangen was ze de dagen tegemoet gaan zien, dat ze bü hem zou zijn, om voor hem te zingen, 't Was haar een behoefte geworden hem bü zyn werk te helpen. Maar ze had zich zelf moe ten bekennen, dat het niet alleen het muzi kale genot was, wat haar naar de Woens dagavonden deed verlangen. O, neen, al zou ze niet behoeven te zingen; als ze maar bü hem mocht zün. Zou hü wel zoo veel van haar zün gaan houden, als zü van hem? Natuurlük kon hü nu nog niet spreken, hü had niets om haar aan te bidden. Met geen enkel woord, gebaar of blik, had hü ooit zün gevoelen voor haar te kennen gegeven. Al leen verleden week, toen hij sprak van de surprise, had zü van ontroering gebloosd en de hoop was haar hart binnen geslopen. Over 14 dagen zou de uitslag van den wedstrüd bekend worden gemaakt en drie dagen later was het St. Nicolaas. Aan den avond van den dag, dat de uit slag bekend zou worden, liep ze nog even bü hem op. „Zoo, ben je daar nog eens, kleine ongeduld," zei hü- „Kan mün kleine vriendinnetje haast niet langer wachten? Neen, ik ook niet, maar ik heb me zelf die straf opgelegd en dus moet jü daar nu ook maar in deelen. Kom je dan 's avonds hier? Toe, doe het maar en breng je vader dan mee, dan maken we er een echte fuif van, hè?" St. Nicolaaaavond sneeuwde het «en beetje en 't was vinnig koud, maar Tilly voelde geen kou. Ze zou van avond haar surprise krygen. O, wat gloeiden haar wangen en wat bonsde haar hart Richard had z'n kamer extra gezellig ge maakt en zün hospita had juist de warme bisschop op het lichtje gezet, toen er ge beld werd «1 Tilly met haar vader werden aangediend. „Kom binnen, kom binnen luid- jes, 't wordt van avond feest, echt feest, Tilly. Zeg vriendinnetje, geloof je dat?" En met een gelukkige glimlach zag ze muir hem op en zei: „Ja zeker, geloof ik dat." Eerst werd er een pakje binnengebracht voor Tilly's vader en juichend werd het uit gepakt en luid lachte men bij het zien van de geestige woorden, die er bü geschreven waren. Even later kwam er een pakje met het opschrift: „Voor Tilly". Met bevende han den maakte zü het open en vond een mooi rond doosje, waarvan ze de sluiting met moeite ontdekte. Eindelük had ze het open en haar trillende vingers gleden over een prachtige zyden piano-looper. Met keurig rondschrift was er een briefje op gehecht met de woorden: „Voor mün lief vriendinne tje van haar trouwen vriend Richard Steel man; als een blük van waardeering en op rechte vriendschap voor haar lieve hulp." Met een warme handdruk wilde ze hem dan ken en stamelde ieta van „veel te erg". „O, neen," zei hü. „nieta te erg, maar t heerlykate heb je nog niet gezien. Ik heb den wedstryd gewonnen," jubelde hü, ,JHjk dan toch eens naar 't geen onder het papier ligt." Met een hoogroode kleur haalde se een klein wit kaartje te voorechün* waarop stond: Verloofd: Richard Steelman en Anny Wevers. Tilly voelde het bioed uit haar wangen weg trekken. Eén moment dacht ze te sullen vallen, doch toen gaf haar groote liefde voor hem haar de kracht om zich goed te houden. Met een van aandoening trillende stem wenschte ze hem veel geluk met zü» verlo ving. Ik ben zoo blü voor jou, zeide sü. Kom, zeide ze tegen haar vader, we moe ten naar huis, anders wordt het voor u te laat U is na uw verkoudheid nog niet in de avondlucht geweest. Ja, kindje, ik ga mee, maar zing dan nog even een mooi stukje voor ons. Hé, ja, zei Richard, maar dan een jubel zang, want het is feest van avond. En met een hart dat haar van pijn scheen te bege ven zong ze een van^ün laatste composities. Toen de laatste toon was weggestorven zeide hü. t is net of Je niet blü bent, vrien dinnetje, je hebt soo iets droevigs in je stem, dat Ik er nooit in opgemerkt heb. Vindt je? vroeg se en se keerde zich om, om zich te gaan kienden.

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1924 | | pagina 3