ar enuwen NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR GOUDA EN OMSTREKEN 13830 8B« JaarganB Zaterdag 28 April 1926 Mo. Dit blad verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen EERSTE BLAD. BERGAMBACHT, BERKENWOUDE, BODEGRAVEN, BOSKOOP, GOUDERAK, HAASTRECHT, MOORDRECHT, MOERCAPELLE, NIEU WERKERK OUDERKERK, OUDEWATER, REEUWIJK. SCHOONHOVEN. STOLWIJK, WADDINXVEEN. ZEVENHUIZEN, ena. 4 voor cents n MUIZEN EROORDEELDI roeit die ziekte- ilaag vlug, finaal t. Het is het be- doodelijke mid- muizen uitroeit. DE TWEE HANSEN Uit nummer bestaat uit twee bladen. in tiet Noord- K. 10M 111 FEUILLETON. der natuur goed te benut- lucht- KAUWGOM De meesten, die hoog geschat willen worden, beginnen er mee anderen gering te schatten. J. DE MOL EN ZOON Turfmarkt 75 Tal. 411 Baud* Kuril- n DinuUudiii delartgi, aan het voeren de ischen. 'Gelukkig m tijd die zoo ge- nuwkracht eischt. is het eenvoudig de zenuwkracht terkt. E is het beate ding van de neu- akte) en al hare «de .pa» leert des echt dea >reert <fo l bede» (ionisuiE giiham. ADVERTENTIEPRIJS: Uit Gouda «a omstreken (behoorende tot don boaorgkrin*): 1—6 regels 1.30, elke regel moer /0.25. Van buiten Gouda en den beiorgkring: 16 regels 1.65, elke regel meer 0.80. Advertenties in het Zaterdagnummer SO bjjelag op den prtfa. Liefdadigheids-advertentiën do helft van den prb». INGEZONDEN MEDEDEELINGEN1-4 regels ƒ2.06, elke regel meer /O.W. Op de voorpagina 50 hooger. Gewone advertentiën on ingezonden mededoalingen bij contract tot zeer gereduceer- den prjjs. Groote letters en randen worden berekend naar plaatsruimte. Advertentiën kunnen worden ingezonden door tuaschenkomet van «oliede Boekhan- Advertentiebureaux en onze Agenten en moeten daags vóór do plaatsing Bureau zijn ingekomen, teneinde van opname verzekerd te zijn. wing door minachting van de gewone om gangsvormen en zelfs van zekere natuur lijke wellevendheid. De inwerking van den oorlog en zijn consequenties doet zich daar in waarschijnlijk gelden. Maar het komt ook omdat men de werkelijke beteekenis ervan niet begrijpt en niet geneigd is wellevend heid, beleefdheid, welgeipanierdheid en een tactvol gedragen als karaktereigenschappen en in hun waarde voor het maatschappelijk leven hoog aan te slaan. Dat verruwt ons leven. En onder den invloed van die verru wing raken zeker allereerst de jongeren. Door woord en voorbeeld zullen, we daarte gen moeten ageeren. Ook de fijnere aanleg voor wellevendheid moet in den mensch ge boren zijn. Maar we kunnen haar door onze eigen gedragingen in on» zelf en anderen ontwikkelen. Wanneer we beseffen in hoe ^sterke mate ons uiterlyk gedragen niet al leen de aantrekkelijkheid, maar ook de waar de van onae persoonlijkheid bepaalt en van hoe belangrijke beteekenis het ook voor den goeden gang van ons maatschappelijk le ven is, dan zullen ,we ongetwijfeld steeds meer ons willen inspannen om ook welle vendheid en beleefdheid in ons en anderen te ontwikkelen en ook in dezen vorm onze naastenliefde tot uiting te brengen. XE Nederland ge- iderden nemen vijzen waar van resultaten van faalt nooit en rn last of moeite. osje van 45 en 90 ct. COOPT "RODENT", IclaicrMia, Dea Hm». oth. PwU (SchoêkU) Uiterlijk verdragen. Wie niet naar maatschappelijken stand of geboorte maar naar de beteekenis der pensoonlijlkheid den mensch pleegt te schat ten, is over ’t algemeen zoo licht geneigd, aan de gaven van hoofd en hart wat al te veel eenzijdige waaide toè te kennen en voorbij te zien, dat de persoonlijkheid niet enkel door deze intellectueel© en moreele eigenschappen bepaald wordt, maar dat ook de fijnere nuance® van goeden smaak, tact, wellevendheid, ja dat zelfs het uiterlyk ge dragen aan de persoonlijkheid beteekenis verleent en dat, wie de waarde van den menscl} naar zijn persoonlijkheid Wil beoor- deelen, die persoonlijkheid als geheel heeft tc zien en daarom zelfs zijn uiterlijke ge dragingen, voorzoover ze niet door leege vormelijkheid bepaald worden, mede in het geding heeft te betrekken. Het is dwaas heid te meenen, dat de uiterljjke gedragin gen, zelfs de omgangsvormen van den menech niets met zijn persoonlijk en inner lijk leven te maken hebben en dat zij uit sluitend het gevolg zijn van het toevallig milieu, waarin hjj is opgegroeid. Natuurlijk oefent dat milieu invloed. Maar-dat wil ze ker nog allerminst zeggen, dat daarom die uiterlijke vormen, de manier van zich te genover anderen te gedragen, geen betee-. kenis hebben voor de beoordeeling van de menschelijke persoonlijkheid. De ^omgeving waarin we géregeld verkéeren en vootal die waarin we opgroeien, oefent op elk gebied haar invloed. We zijn dat, waartoe onze aangeboren aanleg onder den invloed van omgeving en levensomstandigheden uit groeit. Maar wil dat zeggen, dat we den mensch niet naarz’n karakter en moraliteit beoordeelen, wanneer hij misdadig gewor den is door de omgeving, waarin hij op groeide? Juist de wijze, waarop zijn per soonlijkheid op die omgeving reageerde, be paalt zijn, karakter. En al kunnen we hem dan wellicht zijn misdadigheid, zelfs zijn misdaad, niet als moreele schuld aanreke nen, wanneer we den invloed begrijpen, waaronder hij geleefd heeft, we zullen niet temin bij de beoordeeling van zijn persoon lijkheid, bij het schatten van zijn waarde en beteekenis als mensch, af gezien van alle moreele schuld, die misdadigheid laten gel den. Zoo doen we natuurlijk evenzeer met iemand’» ruwheid, lompheid, gebrek aan wellevendheid en beleefdheid en dergelijke eigenschappen en gewoonten, die voor een deel onder den invloed zijner omgeving ont staan. Zelfs wanneer ze geheel het gevolg nog over maar hoe langer hoe meer komen wij daar van terug omdat het van allerlei an dere omstandigheden afhangt wat er besloten wordt. Al sinds weken kib- Daageoitegen wijde do dokter too- nen, dat hij tegenover de natuur nog in een andere verhouding stond dan de sentünenteelen. Zij waren in een mijnstreek gekomen, waaruit men kalk- spaat verkreeg. In de nauwe berg- spteet was een arbeidersstad ontstaan en hoog daarboven was een spoorweg gespannen van den oenen •berg naar den anderen. Voortdurend gleden met kalkspaat gevulde korven naar het, een uur verwijderde spoor wegstation. Twintig jaar geleden had men zulk een spoorweg in de lucht niet moge lijk gehouden zei Hans op hoogdra- venden toon, „on nu is ook reeds het luchtschip in ’t zicht. Zoo onderwerpt de menschelijke geest de natuur en de wetenschap overwint de wereld 1” Daarop sprak 0e Amerikaan Ge bruik geen ijdele woorden, dokter Schmied. Waar hebt gij dan uwe ken nis vandaan In geen enkel ook niet in het hoofd van den geniaalsten mensch, kan grootere wijehrtd en kracht ontstaan, dan in de natuur voorhanden is Integendeel de natuur, de uiterlij ke, onbezielde natuur zooals u het noemt houdt nog ontzaglijke voor raden wijsheid verborgen, waarvan de mensch geen vermoeden heelt. Loeren, onderzoeken, wat la het andere dan der natuur haar wijsheid nfrien Zit geeft den mensch daarvan, wat rij wil, opdat hij daarmede als knecht voor Nialmichlnet dkooptt. Repeiroerea, 1100 10 - F otterdam. Tal.f. 2176, HK1EVEJN UIT DE HOFSTAD. DCCLXL Het is altijd heel interessant en dik wijls niet onvermakelijk om eens ui oude kranten te snuffelen /mi daaruit oens op te diepen wat gezegd werd als voorspelling bij hei. toepaasen van iels nieuws. Wanneer ook thans nog een voorstel wordt gedaan, hetzij in de Tweede Kamer, hetzij in een ge- meenteraad dan zullien de tegenstan ders ervan wijzen op de gevaren en de nadoelen die daaraan verbonden zijn en op de mislukking waaraan dat voorstel stellig zal bloot e^an. Daar tegenover wijzen de voorstanders op de schoone resultaten die zij verwach ten. Het domme lot van een toevallige meerderheid bêslist en het 'is niets dan toeval wat er in dergelijke verga derzalen wordt besloten. Het is ech ter, gelijk wij begonnen te zeggen, in teressant en vermakelijk de vroegere voorspellingen oens te vergelijken met hetgeen de ervaring heeft geleerd. Wij kwamen weer eens op die gedachte toen wij dezer dagen op verschillende plaatsen in de residentie de straten opgebroken zagen omdat men daar gaal asfalteeren. Nadat in de oorlogsjaren het uitbreiden van het aantal geasfal teerde straten was stopgezet, is men thans weer met vernieuwde ijver daar aan begonnen. Een volledig plan voor alle daarvoor in aanmerking komende E kost per flacon 2.—, 6 fl. 1.— 1041 35 de meeste apo- ogisten. KR NAiMAAK. Co., /4. Den Haag. 1041 A 3Sf COOPS, Wijd^raat; irkt; Fa. J. C. LAN- tenssingel. 450 39 van die omgeving waren, dan zouden we ze nog op zyn debet schrijven. Maar dat is nooit het geval. Ieder reageert ook in dit opzicht anders op den invloed, die van zijn omgeving uitgaat. En de wijze van reactie wordt door zijn oorspronkelyken aanleg be paald. Die oorspronkelijke aanleg beslist tenslotte grootendeels wat er van hem wondt,/En het is deze aanleg ook, die zjjn beslissend woord meespreekt, waar het gaat om wat ,men wél, schoon foutief, (Ie uiterljjke vorming van den mensch noemt. Want °ok wellevendheid, beleefdheid, ook dq wijze van gedragen en zich voordoen, komen in laatste instantie uit de persoon lijkheid voort, zij 'het dan uit de persoonlijk heid, zooals die zich onder invloed der om geving gevormd heeft. Het zijn geen uiter lijke vormen, die opgeplekt zitten en die soms het privilege schijnen van bepaalde maatschappelijke standen. Ook iemand van eenvoudigen maatschappelijken stand kan innemen door zijn manier van optreden, kan verrassen door een uiterljjken omgangs vorm, die bekoort, al zal die vorm wellicht iets anders zjjn dan men onder de rijker en aanzienlijker menechen gewoon is, door een natuurlijke wellevendheid en beleefdheid, die aangenaam aandoen. Want ten sjotte zijn deze vormen, deze wellevendheid en beleefdheid een uiting van natuurlijken goeden smaak eq de hou ding tegenover het gevoel voor zjjn mede- menschen. (Wellevendheid en beleefdheid zjjn ten slotte een vorm van. naastenliefde en zelfs een verfijnden vorm, die men in haar die pere beteekenis alleen bij edele en fijnge voelige naturen aantreft. Zü beteekenen voorkomendheid, hulpvaardigheid, een juist begrip van de woorden: „wat gij niet wilt, dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet”, zorg dus om anderen niet te kwet sen of pjjn te doen. En daarnaast komt er een natuurlijke afkeer van ruwheid en lompheid in tot uiting. Het is dan ook dwaas, de zeer bi zonde re beteekenis van deze twee, wellevendheid èn beleefdheid, voor het maatschappelijk leven te misken nen. Zjj zjjn het juist die dat teven verge makkelijken en voor botsingen en gewe’- dadigheden zoo goed mogeljjk bewaren, die feite) ijk den omgang tusschen menschen met zoo verschillende begeerten, gedachten en behoeften en zoo uiteenloopende belan gen mogeljjk maken. Zjj zjjn als ’t ware de olie, waardoor het raderwerk van ons maat schappelijk leven zonder, telkens voorkomen de schokken kan blijven voortgaan. Dat geeft haar werkelijk geen geringe beteekenis. En het is daarom zoo goed, dat we haar ook bjj onze kinderen aankweeken. Er is tegen woordig een algemeene neiging tot verru- luur sterke zenu- 1 eiken dag één Liefst een uur struieu is opgemaaxi eu Duumnp eemgo jurcu zal uat wordeu uitgevueru. op nel oogeubiiK ïs nel- Builoiuioï o.a. aau ue beurt en we kunnen slechts hopen aal met het asfalteeren de misère up dit belangrijke verkeerspunt in de re- siue-utie, een misère aie nu al van Augustus duurt, een einde zal bpbben. In 18Ö3 is voor het eenw een straal in de residentie geasfalteerd nadat over tiet voor en tegen, het nut en het na deel, het gevaar en het heil van as falt uitvoerig was gestreden. (Er was zeer veel tegenstand. Hel kradntigste argument er tegen was dat in minder dan geen tijd* alle paarden hun pooten zouden hebben gebroken als gevolg van liet ui tg lijden op het spiegelglad de pad. Het zou intereesant zijn eens na te gaan hoeveel paardenjxjoten se dert 1888 op het asfalt zijn gebroken. Dat heit asfalt er langer zou zijn dan de paarden kon in 1888 niemand ver moeden. Het paard verdwijnt in de steden, maar het asfalt wordt alge meen. Natuurlijk zou die gladheid vooral des winters Ook gevaarlijk zijn voor de voetgangers. Het is juist an ders gebleken waait het gladde pla veisel kaai veel geanakkelijker worden schoongemaakt en geeft geen gelegen heid aan de sneeuw om te blijven vastzitten. Ten slotte waren het de winkeliers die zich krachtig tegen het asfalt ver zetten omdat het de stofplaag zeer zou vergrooten. Ook dat is precies anders om uitgekomen Nergens is de stofplaag bij zeer eenvoudige besproeiing zöo gering als in de geasfalteerde straten. Van al de griezelige voorspellingen is dus niets uitgekomen. De profeten van het onheil hebben een slechten kijk gehad. Een ander geval waarbij de profetie ook niet uitkwam maar waarbij hel toe val juist andersom beslist en deed uit voeren wat niet het ware bleek, willen wij nis tegenhanger geven. Wie in vroeger jaren de residentie heeft gekend zal zich nog herinneren dal het punt in het Noordeinde waar het koninklijk paleis staat er heel an ders uitzag dan thans het geval is. Het paleis op den Kneuterdijk waarin thans nog de Minister van Buitenland- sche Zaken woont, kwam met zijn tuin waarin de Gothische Zaai staat tot vlak achter het ruiterstandbeeld. Mo numentale hekken in gothischen stijl sloten hier den tuin af. Er was een boven den grond verheven verbinding tusschen beide paleizen. Het geheel was zeer fraai, totdat men op de ge dachte kwam dat het verkeer daar ter plaatse eischte dat er groote verande ring kwam. De mooie monumentale hekken werden gesloopt, een deel van den tuin werd opgeruimd om een weg te breien die vau liet Noordeük|u liep naar de Oranjestraat en die zoo een monding vond in de breede Parks.raut. Het Noordeinde was te smal voor het verkeer en langs dezen weg werd het verkeer uit de middenstad komend naar den broeden weg afgeleid. Wie nu voor het paleis iu het Noord einde staat heeft achter zich in den hoek bij de Gothische Zaal den be roemden boom, waaronder banken/zijn aangebracht. Deze boom was de trots van den paleistuin en bij de afbraak van veel goeds is bepaald dat dozo gespaard zou blijven. Welnu dfe boom is gespaard. Wat heeft nu echter de ervaring ge leend Dait van alle verwachtingen het verkeer door deze nieuwe straat die ten koste van veel ffaais is gebro ken, zou geleid worden, niets, abso luut niets is uitgekomen. Er is mis schien geen dooier saaier stukje straat in den Haag dan juist deze verkeers weg. Men zegt dat deze verkeersver- betoring de gemeente een half milli- oen heeft gekost. Predes hebben we het ‘bedrag niet kunnen vinden omdat er tal van aankoopen en onteigenin gen zijn geschied, maar minder heb ben de kosten zéker niet bedragen. Het zou niet iroeilijk zijn dezp bei de gevallen met nog eenige te ver meerderen. Eigenlijk is he' met iede re verandering het geyal. Er zijn al tijd tegenstanders en hoe dikwijl» bleek iets waarvan men groote ver wachtingen had, daaraan allermin»; te beantwoorden. En altijd weer waagt men zich aan voorspellingen. Als wij bijvoorbeeld zien hoe thans het Bui tenhof wordt ingedeetó, dan durven wij te voorspellen dat daarvan over tier» jaar niets meer over is on da men dan haast niet kan begrijpen hoe men de indeeling zoo zonderling heeft kunnen maken als thans het geval is. Het toeval neemt de beslissihgen en men is hier in blind vertrouwen afge gaan op het oordeel van oen architect, van wien allerminst vaststond dat hij het belang van het verkeer stelde bo ven zijn artistieke bevliegingen. De tijd zal ’t loeren Vroeger hebben wij ons ook wel eens dik en druk gemaakt kwesties die bjelangrjjk leken. (Nadruk .erboden). Een roman uit onzen tijd Uit het DuPsch van PETER ROSEGGER. Bewerkt doot •I P. WES8ELINK-V. ROSSUM. 60) - De bad- en kunstplaatsen moeten bij u alles doen. Dat zijn niets anders dan verfijningen. Gij moet in de natuur leven als de boer werken, als de jager eten, als de herder slapen, als de gezel rondtrekken, als het kind spelen, als de mensch lijden, omdat gij dat niet doet, zal men u reeds in de volgende eeuw begraven.” Toen Hans eens zijn verwondering 'e kennen gaf, dat Mister Piek niet alleen goed Duitsch sprak, maar ook Duitsohe grillen bezat, daar hij altijd redeneerde en de wereld wilde verbe teren. antwoordde hij ,Dat doet mijn Duitsohe bloed. Ik ben ook ’n Duitscher, dokter Schmied Dat is de reden, waarom ik altijd' naar dit land word getrokken, naar deze Alpen, waar ik den mensch jaarlijks in' het rond de bergwereld hadden, toen -bjamerkteu zij de vernevenheid van hun voetenbank en Hans moest menigmaal uitroepen „Heerlijk! Won derbaar I Ach dat is prachtig 1” „Wat wil dat zeggen Heerlijk I Wonderbaar I” zeide Mister Piek zacht. ,Dat is ook zulk een slechie $enti- menteete gewbontedat geschreeuw als iets in den smaak valt. Wat heeft men aan zulk een dweperij? Is daar mede het karakter der dingen maar in de verste verte uitgedrukt „Het karakter der dingen wel niet, maar het hart wordt er doör ontlast. Weet u, Mister, wat het is, het hart? Dat is een Europeesch 'gewas.” „Wees getroost, dokter Schmied, het groeit ook in Amerika. Voor ons is het alleen van te veel waarde, dan dat wij het in den mond nemen; voor ons is de inhoud er van te véél waard, dan dat wij het ieder voor de voeteri schudden. Beroof u, wat ik u bidden mag, niet van den inhoud, laat mij rustig rondzien.” Egoïsten willen alles voor zich al leen hebben. Die kunnen zich niet voorsteden, dat iemand er naar ver langt vreugde, die hem vervult, ook aan anderen mede te deelen. zijn Duitsch bloed En het reikte niet eens tot zijn hart Zoo heeft Hans waar schijnlijk gedlacht Uitroepen van geest vervoering heeft hij gedurende de ge- heele reis niet meer geuit. opfrisoh. Indien u dag aan dag uw duoaten krijgt, bedank dan slechtsiheel hartelijk deze bergen, dit water en deze lucht. En ook dezen Piek, dié juist nog verstandig 'genoeg is om .ul- ke gaven der natuur goed te benut ten.^ Toen dacht Hans „Die spreekt ook ov^r de natuur. En hoe anders den projessor Woispandtner I” Hij zag weer dpidelijk, dat hij tot nu toe met -zijn wereldbeschouwing op den ver keerden weg was geweest. En op een onbewaakt oogenblik zij zaten op een breedenl kalksteen ontsnapte hem d'e zucht >4),Ach God', Mister Piek, wat vind ik mij zelf dikwijls dom „Pfsiste de Amerikaan, „zeg dat niet zoo hardop, anders zou men u voor een wijze houden Hij was vergenoegd over zijn met gezel, wiens wijsheid hem dikwijls verraste en wiens dwaasheid hem vaak orikkelde. Eiken avond telde hij rijn lijfarts de ducaten uit met d» droge uitdrukking van een nauwgezet ban kier Zij naderden het rotsachtig hoog gebergte, dat zij reeds sedert dagen in het blauwe verschiet hadden zien uitsteken, op den achtergrond' der da len. Van dén voet af waren zij stei ler, meer oogenschifcilijk hinder hoog dan uit de verte geschenen had1. An ders was het. toen onze re-izigere op den top stonden en beneden zich, wijd ABONNEMENTSPRIJS: per kwartaal 2.26, per week 17 cent, met Zondagsblad per kwartaal 2.90, per week 22 cent, overal waar de bezorging per looper geschiedt Franco per post per kwartaal 8.15, met Zondagsblad 8.80. Abennementen worden dagelijks aangenomen aan ons Bureau: MARKT 31, GOUDA, bjj omsé agenten en loopers, den boekhandel en de postkantoren. Onze bureaux zjjn dagelfilra geopend van 9—6 uur. Administratie Tel. Int. 82; Redactie Tel. 545. haar werkt, om haar ydl uit te niet den zijne. Dikwijls is wat mensch met onderzoek en kmuüs be reikt, tot zijn groot nadeel, maar on willekeurig, voort hij de plannen der natuur uit, al ging hij er ook mede te gronde. Ik vermoed zelfs, dat do na tuur zoo boosaardig tegen het nien- schelijk geslacht is, dal zij het met de zoo geroemde, overvloedige gaven, ton doode wil voederen. De mineralen, die de mensch door weten gevonden, met levensgevaar uil de aarde graaf1, be komen hem stellig niet zoo g.»ed, als het brood, dat op zijn idyllteche we gen groeide. Maar wij grijpou begee- rig naar fabriekspest, rook, .-dof. stank, arbeidersoorlog, geldhonger, geld jacht, verliederlijking, verwelking Want die wijsheid heeft ons de verwunsahte we tenschap der natuur tot nu I *e onthou den, die ons moet aantomum, hoe men met verworven rijkdommen een tevre den teven leidt. De mensch moet ten ondergaan, aan zijn dwaven bailstocht zoo schijnt de natuur het lo willen, die gij door uw wetenschap meent te hebben overwonnen. Er is ten sprook je „De wraak der Hoeman”Dal heeft een Duitsch dichter v rteld Ken AmerikaanHched dichter schriift mis schien een „De wraak dor dienen”!” (Wordt vervolgd)

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Goudsche Courant | 1925 | | pagina 1