i
t Blad.
I
Groote Opruiming
Magazijnen Zaterdag tot 10 uur geopend.
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN
No. I5S77
Zaterdag 28 Juni 1824
WERKERK OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWLIK. SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADD1NXVEEN, ZEVENHUIZEN,
>$oe<
ROMANTIEK.
BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, GOUDEKAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, NIEL
WERKERK OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWLIK, SCHOONHOVEN, STOLWIJK, WADDINXVEEN, ZEVENHUIZEN, enz.
iterdag
iqep
dïngj
Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
Mode Etablissement „GOUDA"
EERSTE BLAD,
VERKWIKKING.
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
J
S
V. Ot.
HAGENAAR.
1841 441
ivoreu
Al mag men wel eens versteld
by de gedachte, hoe thans duizenden
duizenden, te voet, per rijwiel, auto
onzen
ge-
hun
dó
FEUILLETON.
Naar het Duitsch
van
OLGA WOHLBRUCK.
Vertaald door
mevr J. P. WESSELINK—Van Rossum.
Overneming verboden krachtens
art. 15, 2e lid der Auteurswet.
J. DE MOL EN ZOON
Turfmarkt 7S - Til. 411 - Bouds
Hum- ii Damiskleeditig
■aar maat. 3045
GOBINJIi: (MANT.
MODBPRAATJK.
Struiaveeren en Boa's.
Een elegant gebaar van de mode doet een
artikel herleven, dat hoe schoon ook, in de
laatste jaren in discrediet was geraakt.
Het is het artikel struisveeren in het al
gemeen en struisveeren boa's in het bijzon
der.
Hoe groot zijne populariteit ooit moge
geweest zijn, in de laatste jaren was de
veeren boa nagenoeg van den aardbol weg
gevaagd.
Wiat was nu het humoristische geval?
Dat de burgemeester en de brand wee rcom-
missie samen van dat giansche organisme
niets schenen te weten. De zaak zat zóó:
1501
INGEZONDEN MIDBDEELINGBN.
wanneer van uit een straat-alarm-bel om
hulp wordt geroepen, rukt onmiddeHijk de
spuit uit. Zoodra die ter plaatse is, neemt
de leider op of de brand al of niet iets te
beduiden heeft. Is naar zijn oordeel de
aanwezigheid van één spuit voldoende dan
geeft; hij geen verdere bevelen. Rappor
teert hij telefonisch „zwaren brand”
dan komt het verdere organisme in bewe-
Het geval laat zich nu begrijpen,
de gealarmeerde spuit ter plaatse
ADVERTENTIEPRIJS! Utt Gouda m omsuskea (beboerende tot den basorgkring)i
1—6 retain ƒ1.60, elke regel /0.25. Van buiten Gouda m dm basorgkringi
16 regels 1A6, elke regel meer 0.30. Advertentiën in het Zaterdagnummer 20
bijslag op dan prijs. Llefdadigheids-advertentiïn de helft van den prijs.
INGEZONDEN MEDEDEEL1NGEN: 1—4 regels ƒ2.05, elke regel meer 0.50. Op
da voorpagina 50 booger.
Gewone advertentiën en ingezonden medadeelingen bö contract tot zeer ^reduceer
den prijs. Groots letters en ranaen worden berekend naar plaatsruimte.
Advertentiën kunnen worden ingezonden door tusechenkomst van «oliede Boekhan
delaren, Ad verten tiebureaux en onze Agenten en moeten daags vóór de piaataiag
aan het Bureau zijn ingekomen, teneinde van opname verzekerd te zijn.
Voor de armen van geest is de reis door
het leven één lange tunnel.
ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal ƒ2.26, per week 17 cent, met Zondagsblad
per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt
Franco per post per kwartaal 8.16, met Zondagsblad 8.80.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 81, GOUDA
bü onze agenten en loopers, den boekhandel en da postkantoren.
Onze bureaux zijn dagelijks geopend van 9—6 uur. Administratie Tel Int 82;
Redactie Tel. 546.
weerstandsvermogen en krachten te
in den strijd gevergd werd. Vraagt
onzen geestelijken zieleherders, die
nenskamers en tusschen de stille
van het woonvertrek, hetwelk zij
traden, zoo vaak getuige zijn van een wor
steling van al te zwakke innerlijke krach
ten tegen al te sterke machten daarbuiten.
Vraagt het ten slotte den regenten onzer
huizen van hechtenis, hoevelen er in dien
vaak meedoogenioozen kamp het onder
spit dolven, zichzelf ontvielen en door
eigen toedoen hun levensgeluk voor goed
verwoest zagen. Voor zoovelen dezer laat-
sten daagt de zomer, maar lafenis en ver
kwikking kan hij hun niet meer brengen! I
BRIEVEN UIT DE HOFSTAD.
DOCXVIII.
Het zal zoowat een .jaar geleden zijn,
dat de burgemeester zich tot het onder
wijzend personeel der lagere scholen richt
te met mededeeling omtrent de tuchteloos
heid der jeugd en met opgave van de ver
nielingen die daardoor werden aange
bracht. Of deze cri de coeur van
burgemeester effect heeft gehad
steld dat effect mogelyk was is natuur
lijk niet na te gaan. Toevallig vernamen
wij dezer dagen eens een geval dat wel
bewyst hoe weinig medewerking echter
verleend wordt ter voorkoming van de ge
volgen der tuchteloosheid.
Doch, gelukkig, dit zij en blijve een naar
verhouding zeer klein getal. Voor alle an
deren praalt en prijkt de zomerzon thans
volop in huis en tuin, op wegen en velden,
over dorpen en steden en landen, en roept
hen op tot uittocht, tot bewonderen, tot
genieten.
Geen wonder dan ook dat velen alreeds
den reisstaf ter hand namen, of voorbe
reidselen gaan treffen, als straks hun ver
loftijd aanbreekt, om die korte spanne tyda
tot een tijd van verkwikking te maken. Nu
worden plannen ontworpen en uitgewerkt,
begroetingen opgemaakt, gewijzigd en op
nieuw berekend; en al van tevoren gaan
de gedachten uit naar al wat we ons voor
stellen te zullen genieten. Deze voorbërei-
ding is al een genot, een verkwikking op
zichzelf, maar door de werkelijkheid wordt
zij nog verre overtroffen. En terug geko
men, na langer of korter verblijf elders,
hetzij bij vrienden of verwanten of vreem
den, hetzij veraf ofwel meer nabij door
gebracht, gevoelen we ons verrijkt aan
vreugde, versterkt naar lichaam en gestel,
ons hart gelaafd en onzen geest verkwikt.
staan
en
of
trein een dteel hunner vacanftie elders gaan
doorbrengen, waar vroeger dit voorrecht aan
zooveel minder talrijken gegund was, men
kan en mag niet anders dan dat alles van
harte toejuichen. Na zwaren arbeid is rust
verkwikking; na een jaar van inspannend
werk in welken maatschappelijken rang
het lot ons ook moge geplaatst hebben, van
zorg en laat bevrijd, is er niets zoozeer
wat ons weer beter voor onze taak geschikt
maakt, dan er kort of lang, eens heelemaal
„uit” te zijn. Moge het aan velen, en tel
ken jare weer meer dan in het vorige ver
gund zijn, zich aldus te verkwikken. Het
zal deze allen en de hunnen, het zal
werk, en hun omgeving en dus ook
maatschappij in haar geheel niet anders
dan ten goede komen.
53)
Op dezen warmen, zelfs in de sche
ren ternauwernood te dragen Julidag,
legde Gorodin de zware portefeuille
voor den vorst neer en spreidde brie
ven en drukwerken uit op de lange met
groen wasdoek bedekte tafel, die voor
dit doel was aangeschoven voor den
ruststoel van den vorst. Een matroos «n
een knecht stonden gereed om de wèr
ne bemanning en de bedienden beslw-
de brieven in ontvangst te nemen.
De kapitein, een oudst zeerob die
weer dan tweehonderd ladingen uit de
Noorsche wateren in Russische havens
nad gelost en nu „schippertje speelde”
zo°®!s hij het noemde, zat op zulke
P^dagen altijd geheel alleen op het
rookte zijn pijp en dronk de
whisky soda na de ander, de
O0g«n strak op de uitgestrekte wateren
MARKT 26 TEL. 131
Aan het oude Rusland, aan welks
grondvesten Alexander 11 geschud had
door de opheffing der lijfeigenschap,
had de oorlog met Japan den laaisten
stoot gegeven.
Rusland kon geen inmenging der Bo
jaren meer dulden.
Het van de dynastie uitgaande, terro
risme kon nog wel galgen oprichlen en
lange reekeen vrijdenkers onder gee-
selslagen over de sneeuwvelden van Si
berië jagen, maar dan niet te weer hou
den drang van een nieuwen tijd kon
het niet meer tegenhouden. Deze nieu
we tijd verlangde niet de afzondering
van Rusland maar het samengaan met
het westelijk demolratisch Europa.
De kleinzoon van den lijfeigene Go-
rcdin droomde van de heerschappij van
het volk en hij vond het niet meer dan
rechtvaardige vergelding, dat de eer
sten en voomaamsten van het land aan
de oprichting van deze heerschappij
zouden meehelpen dat zij de millioe-
nen, welke zij sedert eeuwen het volk
hadden afgeperst, voor dat zelfde volk
beschikbaar zouden stellen om het recht
te koopen, het aan te voeren in den
aanstaanden strijd tegen henzelf.
Vorst Warjagin mocht niet ontbreken
in dezen wonderlijken optocht van zelf-
verminkers en het was vérziende wijs
heid van Gorodin. al zijn invloed te ge
bruiken het zorgeloos Russisch beheer
van het vermogen van den vorst in han
den te spelen van die natie, wier be
wonderende en ijverige leerling hij was
voor zich gericht en met den rug naar
hel land, dat hem niets meer had te
geven dan éenige voeten grond voor
zijn graf als het zoover zou zijn.”
De vorst hield van dezen zwijgzamen
knorrigen oude, die zich zelden ver
waardigd had, iets uit zijn zeemansle
ven te vertellen, die nooit lachte, nooit
raasde en toch met ijzeren hand een
nooit falende en zelfs voor een schip
zeldzame tucht handhaafde, waarvoor
zelfs de vorst meer dan eens had moe
ten buigen.
Het was trouwens nu reeds bijna ge
durende tien jaar'de eerste maal, dat
de vorst geen enkele uitnoodiging op
zijn jacht had gedaan.
„Ik word oud, Gorodin., ik heb be
hoefte aan rust. Ik zou evenals ds» ka
pitein het land den rug willen toekee-
ren.”
Gorodin glimlachte.
„Men heeft zulke tijden, uwe hoog
heid.”
Hij wist nog beter dan geheel Peters
burg, dat de vorst in het huis van me
vrouw Markoff een blauwtje had geloo-
pen. Dit huwelijksplan van den vorst
was hem steeds onsympathiek geweest.
Warjagin was in zijg oogen door zijn
maatschappelijke positie en zijn ontzag
lijken rijkdom geen particulier persoon
maar een autoriteit. Gorodin, die tas
tend zijn eigen eerzuchtigen weg ging,
trachtte sedert jaren de sympathieën
van den vorst te richten naar het ver
standig streven der Engelsche diploma
te transactie met de Bank vun Enge
land, die de vorst hem vol vertrouwen
overliet, bezorgde Gorodin een provi
sie van een mittioen roebel, een zoet
winstje, waarvoor iüj vrijmoedig uit
kwam. En toch ving hij nog steeds de
kleinste „Engelsche pleister” op, even
als eeu verzadigde houd naar de lek
kernij uit de hand van zijn meester
hapt
Gorodin nam nu plaats in een be-
kieeden rieten stoel, tegenover den
vorst en sneed met een lang
vouwbeen de brieven open.
„De particuliere brieven niet,” zei
de vorst en stak zijn hand uit naar een
pakje couverten van kleiner formaat.
„Zooals u wilt Hoogheid.'*
Dat was de nieuwste gril van Warja-
gin, Gorodin had te veel ernstige za
ken aan het hoofd om zich met klein
zielige nieuwsgierigheid druk te maken,
maar volgens hem mocht een groot man
geen persoonlijke geheimen hebben
voor zijn secretaris.
hl de laatste jaren overviel Gorodin
nu en dan de twijfel of de vorst wel de
bekwaamheden bezat om een „groot
rran” te zijn. Wat baatten hem zijn
niet te tellen millioen Er wis hem
een macht in de hand gegeven, die hij
niet gebruikte. De vorst was een droo-
mer De vorst had in Engeland opge-
\oed moeten worden. Engelsche hypo
chondrie was niet zoo onvruchtbaar als
Russische droomerij.
(Wordt vervolgd).
IW
beurtenissen geweest, die ervaring konden
geven. Dat men het denkbeeld noch te Am
sterdam, noch te Rotterdam navolgt, hoe
wel men daar met Aygun-oogen het ver
loop in den Haag volgt, ia nog geen be
wijs tegen het Haagse he stelsel, omdut er
nu eenmaal van de zijde eener zelfstan
dige brandweer bezwaren zyn in te bren
gen tegen een proefneming. Men heeft
wel eens beweerd dat buiten den Haag
stemming wordt gemaakt tegen het Haag-
sche -stelsel omdat men dat niet wil maar
dut l(jkt ons nogal onwaarschijnlijk omdat
ten slotte de resultaten zichbaar genoeg
zijn.
Een zuiver beeld van de daling der kos
ten is niet te krijgen omdat steeds de ge
zamenlijke kosten van politie en brand
weer worden in geding gebracht en men
bezig is op de politie ook te bezuinigen
zoodat ten slotte niets dan een verminde
ring der beide diensten valt te constatee-
ren. Toch zouden wij andere gemeenten
voorshands adviseeren met nog maar even
af te wachten wat het Haagsche stelsel
opttevert. Er zitten gebreken in: het „men-
schej-materiaal" indien dit woord een#
geoorloofd is dat zich beschikbaar stelt
voor politiedienst is dikwijls allerminst ge
schikt voor brandweerdienst en de erva
ring zou wel eens dit kunnen leeren dat
den Haag ten slotte heel moeilijk het noo-
dige aanbod van goede krachten die èn
vöor politie èn voor brandweer geschikt
zijn, kan krijgen. x
Maar juist daarom zal het nog eenige
jaren duren eer het resultaat precies is
aan te duiden. Men wachtte dus nog even
af getrouw aan de vaderlandsche leuze der
bedachtzaamheid: wie zich aan een ander
spiegelt, enz.
Er ligt al sinds een langen tijd ergens
een open terrein gemeente-eigendom
dat vol puin en ateenen ligt. In de onmid
dellijke nabijheid van dit gevaarlijke ter
rein staat een gemeenteschool. In één jaar
tijd Zijn in dit schoolgebouw tweehonderd
ruiten ingeworpen! Zegge en leze tweehon
derd stuks in één jaar. Dit is het oiunid-
delflyk gevolg van de aanwezigheid van het
besteende terrein. Herhaaldelijk, vallooze
malen is van verschillende zijde aangedron
gen op verwijdering van die steenen en
dat puin. Dat is echter niet geschied om
dat Gemeentereiniging zegt niets te ma
ken te hebben met dergelijke buiten de
openbare straat gelegen terreinen, omdat
Gemeentewerken zegt dat het igeval hun
niet aangaat, niettegenstaande deze tak
van dienst het is die voor het herstellen
der ruiten te zorgen heeft*en omdat de
afdeeling Stadsontwikkeling zegt dat ook
haar dit geval niet regardeert. Alzoo bljjft
het terrein liggen, gaan er dagelijks rui
ten kapot maar van verbetering geen
sprake.
Diat zijn van dit typische gevallen waar
over een" gewoon burger stom verbaasd
staat maar die toch in a^ibtelijke kringen
als uiterst normaal woraltn beschouwd.
Een tweede geval dat we kunnen mee-
deelen heeft een humoristischen kant Het
betreft weer eens de brandweer. Reeds eer
der vertelden wij iets van de animositeit
tusschen den burgemeester en de pers over
een brandweerproef. De journalisten had
den het recht gekregen om eens onver
wacht» alarm te maken om te zien hoe de
nieuwe brandweer functioneerde, 't Was
miserabel in zijn effect en hoewel de hoofd
commissaris een tweede proef toezegde,
er kwam niet van want de burgemeester
zou zelf wel eens een proef nemen en dan
mocht niet de pers maar de raadscommis
sie komen kijken.
Zoo gebeurde het dan dat op een goeien
avond omstreeks half elf de burgemeester
te midden van zijn raadscommissie bij een
alarm-schel stond. Hij sloeg het ruitje in,
drukte op den knop. Inderdaad zeer spoe
dig verscheen de spuit en accuraat wer
kend verscheen er onmiddeHijk water.
Maar... verder gebeurde er «iets. De hoofd
commissaris verseheen niet, de motorbri
gade voor terrein-afzetting verscheen met,
de ladderwagen verscheen niet en het gan
ache organisme van den alarmdienst ha
perde.
B>ng.
Toen
kwam, opgeroepen do^r den burgemeester,
heeft de leider niets anders kunnen con-
stiateeren dan dat er eigenlijk heelemaal
niets aan de hand was en zonder nader be
vel heeft hij niet begrepen en niet kunnen
begrijpen dat de komedievoorstelling in
groot gala gegeven moest worden. Hij rap
porteerde niets en dus kwam er ook niets
meer. De burgemeester en de raadscom
missie keken heel raar, maar waren waar
schijnlijk te beduusd dan dat zij verder
over het geval nadachten. De proef was
voor hen een mislukking, hoewel zij in
werkelijkheid dat niet was.
Het grappige van het geval is dat de
journalisten die indertijd alarm hebben ge
slagen wei aan deze mogelijkheid hebben
gedacht. Op sommige belangrijke punten,
bij groote gebouwen bijvoorbeeld zijn
alarmschedlen. Wanneer daaraan alarm
wordt geslagen, rukt met het oog op het
gevaar voor de omgeving onmiddeHijk het
z^g. groot-materieel uit. iMn wordt niet
gewacht op het tweede sein. De journalis
ten hebben aan zoo’n schel gealarmeerd;
d« burgemeester alarmeerde in het kleine
formaat en dus gebeurde er niets meer na
dat de eerste spuit gearriveerd was. Aan
gezien de burgemeester en de raadscom
missie niet zóó op de hoogte waren als de
eerste de beste brandweerman, liep de
hoog-opgezette proef met een sisser af.
Wie lacht daar?
Hoe het er thans met het systeem der
politiebrandweer bijstaat is niet te zeggen.
De ervaring zal dat moeten leeren en naar
we zeer hopen*zal het een succes zijn, al
zou het alleen reeds om deze twee rede
nen zijn, dat een ervaring dat het niet
slaagt slechts verkregen zou kunnen wor
den door een schadelijke mislukking èn
omdat terugkeer naar het oude gesplitste
stelsel niet mogelijk meer is. Tot nu toe
zijn geen belangrijke fouten gebleken
maar er zijn ook nog geen belangrijke ge-
Nu niet alleen in naam, maar ook met
terdaad de zomer gekomen is, rept zich het
menschdom om van zyn ryke schatten naar
vermogen en hartelust te proffi/teeren. Geen
wonder waarlijk; immers, al merken velen
dat niet altijd even zeer, toch is er sedert
de vorige zomer ons zyn geneugten schonk
en onze krachten deed vermeerderen, vart
deze laatste gevergd, veel gevergd. Het
bedrijvige leven van alle dag vraagt vaak?
zóó de gansche aandacht der menschen op,
dat deze veelal voor andere zaken, hoe be
langrijk ook maar weinig oog hebben. Tot
die belangrijke zaken behoort ook de ge
wondheid; in de eerste plaats zeif. En ge
zoudt er onze goede en zorgzame aescu-1
lapen een boekje van open kunnen hoo-ren
doen, hoevelen, en daaronder waarlijk ook
de zeer verstandiger onder onze mede-
menschen, puur uit fle veel aandacht voor
andere zaken, hun eigen gezondheid ver-
waarloozen. Laat, ja dikwerf te laat komt
by dezulken de waarschuwing, dat zij te
weinig aandacht geschonken hebben aan
wat toch 'het kostbaarste bezit van alle
goederen mag heeten, hun wetzy’n, geeste
lijk en lichamelijk.
Of daar geen verontschuldiging, voor
het minst een verklaring van te geven
valt? Meer dan een voorzeker. Want het»
maatschappelijk leven eischt thans meeit
dan ooit, alle krachten van ons op. Vraagt
het den mannen van handel en van nyver-^
heid, van bedryf en nering, van weten
schap en kunst, wat er noodig is om he
den ten dage in den moeizamen strijd om
een, o nog niet eens ry'k, om een slechtó1
nederig bestaan, te veroveren en wat meer
zegt, veroverd te houden. Vraagt het den
geneesheer-directeuren onzer over gansch
het land verspreide sanatoria en gestichten
hoevelen by hen herstel, lafenis naar
lichaam en geest komen zoeken, van wier
veel
het
bin-
muren
binnen-
teif Maar een met overgroote moeite
op touw gezette verbintenis van den
vorst met een der rijkste en aanzien-
lijkste erfgenamen van Engeland lefed
op het laatste oogenblik schipbreuk op
een der vele wispelturige luimen van
den vorst.
„Neen, liever niet. Bovendien hoeft
zij een gouden hoektand. Stel je een
langen, Engelschen tand verguld voor
ijzingwekkend
En inplaats zich naar het diner van
het Russisch gezantschap te begeven,
waar de ceremoniemeester reeds zijn
tnaamkaart naast die der l^ngelsche ladfy
had gelegd, vertrok de vorst naar Pa-
r'js en van daar naar Konstantinopel
om zich van het zien van al de „bloo-
te” Engelsche gezichten schadeloos te
stellen en te genieten van de bekoring
van de gesluierde Oostersche schoon
heden met haar donkere oogen.
Ook de verloving met een Napolitaan»-
sche prinses leidde om eenzelfde onbe
duidende reden niet tot het door den
Mecretaris en de prinses gewenschte re?
sultaat.
Maar wat zou nu voor den vorst een
verbintenis wezen met 'n Russin, mocht
zij ook van nog zoo goeden huize of
nog zoo rijk zijn, wat bij juffrouw Mar
koff niet eons zoo zeer het geval was?
Een man die volgens zijn naam en zijn
millioenen geroepen was een politieke
rol te vervullen, paste het niet een hu
welijk aan te gaan, alleen uit verliefd
heid.